Hoofdcategorieėn
Home » Twilight » Mijn redding??? » Hoofdstuk 3
Mijn redding???
Hoofdstuk 3
Ik werd wakker door de geur van eitjes, spek en vers brood. Ik ging wat rechter zitten in bed en genoot even van deze geur. Het bracht herinneringen van in mijn kindertijd bij me op als mijn vader dat maakte, nog voor dat hij zo veranderd was. Er was een zacht klopje op de deur en Jacob kwam binnen.
“Seth is even weg. Maar hij is straks weer terug hoor. Ondertussen breng ik je wat om te eten.”¯
Nu pas merkte ik het grote dienblad in zijn handen op. Er stond een pan met ei, spek en worstjes, een kan vers fruitsap, brood, melk, boter,… er was eten voor wel vier personen. Dat zou ik nooit op kunnen eten. Maar toen ik zag dat er ook twee borden waren viel mijn (euhm…) euro. Jacob zou mee-eten. Daar was ik wel blij om want wat gezelschap zou wel aangenaam zijn. Het was gezellig. Jacob vertelde over Renesmee, een meisje van ongeveer 6 jaar. Hij was als een soort broer voor haar. Ze was blijkbaar de kleindochter van dokter Cullen. Ik kwam nog wel veel te weten over die familie.
“Maris, mag ik je wat vragen?”¯ hij sprak nog altijd op dezelfde luchtige maar toch gevoelige manier.
“Dat heb je net gedaan, maar je mag nog iets vragen hoor.”¯ Even was hij niet mee, maar dan zag ik een glimlach op zijn gezicht komen. Ook hij had zo een warme lach waar je, je vanzelf beter van gaat voelen.
“Wat denk je van Seth?”¯ Van alles dat hij had kunnen vragen stelde hij deze vraag, en ik had dit totaal niet verwacht.
“Euhm, geen idee, waarom?”¯
“Gewoon een vraag.”¯ Zijn lach deed me vermoeden dat dit niet het juiste antwoord was, maar ik zou daar later wel op terugkomen.
“Als je van de duivel spreekt…”¯ toen ik dat zei draaide Jacob zich snel om en zag Seth in de deuropening staan.
“Vul maar aan.”¯ Zei Seth lachend.
“Niet nodig, ik ga jullie laten.”¯ Jacob stond op en nam het dienblad mee toen hij wegging.
Zo gingen mijn dagen door. Seth, Jacob en Billy die allemaal zo nu en dan eens bij me zaten, we speelden een paar spelletjes dammen want schaken kan ik niet, praten, eten,… Het meest van al zat Seth bij me. Er viel me wel iets raar op. Seth keek enorm eerbiedig naar Jacob en als die iets vroeg deed Seth dat meteen. Maar wie ben ik om daar commentaar op te geven. Vroeg of laat zou ik wel merken hoe alles in elkaar zat.
Na enkele dagen kwam dokter Cullen nog eens langs om naar mijn voeten te kijken. Het was al veel beter volgens hem. Ik mag er al op lopen maar moet het nog altijd rustig doen. Ik kreeg een paar krukken om het lopen makkelijker te maken. Nu zou ik naar buiten kunnen gaan. Dat was al lang geleden.
“En, denk je dat je morgen eens mee zou kunnen gaan, een ommetje maken rond het huis?”¯ stelde Seth voor.
“Natuurlijk. Waarom nu niet?”¯
“Omdat het nu al redelijk laat is en dat ik wil dat je goed geslapen hebt voor je dat doet.”¯
“Achja, één nachtje langer wachten maakt niet zo veel meer uit.”¯ Ik legde me goed in men bed, Seth legde het deken over me en gaf een kusje op men voorhoofd. Bij het weggaan deed hij het licht uit en sloot de deur zachtjes.
Ik kon de slaap niet vatten, Jacob’s vraag van een paar dagen geleden spookte door men hoofd. Wat vind ik van Seth. Het is een lieve zorgzame jongen die heel veel tijd aan me besteed en het lijkt er zelfs op dat hij dat niet eens erg vind.
Ik merk dat ik zelfs wat gehecht aan hem raak.
Nee Maris, je weet welke gevolgen dat kan hebben. Je mag dat niet doen. Als je beter bent moet je weggaan, je mag hem niet in gevaar brengen. Nee, je mag hen niet in gevaar brengen. De bende gaat me zeker zoeken, en ze gaan niet stoppen tot ze me gevonden hebben. Maar als ik zomaar wegga komt dat zo onbeleefd over. Ik kan dat toch ook niet maken. Deze mensen hebben me geholpen als ik het nodig had. Ze hebben me eten, drinken, onderdak, verzorging, gezelschap,… gegeven.
Ik zie wel wat ik doe. Maar ik weet dat ik hier niet kan blijven.
ik weet niet wat ik moet zeggen...