Hoofdcategorieën
Home » Twilight » Juna » 021
Juna
021
‘Juna!’ Mijn moeder kwam met uitgestrekte armen op me af gehobbeld, wat er eigenlijk niet uit zag omdat ze best dik is, met een brede glimlach op haar gezicht. Het volgende moment werd ik geplet in een knuffel.
‘Mijn arm,’ jammerde ik en ze liet me weer los.
‘Ach ja, sorry! Liefje, is alles goed met je? Ben je nog duizelig? Wil je iets eten of iets drinken? Ik heb ook nog…’
‘Mam, het gaat echt wel,’ onderbrak ik haar woordenstroom en draaide me om naar Jacob, die moeite moest doen om zijn lachen in te houden.
Ik sloeg mijn armen om zijn nek en drukte mijn gezicht in zijn T-shirt, dat lekker naar Jacob rook. Jacobs lange, sterke armen hielden me dicht tegen hem aan en hij drukte even een kus op mijn kruin. ‘Dag lieverd,’ fluisterde hij zacht en ik kreeg kippenvel bij het horen van die woordjes. Eigenlijk was Jake ook gewoon te lief voor deze wereld.
’s Avonds moest mijn moeder nog snel bestellingen rondbrengen en ik bracht mijn broertjes en zusjes naar bed met één gebroken arm en gelukkig stribbelden ze niet tegen zoals ze normaal deden, want ik was ‘zielig’ en ik ‘had au aan mijn arm’.
Uiteindelijk slofte ik de bakkerij binnen om nog even snel alles af te sluiten voor ik zelf ook naar bed kon. Ik was doodop.
Mijn mobieltje begon in mijn zak te trillen. Met mijn linkerhand probeerde ik hem eruit te wriemelen, wat me na een minuut al aardig lukte. Gelukkig hing mijn beller niet op.
‘Met Juna,’ zei ik terwijl ik op een stoel ging zitten.
‘Hé lieverd,’ klonk Jacob opgewekt aan de andere kant van de lijn.
‘Hé,’ zei ik verbaasd. Waarom belde hij nu nog?
‘Is er iets mis?’ vroeg ik erna.
‘Nee hoor. Ik miste je gewoon,’ zei hij verlegen en ik smolt bijna. Hoe hij het zei klonk zo lief. Die hese stem die dat zo… Oké, Juna, nu ophouden, anders val je straks van die stoel en heb je ook nog je andere arm gebroken.
We kletsten nog een tijdje en om tien uur moest ik echt ophangen, want ik viel bijna om van de slaap. Kreunend stond ik op en begon alle vitrines af te sluiten. Ik vroeg me af of mijn moeder nog voor twaalven thuis zou komen, het duurde nu wel heel erg lang.
Ik hoorde de deur open en dicht gaan.
Ik wilde me pissig omdraaien en mijn moeder de wind van voren geven dat ze zo laat was en dat ik dus af moest sluiten, toen ik de persoon in de deuropening zag.
Al mijn ledematen verstijfden. Mijn bloed bevroor tot ijs in mijn bloedvaten. Het enige wat ik nog kon denken bleef door mijn hoofd galmen: ‘Nee, nee, nee, niet jij, niet jij, niet jij!’
‘Dag liefje! Wat heb jij nou met je arm gedaan?’
Reacties:
Er zijn nog geen reacties op dit verhaal.