Welkom op FanFic.nl

De Nederlandse website waar je fanfiction kunt lezen én schrijven.

Nu on-line: (0)

Home » Overige » Brownsville Academy; Another Love Story » Chapter 18

Brownsville Academy; Another Love Story

30 april 2012 - 22:25

2312

7

481



Chapter 18

Yay! Nieuw hoofdstuk... Ben benieuwd wat jullie ervan vinden! Koninginnedag-special? Nah, no orange attached :P

18.
Ik had net een zware schooldag achter de rug, en besloot na schooltijd toch nog om even te blijven in de schoolbibliotheek. Ik gaf mijn pasje aan mevrouw Ellwood. Ze bekeek de foto nauwkeurig, en keek daarna met haar heldere ogen op naar mij. ´Computer drie is vrij.´ zei ze, en ze gaf me mijn pasje terug. Ik glimlachte, en bedankte haar. Ik ging achter computer drie zitten, en typte n bij google: The Ravencurse. Er verschenen een aantal websites, en ik scrolde totdat er één link mijn blik ving. ´´Revenge of the Ravencurse.´´ stond er. Ik klinkte erop en begon te lezen. Nadat ik 10 minuten bezig was, realiseerde ik me dat het niet was wat ik zocht. Het was een verhaal dat was geschreven door twee creatieve meisjes op een schrijfsite. Ik typte bij google opnieuw ´´The Ravencurse´´ in, en klikte op een andere link. Ook niets. Ik zuchte, en deed mijn ogen even dicht. Toen bedacht ik me wat. De schoolbibliotheek heeft niet veel boeken, maar de grote biblotheek in de stad wel. Ik sloot snel mijn computer af, en liep de schoolbieb uit. Onderweg naar mijn auto, WhatsAppte ik Avan: Ik ben later thuis, schat. Ik ga nog even naar de grote bieb. Ik kon zien dat hij het gelezen had, maar dat hij niet antwoorde. Ik ging ervan uit dat het om veiligheidsredenen ging. Ongeveer na vijf minuten rijden, zag ik dat het al flink donker aan het worden was. Ik kwam aan bij een kruispunt, en nam per ongeluk de verkeerde afslag. Ik kwam terecht in een hele lange, smalle zijstraat. Ik reed hem verder in, maar zag dat de straat doodliep. Ik keerde de auto om, en zag dat er plotseling een zwarte gedaante op de weg was verschenen. Helemaal in het zwart, geen huid te zien...het was net of het geen gezicht had. Alleen zijn ogen waren vaag te zien. Ik voelde mijn hartslag stijgen, en mijn pupillen wijder worden. Ik was helemaal verstijfd van angst. ´Het is maar een voetganger.´ mompelde ik fluisterzacht met een trillende stem. Misschien is het mijn verbeelding, dacht ik. Ik knipperde een paar keer met mijn ogen, maar het het gedaante stond er nog steeds en veroerde zich niet. Ik deed mijn ramen dicht, en deed mijn koplampen aan. Hij bewoog nog niet. Ik reed een stukje naar voren. Hij bewoog nog steeds niet. Toen ik vlak tegenover hem stond, stuurde ik een beetje naar rechts, om om hem heen te rijden. Ik stond nu precies naast hem. Ik rilde, en passeerde hem snel. Het einde van de straat was nu beter in zicht, en ik zag de drukke kruispunt weer. Plotseling hoorde ik voetstappen. Voeten die steeds sneller de grond raakten. Hij rende... mijn auto achterna. Mij achterna. Ik drukte het gaspedaal nog harder in, tot mijn banden begonnen te piepen. De weg verlengde zich, en was plotseling kilometers lang. De kruispunt die ik eerder kon zien, leek nu te zijn verdwenen. Ondanks dat ik bijna plankgas gaf, rende het gedaante nu vlak naast mijn auto. Hij draaide zijn hoofd nog steeds niet naar me toe, en keek recht voor zich uit, al was ik duidelijk zijn doelwit. Vanuit zmijn ooghoeken keek ik naar rechts, en het was net of hij mijn blik voelde, want hij keek me aan. Zijn ogen waren blauw, en ijskoud. Ik gaf nu plankgas, en voelde tranen van angst over mijn wangen glijden. Ik probeerde kalm te blijven, maar dat lukte me haast niet. Het gedaante verscheen weer naast de auto, en iets vertelde me dat het boos was.
BOEM, BOEM, BOEM!
Hij begon keihard met zijn vuisten tegen mijn ramen te beuken, en ik zag het glas barste.
´Ga weg!´ klonk een ijselijke gil, en pas later realiseerde ik me dat het uit mijn mond kwam. Hij ging nog steeds door, en het glas brak helemaal. Ik verstijfde toen hij me nog een keer aankeek, dit keer zonder dat er glas tussen ons in was. Directe oogcontact. Enkel lucht dat tussen ons in was. Ik keek hem aan met opengesperde pupillen, en een kurkdroge mond. ´Ga alsjeblieft weg...´ fluisterde ik hem op een smekende toon. Hij verdween.
