Hoofdcategorien
Home » Tokio Hotel » I'm not different, I'm a human too [AFGEWERKT] » 8. Wakker(?)
I'm not different, I'm a human too [AFGEWERKT]
8. Wakker(?)
***pov. Tom:Met Bill en Sam knuffelend op de achterbank rij ik naar het ziekenhuis. Volgens mij zijn die gasten op mijn achterbank meer dan zomaar verliefd hoor. Je zou ze eens moeten zien. Al de hele week is Bill niet thuis geweest, alleen om af en toe een pak papieren te nemen. Natuurlijk gun ik Bill zijn geluk. Ik ben blij dat hij ontdekt heeft dat hij op jongens valt. Ik zou niet weten hoe lang het geleden is dat hij een relatie heeft gehad en dat zal door zijn twijfeling komen. Nu is hij verliefder dan in al zijn andere relaties. De manier waarop hij naar Sam kijktongelofelijk gewoon. Ik ben blij voor Bill. Het maakt mij ook wat gelukkiger. Door Bill gelukkig te zien, vergeet ik de pijn een beetje maar dat wil niet zeggen dat de pijn volledig weg is. Ik denk nog elke dag aan Lot, ze blijft me achtervolgen, zelfs in mijn dromen. Ik geef toe dat ze meestal de hoofdrol speelt in mijn dromen die gelukkig geen nachtmerries zijn. Ik droomde dat we samen op vakantie gingen en dat we s avonds romantische strandwandelingen maakte, dat we samen in een band speelden en dan wereldberoemd werden en zo van die dingen. Het ging altijd over iets dat we samen deden of hadden verwezenlijkt. Zoals gewoonlijk vond ik het spijtig als ik wakker werd, ik wou verder dromen over Lot maar dan kwam mam binnenlopen om te zeggen dat ik moest opstaan en moest ik wel uit mijn bed komen. Ik heb ook gedroomd dat Lot wakker werd en ik hoop dat deze droom echt uitkomt. De meeste mensen zeggen dat dromen nooit uitkomen maar deze droom mag van mij zo snel mogelijk uitkomen en het liefst vandaag of morgen. Het enige misschien toch wel leuke is dat Bill een platencontract heeft aangeboden gekregen. Hij heeft me verteld dat er 2 mensen van Universal Duitsland naar hem zijn komen luisteren en gisteren kreeg hij een telefoontje van die David. Ze wouden hem graag lanceren en hebben hem dus een platencontract aangeboden. Natuurlijk heeft Bill niet meteen toegezegd, hij wou er over nadenken en dat vind ik het verstandigste. Meteen toezeggen zou ik ook niet doen als ze het aan mij zouden vragen. Ik hoop natuurlijk dat Bill toezegt en dan zo echt zijn droom kan waarmaken. Hij heeft er altijd van gedroomd om van zingen zijn beroep te maken.
Ik parkeer mijn auto op de parking en loop het ziekenhuis in. Sam en Bill lopen voor me uit naar de kamer waar Lot nu al veel te lang ligt. En nog steeds ziet ze er hetzelfde uit. Ze zal schrikken als ze wakker wordt, Sam heeft al haar make-up weggeveegd. Ik blijf even in de deuropening staan en kijk naar Sam die, Bills hand vasthoudend, tegen Lot praat. Zijn ogen staan waterig, zijn make-up gaat bijna over zijn wangen rollen. Binnen 3 weken wordt ze 18. snikt hij zachtjes. Ik wil dat ze haar 18e verjaardag kan meemaken. Bill slaat bemoedigend een arm om Sam heen en leidt hem dan maar de kamer uit voor hij helemaal in tranen uitbarst. Zo gaat het elke dag. Sam, Bill en ik gaan naar het ziekenhuis, Sam en Bill gaan eerst bij Lot en dan ik. Voorzichtig loop ik naar het witte bed, ga op de bedrand zitten en neem Lot haar hand vast. Het is nog altijd even koud en