Welkom op FanFic.nl

De Nederlandse website waar je fanfiction kunt lezen én schrijven.

Nu on-line: (0)

Home » One Direction » Until Death Do Us Apart » 16: Footprints

Until Death Do Us Apart

5 jan 2013 - 15:28

1295

9

582



16: Footprints

Ik wil jullie bedanken dat jullie nog steeds meelezen en ook wil ik alle nieuwe lezers bedanken. Jullie reacties zijn inspirerender dan ooit.<3

Het was ons op onmogelijke wijze gelukt aan het zicht van Mark en mijn vader te ontsnappen. Misschien hadden we dat beter niet kunnen doen, maar de tijd zal het leren. In ieder geval, we liepen nu in formatie door het bos - Ik voorop, geflankeerd door Zayn met daarachter Liam, geflankeerd door Louis en Niall. De voetsporen van Mark werden steeds vager, maar door het dunne laagje sneeuw waren ze nog te onderscheiden van het werkelijke pad. Ik kon hier en daar wel wat herkennen, dit was hetzelfde pad dat we hadden gelopen nadat Mark me had losgemaakt van de boom. Misschien dat zelfs de touwen er nog hingen, maar eigenlijk wilde ik het liever niet weten. Die herinnering was zo écht. Het was allemaal zo dichtbij gekomen en ik was er op dat moment heilig van overtuigd geweest dat ik dood zou gaan. Ik huiverde even, wat me een bezorgde blik van Zayn opleverde. Zwijgend liepen we daar, ons bewust van het feit dat overal gevaar op de loer kon liggen. Waren het niet de Panthers, dan was het misschien wel een wolf. Niemand van ons had namelijk enig idee waar we waren, het was in ieder geval zeker dat we of in Groot-Brittannië waren, of in Ierland, of in Schotland. Of ergens ertussenin.
‘’Sssht! Ik zie daar wat!’’ Siste Louis, waarna ik met een ruk stilstond en Zayn zacht tegen me op botste. We draaiden ons om en volgden Louis’ vinger, die in de verte naar iets wees. Ik kneep mijn ogen tot spleetjes, maar zag niets anders dan bomen en bladeren, gepaard met enkele rotsen.
‘’Waar dan?’’ Vroeg Niall zacht. Ook Liam en Zayn tuurden aandachtig, maar zagen naar mijn idee niets. ‘’Dat licht. Tussen die twee bomen.’’ Ik onderdrukte een grinnik en hoorde Liam hetzelfde doen. Tussen die twee bomen. Ja, Louis, ja. Welke van de duizend?
‘’Wacht.. Ik.. Ik zie het!’’ Siste Zayn. Ik tuurde nog beter en na enkele seconden zag ik het ook. Liam en Niall mompelden nog steeds dat ze niets zagen, maar het was nu vrij duidelijk.
In de verte, écht ver, brandde licht. Ik kon niet zien waarvan het afkomstig was, maar het was vrij duidelijk dat het óf een huisje moest zijn óf een weg met een lantaarnpaal. Dat laatste leek me onmogelijk, want Mark en ik hadden een flink stuk door het bos moeten lopen eer we bij ons hutje aankwamen. Twijfelend wisselden we wat blikken. Moesten we heengaan? Of hier blijven?
‘’Ik vind dat we moeten gaan kijken. We zitten al drie dagen te niksen.’’ Opperde Louis. Ik fronste, niet wetend wat te moeten denken. Aan de ene kant wilde ik terug lopen en doen alsof er niets gebeurd was. Gewoon weer luisteren naar het getokkel van Niall. Aan de andere kant - en dat deel nam steeds meer de overhand - wilde ik weten waar die lichtbron vandaan kwam. Zoals Louis al had gezegd - we deden al drie dagen niets. Niall schudde echter zijn hoofd, waardoor zijn blonde haren vrolijk op en neer dansten.
‘’Waarom niet?’’ Vroeg Louis met opgetrokken wenkbrauw. Ik zag dat Niall kleurde en met het puntje van zijn schoen door de modder wroette.
‘’Omdat.. Ik.. Ik ben bang oké.’’ Hij keek van Louis naar de rest en weer terug, zijn ogen waren groot. Gelukkig begon Louis noch iemand anders te lachen. ‘’Oké. Het is ook best eng.’’ Gaf Zayn toe. Ik knikte en de rest volgde mijn voorbeeld.
‘’Laten we morgen ochtend teruggaan. Misschien met Mark erbij. We kunnen de bomen markeren en - ‘’ Ik stak mijn hand op en snoerde daarmee Louis de mond. ‘’Wat is..’’
Louis bleef met zijn mond open staan, maar staakte het praatten. In de verte, bij de lichtbron, bewoog iets. Het was weliswaar ver weg, maar toch. Ik was er vrij zeker van dat er iemand liep. We schuifelden allemaal wat naar elkaar toe en staarden enkel naar de bewegingen die nu duidelijk te onderscheiden waren van de ritselende bladeren. Het was een persoon of een dier, ik kon er geen hand op leggen. Eigenlijk wilde ik dichterbij gaan, maar hield rekening met Niall en de rest. Ik wist namelijk bijna zeker dat alleen Louis en ik verder wilden. Oprecht verder wilden. Zayn zou nooit laten merken dat hij bang was, echt niet. Net zo min als dat Liam dat zou gaan doen. Toch was het aan alles te merken, hun opengesperde ogen en onregelmatige ademhaling. Louis daarentegen deed al een kleine stap naar voren. Niall legde zijn hand op Louis’ schouder en trok hem zachtjes terug. ‘’Niet doen, Lou.’’ Fluisterde hij. Louis keek even achterom en schudde zijn hoofd. Ik volgde de bewegingen in alle details, terwijl het waziger en waziger werd. Wat het ook was dat bewoog, het ging steeds verder weg. Tot dat het zich helemaal aan mijn zicht onttrok.
Verlichtende zuchtten kwamen uit de monden van de jongens en ik keek hen één voor één aan. De voetsporen van Mark gingen echter niet die kant op, maar dat zei niets. Misschien had hij wel een omweg gemaakt. Heel even, voor een enkele seconde, kwam het idee bij me op dat Mark misschien wel een verrader zou kunnen zijn. Wat nou als hij een spion van de Panthers was? Dat we daarom zo lang niets hoorden? Gauw schudde ik mijn hoofd. Hij had me allang kunnen vermoordden. Allang.
‘’Zullen we terug? Misschien moeten we dit bespreken.’’ Liam wees achter zich, waar onze voetsporen vandaan kwamen. Misschien had hij gelijk. Misschien ook niet. Stel dat we naar Mark en mijn vader toegingen en vertelden wat we hadden gezien. Dan wisten ze dat we weg waren geweest. Bovendien wekte dat argwaan. Nee, we konden dit beter verzwijgen.
Voor nu, althans.
Ik keek even voor me, waar het voetspoor van Mark nog door ging. Ik wilde het graag volgen, maar het begon al te schemeren. Het beste was dat we nu eerst terug gingen. Ik hoopte dat het niet zou gaan regenen, misschien zaten de sporen er morgen dan nog. Ik nam mezelf voor Mark een klein beetje in de gaten te houden, gewoon voor het geval dat. ‘’Oké, we gaan.’’ Zei ik.

