Welkom op FanFic.nl

De Nederlandse website waar je fanfiction kunt lezen én schrijven.

Nu on-line: (0)

Home » A-Team » Where are the prisoners? » Where are the prisoners? Deel 4 (37-48)

Where are the prisoners?

17 mei 2013 - 23:26

9973

0

293



Where are the prisoners? Deel 4 (37-48)

FACE
"Gaat het weer een beetje?" vraagt één van de mannen.
Ik knik een keer.
"Mooi zo," antwoordt de man.
Ik ga voorzichtig zitten en vraag: "Waar was dat allemaal voor nodig, met die gasmaskers en alles er om heen?"
"Dan komen die MP's je tenminste niet zoeken," antwoordt één van de mannen.
"Nog bedankt dat jullie me daar weg hebben gehaald."
"Geen dank vriend," zegt Troy want hij had zich al voorgesteld.
Ik krijg een bordje met twee boterhammen maar neem er geen hap van.
"Sorry, ik heb niet zo’n honger," zeg ik.
"Ach joh, dat geeft niet," zegt één van de andere mannen.
Na een tijdje begint toch mijn maag te knorren en eet ik één boterham op. Vijf minuten later staat er opeens een vrouw in de kamer.

SHEIRYS
Ik zat naast James in de auto, als ik gebeld word. Ik neem op, het is Troy. Hij heeft Face. Ik grijnsde en hing op.
'James, rij even om, wil je? Troy heeft Face te pakken en dat kunnen we goed gebruiken!'
James knikte en draaide de auto scherp bij. Hij drukte het gaspedaal stevig in, we scheurden er vandoor.
Een kleine tien minuten later waren we bij Troy's huis. Ik stapte snel uit en opende de deur. Face zat net een boterham te eten. Ik knikte goedkeurend. Snel liep ik door. Hij lag op een brede bank en ik ging naast hem zitten. Ik streek hem even over zijn voorhoofd en alsof er niemand in de kamer was, zoende ik hem spontaan op zijn mond. Hij keek me verbaasd glimlachend aan. Hoewel hij niet veel meer wist, wist hij wel hoe hij moest zoenen. Ik praatte wat met hem, uitte mijn 'bezorgdheid' en drukte verontschuldigingen uit dat ik echt weg moest! Ik had een belangrijke afspraak. Face keek me bewonderend aan en glimlachte tevreden. Ik gaf hem een klein kusje en liep toen de kamer uit.
Snel liep ik naar de Chevrolet van James en stapte in.
'Rijden maar,' commandeerde ik met een glimlachje.
Een klein halfuurtje later waren we bij Gio's huis. Hij deed de deur open. Als altijd was ik een beetje onder de indruk van hem. Hij was een knappe man met een Italiaans voorkomen. Hij was altijd heel galant, ook deze keer. Hij opende de autodeur, hielp me met uitstappen, gaf me een handkus en complimenteerde mijn uiterlijk. Ik voelde dat hij iets in mijn hand drukte, maar ik deed of ik het niet doorhad. Ik glimlachte wat en praatte met hem. James gaf de autosleutels aan een hulpje en liep met één hand nonchalant in zijn broekzak naar ons toe. Ik stelde hen aan elkaar voor. Daarna liepen we naar binnen. Eerst dook ik het toilet in, eerst eens de make-up bijwerken en dat bekijken wat Gio me had gegeven. Ik vouwde het papiertje open en een ontzettend knappe man glimlachte me vriendelijk toe vanaf het blaadje. Michael was zijn naam. Ik bekeek zijn gezicht goed.
'Was dit nou de man die zoveel problemen geeft?' vroeg ik me vertwijfeld af. 'Blijkbaar,' mompelde ik erachteraan. Ik had genoeg gezien en liep de hal weer in; onderweg nam ik een glaasje champagne van een dienblad. James had zijn eigen vrienden. Ik keek de kamer goed rond en zag hem al snel staan. Gracieus liep ik de kamer door, af en toe vriendelijk lachend en complimentjes van flirtende mannen in ontvangst nemend. Ik nam een slokje champagne en bekeek Michael eens goed. Van Gio had ik gehoord dat het een man was, die problemen gaf. Hij wist teveel en ook dat wist Michael maar al te goed. Hij liet niemand in zijn buurt, maar mij moest dat wel lukken.. Daar word ik immers voor betaald. Michael zag me staren naar hem en met een brede grijns van 'die versier ik wel even' kwam hij naar me toe. Hij gaf me een handkus en stelde zichzelf voor.
Ik zei: 'Sheirys is de naam. Vanwaar de eer?'
Michael lachte aangenaam en voor ik het wist waren we in een leuk, geanimeerd gesprek beland. Hij dronk het ene glas champagne na de ander, ik volgde maar met appelsap, ik kon me namelijk geen dronkenschap permitteren. Ineens begon de muziek een wals te spelen. Hij zette zijn glas neer en trok me mee. Ik haastte mijn glas bij een wat oudere heer in de hand te drukken. Michael gaf me een vette knipoog die maar één ding betekende en trok me stevig tegen hem aan. Ik glimlachte wat en danste een paar rondjes met hem.
Ineens boog hij de dans van de dansvloer af en even later stonden we aan de rand van de dansvloer. Hij opende een grote, houten deur en pakte me bij de hand. Ik greep snel mijn handtasje mee. Giechelend als twee pubers renden we door de gang. Aan het einde was een slaapkamer. Hij opende de deur en trok me naar binnen. Ineens was het stil, hier hoorden we de muziek niet meer. Ik liet me slap van het lachen tegen de deur vallen en keek Michael na. Hij deed wat lampjes aan en zijn colbertje uit, de stropdas ging ook los. Het tasje gooide ik op een tafeltje dat er toevallig stond. Ineens stond Michael voor me. Hij zoende me, maar tot mijn verbazing proefde ik geen champagne. Glimlachend keek ik hem aan. Ineens schrok ik. De glimlach was verdwenen van zijn überknappe gezicht. Hij keek me doorgrondend aan en zei: 'Wie ben jij, mooie Sheirys?'
Ik antwoordde gevat: 'Een vrouw.. die wel wat in je ziet!'
Hij glimlachte en zei toen: 'Ik dacht eerst dat Gio jou op me afgestuurd had!'
Ik schudde mijn hoofd verbaasd. 'Nee hoor, waarom dat?' zei ik onschuldig.
'O, gewoon,' antwoordde hij.
Waarschijnlijk was hij overtuigd, want hij zoende me nog een keer. Ik liet hem gelaten zijn gang gaan. We gingen zitten op de bank en ik liet me even meeslepen in mijn eigen spelletje. Ineens schrokken we op, er klopte iemand op de deur. Ik sprong op en rende naar de badkamer, terwijl ik mijn handtasje mee griste. Ik fatsoeneerde mijn haar en make-up. Daarna opende ik mijn tasje wat wijder en haalde er een klein potje uit, net als een injectiespuit. Ik vulde de injectiespuit en stopte die, gesloten natuurlijk, in mijn handschoen. Daarna ruimde ik alles op en ging terug. Michael wachtte daar op me. Hij pakte me bij mijn hand en trok me naar hem toe. Zijn laatste zoen die ik beantwoordde en ik spoot ondertussen de injectienaald leeg. Zijn ogen rolden weg en hij hing niet veel later slap in mijn armen. Ik voelde zijn halsslagader niet meer toen ik hem op bed neerlegde. Daarna spoelde ik de spuit door het toilet. Ik deed alle lichten uit en liep de gang op. Ik sloot de deur en draaide me om. Meteen drukte ik me met mijn rug tegen de muur. In de gang stonden drie mannen in pak met getrokken pistool en oortjes in hun oren. Ze keken dreigend en kwamen dichterbij.