Ik haalde opgelucht adem, en langzaam kwam mijn hartslag weer tot bedaren. Samen met mijn ademhaling. Ik remde, en stond stil. Midden in de straat. Ik tilde mijn hoofd op, en keek naar de kruispunt die weer was verschenen. Ik deed de auto uit, en het was weer helemaal stil. Geen voetstappen, geen brommende motor. Ik veegde mijn tranen weg, en bleef een tijdje voor me uitstaren om te laten bezinken wat er allemaal was gebeurt. Mijn ademhaling werd weer rustig, en min hartslag ook. Mijn pupillen kregen weer een normale grote, en mijn luchtwegen werden minder wijd. De autosleutels d had ik in mijn handen, en net wanneer ik ze in de auto wilde stoppen, gleden ze uit mijn handen op de grond. Ik maakte mijn riem los, en bukte om mijn sleutels te pakken. Ik ging weer rechtop zitten, en een harde knal zorgde ervoor dat mijn adem stokte. Ik keek op met de sleutels in mijn handen, en staarde recht in de ijskoude blauwe ogen. Hij was gesprongen op mijn motorkap. Ik gilde. Hij bonsde op mijn raam, en zijn ogen leken opeens buitengewoon groot. Mijn handen trilden zoals ze nog nooit hadden gedaan, en het lukte me niet om de sleutel in de auto te doen. Ondertussen ramde het gedaante op het glas, en met elke stoot werd het glas breekbaarder. Mijn handen trilden, en ik had het sleutelgat nu al tig keer gemist. Ik was doodsbang, maar probeerde me alsnog te concentreren om mijn hijgende ademhalng tot bedaring te brengen, en de sleutel in het sleutelgat te krijgen. Het lukte. Onmiddelijk deed ik de auto in zijn vijf, en gaf plankgas. De ijskoude ogen keken me mogelijk nog bozer aan, en hij gleed een beetje van de motorkap af. Maar hij greep zich al gauw weer goed vast, en bonsde nu met een vuist op het glas. Er verschenen opnieuw grote barsten in, en hij begon steeds harder te slaan. Tranen liepen over mijn wangen. ´Donder op!´ gilde ik. Plotseling klonk er een vreemde stem in mijn hoofd. Je bent nog niet van me af. Het gedaante keek me nog een keer in de ogen, voordat hij wegging. Die bauwe ogen... ze kwamen me plots bekend voor. Iets vertelde me dat hij glimlachte, en hij veranderde in een zwarte vogel, en vloog weg.Ik had geen bewijs, maar wist zeker dat het gedaante voorlopig niet terug zou komen. Gewoon een gevoel. Ik hield me vast aan die gedachte, en langzaam werd ik rustiger. Ik besloot om uiteindelijk toch naar de biblotheek te gaan. Ondanks wat er gebeurd was, vond ik het belangrijker om informatie te zoeken, dan in een hoekje te zitten janken over een of andere vandalist. Hij was er niet om alleen je auto te mollen, dacht ik, maar ik zette die gedachte snel uit mijn hoofd. Ik parkeerde mijn auto, en liep even later het gebouw binnen. Ik gaf de mevrouw achter de balie mijn pasje, en ze keek me bezorgd aan. ´Gaat het wel goed? Je ziet zo bleek.´
Ik forceerde een glimlach. ´Nee joh, gaat prima. Maar bedankt, ik neem zo wel even een zonnenbank als je dat wilt?´ grapte ik, zodat het leek alsof er echt niets was.
Ze lachte, maar leek nog niet helemaal overtuigd. Ik liep snel weg zodat ik haar niet de gelegenheid gaf om meer dingen te vragen. Ik ging achter een vrije computer zitten, en typte in de catalogus ´´The Ravencurse´´ in. Er zijn geen zoekresultaten, stond er. Ik zuchte, maar toen bedacht ik me plots iets. Avan had me ooit verteld dat de naam van zijn vader Alejandro Bohorquez was. Ik typte zijn vaders naam in, en er verscheen een boek. Het heette: Never back down for love. Onderaan de kaft stond ´´Alejandro Bohorquez´´. Dit was het. Dit was wat we nodig hadden, ik wist het honderd procent zeker. De rit naar de grote bibliotheek was het waard, want ik had het boek dat Avan nodig had. Ik klikte op het boek, en mijn dag kon niet meer stuk. Hij was aanwezig in deze bibliotheek. Ik sloot snel mijn computer af, en rende naar de mevrouw achter de balie. ´
´Kunt u me laten zien waar het boek Never back down for love is, van Alejandro Bohorquez?´ vroeg ik.
´Natuurlijk.´ zei ze. ´Alleen is er wat mis met dat boek...´
´O, ja?´ zei ik, en ik liep haar achterna.
´Ja, ik zal het je laten zien.´ ze liep naar een rek achterin de bibliotheek, en pakte het boek. Het had een rode kaft, met een schaduw van een raaf erop. Ze sloeg het boek open, en zei: ´Zie je? Er staat geen woord in.´
Ik keek haar glimlachend aan. ´Jawel hoor.´
Ze keek me aan alsof ik gek was. Ze hield het boek voor mijn gezicht.
´O, ik zie het! Er staat inderdaad niets.´ zei ik, al zag ik op elke bladzij een lap tekst staan. Ik kreeg een enorme glimlach op mijn gezicht. ´Mijn fout.´
Ze keek me een beetje raar aan, legde het boek terug, en liep weg. Ik bleef nog even rondhangen, tot ze helemaal uit mijn zicht was, en pakte het boek toen. Ik leende het boek, en ging in de stille ruimte zitten. Ik sloeg het boek open, en begon de tekst op de eerste bladzijde te lezen, die blijkbaar alleen voor mij te zien waren. Een klein stukje tekst in een rare taakl trok mijn aandacht.