We liepen de open plek weer op en er was nog geen spoor van Mark of mijn vader te bekennen, gelukkig. Als ze zouden weten dat we weg waren, konden ze nog wel eens kwaad worden. Ze hadden dit immers gedaan voor onze veiligheid. Tenminste, dat hield ik mezelf voor.
Terwijl we richting het blok hutje liepen, voelde ik de drang om even met mijn vader te praten. Niet over wat we gingen doen, niet over wat er komen zou, maar over hem. Hoe het met hem ging. Hoewel ik al die jaren had gedacht dat hij een verrader was en ons in de steek had gelaten, had ik hem altijd gemist. Vooral als het weer eens Kerst was, wat overigens nog maar twee week duurde. Ik wilde niet aan de situatie denken die zich op dat moment wel eens af zou kunnen spelen.
Zayn pakte mijn arm vast en trok me iets naar achteren, zodat we wat langzamer liepen. Niall, Liam en Louis liepen echter stug door, merkten niets.
‘’Gaat het?’’ Fluisterde Zayn, terwijl hij onopvallend over mijn arm streelde. Ik keek opzij, liet me gevangennemen door zijn wonderlijke ogen.
‘’Ja, best.’’ Antwoorde ik. Eigenlijk wist ik niet zo goed of dat waar was. Ik voelde me weliswaar prima, maar kon de beklemmende gedachte niet van me afschudden. De gedachte dat ik hier was, met de jongens en mijn vader. En Mark. Maar vooral met mijn vader. ‘’Ik hou van je.’’ Fluisterde hij zo zacht, dat alleen ik het had kunnen horen.
‘’Ik ook van jou, Zayn. Meer dan je jezelf ooit zou kunnen bedenken.’’

Speciaal voor Bodine, omdat zij net zoals Harry argwaan heeft
tegenover Mark.


Reacties:

1 2

dreamangel zei op 5 jan 2013 - 18:04:
snel verder


sophie
sophie zei op 5 jan 2013 - 16:40:
inderdaad snel verder!
&ik wil een zoenende Zarry! (:


candyXbar
candyXbar zei op 5 jan 2013 - 16:20:
Jskaod helemaal met 1DiiloveNiall eens!


1Diloveniall
1Diloveniall zei op 5 jan 2013 - 15:45:
Ik hou net zoveel van jou verhaal, als dat Harry van Zayn houdt en andersom.

En ik wil jou bedanken dat je nog steeds doorschrijft. Ik vind het persoonlijk het beste verhaal wat ik heb gelezen tot nu toe hier.

En nu snel verderr! Ik moet en zal lezen tot hoofdstuk 23