B.A.
"Naar de office," commandeert Hannibal kwaad, want hij kan er niet tegen als iemand hem te snel of hem te slim af is geweest.
Ik startte de Van en was eerder weg dan Hannibal en Murdock in hun sheriffwagen. In het kantoor halen we de administratie tevoorschijn om de adressen van alle deputies op te zoeken, allemaal verdachten als het gaat om de verdwijning van Face.
"Waar gaan we beginnen met zoeken, Hannibal?" vraag ik, omdat ik het te lang vind duren voor we tot actie over gaan.
"We gaan Miss Sheirys aan de tand voelen. Zij zit al vanaf het begin achter Face aan, om wat voor reden dan ook. Da's geen zuivere koffie. Wie weet heeft zij hem weggehaald. Ik moet er niet aan denken wat ze met hem zou willen doen."
Ik maak alle wapens klaar en zorg dat de Van in orde is. Als ik de camerabeelden van miss Sheirys haar villa wil bekijken merk ik dat ik geen beeld meer binnenkrijg. Verdorie, ze heeft ze gevonden! Als Hannibal en Murdock komen aangelopen kruip ik achter het stuur. Met een verbeten gezicht zet ik koers naar de villa.
We komen deze keer niet netjes via de poort en voordeur op bezoek. Alles heeft een achterdeur en we zijn vastbesloten om die te vinden. Het perceel rondom de villa is groter dan we dachten. In een dichtbegroeide achtertuin zien we een stormbaan liggen. Zou miss Sheirys die gebruiken? Ik herinner me haar gespierde lichaam en weet nu hoe ze dat heeft opgebouwd: door hier te trainen. We kennen het toch zelf veel te goed?
Helemaal achter de baan vinden we in het hoge en beveiligde hekwerk een deur. Er staan camera's op gericht en er staat stroom op. Murdock gooit onder de dichtst bijzijnde camera's een rookbom om het zicht te belemmeren en ik schiet de deur open. Een regen van blauwe vonken spat om onze oren, maar we kunnen het terrein op. Door de struiken bereiken we de villa. Hannibal kijkt met een verre-kijker of hij ergens bewakers ziet. Het is opvallend stil vanavond. Er zitten meerdere deuren aan de achterkant van de grote villa en ook hier staan camera's op gericht. Ik heb een klein apparaatje bij me waarmee ik motortjes kan storen en sluip naar de eerste camera. Als deze helemaal naar links is gedraaid richt ik m'n apparaatje en zet het draaimechanisme uit. Ook de tweede en derde camera zet ik op deze manier stil, waarna we de rechterdeur proberen: op slot. Ik ga naar de tweede toe. Ook dicht. Murdock heeft meer geluk: de derde is open. Hij gebaart die kant op te komen en ik geef weer een seintje door aan Hannibal. Even later staan we binnen. Het is donker en onze ogen moeten dan ook even wennen voor we iets kunnen onderscheiden.
Waar verberg je iemand die je ontvoerd, maar die wel nog verzorgd moet worden? Niet in de kelder, niet op zolder, maar redelijk dicht bij waar je woont, als je de zieke tenminste in leven wilt houden.
De ruimte waar we zijn binnen gekomen is helemaal leeg en heeft een vloer als een sportzaal. Het ruikt zelfs naar sportzalen: er hangt een zweetluchtje. We steken de zaal over en gaan op zoek naar Face. Hannibal gaat voorop.

MURDOCK
Ik maak een klein rondedansje als ik een open deur gevonden heb. Even later staan we midden in een sportzaal. Ik keek verbaasd rond. Aan het eind zag ik een deur. Ik zette mijn M-16 op scherp en liep op mijn tenen naar die deur. Voorzichtig maakte ik die open, Hannibal en BA kwamen naar me toe. Er volgde een lange gang. Aan elke deur die we tegen kwamen, voelden we of die open was. Hannibal en BA onderzochten de benedenverdieping, ik liep de trap omhoog naar de tweede verdieping. Ik opende een deur en kwam midden in een enorm luxe slaapkamer terecht. Er stond een hemelbed en een kaptafeltje. Alles was netjes opgeruimd. Ik keek naar het bed en liep er naar toe. Hup, ik sprong erop; het veerde erg lekker. Op en neer sprong ik, tot BA kwaad de kamer binnen kwam. Ik stapte met een onschuldig gezicht van het bed af. BA gromde even.
Toen Hannibal ook in de kamer stond, zei hij: 'Sheirys had het toch over de slaapkamer?'
BA knikte. Hannibal liep naar de kast en opende die. Er hing een rij dure kleren. Ik las de kaartjes.
“Prada…”
BA snoerde me de mond alweer. Ik keek verongelijkt. Hannibal had intussen een deur gevonden in de kast. Met een inbrekerssetje opende hij de deur en zette de zaklamp aan die naast de deur in de geheime gang stond. We sloten de kledingkast en gingen de gang in. Na een paar trappen kwamen we terecht bij een deur. We openden die en stonden achterin de tuin. Ik stond nog binnen en tikte BA op zijn schouder.
'Hea, big guy.. Wapens!'
Hannibal kwam teruglopen en keek vol verbazing naar de enorme wapencollectie van miss Sheirys. We stonden zo verbaasd te kijken, dat we niet merkten dat er een grote, kale man aan was komen lopen. Hij richtte zijn M-16 op ons en zei: 'Zoeken jullie iets, heren? Kan ik jullie helpen?'
We draaiden ons met een ruk om. Hij drukte op een knopje van een soort afstandsbediening en zei ons de wapens op de grond te leggen. We deden dat en moesten onze handen in de lucht houden. Ik keek BA veelbetekenend aan. Hij gromde.

SHEIRYS
Ik glimlachte onschuldig naar de drie mannen. Ineens piepte mijn Omegahorloge. Ik luisterde. Eén keer: A-team was mijn huis binnengevallen. Eén van de mannen kwam dichterbij en vroeg dreigend: 'Wat heb je met Michael gedaan?'
Ik antwoordde: 'Geen tijd voor uitleg.'
Ik haalde het pistool uit de holster van mijn bovenbeen en schoot alle drie de mannen neer. Niet dood, wel ernstig gewond. Daarna rende ik zo goed als ik kon naar de zaal. Daar kwam ik rustig op adem en liep toen de zaal in. Ik vroeg James naar de autosleutels. Hij begreep meteen dat er iets was.
'Bij dat hulpje,' zei hij.
Ik draaide me om en liep naar de parkeerplaats. Ik stapte in de Chevrolet en trok mijn paarse, zijden handschoenen uit en trok leren autohandschoenen aan voor een betere grip op het stuurwiel. Ik schopte mijn hakschoenen uit en gooide ze op de achterbank. Met blote voeten drukte ik het gaspedaal diep in. Met grommende motor scheurde de snelle auto er vandoor. Met tweehonderd kilometer per uur reed ik naar huis. Het moest met deze snelheid lukken om in twintig minuten thuis te zijn.

FACE
Ik had net mijn boterham op als de vrouw naast me komt zitten. Ze streek me over mijn voorhoofd en opeens zoende ze me spontaan op mijn mond. Ik mocht dan wel aan geheugenverlies lijden maar hoe ik moest zoenen dat wist ik gelukkig nog wel. Ik had eindelijk weer het gevoel dat ik bij mijn vrienden terug was. Ze hebben me vast de hele tijd gemist, denk ik in mezelf. Daarna begon ze te vragen of alles goed ging met me en ook vroeg ze me of ik ook tijd had voor een opdracht. Ik schudde nee want nog steeds had ik last van mijn ribben.
"Maar het is niet een moeilijke opdracht," zei ze toen.
"Vooruit dan maar," zei ik verliefd.
De mooie dame vertelde me dat ik samen met Troy, Peter en Hank naar het bureau moest gaan om daar dingen te laten verdwijnen. Ik kon alleen nog maar "Ja" zeggen, zo verliefd was ik. Ik keek haar bewonderend aan en glimlachte tevreden toen ze me nog een klein kusje gaf. Ze liep de kamer uit. Daarna gingen we naar het politiebureau. Toch voelde ik me niet zo goed bij mijn daden op het politiebureau maar de verliefdheid maakte het eigenlijk helemaal goed. Ik dacht de hele tijd aan wat ze zei. Ze zou vanavond nog wel weer even langskomen. Daar verheugde ik me nu al op, maar dan komen er even later drie andere mannen binnenlopen. Ik richt mijn pistool op ze en mijn vrienden Peter, Hank en Troy zeggen dat ik moet schieten. Maar het voelt toch raar. Ik kan het niet.
"Kom op nou," zegt Troy.
Ik haal de trekker over en er klinkt een schot. Eén van de mannen valt neer op de grond en daarna zetten wij het op een lopen.

