Hoofdcategorieën
Home » Tokio Hotel » The Ultimate Fantasy (TC) » 14
The Ultimate Fantasy (TC)
14
Vermoeid liepen Jane en Bill het appartement binnen. Voor hen beide was het een zware dag geweest. Voor Jane vanwege de vierde moord, voor Bill simpelweg omdat hij gym had gehad. Bill gooide zijn spullen neer en liet zich in de zetel vallen.
‘Ik heb nood aan bier, jij ook?’ Bill mompelde instemmend en negeerde de hond die om aandacht vroeg.
‘Hier, proost.’ Jane gaf hem zijn flesje en hield dan het hare omhoog voor ze ervan dronk. ‘Heb je honger?’ Bill haalde zijn schouders op. ‘Oke, wat is er?’
‘Niets.’
‘Bill, ik ben Maura niet. Ik ben een rechercheur moordzaken, ik zie het als iemand iets verbergt.’
‘Ik verberg niets.’
‘Maar er is wel iets.’ Bill zuchtte.
‘Ruzie met Maura.’
‘Waarover?’
‘Ze mag Tom niet. Ze wil niet dat we vrienden zijn.’
‘Waarom niet?’
‘Weet ik veel.’
‘Tom is best een aardige jongen, ik zie het probleem niet. Ik kan wel eens met Maura gaan praten als ze terug is.’
Je kan proberen, naar jou luistert ze tenminste.’
‘Weet je wat, we vergeten het nu gewoon. Heb je nu honger of niet?’
‘Wat eten we?’
‘Kies maar. Pizza, chinees…’
‘Pizza is goed.’
De volgende morgen kwam Bill aangekleed en opgemaakt uit de badkamer en vond Jane, nog half slapend, met een kop koffie in de keuken.
‘Goedemorgen.’
‘Morge… Er zijn donuts en er is nog pizza over, neem maar iets.’
‘Euh… Oke…’
‘Wat?’
‘Maura zou mij vermoorden voor zo’n ontbijt…’
‘Ik weet het, waarom denk je dat ik elke vrijdagmorgen nog snel wat gezonds in huis haal?’ Bill schudde lachend zijn hoofd en warmde de overgebleven stukken pizza op. ‘Het kan zijn dat het straks best laat wordt, er loopt een seriemoordenaar rond die zich goed aan het amuseren is.’
Oh, oke. Mag Tom dan straks blijven slapen?’
‘Ja, tuurlijk, waarom niet? Jullie hebben morgen toch geen school.’
‘Bedankt.’ Mompelde Bill nog snel voor hij zijn pizza aanviel.
Jane zette haar lege tas weg en bekeek de jongen tegenover haar even. Zijn blik was gericht op een punt achter haar, waar enkel een lege muur was.
‘Waar denk je aan?’
‘Ik heb jou veel liever dan Maura, ik wou dat ik hier kon blijven.’
‘Maura is een veel betere moeder dan ik, ze heeft enkel het beste met je voor.’
‘Waarom mag ik dan geen vrienden hebben?’
‘Ik weet het niet, maar ik heb je al gezegd dat ik met Maura zou gaan praten. Ben je klaar om te vertrekken?’
‘Ik ben nog aan het eten.’
‘Maar voor de rest ben je klaar?’
‘Ja, waarom?’
‘Eet die pizza maar in de auto op, ik moet vertrekken.’ Zonder aarzelen nam Bill zijn pizza vast, ritste zijn rugzak mee en liep Jane achterna die in de gang al op hem stond te wachten.
Toen Jane het politiebureau inliep, stuitte ze meteen op het leger van agenten waarmee ze samenwerkte. Allemaal keken ze op toen Jane binnenkwam, alsof ze op haar stonden te wachten.
‘Wat? Ben ik te laat voor een koffievergadering ofzo?’
‘We hebben een verdachte.’
‘Een drugsdealer die zich schuilhoud in Miami.’
‘Zijn drugs zaten op de kleren van het eerste slachtoffer.’
‘Goed, waar wachten jullie dan op?’
‘Op jou.’
‘Op mij?’
‘Jij leidt het onderzoek, wie neem je mee? Jane zuchtte.
‘Dit kunnen jullie niet menen…’
‘Hier is niets te doen, ze willen allemaal mee.’ Antwoordde Frankie, die met drie bekers koffie in zijn handen voorbij liep.