wit. Het enige dat gekleurd is aan haar handen zijn haar nagels. Ze zijn felgroen gelakt en vallen op tegenover het witte dekbed. Ik mis je, Lot. fluister ik zacht, niemand mag het horen. Je moet terugkomen want, Lot, ik- Ik word onderbroken door de deur die opengaat. Tommie, kan ik je even spreken? Lila? Wat doet zij hier nu weer? Zich verontschuldigen? Daar is het wel wat laat voor. Nee. antwoord ik kordaat zonder haar aan te kijken. En noem me geen Tommie. Tom, alsjeblieft. Lila komt op me afgelopen. Lila, ga weg voor ik jou ook in een coma sla. Gelukkig komt er een verpleegster binnen aan wie ik kan vragen om Lila weg te sturen want ik denk niet dat ze uit zichzelf zou weggegaan zijn. Lot, Lila was hier maar ze is al terug weg. fluister ik. Ik heb ze weggestuurd. Oké, dat is gelogen maar Lot zal het toch niet te weten komen. Tot morgen. zucht ik als ik merk dat Bill en Sam terug zijn. Ik druk een luchtig kusje op Lot haar wang en loop dan de kamer uit maar net als ik de deur wil opendoen hoor ik iets. Je mag niet liegen, Tom. Geschrokken draai ik me om. Het was verschrikkelijk stil gezegd maar ik heb het wel gehoord. Lot?! roep ik blij. Haar ogen zijn open, haar handen bewegen en op haar gezicht staat een kleine grijns. Met ingehouden tranen loop ik naar haar toe. Oh, Lot, je weet niet wat je me aangedaan hebt. Sam en Bill komen nu ook de kamer ingelopen. Snel druk ik op de alarmknop naast het bed zodat er een dokter komt.***Na een paar uur gaan Sam en Bill naar huis maar ik blijf nog even bij Lot. Wat wou je zeggen toen Lila binnenkwam? vraagt Lot en neemt mijn hand zwakjes vast. Heeft ze dat gehoord? Nu moet ik het misschien echt wel zeggen. Niets belangrijk. Ik zal het wel een andere keer zeggen. glimlach ik en druk een kus op de rug van haar hand. Ik heb je gemist. vertrouw ik haar toe. Ik wou dat ik hetzelfde kon zeggen. fluistert ze terug. Geeft niet. Ik weet dat je me gemist hebt. fluister ik in haar oor en ga even boven haar gezicht hangen. Even ziet het ernaar uit dat dit het moment wordt maar ik hoor de deur opengaan. Zuchtend in mezelf ga ik terug op de bedrand zitten. Het bezoek uur is voorbij. deelt een verpleegster mee. Met tegenzin sta ik op en wil de kamer uitlopen maar Lot neemt zwak mijn hand vast. Tom, wil je niet bij me blijven? Lot, dat mag niet. Ik moet hier weg. fluister ik maar hoop toch dat ik mag blijven. Ik vraag wel of je mag blijven. zegt Lot lachend en drukt al op de alarmknop naast haar bed. Na wat overleg met de dokters en verpleegsters mag ik toch blijven maar ik mag niet bij Lot in bed kruipen maar dat was ik eigenlijk niet van plan. Ik zal wel op een stoel slapen of zo. Waarom wil je eigenlijk dat ík bij je blijf en niet Sam? vraag ik aan Lot want dat snap ik toch niet. Sam is haar broer en waarschijnlijk ook beste vriend dus is het toch normaal dat je wilt dat die bij je blijft maar bij Lot is het blijkbaar anders. Ik zou ook liever willen dat Bill bij me zou blijven dan dat bijvoorbeeld Axl bij me zou blijven. Omdat ik gezien heb dat Sam bij Bill wou zijn. antwoordt Lot. En omdat ik je echt wil leren kennen en dan bedoel ik echt goed leren kennen. Een mooie glimlach verschijnt op haar gezicht. Glimlachend ga ik naast haar zitten. Ik wil je ook wel goed leren kennen. grijns ik.