TROY
Ik vond het opeens niet meer zo erg hoe Sheirys omging met Face. Ze zoende hem alweer. Dat was zowat voor de derde keer als ik het goed heb. Peter, Hank en ik kletsten ondertussen wat bij.
"Troy, jullie zorgen ervoor dat je met z'n vieren dingen laat verdwijnen daar in het bureau, begrepen?" zei Sheirys tegen me.
Ik knikte terwijl ik nog even verder praatte met Peter en Hank. Sheirys was net de kamer uit en dan lopen we met z'n vieren naar de auto. Ik geef Face nu ook een pistool en leg hem uit hoe hij ermee moet schieten, door zijn geheugenverlies weet hij dat niet meer.
We komen eindelijk aan bij het politiebureau waar we meteen aan de slag gaan met het laten verdwijnen van een aantal dossiers door ze in de brand te steken. Ook gaan er een aantal boetes weg voor te snel rijden.

B.A.
Het is behoorlijk stom van ons om ons zo af te laten leiden door een verzameling wapens, want daar staan we nu: met z'n drieën met onze handen in de lucht. De man die ons onder schot houdt is van het type stil, sterk en van staal, maar ik lust hem rauw, als ik de kans maar krijg... en die kans dient zich ogenblikkelijk aan. Hannibal draait zich langzaam om zodat hij onze onverwachte bezoeker aan kan kijken.
"Ja, je kunt ons helpen," zegt hij kalm en doet net of er iemand achter de kale man aan komt lopen. "Hé, Tony, kom er even gezellig bij!"
De bewaker van Sheirys trapt er in. Hannibal schopt het wapen uit zijn hand en ik schiet als een duvel uit een doosje op hem af, pak hem vast en verkoop hem net zolang dreunen tot ie knock out is. Zo, die is nog wel even van de wereld. Hannibal en ik dragen de man naar de nis met de wapen-verzameling.
"Zeg Murdock, heb jij die nepgranaat nog?" vraagt Hannibal.
Murdock haalt hem tevoorschijn. Ik haal een stuk draad uit m'n broekzak en maak dat aan de ene kant vast aan de pin van de granaat en het andere eind aan de deurklink. Hannibal steekt de granaat in de mond van de man.
"Als hij bijkomt denkt hij dat als de deur beweegt de granaat afgaat. Hmmm, die blijft wel even stilliggen," zegt Hannibal tevreden.
Dan gaan we terug naar de kledingkast en slaapkamer van miss Sheirys. Ik loop meteen naar het raam omdat ik iets hoor. Door een spleetje van het gordijn kijk ik naar buiten.
"We krijgen gezelschap. Miss Sheirys komt thuis, jongens. Waar wachten we haar op?" wil ik weten.
Hannibal gebaart welke ruimte hij bedoelt en we zoeken daar allemaal een verborgen plekje, zodat ze meteen omsingeld is als ze daar binnenkomt. We horen haar niet binnenkomen, maar af en toe klinkt er een zacht geruis van haar avondjapon. Het lijkt erop dat ze weet dat er indringers zijn. Van achter een gordijn hoor ik iets zoemen, volgens mij is het een camera die van beneden vandaan bestuurt wordt. Beneden gaat er een lamp aan, er valt een streepje licht binnen. Weer dat zachte geruis en dan een gefluisterde naam.
"Kyle, waar ben je?"
Ik hoor Sheirys nu lopen, volgens mij op blote voeten. Ze loopt onmiskenbaar naar iemand te zoeken, kamer in, kamer uit, kamer in, kamer uit. Dan hoor ik de trap kraken. Ze komt naar boven en fluistert nog steeds.
"Kyle, waar ben je?"
Ook boven loopt ze kamer in, kamer uit. Dan ineens staat ze hier binnen en knipt het licht aan. Door de plooien van de weelderige vitrage zie ik haar met uitgestrekte armen en een wapen in haar handen rondkijken. Sheirys slaakt een zucht.
"Gelukkig, loos alarm."
Ze sluit de slaapkamerdeur, gooit haar wapen op bed en loopt langs het bed naar de kast met de geheime deur. Maar daar geraakt ze niet, want er komt een hand van onder het bed die haar bij haar enkel pakt en onderuit trekt. Ze heeft geluk dat er een hoogpolig tapijt op de vloer ligt, anders had haar fraaie gezichtje behoorlijk gehavend geweest. Hannibal schiet onder het bed vandaan en duikt boven op haar. Sheirys geeft zich echter niet zo maar gewonnen, ze vecht, ondanks haar avondjapon, als een wild beest. Als Hannibal een stomp in zijn maag krijgt en haar een ogenblik los laat, draait ze zich om om te vluchten, maar ze botst tegen mij aan. Ik neem haar direct in een houdgreep.
Sheirys begint te roepen: "KYLE, HELP! KY..."
Verder komt ze niet, want Murdock propt een stuk sprei in haar mond.
"Zo, Missy vechtlust, nu ga jij ons vertellen waar Face is."

SHEIRYS
Eén hand op het stuur, de andere bij de versnellingspook. Met een strakke, verbeten blik op mijn gezicht reed ik steeds harder, de snelheidmeter liep snel op. Het hek was al open en ik reed snel door. Het was stil rond mijn huis. Kwaad vroeg ik me af waar iedereen was. Ik stapte uit en liep op blote voeten mijn huis binnen. Ik zocht overal, maar ik vond niets. Ik vertrouwde het niet helemaal. Ik had geen team, maar ook geen bewakers van mijn kant gezien. Ik fluisterde kwaad: 'Wat is dit zeg!'
Ik greep een pistool en liep langzaam de trap op. Ook daar zocht ik overal. In mijn slaapkamer was niets, dus mijn concentratie verslapte. Ik wist dan ook niet wat er gebeurde toen ik ineens mijn voeten onder me vandaan voelde gaan. Met een klap viel ik op de grond, maar ik verloor mijn aandacht niet. Ik vocht terug. Ik merkte dat hij ook een goede training had gehad, maar ja.. wat wil je, we hadden dezelfde training gevolgd. Met die jurk van me lukte het niet helemaal en ik verloor dan ook. Maar niet zonder Hannibal neer te meppen. Toen lag ik in de houdgreep van BA. Die sprei smaakte niet echt lekker en die werkte ik dan ook snel mijn mond uit. Nijdig keek ik de drie mannen aan. Mijn ogen keken rond en ik zag mijn wapen nog steeds op bed liggen. Ineens ging de deur open. Helena keek om het hoekje en vroeg: 'Kan ik je helpen, Shei..'
Verder kwam ze niet. Maar het was genoeg. Iedereen was afgeleid en ik werkte me bliksemsnel los uit BA's houdgreep. Ik dook naar mijn bed en greep mijn pistool. Vliegensvlug draaide ik me om.
'Wapens op de grond, NU!'
Verbaasd luisterde het team. Ik keek BA aan.
'Waar is mijn amulet? Dat regelen we eerst.'
BA keek me aan, niet van plan te antwoorden. Ik voelde me er gehavend uitzien. Eerst een man vermoord, drie mannen neergeschoten en een robbertje gevochten. Mijn haren vielen rond mijn gezicht en mijn jurk was gescheurd. Er zat een scheur van onder tot aan mijn bovenbeen. Je kon mijn mes zien zitten. Mijn aandacht verslapte geen moment.
Ik zei tegen Helena: 'Waar is de rest? Haal Dave, Kyle en Mike. Ga zelf met de Aston naar dat feest en haal James op.'
Helena knikte en liep de deur uit. Ik keek het team de hele tijd aan.
'Wat doen jullie in mijn kamer? Wil je weten waar Face is?' Ik lachte schamper. 'Die hebben jullie zelf naar het ziekenhuis gebracht. Hij kan toch niet weggelopen zijn? Ik heb hem daarna niet meer gezien. Wat zou ik met hem moeten doen?'
Met een open blik waar woede uitspoot keek ik ze aan. De drie mannen keken elkaar aan.
Even later stormen Dave en Mike de kamer binnenlopen. Ze houden de drie onder schot, terwijl ik naar het bed loop en erop ga zitten.
'Vertel, wat hebben jullie voor informatie gevonden over mij? Ik bedoel, jullie hebben mijn amulet gejat, mij gevolgd en ook het Pentagon gebeld. Vertel maar, ik ben reuze benieuwd.'