Eens in de eeuw, worden er twee kinderen geboren .
Die harten seijn voor elkaar bestemd, tot elkaar zeit zij behoren.
Er is enkel één complikatie,
Er is één duistere hogere kracht, die ze uiteen drijft
En hun liefde laat eindigen in stilte, alsof het nooit wat heeft betekent.
Zij zullen vechten, tevergeefs.
Hun levens zijn niet meer te redden. Wedden?


Ik fronsde. Is onze liefde niet meer te redden? Er kwam een jongen de stille ruimte binnengelopen.
´Hey, Natalie.´ zei Nevar.
Hey.´ zei ik, in gedachten verzonken.
´Wat lees je?´ vroeg hij.
´Niets.´ zei ik.
´Ik zie het.´ hij grinnikte. ´Wat moet je met een keeg boek?´
Ik schrok. ´Ehm... Ik probeer uit te zoeken wat de schrijver ermee bedoelde.´ verzon ik, deels.
´Oké...´ zei hij, zoals hij altjd zei als hij niet wist wat hij moest antwoorden.
Ik sloeg de bladzij om, en las verder.



Jullie vijand...
Met de ijskoude ochen,
Hij heeft jullie bedrochen, voorgelochen.
Zijn ogen seijn blauw,
Hij lijkt zachtaardig, en trouw...
Maar scheijn bedriecht!
Zijn naam is eigenlijk Raven, zijn ogen net de zee,
Vecht je tegen de golven... Of ga je mee?