***pov. Lot:Weten dat er iemand van je houdt die geen familie is, dat is hetgeen ik nu voel en het voelt fantastisch. Tom heeft me verteld dat hij elke dag bij mijn bed zat en dat stel ik zeker op rij. Ik hoorde niet wat hij zei toen hij naast me zat en ik sliep. Pas toen ik bijna wakker was, hoorde ik wat hij zei. Hij wou net iets zeggen toen er iemand binnen kwam en ik wil zo graag weten wat hij wou zeggen. Je moet terugkomen want, Lot, ik Dat was wat hij zei. Daarna niks meer. Ik vind het zo spijtig dat hij het niet wou vertellen want misschien is het belangrijk maar ja, het is zijn beslissing. We hebben uren zitten babbelen en het doet goed om nog eens met iemand goed te kunnen praten. Ik heb Tom mijn hele levensverhaal verteld, net als hij dat aan mij verteld heeft. Hij schrok van het feit dat ik nooit echt vrienden heb gehad en ook dat ik nog nooit een vriendje heb gehad. Ik wist dat hij daarvan zou schrikken maar zon ramp is dat toch ook weer niet. Als je op de ware wacht, is het toch normaal dat je geen hele waslijst vriendjes hebt gehad. Natuurlijk wil ik een vriendje, iemand om van te houden maar ik heb de ware nog altijd niet gevonden. Misschien is Tom wel Daarstraks was er toch een bijna-kus-moment maar dat zal wel niks betekent hebben voor Tom. Voor mij wel. Ergens heb ik het gevoel dat mijn lichaam ernaar snakt om bij Tom te zijn, elke seconde van de dag. Ik kan er niet aan doen, ik kan het niet tegenhouden en dat wil ik niet maar toch Ik denk toch dat Tom geen gevoelens voor me heeft dus eigenlijk is het wel tevergeefs. Het is wel teleurstellend, ik ben voor de eerste keer verliefd, denk ik toch, en die liefde wordt niet beantwoord. Ik ben nog nooit verliefd geweest dus eigenlijk weet ik niet hoe verliefd zijn voelt maar hetgeen ik nu voel is een heel nieuw positief gevoel voor mij dus zal het wel verliefdheid zijn. Vanuit mijn ooghoeken kijk ik naar Tom die, in een deken gewikkeld, ligt te slapen op de stoel naast mijn bed. Hij is echt zo schattig, zo lief. Voelde hij maar hetzelfde voor mij als ik voor hem. Ik wil mijn hand bewegen maar zie dan dat Tom het nog steeds vastheeft. Er zit ook een slangetje in dat me verschrikkelijk irriteert. Ik ben er niet bang voor, het is nodig maar ze konden het toch een beetje minder vervelend maken. Kreunend draait Tom zich om op zijn stoel waardoor hij van die stoel valt. Ik kan een onderdrukte grinnik niet binnenhouden. Natuurlijk wordt Tom door zijn val wakker. Zijn slaperige oogjes kijken me aan. Goeiemorgen. giechel ik. Het voelt goed om je zo te zien. glimlacht hij in plaats van kwaad op me te zijn omdat ik hem uitlach. Ik ben blij dat ik je gelukkig kan maken. fluister ik en weet niet eens waarom ik fluister. Maar euh, zeg ik dan duidelijk, moet jij niet naar school? Tom schiet meteen in de lach. Wat? vraag ik geïrriteerd door zijn gelach. Lot, het is zondag. grinnikt Tom en kruipt eindelijk van de grond. Zondag? vraag ik verwonderd. Dan is het tijd voor koffiekoeken. Ik besef pas dat het er droog uitkwam als Tom terug op de grond ligt van het lachen. Wat? Het is waar. Ik kruip uit mijn bed, neem de baxter vast en wil een stap zetten maar wankel op mijn benen. Kom maar. Tom slaat een arm rond mijn middel en leidt me naar de deur van mijn kamer. Voetje voor voetje lopen we door de ziekenhuisgang terwijl er een paar mensen ons nakijken. Ze zijn het niet verleerd blijkbaar. mompel ik kwaad. Trek je er niks van aan, Lot. Ze kijken naar je omdat je zo mooi ben. antwoordt Tom. Ik kijk hem aan maar hij kijkt niet terug, hij kijkt voor zich uit en wijkt even uit voor een rolstoel. Na ongeveer 5 minuten komen we aan bij de cafetaria. Ik zet me aan een tafeltje en wacht tot Tom met een dienblad recht tegenover me komt zitten. 