MURDOCK
Gelukkig vielen Hannibal en BA die vent aan.
'Pfjeuw, die bad guys worden er niet mooier op! Wat een lelijkerd zeg!'
We verzonnen een list, tot we merkten dat Miss Sheirys was aangekomen. We verstopten ons boven. Ik lag naast Hannibal onder het bed en fluisterde: 'Hé Hannibal, dit is de eerste keer dat ik onder een bed lig waar geen stof onder ligt!'
Hannibal knikte grijnzend. Daarna gaat alles in een sneltreinvaart. We overmeesteren Sheirys. Ik ben erg bezorgd om Face en dat is dan ook het eerste wat ik aan haar vraag. Van dichtbij is ze nog knapper. Ik kijk BA aan en zeg dan: 'Mm.. misschien dat de bad guys steeds lelijker worden, de bad girls worden wel steeds knapper.'
Toen de deur openging werden we afgeleid. Helaas. Sheirys vecht terug en heeft ons al snel onder schot. Als er dan nog eens twee mannen binnenkomen, voelen we dat we sterk in de minderheid zijn. Sheirys gaat er lekker voor zitten. Als geobsedeerd kijk ik haar aan en zeg dan hardop: 'Wat gaat er achter dat mooie gezichtje schuil? Waarom.. Waarom. Allemaal waaroms.'
'Shut up!'
Dit keer zei een vrouwenstem dat en wel de stem van Sheirys. Ik keek haar een soort van hooghartig aan. Als ze vraagt om informatie, moet ik haar het antwoord schuldig blijven. Maar als ze even wegdraait en naar buiten kijkt, schiet er een herkenning in. Ik ken haar! Maar ik achtte het slimmer om dat niet te zeggen. Wel werden een hoop dingen duidelijk.
BA kijkt intussen de kamer rond op zoek naar een manier om te ontsnappen. Hannibal heeft de Jazz in zijn ogen en ik? Ik kan alleen maar medelijden hebben met Sheirys. Oké, die dingen doet ze zelf, maar de reden waarom is zo triest. Dat er wat moet gebeuren, vroeg of laat, dat is zelfs mij duidelijk!
Hannibal zag aan me dat er iets veranderd was aan mijn houding. Vragend kijkt hij me aan, maar ik haal mijn schouders op en keek naar Sheirys, die duidelijk wachtte op antwoord.

TROY
We komen bij de gevangenis aan en dan schiet ik een paar bewakers neer. Dan loop ik verder met een grijns op mijn gezicht. Even verderop staat een tweede groep bewakers maar die schiet ik ook neer en pak ik van één van de bewakers de sleutel.
"Nu nog uitvinden welke sleutel het is."
Als ik zowat alle sleutels heb geprobeerd lukt de laatste wel. Timothy zit in de gevangenis maar ik heb de sleutel en laat hem vrij. Dan ontstaat er een grijns op zijn gezicht.
"Wie is die nieuwe?" is het eerste wat hij vraagt.
"Ach dat maakt niets uit, joh."
Ook Timothy richt nog wat vernielingen aan. Daarna lopen we naar buiten en stelen daar een aantal auto's. Iedereen heeft dus nu zo zijn eigen auto. We scheuren over de snelweg met tweehonderd km per uur, op weg naar mijn huis.
Eenmaal daar aangekomen besluiten we even wat te drinken. We gaan aan de tafel zitten en spelen een potje poker. Maar dan gaat Face op de bank liggen omdat hij nog steeds last van zijn ribben heeft.

AUDREY
Ik ga naar binnen en laat mijn ogen even ronddwalen. Hannibal en Murdock zijn een kaartenspel aan het spelen en ik zie B.A. net de keuken inlopen. Ik slenter weer naar de zetel in de hoek en trek mijn benen op. Na en tijdje geduldig te wachten zijn ze uit gespeeld. Hannibal loopt de kamer uit en komt even later terug met een paar MP pakken. En het zijn er maar drie! Gaan ze mij nu weer achterlaten? Ja, dat doen ze inderdaad. De enige uitleg die ik krijg is: "Blijf hier."
Wat denkt hij wel ik ben geen hond hoor! Nadat ze vertrokken zijn wacht ik even en ga dan ook naar mijn auto. Als zij Face gaan bevrijden, ga ik uitpluizen wat Troy van plan is.
Ik kom aan bij Troy. "Als ik hier ben ga ik eerst wel even rondkijken," denk ik in mezelf.
Ik loop rond het huis en aangekomen bij het raam van de zitkamer schrik ik mij een hoedje. Wie zie ik daar nu?! Face! Ik blijf even verdwaasd zitten en beslis dan maar dat ik van hieruit wel goed kan zien wat er gebeurd, dus ik blijf waar ik ben.

B.A.
Ik baal als een stekker dat in een mum van tijd de rollen zijn omgedraaid, terwijl we zo goed op weg waren. Sheirys wil weten wat we allemaal over haar te weten zijn gekomen, maar ze is niet goed wijs als ze denkt dat wij dat aan haar neus gaan hangen. Murdock laat ook hier weer eens flink gejibber-jabber horen en ik schud uit gewoonte m'n hoofd. Het lijkt wel of Murdock te veel van Face leert: nu staat HIJ als een verliefde kleuter naar Sheirys te staren! Wat zien die gasten toch in haar?! Dan schudt Murdock z'n hoofd en kijkt hij ineens op een heel andere manier naar haar. Ik volg zijn blik: wat ziet hij aan haar dat wij niet zien? Zou dit weer zo'n Billy-moment zijn of is er echt iets aan de hand?
Sheirys stuurt Helena met de auto weg om versterking te halen. Hmmm, dan voelt ze zich toch niet zo zeker van haar zaak als ze wil doen voorkomen. Eens kijken, hoe staan we er voor? Kyle ligt als het goed is nog met z'n nepgranaat in de wapenkast, Helena is weg, Dave staat achter mij, Mike houdt Hannibal onder schot en Sheirys richt op Murdock. Hannibal, cool als altijd, staat een beetje te grijnzen en begint te bluffen. Hij zegt dat de amulet ons veel geld gaat opleveren, omdat het een stuk uit een belangrijke collectie van een staatshoofd uit Azië blijkt te zijn. Degene die haar de amulet heeft gegeven heeft waarschijnlijk meer van die waardevolle stukken ontvreemd. Sheirys kijkt Mike en Dave vragend aan alsof ze van hen wil weten of zij daar vanaf wisten en kijkt dan Hannibal weer aan.
"Ik geloof er niets van, je verzint maar wat. Je weet niets van de persoon die de amulet aan mij gaf."
Hannibal bluft verder: "Die collectie bestaat zeker uit... laat me even tellen..."
Ik spits m'n oren: zo meteen geeft hij een aanwijzing en slaan we toe. Ik verzet m'n voet vast, zodat ik stevig sta. Ook Murdock heeft de hint begrepen en kijkt nonchalant om zich heen om zich te oriënteren.
"Ja, nou weet ik het weer. Er zaten 34 sieraden in die collectie. En hier.... niet schieten, ik wil je wat laten zien...."
Hannibal stopt zijn hand in zijn broekzak om zogenaamd nog een item van de collectie te pakken en gooit dan iets naar Sheirys toe. Yes! Terwijl zij in reflex grijpt naar hetgeen naar haar gegooid wordt, draai ik me om, grijp het wapen dat op me gericht is en werk Dave tegen de grond. Dave is een taaie en geeft zich niet snel gewonnen. We rollen al knokkend door de slaapkamer, maar als ik weer bovenop lig weet ik hem met een goed gemikte muilpeer knock out te slaan. Ik pak zowel zijn als mijn eigen wapen terug en zie dan dat de anderen ook niet onverdienstelijk zijn geweest: Murdock heeft Sheirys onschadelijk gemaakt en Hannibal Mike. Ik knik tevreden en lach van oor tot oor.
Terwijl Hannibal Mike vooruit duwt en Murdock Sheirys over zijn schouder legt, raap ik Dave op. Zo lopen we naar buiten via dezelfde weg als we binnen zijn gekomen en zoeken zo snel mogelijk de Van op.
Als we bij het sheriffkantoor aankomen zien we de deur open staan en vinden we binnen een ravage. Ook de gevangenen zijn gevlogen. Dit moet het werk zijn van de deputies! We kijken elkaar aan: deze office wordt ons kasteel. Werk aan de winkel. Niemand die hier meer ongevraagd binnenkomt en onze gevangenen weghaalt.

