Hoofdcategorieën
Home » Tokio Hotel » Spread my wings » The story of a butterfly. [4]
Spread my wings
The story of a butterfly. [4]
Ik krijg net geen vierentwintig hartaanvallen van het schrikken, rol me bij de stem vandaan en knal met mijn achterhoofd tegen het tafeltje. Wie er ook onder die zetel ligt, tot zover de goede eerste indruk.
‘Godver...’ begin ik te vloeken en druk mijn handen op de pijnlijke plek.
‘Ik snap dat je geschrokken bent. Ik dacht ook dat ik de enige was die zich onder zetels verstopt.’ Een merkwaardig bekend gezicht komt tevoorschijn en ik vergeet spontaan mijn gloeiende buil als ik in de schuldige grijns van Bill Kaulitz kijk.
‘Het gaat al weer. Ik ben op de loop voor mijn manager en mijn bodyguard.’
‘Enkel voor hen?’ vraagt hij glad terwijl hij overeind komt. Ik probeer te kijken alsof ik niet snap wat hij bedoelt, maar dan grinnikt hij vreugdeloos.
‘Je hoeft je niet te schamen. Ik lig ook niet voor mijn plezier op mijn buik in het stof. Ik ben het zo vaak allemaal kotsbeu, en dit is de enige manier om met rust gelaten te worden. Af en toe onzichtbaar zijn.’
‘Ik verstop me thuis onder mijn bed als Bruno of mijn vader me zoeken,’ flap ik eruit. ‘Mijn vader is mijn manager, zie je, en hij is nogal... druk.’
‘Ik ben dus inderdaad niet de enige. Dat moet ik straks aan Tom vertellen.’ Hij glimlacht en steekt zijn hand uit. ‘Bill Kaulitz.’
‘Weet ik,’ grinnik ik en voel de koele druk van zijn ringen. Met een schokje besef ik dat we nog iets gemeen hebben. We verstoppen ons niet enkel onder zetels, maar ook onder zware make-up en extravagante looks.
‘Oh ja, natuurlijk. En jij bent Skitt.’
‘Nietes!’ zeg ik iets te fel en hij fronst. ‘Ik ben Calliope. Zeg maar Calli.’ Zijn gezicht klaart weer op en hij lacht zachtjes.
‘Jij hebt tenminste nog je echte naam,’ mompelt hij meer tegen zichzelf dan tegen mij en ik begrijp wat hij bedoelt. Het voordeel van een artiestennaam is dat je af en toe kan verdwijnen in je echte naam als het allemaal teveel wordt. Hij heeft dat voordeel niet. Het is niet veel, maar alle beetjes helpen.
Ik blijf hem nadenkend aanstaren, besef niet dat hij mijn hand nog steeds vasthoudt. Het is niet de eerste keer dat ik met hem praat, maar het is wel de eerste keer dat we écht praten, elkaar echt lijken te horen en te zien. Alsof hij door Skitt heen kijkt en Calli ziet.
Ik hoor de bekende zware voetstappen weer naderen en Bruno gooit plots de deur open.
‘Leuk hoor, je ouwe Bruno zo laten lopen,’ puft hij. ‘Kom op, Calli. Je vader kan niet meer lachen om je verdwijntrucjes en ik denk dat hetzelfde geldt voor de manager van deze jongeheer. Meekomen, allebei!’ Ik laat Bills hand snel los en volg Bruno naar de deur. Ik krijg plots een duwtje tegen mijn schouder en Bill zwaait een balpen onder mijn neus.
‘Heb je iets om te schrijven?’ Ik blijf staan en graaf in mijn zakken, maar er is niks te vinden. Uiteindelijk haal ik mijn keycord van mijn hals, trek het kaartje uit het plastic hoesje en duw het met de blanco kant naar boven in zijn handen. Hij krabbelt er een reeks nummers op en geeft het terug.
‘Laat eens wat horen als je weer onder een zetel ligt. Wie weet lig ik maar een halve meter verder.’
‘Zal ik doen. Geef me dan een tijdige waarschuwing want twee zo’n schokken overleeft mijn hart niet.’ Meer kan ik niet zeggen. Bruno neemt me bij m’n schouder en duwt me richting mijn vader. Ik begin me af te vragen waarom Bruno zo snel achter me aan werd gestuurd, ik verdwijn zo vaak en normaal kan ik zeker een kwartier ronddwalen zonder in de problemen te komen. De gedachte is nog niet half gevormd als ik zie wie er bij mijn vader staat.
Mijn humeur zakt onder nul. Roy Helwig, baas van de grootste platenmaatschappij van Duitsland en mijn vaders grootste concurrent. Mijn vader is niet enkel manager, hij is ook hoofd van zijn eigen maatschappij en dat maakt hem en Helwig zo goed als aartsvijanden. Daarom dat ik me afvraag waarom ze nu staan te praten als oude vrienden.
Helwig doet een stapje naar links en nu zie ik pas de jongen die naast hem staat. Helwigs zoon, Detlev. Beter bekend onder zijn artiestennaam Delay.
Toen zijn eerste album Solid Addiction drie jaar geleden uitkwam was hij alleen maar het zoveelste meisjesidool met rockallures dat Duitsland rijk is. Maar de combinatie platencontract van papa en ladykillerlook kwamen hem goed van pas en Delay bleef klimmen in de hitlijsten. Nu is hij negentien en siert zijn afbeelding waarschijnlijk een miljoen slaapkamermuren. Mij interesseert hij niet echt. Ik geef het toe, hij ziet er niet slecht uit, maar de combinatie van het iets te perfecte blonde ik-kom-net-uit-bed-haar, de geelgroene ogen, de hartenbrekende glimlach en het gladde gezicht doen me altijd aan een Ken-pop denken. En bovendien is hij rotverwend.
‘Calli! Kom eens hallo zeggen!’ Mijn vader wuift me met zijn breedste glimlacht dichterbij.
‘Hier gaan we weer,’ kreun ik tegen Bruno en lach zo breed en fake mogelijk terug.
Reacties:
verder,
tis super ja,
en ik wil weer snel een vervolgje ^^
loveyou(l)!
Whaha x'D
OMG dat wat Bill zei x']
Echt grappig man =P
Snel verder maken n_n
Hij blijft nog steeds ubersupermegacoolgekgeweldigdingachtigiets n_n
Met andere woorden: Niet in één woord te omschrijven =P
Dankje voor het vertellen wanneer dit deel er was n_n
Ben gelijk gaan lezen =P
xByee!
Mwiiiiii ^^
En toen was ik weer helemaal opgefleurd
Ik denk dat ik een nieuwe addiction voel aankomen Ö x'
Anyways, dit is G E W E L D I G!
Me absolutly adores this story!
Gaan jullie snel verder daar zo samen?
Er is hier iemand heel trouw aan het wachten weet je!
Kusje!
xX <3.