Hoofdcategorieën
Home » Harry Potter » The Goblet of Fire » De Zweinsteinexpres
The Goblet of Fire
De Zweinsteinexpres
'Alle boeken bij je? Galagewaad? Toverstok?' Mijn moeders wenkbrauwen staan in een bezorgde frons en ze kijkt me met een geforceerde glimlach aan. 'Allemaal. Ga je me ook nog volgen in de trein?' zeg ik om haar te kalmeren, hoewel ik irritatie betrap in mijn stem. Door de dikke rookwalmen van de trein is mijn moeder's gezicht het enige wat ik duidelijk kan zien en ik realiseer me hoe erg ik haar ga missen dit jaar, ook al is het mijn laatste jaar. Ik geef haar een stevige knuffel en omdat ik weet hoe bezorgd ze zich nog maakt om Sirius Zwarts, die vorige zomer is ontsnapt uit Azkaban, fluister ik in haar oor dat het goed komt. Daarna ren ik naar Carlo, die tijdens het tafereel heeft staan wachten op me.
'Hoi!' zeg ik, en ik stap achter hem de trein in, die volgestampt is met eerstejaars die nerveus en al in hun gewaad op hun plek zitten, en laatstejaars die hun vrienden weer terugzien en vertellen over hun geweldige zomer. Carlo en ik zoeken onze gebruikelijke cabine op achterin de trein, waar Daphne, mijn beste vriendin, zit te wachten terwijl ze haar kat Minus en de rat van een jongen genaamd Leon wanhopig uit elkaar probeert te houden. Als ze me ziet klaart haar schattige gezicht met die grote bruine ogen op en springt ze op om me een knuffel te geven. 'Ella!'
De rest van haar zin gaat verloren in mijn blonde krullen en ik zie dat achter ons Minus de rat van Leon te pakken heeft gekregen.
'Ik heb je gemist!' roep ik uit. Het is eigenlijk nog maar een week geleden dat ik haar nog heb gezien, bij de Wegisweg, om onze schoolspullen te kopen, maar voor twee hartsvriendinnen die elkaar bijna elke les zien en naast elkaar slapen is een week een lange tijd om niet bij elkaar rond te hangen. We gaan zitten en praten over wat we de week ervoor nog aan voorbereidingen hadden moeten treffen. Als ik vertel over dat ik mijn galagewaad kwijtraakte, kijkt Daphne zo verschrikt dat ik in lachen uitbarst.
Ondertussen zijn bijna alle cabines en alle coupés gevuld en zwaaien de ouders hun zonen en dochters heftig uit. Vlak voordat de trein begint te rijden komen Carlo en Leon terug en ploffen lachend neer tegenover Daphne en mij. Leon is een magere jongen met donker haar en hele duidelijke jukbeenderen, die mooi zouden staan als hij een voller gezicht zou hebben, maar die er nu alleen maar voor zorgen dat Leon er uitgemergeld uitziet. Behalve als hij lacht, dan wordt het effect een beetje afgezwakt.
Zelfs dan kan hij, wat schoonheid betreft, niet tippen aan Carlo. Niemand op Zweinstein kan tippen aan Carlo. Met dat lichtbruine, gemengd met goude haar, die groenblauwe ogen en die sympathieke glimlach. Ja, niemand kan tippen aan Carlo - en dat merkt hij. Vooral de meiden uit Ravenklauw zitten achter hem aan. Ik glimlach om het feit dat hij er totaal niet verlegen of arrogant van wordt. Carlo blijft gewoon Carlo.
'Luce, heb jij ook iets van je vader gehoord over die mysterieuze verrassing, dit jaar op Zweinstein?' Om heel eerlijk te zijn, dat heb ik wel. Als een hoofdmonitor en dochter van iemand die bij de Afdeling Magische Sport en Recreatie werkt, weet je dat dit jaar het Toverschool Toernooi te vinden is op Zweinstein. Je weet dan ook alles over de geschiedenis van het Toernooi; over dat het 100 jaar afgeschaft is geweest omdat er teveel leerlingen stierven, dat er drie scholen aan meedoen, waarvan twee uit het buitenland..