TROY
Als Face is gaan liggen pokeren wij nog even door.
"Valsspeler!" roept Hank tegen Peter, die dat niet pikt en meteen met hem op de vuist gaat.
"Nu ophouden jullie!" schreeuw ik. "Vechten doe je maar tegen het A-team, niet tegen elkaar!"
Hank en Peter houden meteen op met vechten. Peter heeft een bloedneus opgelopen en loopt dan even weg.
"Nou, je hebt het hier niet erg onder controle," zegt Timothy.
"Bemoei je er niet mee. Zonder mij zat je nog steeds in de gevangenis."
"Waarom eigenlijk?" vraagt Timothy met een boos gezicht.
"Waarom wat?"
"Waarom heb je me uit die gevangenis gehaald?" vraagt Timothy.
"Omdat ik het helemaal zat ben met Sheirys. Ik ben nu de baas hier, dus je doet maar wat ik zeg anders laat ik je zo weer opsluiten."
"En wat doet hij hier?" vraagt Timothy.
"Dat is Templeton van het A-team, maar die lijdt aan geheugenverlies, dus we kunnen hem ook gebruiken tegen het A-team. Hij zal nog wel moeten trainen voordat hij even goed is als ons.”

SHERIFF
Bij Maggie knap ik zienderogen op en ik heb in haar tuin al een stukje gelopen. Eigenlijk wil ik wel weer naar huis. Ik mis m'n werk, m'n huis en m'n dochter. Van Maggie mag ik nog niet gaan, omdat ik nog niet helemaal genezen ben en omdat de mannen van het A-team nog niet hebben laten weten of het wel veilig voor me is. Maar ik ben er de man niet naar om in een hoekje af te wachten en bel in een onbewaakt ogenblik naar de sheriffs office in de hoop dat m'n goede! vervangers aanwezig zijn.

B.A.
Mike en Dave krijgen de buitenste cellen, Sheirys de middelste. Ze hebben hand- en enkelboeien om en liggen vast aan hun bed.
Met drieën ruimen we de rommel op en proberen er weer een beetje orde in te krijgen. We lopen het hele gebouwtje door om de sterke en zwakke punten te bekijken, Hannibal noemt op wat we nodig hebben en Murdock schrijft het op. Ik neem de bewaking op me en zij gaan naar een doe-het-zelf-store om materialen te halen om het kantoor te versterken.
Vanuit één van de cellen wordt er geroepen om drinken.
"Je hebt pech, man, de sheriff moet toestemming geven en hij is net weg," roep ik terug.
Dan gaat de telefoon. Het is sheriff Frank Sheldon.
"Hoe gaat het met je?" informeer ik naar zijn gezondheid.
Hij vertelt dat hij goed opknapt en eigenlijk graag terug wil naar huis. Ik vertel wat er zich zoal heeft voorgedaan en dat we eerst overgaan tot het versterken van het kantoor. Als Hannibal terug is, zal ik hem laten terugbellen, beloof ik Frank.
"Heb je Audrey nog gezien of gesproken?" vraagt hij dan.
"Nee. Is ze niet bij jou dan?"
"Audrey is naar huis gegaan en zou bij jullie langs gaan. Ze is trouwens nog gebeld door Troy. Die wil met haar uit, maar ze heeft hem afgepoeierd. Nu ze weet wat voor een vent hij is, wil ze niets meer van hem weten. Ik bel haar thuis wel. Succes, B.A."
Tien minuten later belt een bezorgde Frank terug, hij weet niet waar Audrey is gebleven, niemand heeft haar meer gezien.
“Troy zal haar toch niet....”
"Waar woont Troy?"
We hadden een adressenlijst, maar in de ravage in het kantoor konden we die niet meer vinden. Frank legt uit hoe we daar komen en ik beloof dat we op onderzoek gaan zodra we kunnen. Ik besluit meteen de Van te bellen en Hannibal neemt op. Ik vertel dat Frank Audrey niet kan vinden en dat Troy er misschien iets mee te maken kan hebben.
Tja, nu staan we voor een moeilijke keuze. We willen het kantoor niet meer onbeheerd achterlaten en zouden het liefst iemand hier laten, maar we hebben elkaar hard nodig bij deze klus. Eigenlijk willen we eerst het kantoor versterken, zodat we het met een gerust hart achter ons kunnen sluiten, maar we kunnen Frank en Audrey niet in de steek laten. We laden de Van uit en overleggen hoe we deze situatie gaan aanpakken. Hannibal besluit om in het kantoor te blijven en Murdock en ik gaan op zoek naar Audrey. Ik pak het papiertje waarop ik het adres van Troy heb staan, we maken onze wapens in orde en stappen in.
Onderweg vraag ik aan Murdock wat er eigenlijk met hem gebeurde in de slaapkamer van Sheirys, want ik zag dat hij van het ene op het ander ogenblik heel anders naar haar keek.
"Ik weet het niet zeker, maar volgens mij ken ik haar uit onze tijd in Vietnam. Ze zat niet in ons bataljon, maar ik kwam haar wel vaak tegen. Waarschijnlijk kende ze Mathis van het leger en zat ze er zelf ook in. Het is nog vaag, maar misschien... als ik haar weer zie... dat ik het weet."
"Dat ze in het leger heeft gezeten, verbaast me niets. Wie heeft er anders nog een stormbaan in z'n tuin om te trainen?!"
We naderen het huis van Troy en blijven eerst op een afstandje vanuit de Van observeren. We zien beweging en licht in het huis. Murdock pakt de verrekijker.
"Hè?!" Hij laat met een blik van ongeloof de verrekijker even zakken en kijkt dan nog eens. "Volgens mij sluipt er iemand om dat huis heen. Kijk jij ook eens."
Murdock geeft de verrekijker aan mij en ik zie ook beweging in de tuin. Daar moeten we meer van weten. We pakken onze wapens en sluipen dichterbij. De smalle gedaante in de tuin sluipt van raam naar raam en kijkt telkens naar binnen. Als de gluurder de hoek om is, naar de zijkant van het huis, volgen we hem. Murdock gaat voorop, springt de gluurder tegen de grond en legt meteen zijn hand om z'n mond. De geluiden die de persoon voortbrengt zijn echter niet van een man. Ik pak m'n zaklamp en kan een kreet van verbazing nog net onderdrukken.
"Audrey?!"
Murdock laat haar los en is minstens zo verbaasd.
"Wat doe jij hier? Weet je wel dat je vader hartstikke ongerust is, die probeert je overal te bellen!" fluistert hij.
Audrey vertelt dat ze wel eens wou weten wat Troy allemaal uitvoert en zegt dan dat ze iets belang-rijks heeft ontdekt en dat ze daarom hier niet meer weg durfde te gaan.
"Weten jullie wie hier binnen is?"
"Nee, wie dan?"
"Face is hier!"
"Face? Hier?"
Ik sta op en sluip naar een raam. Wat moet Troy nou met Face? Ik kijk naar binnen. In de huiskamer zitten allemaal mannen en ik herken zelfs onze gevangenen! Maar ik zie geen Face. Ik kijk om naar Audrey en wil wat zeggen. Murdock is naar een ander raam gegaan en wenkt. Samen zien we Face op een bank liggen. Zo te zien gaat het er vriendschappelijk aan toe, want er wordt gekletst, gelachen en Face lijkt zich thuis te voelen bij het gezelschap. Murdock en ik kijken elkaar aan en weten: Troy heeft misbruik gemaakt van het geheugenverlies van Face. Dat kan niet anders.
Hoe halen we hem hier weg en hoe overtuigen we hem ervan dat niet zij, maar wij zijn vrienden zijn?