Ik bevroor, en keek op. Recht in de ijskoude blauwe ogen. De ogen die de man had die me achterna zat in het zijstraatje. De ogen van onze vijand. De ogen van Nevar. Oftewel Raven.
´Het duurde lang voor je er achterkwam... Langer dan ik dacht, je bent intelligent, maar zo makkelijk blind te maken.´ zei hij spottend.
Plotseling hoorde ik een stem in mijn hoofd. Je zegt niets, alleen als ik je dat gebied. Je loopt deze bibliotheek uit achter mij, alsof er niets aan de hand is. Waag het niet tegen te werken, of ik vermoord elk levend wezen in dit gebouw.Ik verstijfde, en stond op. Zijn ogen keken me ijskoud aan.
Mijn knieeën leken te zwak om mijn gewicht te dragen, en ik viel bijna op de grond. Hij liep voor me uit, en ik volgde hem. Bang voor wat er zou komen. Bang voor wat er met Avan gaat gebeuren.
Hij liep de bibliotheek uit, en zei:´Blijf.´
Ik stond stil. Hij liep weg, en ik greep mijn kans. Ik pakte mijn telefoon en WhatsAppte Avan met trillende vingers... Nevar heeft me te pakken gekre-
Plotseling stond hij weer naast me. Hij rukte mijn iPhone uit mijn handen, en vertrapte hem tegen de grond. Voordat ik het berichtje naar Avan kon sturen.
´Leuk geprobeerd.´ zei hij met een rare stem. Wat blijkbaar zijn echte stem was. Ik rilde.
Hij pakte mij bij mijn arm, en duwde me een zwarte auto in. Ik werkte niet tegen, kon nog steeds niet realiseren wat er gebeurde. We reden een lange stuk, en ik keek uit het raam. Het was pikkedonker, en ik kon bijna niets zien. Ik zag dat er een paar zwarte vogels achter de auto aan vlogen. Ik maakte me niet eens zorgen om mezelf. Wat gaat Nevar met Avan doen?
Hij stopte de auto, en stapte uit. Hij sleepte me hardhandig uit de auto.
´Au!´ riep ik.
Hij glimlachte weer op een rare manier. ´Dat is niets vergeleken met wat jij straks gaat meemaken.´
Hij sleepte me mee naar de kofferbak, en opende die. ´Kijk eens.´ zei hij.
Ik keek in zijn kofferbak, en begon een beetje misselijk te worden.
Hij pakte een pistool, en keek ernaar alsof het zijn grote liefde was. ´Kijk naar dit schatje. De meeste mensen onderschatten een Magnum .22, maar ik hou van de manier waarop het soep kan maken van je hersenen.´
Ik deinsde achteruit. Hij keek me bedachtzaam aan.
´Hoe kan ik jou op de beste manier ombrengen?´ zei hij. ´Hmm... Filmen, je vastbinden en daarna levend verbranden? En vervolgens het videootje aan je Avantje laten zien?´
´Dat kan me geen ene moer schelen.´ zei ik, en ik klonk veel zekerder dan ik was. Ergens hoopte ik dat Avan binnen zou komen, en hier gauw een einde aan maken... maar dat zal niet gebeuren. Avans gave doet het bijna niet meer, hij denkt waarschijnlijk dat ik gewoon in de bibliotheek ben. Alejandro had gelijk: ´Er is één duistere hogere kracht, die ze uiteen drijft. En hun liefde laat eindigen in stilte, alsof het nooit wat heeft betekent. Zij zullen veghten, maar tevergeefs. Hun levens zijn niet meer te redden.´
Eén kogelschot, en er zou stilte zijn.
De stilte van een zielloos lichaam, en het breken van een ander hart.




Jeeey!
Wat denken jullie ervan?
Gooi al je gedachtes hieronder!
Al denk je aan gebakken kip. (Doe ik ook heel vaak... )

xxx Nadine


Reacties:

1 2

Tweety
Tweety zei op 29 juli 2012 - 19:27:
Das echt sneu, nu MOET ik verder lezen:d


Experience zei op 21 juni 2012 - 20:56:
Ik hou van gebakken kip <33

Maar nog meer van dit verhaaaal !
Ga snel verdeuuurr !


justAgirl
justAgirl zei op 2 mei 2012 - 20:24:
WOW.
SUPER GOED GESCHREVEN
echt dit is een van de beste verhalen die hier op fanfic staan hoor!<3
en het moet goedkomen!
<3


Arlandria
Arlandria zei op 1 mei 2012 - 13:46:
Wow, wat spannend wat een actie en wat een vieze kerel ik kreeg zowaar zelf schrik lijkt me doodeng!
Ik hoop dat Avan erachter komt waar ze is, maar ik hoop ook dat het goedkomt met hem
WAT ONTZETTEND SPANNEND!
Je moet het goed laten eindigen, Nadine! Je moet
Maar echt ontzeeeeettend mooi geschreven
Snel verder zou ik zo zeggen
xxxxxxxx


Hermelien
Hermelien zei op 1 mei 2012 - 11:59:
OMYHOLYBLUECOW ;O
VERDOMME RAVEN JE SUUUUUCKT
Epic geschreven meid like seriously!
Natalie moét daar gewoon focking snel wegkomen!
En en en AVAN WHAAAH hem mag niets overkomen
In de naam van Zidonië
VERDEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEER