Hoofdcategorieėn
Home » Tokio Hotel » Losing Control. » 7.
Losing Control.
7.
Ik opende één oog en keek waar ik was. Was ik dood? Nee, ik leefde nog en lag in de hal van het weeshuis. Ik draaide me op mij zij, maar werd meteen nat. Blijkbaar lag ik in een bloedplas. Mijn eigen bloed. Ik bewoog mijn hand naar mijn gezicht en voelde. Er kleefde opgedroogd bloed aan mijn mond, neus en gewoon mijn hele gezicht. Voorzichtig ging ik recht zitten. Ik probeerde mezelf niet eens meer af te vragen wat er was gebeurt. Ik begon weer te huilen en zocht steun om recht te staan. Ik moest hier weg en wel nu.
Ik moest doodgaan. Ik was een vieze hoer die gewoon niets betekent. Ik strompelde naar buiten. Ik liet de voordeur open, geen kracht om hem toe te doen. Toen ik de straat was uitgestrompeld besloot ik te rennen. Mijn benen kwamen langzaam op gang, maar het lukte.
Hoewel de pijn door mijn lichaam schoot, negeerde ik het zo goed mogelijk. Ik mocht nu niet stoppen, dan zou ik midden op straat in elkaar zakken. Dan zou ik zelfs een zwakkeling zijn in zelfmoord plegen.
Ik kroop op de eerste beste brug die ik tegen kwam. Ik keek naar de horizon en naar de auto’s die er zelfs op dit uur nog onder raasde. Het was al donker trouwens. Ik schatte het zowat tien, elf uur ’s avonds. Ik hield me vast aan een paal en sloot mijn ogen.
“Het spijt me Tom, maar ik heb gewoon geen controle meer sinds je dood. Ik word heen en weer geslingerd van hier naar daar. Ik heb gewoon geen leven meer. Ik heb niemand meer en ik wil bij jou zijn. Je bent mijn grote broer en ik wil bij je zijn. Ik ben benieuwd hoe je er zou uitzien nu. Dat vraag ik me elke dag nog af. Ik vraag me ook af als je me vergeeft dat ik dit doe. Het is dom, ik weet het, maar ik kan gewoon niet meer. Ik ga langzaam dood en dat weet je. Dat zie je. Ik heb de controle over mezelf, mijn leven en de wereld verloren. Ik ben alleen.”¯
Het enige geluid dat er was waren auto’s en mijn ademhaling. Mijn hart ging als een gek tekeer. Ik durfde de stap niet te zetten, maar weggaan wilde ik ook niet. Tot iemand mijn naam zei. Ik draaide me langzaam om en keek in de bezorgde ogen van Caitlin. Ik geloof dat de andere vrouw haar moeder was, want ze leken heel veel op elkaar.
“Bill, wat doe je nu toch?”¯
Ze kwam op me af en nam mijn hand. Ik wist niet goed wat doen, maar ik liet haar doen. Ik had sowieso al geen controle meer.
“Wat is er met je gebeurt?”¯
Ze keek zo overbezorgd.
“Ik ben oké,”¯ zei ik schor. “Laat me.”¯
Ik wilde me losmaken, maar dat lukte niet. Ik had geen energie meer en ik kon gewoon niets meer. Ik begon weer te huilen. Waarom alweer huilen? Slappeling.
“Laat me dood gaan, asjeblieft.”¯
“Dat kan ik niet toestaan Bill, asjeblieft, kom met ons mee naar huis en dan moet je me vertellen wat er met je gebeurt is.”¯
Ze verstrakte de greep op mijn pols en sleurde me mee naar de auto.
De vrouw stopte een flesje water in mijn handen.
“Ik wil niet geholpen worden, ik wil niet vertellen wat er is gebeurt. Ik wil niet.”¯ Mompelde ik, maar er werd niet naar me geluisterd. Ik werd gedwongen in de auto geduwd en meegevoerd.
Daar zat ik dan, op de sofa van Caitlin. Haar moeder en zij zaten tegenover me. Ik keek naar onder en speelde met het dopje van het flesje.
“Bill, wil je asjeblieft vertellen wat er is gebeurt? Dit is niet normaal,”¯ zei de vrouw. Zelfs haar stem leek op die van Caitlin.
“Ik kwam thuis van school. Ronald sloeg me weer. Dit keer harder en harder.”¯
“Weer? Dus hij doet je vaker pijn?”¯
Ik antwoordde niet, maar trok mijn knieën op en sloeg mijn armen er rond.
“Wat is er nog gebeurt?”¯
“Hij begon over mijn ouders. Hij mag niet over mijn ouders praten. Ze zijn dood.”¯
“Ik ga de politie bellen, dat hij je zo toetakelt, dat is niet normaal.”¯
De moeder van Caitlin stond op om de telefoon te nemen.