TROY
We lachen en kletsen wat gezellig. Maar wie zie ik daar opeens bij een raam staan! Het zijn B.A., Murdock en Audrey! Wat moeten die hier nou weer?! Nu weten zij dus ook dat ik Face heb. Wacht eens even… ik heb wel een idee.
"Templeton, zou je even wat voor mij willen doen?" vraag ik.
"Natuurlijk vriend," antwoordt Face terwijl hij van de bank opstaat.
"Zie je die mensen daar bij dat achterste raam. Dit is ons terrein en ik wil dat je een paar bewakers meeneemt en ze te pakken neemt," zeg ik.
Face knikt en loopt dan naar achteren. Ze staan er gelukkig nog steeds en hebben nog steeds niets door. Als ik twee minuten later weer kijk, zie ik dat Face ze overmeesterd heeft. Het blijkt dus dat ik Face goed kan gebruiken. Misschien kan hij Sheirys ook wel versieren en daarna haar plannen in de war sturen, maar daar moet ik eerst nog even over nadenken.

FACE
Troy roept me. Ik sta snel op en loop naar hem toe. Als ik gehoord heb wat ik moet doen knik ik een keer. Ik loop naar achteren waar ik een pistool en kogels pak. Onderweg naar de bewakers laad ik het pistool.
"Jullie daar, meekomen. Indringers!" zeg ik.
Twaalf bewakers lopen met me mee. Als een man met een petje op mijn kant oploopt, grijp ik mijn kans en duw een pistool in zijn rug.
"Waag het niet," fluister ik terwijl ik nog steeds mijn pistool tegen zijn rug aanhoud.
"Houd deze hier onder schot," zeg ik tegen vier van de bewakers.
Ze knikken en binden hem vast met een stuk touw. Ik wijs naar de andere indringers en beveel de bewakers om op ze af te gaan. We sluipen op ze af, maar dan grijpt een grote sterke man me vast en begin ik te spartelen. Ik moet los zien te komen uit zijn greep maar hij is erg sterk. En ook mijn ribben doen nog pijn, ze zijn immers nog steeds gebroken. Ik weet dat het stom van me was, maar nu was ik in ieder geval uit het ziekenhuis, weg van die domme apparaten en andere dingen.
"Face, it’s me! B.A.!" zegt de man.
"Laat me los!" schreeuw ik terwijl ik op een klein knopje van mijn riem druk.
"We zijn je vrienden," zegt de ene man.
"Dat maak je mij niet wijs!" schreeuw ik.
Als ik daarop gedrukt heb komen er nog meer bewakers aan rennen die hen allemaal onder schot houden. De man zet me neer.
"Zo en wat dachten jullie hier te komen doen?" vraag ik.

B.A.
Blijkbaar heeft iemand ons in de tuin zien staan, want in een mum van tijd zijn we omsingeld. Tot onze grote verbazing is het Face die voorop loopt en met getrokken pistool op ons af komt.
"Hé, man, it’s me! B.A.!"
Er gaat geen belletje rinkelen. Hij heeft duidelijk nog steeds zijn geheugen niet terug en het lijkt er sterk op dat Troy en zijn kornuiten hem hebben verteld dat zij zijn vrienden zijn. Face geeft de bewakers opdracht om ons naar binnen te brengen en vervolgens worden we niet al te zacht mee-genomen. Murdock is zichtbaar het meest van slag dat zijn maatje hem niet herkent. Maar Murdock zou Murdock niet zijn als hij niet alles in de strijd gooit om bij Face door te dringen. Hij kijkt even om naar mij en knipoogt ten teken dat hij iets gaat uitproberen.
"Lesley, Face, Lesley is terug uit het klooster. Ze heeft naar jou gevraagd!" roept hij.
Plotseling staat Face stil en botsen de bewakers die met Audrey voorop lopen tegen hem op. Face draait zich om en mompelt een paar keer de naam die hij net hoorde, alsof hij de naam proeft en zich herinnert dat die lekker smaakte. Ook zijn gezicht heeft een andere uitdrukking dan daarnet.
Murdock heeft goed gegokt, de naam Lesley doet een belletje rinkelen bij hem. Maar nu? We hebben verwarring gezaaid in Face, dat is zo klaar als een klontje, maar met zoveel wapens op ons gericht, vind zelfs ik het te gevaarlijk om op de vuist te gaan. Face loopt naar Murdock en gaat voor hem staan. "Wie ben jij eigenlijk? Wie is Lesley en hoe komt het dat ik me ineens zo prettig voel?"

FACE
Opeens zegt de man met de pet op: "Lesley, Face, Lesley is terug uit het klooster. Ze heeft naar jou gevraagd!"
Plotseling sta ik stil waardoor de bewakers tegen me opbotsen.
"Lesley, Lesley, Lesley, Lesley, Lesley, Lesley, Lesley," mompel ik zachtjes.
Ik loop naar de man met de pet toe en ga vlak voor hem staan.
"Wie ben jij eigenlijk? Wie is Lesley en hoe komt het dat ik me ineens zo prettig voel?"
De man begint uit te leggen maar de helft van de tijd ben ik in gedachten.
"Je had vroeger een oogje op Lesley. Nou ja, een heel groot oogje," zegt de man lachend.
"Vertel verder," zeg ik.
"Ze is het klooster ingegaan en is nu terug voor jou. Troy is je vriend niet. Je lijdt aan geheugen-verlies," zegt de man.
"Je kunt het mooi verzinnen!" schreeuw ik.
Dan komt Troy naar buiten lopen en vraagt wat er aan de hand is.
"Deze man hier vertelt net een onzinverhaal. Hij zegt dat ik aan geheugenverlies lijdt," vertel ik lachend.
"Nee, dat is helemaal niet waar," zegt Troy. "Sluit ze op," commandeert hij daarna.
Maar als de erg sterke man met al de kettingen me bij mijn keel pakt en een pistool tegen mijn hoofd zet, begint hij te vertellen. De tranen stromen me over mijn wangen. Misschien is het dan toch waar. Maar toch geloof ik ze niet. Als de twee mannen en de vrouw dan hun kans grijpen ontvoeren ze me en tillen ze me in de Van. Daar wordt ik onder schot gehouden totdat we bij het politiebureau aan-komen en eindelijk uitstappen. Als ik dan probeer weg te rennen dan rent een man met wit haar, die net naar buitenkomt, me achterna. Hij duikt en grijpt me bij mijn voeten. Ik val op de grond.
"Face, waar zou jij heen gaan?" vraagt de man.
Ik word door de sterke man opgehaald en weggebracht naar een cel waar de sterke man ook weer begint te vertellen. Ik word er gek van. Maar wie zie ik in de cel naast me zitten?! Het is Sheirys. Ik glimlach een keer naar haar en let helemaal niet meer op het verhaal.