‘God, weet ik het, trek strootjes ofzo. Hoe dan ook, ik verwacht drie van jullie binnen vijf minuten in mijn auto.’
Een kleine twee uur later parkeerde Jane haar auto op een van de straten van Miami. Gevolgd door Gibbs, Booth en Ziva liep ze naar de deur van de loods waar volgens de achtergebleven agenten de verdachte zou moeten zitten. De rode metalen deur stond op een kier en meteen greep het viertal naar hun wapens.
‘Meneer Reichs?! Politie!’
‘Even bleven ze wachten, maar toen ze geen reactie kregen, trokken ze met zaklampen en getrokken wapens naar binnen. De lichtstralen gleden over de enorme platen, maar nergens was iets verdacht te zien. Jane gebaarde dat iedereen een kant van de loods voor zijn rekening moest nemen en ging zelf naar de muur die het verst weg lag.
Geen twee minuten later vloog de metalen deur weeropen, deze keer met veel meer geweld. Gewapende mannen liepen naar binnen, op zoek naar een teken van leven. Zodra ze de vier aanwezigen opmerkten, staken ze hun penningen omhoog.
‘FBI!’
‘NCIS!’
‘Boston PD!’
‘CSI Miami!’
Iedereen draaide zich naar de laatste stem. Een iets oudere man met rood haar en een Ray Ban zonnebril keek hen aan en met een zucht liet iedereen zijn wapens zakken.
‘Mooi, nu zijn we helemaal compleet.’ Kreunde Jane.
Een half uurtje later zaten Jane, Gibbs, Booth en Ziva in een vergaderkamer van het politiebureau van Miami samen met de roodharige man, die zich voorgesteld had als Horatio Caine.
‘Dus, als ik het goed begrijp, houden jullie hem al een tijdje in de gaten, heeft hij de laatste drie maanden Miami niet verlaten en kan hij dus onze moordenaar niet zijn?’
‘Inderdaad.’
‘Hoe is zijn drugs dan op de kleren van een lijk in Boston gekomen?
Terwijl het viertal teleurgesteld en gefrustreerd naar Boston terugkeerde, liepen Bill en Tom samen over straat, onderweg naar Jane’s appartement. Tom’s ouders hadden er geen enkel probleem mee toen hij vroeg of hij bij Bill bleef logeren, zij hadden het immers ook erg druk met de zaak. Wat bakjes afhaalchinees en Toms spullen waren el snel opgepikt en het appartement als snel gevonden. Bills tweepersoonsmatras werd klaargemaakt waarna de jongens zich samen in de zetel zette.
‘Volgens mij is die Brock een kruising tussen een chinees en een neger.’ Merkte Tom ineens op tijdens de pokémon-marathon die ze op een of andere zender gevonden hadden.
‘Waarom?’
‘Dat zie je toch, hij is te donker om blank te zijn, maar hij heeft de spleetogen van een chinees.’
‘En waarom niet die van een japanner?’
‘Nee, die van een japanner zijn groter.’
‘En jij weet dat omdat…?’
‘Ik dat net verzonnen heb?’
‘Tsss, typisch.’
‘Wat?’ lachte Tom terwijl hij Bill met zijn stokje tussen zijn ribben porde.
‘Ah! Niet doen!’
‘En waarom niet?’
‘Omdat ik je dan straks uit het bed duw?’
‘Dat doe je niet.’
‘Wedden van wel?’ Nog voor Tom verder kon discussiëren, ging de deur van het appartement open en kwam Jane binnen.
‘Dag jongens, is er nog eten voor mij?’
‘In de koelkast!’ antwoordden de jongens in koor.
Met haar bakje afhaalchinees zette Jane zich naast de jongens in de zetel terwijl ze samen naar de rest van de marathon keken en daarna naar bed werden gestuurd. Tom en Bill moesten dan wel niet nar school, maar Jane moest wel werken, en dat deed ze liever uitgerust.
In hun boxers kropen de jongens op het luchtbed en wachtte tot Jane het licht uit deed. Beide sloten ze hun ogen, klaar om zo in slaap te vallen.
De straatgeluiden hadden Tom bijna in slaap gewiegd toen hij een warme hand op zijn rug voelde en zonder pardon van de matras rolde.
‘He!’
‘Ik zei toch dat ik je uit het bed zou duwen.’
[reacties??]
Reacties:
Er zijn nog geen reacties op dit verhaal.