2 croissants en 2 bekers koffie, dat staat er op het doenblad. Dankje. glimlach ik als Tom een bordje en een beker naar me toeschuift. Beetje voor beetje eet ik de croissant op. Tom schrokt hem gewoon naar binnen maar ik geniet er van. Als ik een slok van mijn beker koffie drink, kijk ik vanachter mijn haar naar Tom. Hij staart dromerig voor zich uit. Misschien denkt hij terug aan Lila. Alhoewel, hij heeft haar toch weggestuurd dus misschien denkt hij aan een ander meisje. Ieder meisje behalve ik waarschijnlijk. Klaar? vraagt Tom als ik hem al een tijdje aan zit te staren. Gelukkig had hij het niet door. Ja. antwoord ik voldaan en wil opstaan maar Tom komt me al toegesneld om me te helpen opstaan. Ik kan wel zelf lopen hoor. lach ik maar ik voel aan mijn benen dat ik lieg. Nee, dat kan je niet. zegt Tom eigenwijs. Als ik hier niet zou zijn, zou jij niet op je benen kunnen staan. Kom. Hij slaat zijn arm weer om me heen. Een warme tinteling gaat door me heen door zijn pink op het stukje blote huid tussen mijn trainingsbroek en mijn shirtje. Met mijn baxter in mijn ene hand en mijn andere arm rond Tom geslagen loop ik terug naar mijn kamer. Terug in mijn kamer tilt Tom me terug in bed en slaat hij het deken weer over me heen. Al snel trek ik het deken van me af, ga met mijn rug tegen mijn kussen zitten en laat het deken over mijn benen liggen. Verveeld pulk ik aan de gips die rond mijn rechterarm hangt. Ik mis mijn gitaar. pruttel ik verdrietig. Met 1 arm kun je geen gitaar spelen. merkt Tom slim op. Hij kom naast me op het bed zitten en slaat een arm om me heen. En toch mis ik mijn gitaar. blijf ik doordrammen. Ik zal aan Bill vragen of hij ze meebrengt. Tom staat terug op en loopt de kamer even uit om te bellen. De hele tijd blijf ik naar hem kijken. Waarom is hij zo mooi, zo lief en zo perfect? Als hij nu zo bruut zou zijn als het maar kan, zou ik tenminste niet van hem gaan houden. Als hij zoals Axl zou zijn, zou ik zeker niet van hem gaan houden. Tom loopt heen en weer in de ziekenhuisgang, zijn gezicht staat serieus, te serieus. Ik kijk maar weg, op die manier is Tom niet zo mooi. Ik schrik als de deur van mijn kamer open gaat maar Axl in plaats van Tom binnenkomt. Hey, goed dat je terug wakker bent. glimlacht Axl en komt naast me zitten. Er gaat een rilling door me heen als hij zijn arm om me heen slaat. Ik heb je gemist. Oh help, dit wou ik nu eens niet horen. Van Tom wil ik het maar al te graag horen maar van Axlnee, toch niet. Ik deins achteruit als Axl zijn hoofd dichter bij het mijne komt. Ik lach even ongemakkelijk als Axl me terug tegen zich aantrekt. Zijn gezicht komt weer dichterbij en deze keer kan ik niet terugdeinzen want Axl heeft me stevig vast. Ik schrik als hij over me heen komt hangen, mijn polsen stevig vast neemt en dan, zonder aanleiding, zijn lippen op de mijne drukt. Krampachtig spartel ik heen en weer maar het helpt niet. Ik wil mijn hoofd wegdraaien, met mijn benen spartellen maar het lukt allemaal niet. Axl slaan kan ik ook niet, hij heeft mijn polsen vast. Hoe meer ik spartel, hoe steviger hij mijn polsen vast neemt. Natuurlijk zit mijn pols in het gips maar daar trekt Axl zich niks van aan, hij heeft het gips goed vast. Door het spartellen doet mijn gebroken pols verschrikkelijk veel pijn maar ik heb het er voor over, als Axl me maar loslaat. Uiteindelijk laat hij me ook los maar het komt gewoon doordat hij wordt weggetrokken door Tom. Godverdomme, klootzak! Maak dat je weg komt! Hij duwt Axl de kamer uit. Ik zie dat hij hem nog wilt slaan maar zich inhoudt. Bijtend op mijn lip voel ik tranen opkomen. Als Tom me in zijn armen neemt, rollen ze echt met grote aantallen over mijn wangen. Ik wou dit niet en ik wil ook niet van Tom houden. Hij houdt niet van mij, hij houdt van me als vriend maar meer niet. Luid snikkend sla ik mijn armen rond Tom zijn nek. Dit wil ik echt blijven doen maar dat zal ik waarschijnlijk niet kunnen. Ik zal het nooit meer kunnen doen. Wedden dat hij volgende week al terug een vriendinnetje heeft en mij met een gebroken hart achterlaat. Bij die gedachte druk ik me nog wat dichter tegen Tom zijn lichaam. Lot, gaat het? vraagt Tom bezorgd. Het mag niet. blijf ik herhalen. Het mag niet. Wat mag er niet? vraagt Tom, weer klinkt zijn stem bezorgd. Het mag gewoon niet. fluister ik voor de laatste keer. Ik laat Tom langzaam los en draai me in mijn deken. De tranen blijven rollen, mijn snikken blijven door de kamer klinken. Ik laat je wel even alleen. hoor ik Tom zeggen maar ik hou hem snel tegen. Nee, niet weggaan! roep ik en veer recht. Ik wil dat je bij me blijft. En het liefst voor altijd, maar dat zeg ik niet. Als jij dat wil, blijf ik graag bij je. Tom komt weer naast me zitten en slaat zijn armen weer om me heen. Ik zal het hem betaald zetten. fluistert hij en wrijft troostend over mijn rug. Ik zal het hem betaald zetten.
Reacties:
Er zijn nog geen reacties op dit verhaal.