Welkom op FanFic.nl

De Nederlandse website waar je fanfiction kunt lezen én schrijven.

Nu on-line: (0)

Home » Harry Potter » Another Granger » 6) Vertrek

Another Granger

23 juli 2013 - 11:00

965

1

291



6) Vertrek

David liep nog een keer door zijn kamer waar hij tien jaar lang had geslapen. Hij pakte de laatste doos met zijn spullen op en ging naar beneden zijn ouders en zus zaten klaar in de auto om te vertrekken. De verhuiswagen met al hun andere spullen was gisteren al vertrokken. David trok de deur dicht en liet daarmee het huis achter waarin hij was opgegroeid. Het huis stond teken voor alles wat niet magisch was. Het nieuw huis hoorde bij het nieuwe magische leven. Het nieuwe huis lag in een leuke buurt een beetje buiten de stad. Daardoor hadden ze een grote tuin met een mooi uitzicht. Davids nieuwe kamer had uitzicht op de tuin. De kamer was wit en kaal maar David had geen tijd om hem te schilderen want morgen zou hij samen met zijn zus vertrekken naar Zweinstein. David begon zijn spullen die hij nodig had voor Zweinstein te zoeken en in te pakken. Tegen de tijd dat hij daarmee klaar was, was het tijd om te gaan slapen. Hij kon de slaap niet vatten want hij was zenuwachtig voor wat er morgen zou gebeuren. Xerxes landde naast zijn hoofd. Hij begon een zacht liedje te fluiten waardoor David zijn zenuwen wegebden.

De volgende ochtend werd hij gewekt om negen uur door zijn moeder. Hij deed een spijkerbroek aan. Hij zou zich wel in de trein verkleden. Een uur later zaten ze in de auto op weg naar het King’s Cross Station. De twee loodzware, enorme hutkoffers van Hermelien en David zaten in de koffer en de kooi van Xerxes stond tussen Hermelien en David op de achterbank. Om twintig na tien waren ze er. Ze hezen hun hutkoffers uit de auto en legden ze op karretjes. David pakte de kooi van Xerxes uit de auto en zette hem op zijn hutkoffer. Ze gingen naar het hek tussen perron 9 en 10 zoals Perkamentus had gezegd. “En nu moeten we door het hek lopen?”¯ vroeg Hermelien onzeker. “Ja,”¯ zei David zelfzeker “Als jij nu eerst gaat en daarna ma en pa. Ik zal als laatste gaan.”¯ Hermelien knikte, zette haar karretje recht en begon te lopen, ze was er bijna en toen verdween ze plots. “Zie je, het is gelukt. Nu jullie,”¯ zei David bemoedigend tegen zijn ouders. Ze liepen op het hek af en verdwenen net als Hermelien. Hij zette karretje recht en wou beginnen lopen toen een oude vrouw op hem afkwam gevolgd door een jongen met een rond gezicht, die net als David een karretje met een grote hutkoffer duwde. “Ben je hier alleen? In welk jaar zit jij?”¯ vroeg ze vriendelijk. “Mijn ouders en zus zijn al op het perron en ik ga dit jaar voor het eerst naar Zweinstein,”¯ antwoordde David beleefd. “Oh, Marcel, mijn kleinzoon, gaat ook voor het eerst.”¯ zei ze terwijl ze naar de jongen wees. “Ik ga maar vlug voor mijn ouders zich ongerust beginnen maken,”¯ zei hij na een korte stilte. “Daag,”¯ zei Marcel. David pakte zijn karretje en begon te lopen. Het hek kwam steeds dichter bij maar hij maakte zich geen zorgen. Hij liep door het hek en het eerste wat hij zag was een vuurrode stoomlocomotief. Op een bord boven zijn hoofd las hij: Zweinsteinexpres, 11 uur. Hij zocht zijn ouders tussen de druk pratende mensen. Hij zag katten in alle soorten en maten, uilen die krasten tegen Xerxes. “David! Daar ben je!”¯ riep Hermelien terwijl ze op hem afkwam. “Sorry, ik werd even opgehouden,”¯ stelde hij zijn ouders gerust. “Jullie kunnen beter een coupé gaan zoeken.”¯ Ze hezen hun hutkoffer in de train. Ergens vooraan in de trein vonden ze een lege coupé. Ze zetten hun spullen neer en liepen terug naar de uitgang. Hermelien sprong al uit de trein toen hij een bekende stem hoorde: “Oma, ik ben mijn pad weer kwijt.”¯ “O, Marcel,”¯ hoorde hij zijn oma zeggen, “accio pad.”¯ De pad vloog door de lucht in de handen van de oude vrouw ze gaf hem terug aan Marcel. David liep achter Hermelien aan naar zijn ouders. Zijn moeder trok hem plots in haar armen ze had tranen in haar ogen. David zag dat ook Hermelien omhelsd werd. Zijn vader had haar stevig in zijn armen. “We zullen elke dag schrijven,”¯ zei Hermelien om hun gerust te stellen terwijl ze zich losmaakte uit de omhelzing. Zijn moeder liet hem los en pakte Hermelien stevig vast. David knuffelde zijn vader. “Ga nu maar,”¯ zei hij tegen zijn kinderen. “Tot met kerstmis,”¯ zei David voordat hij de trein op stapte die klaar was om te vertrekken. Ze liepen door het gangpad op weg naar hun coupé. De trein begon te rijden en ging de bocht om. Het perron verdween uit het zicht. De huizen flitsten langs. Er werd op Davids schouder getikt. Hij draaide zich om en zag de jongen met het ronde gezicht. “Hallo, ik ben Marcel. Mag ik bij jullie komen zitten?”¯ vroeg hij. “Natuurlijk,”¯ zei hij. Er verscheen een grote grijns op zijn gezicht terwijl ze samen naar de coupé gingen. Hermelien zat er al. “Marcel dit is Hermelien, mijn tweelingzus en trouwens ik ben David,”¯ stelde hij zichzelf en zijn zus voor. Marcel ging tegenover Hermelien zitten. Hermelien die zeer nieuwsgierig was bestookte Marcel de hele tijd met vragen. David was niet echt geïnteresseerd en keek wat uit het raampje van de trein. Wat hij wel opving was dat Marcel volbloed was opgevoed door zijn oma, dat zijn pad Willibrord heette maar wat hij vooral interessant vond was zijn uitleg over de afdelingen. Je had Griffoendor bekend door dapperheid en moed, Huffelpuf gekenmerkt door hard werken en trouw, Ravenklauw gekend door de wijsheid en Zwadderich bekend door sluwheid. Zwadderich had geen goede naam want alle slechte en duistere tovenaars hadden daar gezeten, ook Voldemort.


Reacties:


Rebella
Rebella zei op 10 aug 2012 - 11:20:
Hm...
Wat zal ik eens gaan zeggen?
J?a! Ik weet het!

HEEEEEL ERG GOED GESCHREVEN!!!!
Ga zo door!!!
Ben benieuwd naar de rest!
Reb.