Hoofdcategorieėn
Home » One Direction » Zoveel-shot » Dag 169.
Zoveel-shot
Dag 169.
Het was zeven uur. Donker. Het werk was over en rustig liep ik door de verlichte straten. Het was een normale dag, voor de meeste mensen. Voor mij was het de vijfde dag dat ik niet meer bij Harry thuis kwam, tegen Harry mocht praten of ook maar enkel contact had met de jongens behalve Zayn. Begrijp me niet verkeerd, Zayn is geweldig. Maar toch, ik mis de vrolijke energie die de jongens elkaar - en mij - geven, hun grappen, filmavonden, het veilige gevoel dat ik heb als ik bij hen ben.
De laatste vijf dagen waren rampzalig. Het schuldgevoel overweldigend. Zayn een fantastisch vriendje. Ik net een zombie. Ik kwam zo laat mogelijk uit bed om te douchen, eten, dan zou ik even tv kijken met Zayn. Dan liep Zayn mee naar mijn werk, waar ik mijn taak deed. ’s Avonds kookte ik eten behalve als ik late dienst had. Na het eten kwam Zayn weer langs, dronken we een kop thee, vroeg hij hoe het met me ging, antwoordde ik niet en keken we op mijn bed tv totdat ik in slaap viel.
De koele wind van deze avond beet in mijn wangen. Ik kon het niet meer aan. Ik kon dit grote vraagteken niet meer aan. Mijn handen probeerden zich warm te houden in mijn jaszakken toen ik me omdraaide en in de richting van Harry en Louis’ appartement begon te lopen. Het was niet heel veel verder maar toch leek het uren te duren. Misschien wel omdat ik verschillende scenario’s in mijn hoofd afspeelde, van kwaad tot erger. Misschien is hij er wel helemaal niet, hield ik mezelf voor. Ik wist eigenlijk niet waar ik op hoopte. Dat hij er juist wel, of juist niet was.
Toen ik voor de deur stond, werd ik zenuwachtig, mijn handen werden klam en een irritant gevoel nestelde zich in mijn maag. Ik verzamelde mijn moed en klopte op de deur. Na een paar minuten - die uren leken - ging de deur open en onbewust gleed mijn blik over Harry’s ontblote bovenlijf.
“O.”¯ mompelde ik toen ik mijn blik weer op zijn ogen focuste.
“Alisha.”¯ Fluisterde hij voor zichzelf. Hij keek iet wat geschrokken.
“Hoi.”¯ Mompelde ik droog. Ik schudde mijn hoofd. “Sorry, mag ik misschien binnen komen?”¯ Ik probeerde heel hard niet naar zijn lijf te kijken, mijn ogen op die van hem gericht te houden.
“Nou…”¯ begon hij twijfelend, waarna hij stil viel.
“Heb je bezoek?”¯ vroeg ik al voordat ik er erg in had. Ik moest het weten. Misschien troostte hij zichzelf wel met een of ander meisje.
“Nee, ik dacht dat het niet… kom binnen.”¯ Hij hield de deur open en iki glipte langs hem, proberend hem niet aan te raken. In zijn appartement plofte ik zenuwachtig op de bank en pulkte met mijn vingers aan een draadje van mijn jas.
“Je mag je jas uit doen, hoor.”¯ Vertelde Harry me met zijn scheve grijns. Ik glimlachte flauwtjes terug en deed snel mijn jas uit. Harry stond op twee meter van de bank, een beetje onwennig. We begonnen op hetzelfde moment te praten.
“Ik-“ Beide stil.
“Jij mag-“
“Oke.”¯ We gniffelden.
“Het spijt me zo, Harry.”¯ Gooide ik eruit toen ik op stond en naar hem toe snelde. Hij deed een klein stapje achteruit.
“Alsjeblieft.”¯ Zuchtte hij, vermoeid - net als vijf dagen geleden in de badkamer. Ik keek hem met grote ogen aan.
“Je had gelijk, Harry.”¯ Fluisterde ik. Ik boog mijn hoofd en kijk naar mijn schoenen.
“Wat bedoel je?”¯ vroeg Harry verward. Ik glimlachte licht.
“Dat het wat betekende. Ik zoende jou ook terug. Je hebt gelijk.”¯ Mijn stem was nauwelijks hoorbaar. Ineens stond er een extra paar schoenen voor die van mij, Neuzen bijna tegen elkaar. Geen seconde later voelde ik Harry’s vinger onder mijn kin die mij dwong hem aan te kijken.
“Waarom doe je dit?”¯ fluisterde hij, zijn ogen boorden zich in die van mij. Ik dacht even dat ik onder de kracht van zijn blik door mijn knieën zou zakken.
“Ik denk… ik weet het niet. Het is alleen… Ik wilde bij je zijn, ik wilde je geen pijn doen en ik wilde je al helemaal niet pijn zien lijden. Het is hartverscheurend, Harry. Het was verschrikkelijk. Ik weet niet wat ik wil maar… de afgelopen dagen hunkerde ik naar jouw geur, naar jouw armen en-“ Ik viel stil. Ik kon het niet zeggen. Ik al te veel gezegd. Ik was met Zayn, dit was slecht.
“Sorry, ik moet weg.”¯ Ik draaide me om en griste mijn jas van de bank. Ik liep voorbij Harry, maar op het laatste moment pakt ehij mijn pols vast.
“Wil je nog even blijven? We zouden praten…”¯ Zijn ogen leken wel een groen blauwe zee. Verdrietig maar ook hoopvol. Bijna smekend. Ik kon geen nee zeggen. Ik kon het niet. Ik had het wel moeten doen. Maar zijn ogen waren zo… mooi.
“Tuurlijk. Maar niet te lang.”¯ Waarschuwde ik nog.
Reacties:
Wauww! heb het net helemaal gelezen. En ik hoop dat je toch nog verder mag schrijven.
gaa plss, verder
mag ik een melding ??
greetz