Hoofdcategorieėn
Home » Twilight » When The Lights Die Down {Twilight} » 003 - It's All Gone
When The Lights Die Down {Twilight}
003 - It's All Gone
Ik sper mijn ogen wijd open zodra ik weer bijgekomen ben. Als ik kijk waar ik ben zie ik dat ik op de achterbank in Edwards auto zit, Edward draait de auto net de parkeerplaats van het ziekenhuis op. Heel even kijken we elkaar aan in de achteruitkijk spiegel, maar dan kijk ik snel weg. De deur gaat open en Edward helpt me uit de auto. Hij ondersteunt me terwijl we het ziekenhuis in lopen. In het ziekenhuis komt Carlisle ons tegemoet lopen. Hij neemt me over van Edward en ze kijken elkaar even aan zonder wat te zeggen. Dan neemt Carlisle me mee naar een apart kamertje om met me te praten over wat er in de klas is gebeurd.
“Kan je omschrijven hoe je je voelde?”¯ vraagt hij.
“Ik viel flauw." antwoord ik droog.
“Hoe voel je je nu?”¯
“'t Gaat wel weer, mag ik naar huis?”¯
“Aha, oke.”¯Carlisle schrijft alles netjes op, niet dat dan nodig is. Met zijn vampiergeheugen onthoudt hij het wel.
“Wanneer mag ik weer naar huis?”¯ vraag ik Carlisle ongeduldig, terwijl ik vluchtig een blik op de klok werp. Hij ziet het en lacht.
“Je zult moet wachten tot je vader klaar is met een operatie. Hij is net begonnen als ik het goed heb.”¯
Ik kreun, dat duurt dan dus nog uren!
“Is Edward er nog? Hij kan me brengen.”¯ Opper ik. Carlisle schudt zijn hoofd.
“Ik denk niet dat Edward er nog is.”¯
“Zijn auto staat er nog.”¯ zeg ik, ik kan zijn auto door het raam zien staan.
“Oke, jij wint. Ga maar even kijken waar hij uithangt.”¯ Carlisle grinnikt als ik meteen de deur uitren. In het kleine ziekenhuisje heb ik Edward zo gevonden.
“Edward, wil je me naar huis brengen?”¯
“Nee, gaat niet lukken.”¯
“Hoezo niet, ik woon niet zo ver van jou af hoor.”¯
“Ehm, ik moet hier blijven, want Carlisle rijd straks met me mee naar huis.”¯
“oke, oke.”¯ Mompel ik chagrijnig. Dan bedenk ik me opeens dat hij het sleuteltje in zijn auto had laten zitten. Ik loop zo normaal mogelijk de gang uit, ook al weet ik best dat Edward weet wat ik van plan ben. Zodra ik uit Edward’s zicht ben begin ik te rennen naar zijn auto. Ik spring erin, draai de sleutel om en rijd de parkeer plaats af. Het is als dertienjarige best spannend om auto te rijden. Ik grinnik bij het idee dat ik de auto van een vampier heb gestolen. Eindelijk, ik ben thuis. Achter me hoor ik iets of iemand zacht grommen. Ik kijk met ruk om en op de achterbank zit Edward me boos aan te kijken.
“Hoe weet je het?”¯ vraagt hij boos. Hij is lang niet zo knap als hij boos is, maar het heeft wel wat schattigs. Weer ontsnapt er een grom uit zijn keel.
“Oeps, sorry. Ik weet dat jij en je familie vampiers zijn omdat ik de Twilight boeken supervaak heb gelezen. Daarin staat echt alles over jullie.”¯ Zonder enig geluid mompelt hij ‘Twilight boeken’.
“Wacht, ik laat ze je zien.”¯ Ik spring uit de auto en ren zo snel ik kan het huis in. De huiskamer is leeg, wat raar? Dan ren ik naar mijn kamer, die ook al helemaal leeg is. Dus geen boeken op de plank. Dus geen Twilight boeken. Heel even sta ik verstijfd in de kamer. Alles is weg. Het huis is leeg en verlaten. Ik hoor Edward achter me binnen komen.
Reacties:
Er zijn nog geen reacties op dit verhaal.