Hoofdcategorieën
Home » Percy Jackson » You're a Demi-God » Chapter 29
You're a Demi-God
Geschreven door:
Onderdeel van:
Laatst bijgewerkt:
6 juni 2012 - 22:14
Aantal woorden:
499
Aantal reacties:
1
Aantal keer gelezen:
316
Chapter 29
Chapter twenty nine
We reden nu al een hele tijd. Jamie en Annabeth waren elkaar aan het vervelen, Griffin was opgehouden met gitaar spelen en Percy was in slaap gevallen.
Ik keek uit het raam, naar de auto's die de andere kant op reden.
Het was nu rond een uur of 2 s'middags en de zon scheen fel, waardoor het warm was in de auto, ookal had Jeremy zijn raam open gezet.
'Zal ik de radio aanzetten?' vroeg Jeremy maar ik schudde meteen mijn hoofd.
'Nee doe maar niet, dadelijk word Percy wakker.'
Jeremy keek naar de slapende jongen naast hem met een vragend gezicht.
'Mag ik vragen wat jullie eigenlijk deden in dat bos, daar komt namelijk nooit iemand.'
Annabeth en Jamie hielden op met elkaar te klieren en luisterde nu ook. Ook Griffin ging rechtop zitten.
'We uuhm...' begon ik, maar ik wist niet wat ik moest zeggen.
'We waren op zo'n soort survival tocht.' zei Jamie ineens. 'Kent u dat, dat je geblinddoekt ergens af wordt gezet, en dat je zelf dan de weg terug naar je huis moet vinden?'
Ik keek Jamie met een verbaaste blik aan, maar ondertussen was ik ook ontzettend opgelucht, want Jeremy knikte begrijpelijk.
'En toen zijn we verdwaald.' zei Annabeth naast me, om het verhaal zo echt mogelijk te laten lijken.
'Nou, ik kan jullie wel bij jullie huis afzetten.' zei Jeremy, en dan moeten jullie maar gewoon zeggen dat jullie helemaal zelf zijn gekomen oke.' Hij keek even achterom, maar keek toen weer naar de weg.
'New York, meneer.' zei ik ineens. 'Zet ons maar af in New York.'
We reden nu over een weggetje dat door een dor landschap liep, en er waren nauwelijks andere auto's te zien.
Het was weer net zo stil als daarnet, alleen was Percy ondertussen weer wakker geworden en waren Jamie en Annabeth elkaar niet meer aan het vervelen.
Ik keek uit het raam en zag dat er een auto onze richting op kwam. Het was een rode auto, en ik kende hem uit duizende.
Ineens kreeg ik een warm gevoel van binnen en ging ik dichter tegen het raam aan zitten, zodat mijn neus helemaal plat werd gedrukt.
Annabeth keek me raar aan, maar daar trok ik me helemaal niets van aan, ik wilde het nummerbord zien.
'STOP!' riep ik ineens en Jeremy rende zo hard als hij kon.
'What the...' zei Griffin achter me, hij en Jamie waren hard tegen de achterkant van onze stoelen geknalt en wreven over hun hoofd heen.
Maar ik stapte snel uit, want de rode auto was ons net voorbij. Ik rende hem zo snel als ik kon achterna en schreeuwde en zwaaide, alles om er maar voor de zorgen dat de auto stopte.
Percy, Annabeth en Jeremy waren uitgestapt en Jamie en Griffin keken half dubbel van het lachen uit het achterraam.
De rode auto stopte en ik rende de laatste paar meter nog sneller dan daarnet.
Er kwam een man uit de auto en hij spreidde zijn armen om me op te vangen.
Ik vloog in zijn armen en ik begon te huilen van blijdschap.
'Hallo papa!'
OMG dit is fantastisch!!!!
Ik zou het uitgillen van vreugde als ik iemand die ik graag zie terug zou zien!!!
Je moet snel verder gaan!!
Wat gaan ze nu doen??
xxxx