En dat het winnen van het toernooi eeuwige roem en een heleboel galjoenen betekent. Ook heb ik van mijn vader gehoord dat ik het niet in mijn hoofd moet halen om te proberen mee te doen, ook al ben ik oud genoeg - wat tevens een nieuwe toevoeging is aan het reglement, je moet sowieso zeventien zijn om mee te doen aan het Toernooi. Maar niemand van de leerlingen mag weten over het Toernooi, dus ben ik gedwongen om tegen mijn vrienden te liegen.
'Nee, wat is er dan?' zeg ik dus met mijn meest verbaasde stem. Ik zie aan Carlo's opkrullende mondhoek dat hij me niet gelooft, maar hij zegt niets en Daphne heeft ook niets door. Enthousiast begint ze te vertellen. 'Mijn god Ella, mijn vader heeft het er al de hele zomer over! Hij blijft maar doorgaan over dat het al zo lang niet meer is geweest en nu wel weer! Het hele ministerie staat op z'n kop, en na wat er gebeurd is op het wereldkampioenschap zwerkbal is er overal chaos. Wist je dat de andere scholen niet aan het begin van het jaar komen? Ik -'
'Niemand hoort dit te weten, Daphne!' roep ik lachend tegen haar. Ze kijkt om zich heen, en ik zie dat ze bedenkt wie allemaal niet mag weten wat ze zo graag wil zeggen. Haar ogen rusten op Leon's gezicht, en de jongen uit Griffoendor slaat onschuldig zijn ogen omhoog. Daphne lacht, maar houdt zich wel stil. Mijn beste vriendin is een kwebbelkous, en weet vaak niet wanneer ze stil moet zijn, maar mijn waarschuwende blikken geven haar meestal wel een zetje in de juiste richting. Het regent zo hard dat we bijna moeten schreeuwen om boven de tikkende regendruppels op het dak uit te komen en door de waas van regen op de ramen kunnen we buiten bijna niets zien, maar ik vind het een gezellige omgeving. Het doet me denken aan de tijd met mijn vader, toen we op vakantie waren in Schotland en we niet naar buiten konden vanwege het weer, en we daarom twee dagen lang bordspelletjes hebben gespeeld. Ik glimlach bij de gedachte en realiseer me weer eens hoe erg ik hem mis, sinds hij op zoek is gegaan naar een van zijn collega's. Hij is nu al weken weg, en het ziet er niet naar uit dat ze Berta Kriel in Roemenië gaan vinden, maar pa is vastbesloten haar terug te vinden, dus reist hij de hele zomer al zoekend rond door de bossen.
'Waar is Robert?' vraag ik aan Carlo. Robert is de persoon die altijd het meest aanwezig is in een gezelschap,en die de beste vriend is van Carlo. De twee jongens kunnen in geen enkel opzicht minder op elkaar lijken. Carlo is vriendelijk en subtiel, waar Robert bot en onbeholpen is. Carlo is lang, knap en geliefd, terwijl Robert's toegeknepen ogen, sluike, zandkleurige haar en vreemde persoonlijkheid ervoor zorgen dat hij gemeden wordt door de meeste meiden. Maar Robert kan niet zonder Carlo, en Carlo kan niet zonder Robert. Op de kleuterschool hielpen ze elkaar al hoger te schommelen dan elk ander dreuzelkind en de eerste paar jaren op Zweinstein hebben ze elkaar wel erg vaak uit de problemen geholpen. Het komt me dan ook vreemd voor hem en zijn prominente persoonlijkheid niet in deze coupé te vinden.
Carlo grimast. 'Geen idee. Vast bij zijn nieuwe vrienden,' antwoordt hij. Ik krijg zoveel nieuwe vragen in mijn hoofd die ik, na het zien van zijn gezicht, toch maar niet stel. 'Gaat het goed met je?' vraag ik hem wel. Hij glimlacht treurig naar me en zegt van wel. Ik denk dat ik het antwoord al wist voordat ik het vroeg, en het was zeker niet wat hij zei.
hey, dit ziet er echt leuk uit, melding als er nog een stuk komt?