SHEIRYS
Als ik bijkom, barst ik van de koppijn. Kreunend open ik mijn ogen en kijk voorzichtig rond. Ik knijp mijn ogen even dicht tegen het licht, en merk dan pas dat ik vastgebonden ben.
‘Shit’
Ik grijns, het ziet er vast niet uit. Een dame in een avondjurk, op blote voeten, vastgebonden aan een brits. Als ik mijn hoofd naar achteren buig, zie ik Dave in de cel naast me, hij lijkt bewusteloos. Mike evenzo. Ik sluit mijn ogen en denk na over wat er allemaal is gebeurd. Mens, wat heb ik me een dorst! Appelsap is geen goede dorstlesser geweest. Als ik om drinken vraag, krijg ik het niet.
'Jerk!' roep ik kwaad.
Ik ben kwaad, op hem en op mezelf. Ik had er nooit in mogen trappen, het is een standaard afleidings-manoeuvre. Als BA na een telefoontje weggaat, probeer ik met mijn hoofd in de buurt van mijn handen te komen, maar ik ben stijf van het liggen en kan er dus niet bij.
Even later komt het team terug. Ze steken een preek af tegen Face.
Ik roep sarcastisch: 'Heey luitjes! Kan het wat zachter? Ik probeer te slapen hier!'
'Shut up!' krijg ik als antwoord.
Ik kaats terug: 'Shut up yourself!'
Ik kijk kwaad naar het plafond. Ineens hoor ik aan de buitenkant van de tralies een tik. Ik kijk op en zie het hoofd van James. Ik glimlach en sein naar hem dat het team in de kamer hiernaast zit. Hij knikt en duikt weg. Ik doe of er niets aan de hand is en sluit mijn ogen. Ik hoor zes keer een uil en weet dat James Gio heeft kunnen strikken, hij is niet alleen. Al gauw hoor ik kabaal en wat schoten. Ik grijns. James is in da house! Hij verschijnt al snel voor mijn cel en opent de deur. Hij maakt me los en helpt me van het bed af. Snel maken we allebei één van de twee hulpjes van me los. James wil snel de office uit rennen, maar nu wil ik echt mijn amulet. Ik haal alle laatjes open en vind hem uiteindelijk, na lang zoeken, onder een stapel papier.
“Hè? Een dossier? Mathis erop? Wat is dat?”
Ik grijp het mee en zie dan een dossier met mijn naam. Het is leeg. Ik glimlach. Natuurlijk, niemand van vroeger die me onder de naam Sheirys kent. Daarna rennen we snel de office uit, James trekt me ongeduldig mee. We stappen in de donkergrijze Lamborghini van Gio. Hij grijnst en helpt me netjes de auto in. Ik geef hem een knipoog. De anderen volgen in Mercedes Benz busjes. In no time zijn we uit het zicht verdwenen.

B.A.
Door de ontstane verwarring lukt het me om een wapen uit iemands handen te grissen. Ik duw het Murdock in zijn handen en zelf baan ik een weg met m'n vuisten. De bewakers vliegen als water-spatten uit een regenplas om ons heen en de rest zet het op een lopen. Murdock grijpt Face en ik trek Audrey mee naar de Van. Als wij de tuin uit zijn, komen de mannen van Troy weer tevoorschijn en beginnen op ons te schieten. Gelukkig zijn we snel binnen en geef ik plankgas. We scheuren naar de office en roepen Hannibal. Terwijl we de deur openschuiven springt Face uit de Van en zet het op een lopen. Hannibal rent achter hem aan, weet hem te vloeren en neemt hem mee naar binnen. Face wordt op een stoel gezet en omdat we graag tot hem door willen dringen beginnen we allemaal tegen hem te praten. Face kijkt om zich heen, hij lijkt ons niet te willen horen. Hij ziet Sheirys in een cel op bed liggen, nog steeds aan handen en voeten vastgelegd met boeien en begint te glimlachen: haar herkent hij dus wel! Ik houd het voor gezien als hij niet meer naar me luistert.
"Hannibal, dit heeft geen zin. Hij mag dan geheugenverlies hebben, maar zijn hormonen zijn nog
steeds hetzelfde."
Ik schud m'n hoofd en zucht. Audrey, die in de keuken koffie zet, brengt iedereen bibberend een beker en kruipt dan in het verste hoekje van het kantoor in haar vaders stoel.
Plotseling horen we onbekende voetstappen en staat er meteen iemand met een pistool op ons gericht in de deuropening van het kantoortje waar Hannibal, Face, Audrey en ik zitten. Murdock was even naar buiten gelopen om wat uit de Van te halen, dus heeft waarschijnlijk de deur niet dicht-getrokken. De man met het pistool eist de sleutels van het cellenblok en gedwee geeft Hannibal ze. Wat kan ie anders doen? De sleutels worden door iemand anders meegenomen en we horen dat de gevangenen worden losgemaakt. Iemand snuffelt bij de balie in het bureau en dan is het weer stil. We rennen naar de voordeur en zien een sportwagen, een busje en de Van wegrijden. Murdock heeft waarschijnlijk alles vanuit de Van gevolgd en heeft de achtervolging ingezet. Ik ren naar de sheriff-wagen en start. Hannibal gaat terug naar binnen en haalt Face. Hij wil hem niet weer kwijt raken en zet hem geboeid op de achterbank. Dan scheuren ook wij de straat uit.

Murdock pakt een paar doosjes munitie uit de Van, hoort dan herrie in de office en ziet een paar mensen naar buiten rennen. Hij schuift de deur dicht, kruipt achter het stuur en zet de achtervolging in. Met één hand graait hij naar achteren om zijn geweer te pakken. Op een recht stuk weg draait hij het raam open en schiet op de Mercedesbus die voor hem rijdt. Het kost een paar kogels, maar één ervan raakt er toch een achterband. De bus begint te slingeren, raakt van de weg af en knalt tegen een boom. De bestuurdersdeur is open geknald en er komt iemand uitgekropen. Murdock zet de Van stil, springt eruit en slaat de man knock-out. Dan haalt hij de andere man uit de auto. In de verte komt er een sheriffauto aangescheurd, waar Hannibal en B.A. uitstappen.
"Goed gedaan, kapitein. Twee mannen hebben we weer terug en die gaan nu naar een veiliger plaats dan het sheriffkantoor."
Als we wegrijden, Hannibal en Murdock met Face in de sheriffwagen en ik met Dave en Mike in de Van, ontploft de bus van Sheirys' mannetjes. Dat komt mooi uit, zo lijkt het alsof de heren in vlammen zijn opgegaan. Hannibal rijdt niet terug naar het kantoor, hij heeft een andere plek in gedachte voor deze mannen en weet er een goede bewaker voor.

FACE
Even later word ik meegenomen en met tegenzin loop ik mee. Ze boeien mijn polsen en daarna moet ik op de achterbank zitten. Ik was het helemaal zat en probeerde mijn boeien los te krijgen. Ik bleef er aan trekken en trekken en na vijf minuten sprongen ze eindelijk los. Ik trok snel de deur open en sprong eruit, maar wat ik niet doorhad was dat we net op een berg reden. Dus ik rolde over harde stenen helemaal naar beneden. Ik zag de auto nog stoppen. De twee mannen klimmen snel naar beneden. Dan probeer ik weg te komen. Als ik wil opstaan gaat dat eerst niet.
"Ik had ook nooit uit het ziekenhuis weg moeten gaan," zeg ik tegen mezelf.
Ik zie de twee mannen al naderen en bedenk een plan. Ik laat me weer op de grond vallen. Ik hoor de namen die ze tegen elkaar zeggen.
"Hannibal, Murdock, wat doen jullie nou weer hier?" zeg ik.
Er ontstaat een glimlach op het gezicht van de man. Ze helpen me overeind en dan nemen ze me weer mee op de achterbank. Mijn plan werkt. Ze rijden verder en als ze eenmaal gestopt zijn stappen ze uit maar krijgen een pistool tegen hun rug gedrukt. Het is Troy.

