Hoofdcategorieën
Home » De Hongerspelen » De 73 jaarlijkse Honger Spelen. » De parade
De 73 jaarlijkse Honger Spelen.
De parade
Die avond staan Struve en ik klaar in onze Paradewagen, omgekleed en al. Struve is gekleed in een strak pak met diamant accenten erop. Zijn haar is strak naar achter gekamd. Al met al ziet hij er erg aantrekkelijk uit. ‘Schrik zometeen niet.’ Waarschuwt Cinna, terwijl hij naar de afstandsbediening wijst. We kikken kort en dan begint het volkslied met spelen. Het paard begint in een rustig drafje te lopen. Ik merk dat Struve zenuwachtig met zijn voeten zit te tikken. ‘Zenuwachtig?’ Vraag ik. Hij kijkt me aan en schudt dan hevig zijn hoofd. ‘Nee, nee.’ Ik trek mijn wenkbrauwen op en lach. ‘Als jij het zegt.’ Ook al kan ik niet ontkennen dat ik niet zenuwachtig ben. De eerste Tributen zullen nu wel bij het publiek aankomen, aan het gejuich te horen. ‘Je ziet er mooi uit trouwens,’ Zegt Struve dan. Ik glimlach. ‘Dank je. Jij ook.’ Dan zijn we beiden stil, omdat we dicht bij het publiek komen. Ik hoop dat ik een goede indruk maak, dat ze gelijk verkocht zijn. Dan komt er een fel licht onder me vandaan en weet ik dat Cinna zijn afstandsbediening heeft gebruikt. De diamant accenten op Struve’s pak lichten ook op. Het gejoel uit het publiek klinkt nog harder dan eerst. Mensen wijzen met open monden naar ons. Ze springen, gillen, stoten elkaar aan. Ik zet een grote glimlach op waardoor het publiek nog wilder wordt. Ze vinden ons leuk. Ze vinden mij leuk. En dat was alles wat we willen bereiken. Ik vang een glimp op van de grote schermen waar Struve en ik op worden afgebeeld. Ik voel Struve’s klamme hand naar de mijne toegaan. Ik ben even in de war, maar dan pakt hij hem vast en houd onze handen in de lucht. Met nog meer gejuich als gevolg. We steken met kop en schouders boven de rest uit. En dat stelt me toch enigszins gerust. De Parade was een goede kans om de sponsors te overtuigen. Of in ieder geval een naam voor jezelf te maken. Voor ons staan de andere Parade wagens al op het plein in een half rondje klaar. Onze wagen mengt zich er tussen. Het geluid van het volkslied sterft langzaam weg. ‘Welkom, bij de 73ste Honger Spelen! En mogen de kansen immer in je voordeel zijn,’ Ik krijg de rillingen als ik hem op het podium zie staan. President Snow. Op tv vond ik hem altijd al een vieze kerel, maar in het echt is hij nog enger. Dan merk ik op dat Struve’s hand nog steeds in de mijne verstrengeld zit.Normaal zou ik me los wringen, maar ik weet dat hij zenuwachtig is. Dus ik laat hem maar, misschien help ik hem zo een beetje. Snow begint met een toespraak, maar ik luister niet. Het kan me niks schelen wat die vent zegt.
‘Dat was geweldig!’ Roept Effie als we terug zijn. ‘Dat valt me weer alles mee. Misschien, heel misschien, word het nog wel wat met jullie.’ Ze glimlacht breed, alsof ze ons net een compliment gaf. ‘Goed gedaan, schat.’ Prijst Haymitch me en legt zijn hand op mijn schouder. Ik schud hem los en knik kort in zijn richting. ‘Zullen we weg hier?’ Vraag ik dan als ik een paar andere Tributen naar ons zie kijken. Ik krijg er kippenvel van. Struve knikt. ‘Ik ben het met je eens.’ Hij legt zijn hand op mijn onderrug en dan lopen we met zijn alle weg, terug naar ons appartement. Ik denk dat die aanraking geruststellend bedoelt was, maar ik voel me er toch ongemakkelijk bij. Hij begint close te worden. En dat gaat alleen maar tegen zitten in de Spelen. Al voel ik dat hij oprecht is. Hij doet dit niet om mijn vertrouwen te winnen en daarvan gebruik van te maken, hij doet dit omdat hij me aardig vindt. ‘Oké, we moeten de tactiek voor morgen bespreken.’ Begint Haymitch als we aan het diner zitten. ‘Jullie praten zo min mogelijk met de andere Tributen. En, je laat ze niks van je kunsten zien.’ ‘Waarom niet? Zo schrikken we ze misschien wel af.’ Zegt Struve. ‘Denk je nou echt dat jullie de Beroeps af kunnen schrikken?’ Vraagt Haymitch spottend en lacht. ‘Wat Haymitch probeert te zeggen,’ Begint Effie. ‘We weten heel goed wat Haymitch probeert te zeggen,’ Onderbreek ik haar en richt me dan weer tot Haymitch. Nee, ik snap wel waarom 12 nooit een winnaar heeft. Als je hier al word in gepraat dat het je toch niet lukt, hoe moet je het dan in de arena redden? ‘Ik denk dat ik morgen maar eens weer pijl een boog ga schieten. Dat is al zo lang geleden.’ Zeg ik en leg mijn servet op de tafel. Ik schuif naar achter en loop weg. Al heb ik nog een toetje te goed, ga ik slapen. Ik kan alleen maar denken aan hoe erg ik Haymitch nu haat. Ik haat Haymitch, ik haat de Spelen, ik haat het Capitool, ik haat alles hier. En ik wil naar huis.
Aww, het begon zo mooi en ergens gelukkig en dan ineens BAM. Is ze triestig. Niet leuk.
Anyway, geweldig geschreven, verder!