“Nee! Hij vermoord me, niet doen, asjeblieft!”¯
“Caitlin, geef hem een bad ofzo, dat hij een beetje opknapt.”¯
Ze knikte en nam mijn hand en begeleidde me naar de badkamer. Ze zette een warmteblazertje op en liet het bad vol lopen. En ik stond daar maar. Bloed overal.
“Als je wilt, steek ik je kleren in het wasmachine?”¯
Ik knikte en trok langzaam mijn trui, T-shirt en broek uit. Ze bekeek me en ging dan even weg. Ik draaide de kraan dicht en stapte in het bad. Het water kleurde meteen rood.
Voorzichtig nam ik het waslapje en ging ermee over mijn gezicht. Ik moest bijna weer huilen van de pijn. Opgelucht haalde ik het waslapje weg toen ik overal was geweest.
Ik zag Caitlin staan, ze durfde precies niet binnen komen.
“Kom maar binnen,”¯ mompelde ik.
“Er zat iets in je broek.”¯
Ze hield het zakje met witte pilletjes omhoog. Ik keek pijnlijk. Caitlin kwam de badkamer in en legde het zakje op de wasbak. Ik keek naar het water. Ik schaamde me nu enorm.
“Waarom zei je niets?”¯
Ze kwam langs het bad zitten. Ze nam mijn hand vast.
“Ik schaamde me.”¯
“Dat hoeft toch niet?”¯
“Jawel. Je weet nog niet alles,”¯ zuchtte ik.
“Vertel het me dan, ik wil je helpen.”¯
“Later, oké?”¯
“Natuurlijk.”¯
Caitlin gaf me shampoo zodat ik ook mijn haar kon wassen. Erna kreeg ik een training van haar oudere broer die ik even mocht aan doen. Het was wel veel te groot, maar beter als niets.
Caitlin haar moeder, Silke, vertelde dat er twee politie mannen zouden komen voor mijn verklaring. Nog geen tien minuten later ging de bel. Twee mannen kwamen naar binnen. Ze hadden een vriendelijke uitdrukking op hun gezicht, maar toch was ik bang. Ik zat daar op de bank, knieën opgetrokken en totaal verstopt in de té grote training. Caitlin kwam langs me zitten. Ze gaf me een steunende glimlach als teken dat ze bij me was. Ik gaf haar een bedankend knikje. De twee mannen gingen op de plek zitten waar nog niet lang geleden Caitlin en Silke zaten om mij te ondervragen.
De ene haalde een notitie boekje en een bandopnemer boven.
“Bill? Toch?”¯
Ik knikte, maar zei niets.
“Vertel eens, wat is er gebeurt?”¯
Ik keek hen moeilijk aan. Het was niet iets simpels. Ronald zou me vermoorden als hij hier achter kwam en als ik dan dood was, zou hij me nog eens vermoorden.
“Misschien moeten de dames even naar de keuken gaan?”¯
Silke knikte en wenkte Caitlin met zich mee naar de keuken.
“Ik kwam terug van school en Ronald wachtte me op. Ik wist meteen dat het geen goede avond zou worden.”¯
Reacties:
Ik ben zo slecht D:
Ik ben fanfic en nog zoveel dingen compleet vergeten. En ook jou verhalen. Ik voel me echt schuldig, want ik weet nog dat ik "ik zal het zo snel mogelijk lezen" heb gezegd. Muh.
Me sorry again.
Arme Bill. Het is zo hartbrekend en ik heb dit met een brok in mijn keel gelezen. Ik wil dat hij een beter leven krijgt en dat hij een beetje kan genezen van alles.
Ik vertrouw Caitlinn nog steeds niet helemaal, ook al geeft ze hem hulp. Ik ben haar daar dankbaar voor, maar ze moet zichzelf nog steeds bewijzen.
Iloveyou. <3
En nu ga ik snel de rest lezen.
Bill moet alles zeggen.
Hij moet gelukkig worden.
En goed dat Caitlin er is.
<3
Owww, Caitlin is zo goed voor Bill <3
ze is echt fantastisch!
En se-
-wow, wacht, gedachten gaan even naar de verkeerde Caitlin-
Anyway! Snel verder want ik wil weten hoe die Ronald de bak in gaat!
oh ga snel verder
hij moet het zeggen...
hij moet geholpen worden....
Wat goed dat hij nu bij Caitlin is,
ik hoop zo dat hij van de drugs afkomt en dat ronald goed opgesloten word
ga maar snel weer verder
supermooi stuk!!!!
wat is een warmteblazertje ? XD