B.A.
Onderweg springt Face uit de sheriffauto en rolt de berg, waar we op dat moment rijden, af. Ik toeter hard, maar ze hebben het zelf ook gezien en stoppen. Hannibal en Murdock halen Face naar boven en ik blijf op de uitkijk staan.
"Fijn dat je ons weer herkent, kid," glimlacht Hannibal. "Alleen is het wel vreemd dat je voor ons vlucht. Dus we boeien je voor de zekerheid weer."
Murdock gaat nu bij Face achter in de auto zitten en dan rijden we verder. Hannibal heeft nog niet verteld waar we heen gaan, maar hij zal wel weten wat hij doet en ik volg weer.
Op een moment stoppen we en Hannibal en Murdock stappen uit. Meteen staat Troy achter hen met een pistool in iedere hand waarmee hij hen onder schot houdt. Troy groet Face en zegt dat hij aan de andere kant van de auto uit moet stappen. Ik sluip naar de sheriffauto toe, grijp Face vast en leg m'n hand over zijn mond. We liggen samen op de grond.
"Hé, Face, kom even helpen!" roept Troy, terwijl hij m'n maten nog steeds onder schot houdt. Face komt echter niet opdagen en Troy roept nog eens. Zijn stem klinkt onzekerder nu en hij zet een paar stappen achteruit om te kijken waar Face is heen gegaan. Daar maken Hannibal en Murdock handig gebruik van. Hannibal geeft Troy een dreun waarvan hij rondtolt en Murdock ontwapent hem als ie tegen de auto aanvalt. We zetten zowel Face als Troy in de Van, hier kunnen we de mannen beter onder controle houden. Hannibal pakt de telefoon en pleegt buiten gehoor van Face en Troy een telefoontje. Ik kijk hem vragend aan.
"Maggie," antwoordt Hannibal.
Na het gesprek stapt hij in de Van en Murdock neemt de sheriffwagen mee.
"Sorry Face, zolang je niet weet bij wie je echt hoort, blijf je even geboeid, kid."
We rijden een dik uur. Op een moment stuurt Hannibal me een grote parkeerplaats op. Hij blinddoekt zowel Face als Troy en dan gaan we weer verder. Bij de volgende parkeerplaats moet ik weer van de weg af. Daar staat Sheriff Frank Sheldon naast Maggie op ons te wachten. Hannibal stapt uit en praat een poosje met Maggie. Ze knikt, schudt haar hoofd en knikt weer. Daarna haalt hij Face uit de wagen en draagt hem aan haar over. Sheriff Sheldon stapt bij Murdock in de wagen, het is per slot van rekening zijn eigen auto en hij is zichtbaar blij dat hij weer wat kan doen. We rijden een tijdje achter Maggie aan om er zeker van te zijn dat ze niet gevolgd wordt door mannen van Troy en zetten dan koers naar de bestemming die sheriff Sheldon ons zal wijzen.

SHERIFF
Ik ben blij dat ik bij Maggie zo goed ben opgeknapt. Er zit nog wel verband om m'n ribbenkast, maar ik voel me fit genoeg om weer wat te gaan doen. Hannibal belde dat hij iemand voor me heeft en ik weet wel raad met die gast. Ik stap bij Murdock in de sheriffwagen en wijs de weg. Ze hebben een eind omgereden om mij op te halen, maar dat is niet zo erg. We rijden een uurtje en ondertussen vertelt Murdock wat ze de laatste dagen hebben meegemaakt.
Als we een grote stad binnenrijden wijs ik hem de weg naar een groot gebouw. Hier zit de politie-commissaris die zich bezig houdt met politiepersoneel dat in de fout is gegaan. Murdock trekt in de Van deputykleding aan en dan gaan we naar binnen. Troy tussen ons in, nog steeds geblinddoekt.
Ik meld me aan de balie. Er komen direct een paar potige bewakers aan die Troy overnemen van ons en hem meenemen naar een verhoorkamer. Een hoge politiefunctionaris komt naar ons toe en drukt ons de hand. We volgen hem naar een kamer die grenst aan de verhoorkamer. De man laat me mijn hele verhaal doen over de problemen die mijn deputies hebben veroorzaakt. Voordat hij denkt dat Murdock daarbij hoort, zeg ik dat hij een nieuwe is, dat hij heel betrouwbaar blijkt te zijn en mij helpt om de anderen op te pakken. Ik vertel dat ik een ongeluk heb gehad dat veroorzaakt werd door Troy en z'n collega's en laat een stukje verband zien. Mijn verklaring wordt opgeschreven en als ik een handtekening heb gezet, mogen wij weer vertrekken. Troy blijft hier, krijgt een cel met strenge bewaking en wordt vandaag nog voorgeleid. Buiten, op de stoep van het gebouw, geven Murdock en ik elkaar een high five. "Op naar de volgende!"
Bij de Van vertellen we alles aan Hannibal en B.A. Ze hebben Maggie gebeld, ze heeft Face op een geheime plek ondergebracht, zodat hij rustig zijn geheugen kan terugkrijgen. Ze is bekend met de vrouwvriendelijkheid van Face en raakt daarvan niet onder de indruk.

FACE
Als ik Troy hoor wil ik antwoorden, maar dan trekt de sterke man, waarvan ik heb gehoord dat hij B.A. heet, me uit de auto en legt zijn hand over mijn mond en mij op de grond. Ik spartel tegen maar de man is gewoon te sterk. Wat zal die wel niet allemaal eten, denk ik in mezelf. Dan hoor ik Troy praten. "Hé, Face, kom even helpen!”
Dan roept hij nog eens. Als de man met het witte haar roept dat alles veilig is, wordt ik meegenomen en samen met Troy in de Van gezet.
"Ik dacht dat je alles goed had gepland?!" schreeuwde Troy tegen me.
"Ik kan er ook niets aan doen, hoor!" schreeuw ik terug.
Ook één van de mannen hoort het en zegt dat we stil moeten zijn. Daarna stappen ze in en zegt B.A.: "Sorry Face, zolang je niet weet bij wie je echt hoort, blijf je even geboeid, kid."
Maar ik weet best bij wie ik hoor, bij Troy en zijn vrienden, denk ik in mezelf. Of bij Sheirys? Vandaag snapte ik er al niets van. Hoorde Troy nu nog wel bij Sheirys of juist niet? Nou ja, ik was in ieder geval verliefd op haar en had een gevoel in mijn hart dat ze me zou komen redden.
We rijden meer dan een uur maar het lijkt maar kort. Dan wordt Troy geblinddoekt en tot mijn verbazing ik ook! Ik word uit de Van gehaald en mijn blinddoek gaat eindelijk af. Daar staat de Sheriff en nog een vrouw. Ik had de opdracht van Troy gekregen om hem overhoop te schieten.
"Ik krijg je wel," zei ik van woede tegen hem.
Ik word door Hannibal in een andere auto gezet en dan ook weer geblinddoekt. Wat een zootje allemaal, denk ik. Als we stoppen, stapt de vrouw uit en neemt me mee naar binnen. De buitendeur gaat op slot en eindelijk gaat mijn blinddoek af.
"En nu moet je niet weer weglopen," zegt ze tegen me.
Waarom zou ik dat nu nog doen? Troy zal inmiddels al wel in de gevangenis zitten, denk ik tenminste. Ik weet ondertussen dat het geen zin meer heeft om te ontsnappen. Ze pakt net een glas drinken voor me omdat ik dorstig ben, als iemand een granaat naar binnen gooit waardoor het raam springt. Ik ren snel naar haar toe en duw haar op de grond.
"Blijf liggen," zeg ik zachtjes.
Dan volgt er een grote knal en blijf ik even liggen, maar het rare is dat er niemand meer te bekennen is. Er zit een glasscherf in mijn arm, maar die wordt er uitgehaald door de vrouw die zich als Maggie voorgesteld heeft. Daarna belt ze B.A., Hannibal, Murdock en de sheriff, die vijf minuten later al op de stoep staan.


Reacties:

Er zijn nog geen reacties op dit verhaal.