Welkom op FanFic.nl

De Nederlandse website waar je fanfiction kunt lezen én schrijven.

Nu on-line: (0)

Home » Sailor Moon » Spirited away, Terug in de spirited wereld » hoofdstuk 4, een rare bezoeker

Spirited away, Terug in de spirited wereld

14 juni 2013 - 9:04

3694

0

281



hoofdstuk 4, een rare bezoeker

“Sen, ik bedoel, Chihiro, word wakker!”

“Heb je geen les vandaag ofzo?” mompelde Chihiro, meer slapend dan wakker.

Lin zuchtte. Het was de eerste dag dat Chihiro terug was, afgezien van gisteren en het meisje was nog steeds uitgeput van de vorige nacht. Ze had haar graag willen laten slapen, maar Yubaba was nog steeds niet bepaald ‘soft’.”

Plotseling kreeg Lin een idee. “He, Chihiro, Haku is hier.”

Chihiro schoot overeind en ging zitten, klaar wakker. “Huh! Wat? Waar? Wanneer is hij hier gekomen? Waar is hij?” ratelde ze
Lin grinnikte, “Rustig maar, ik zie net dat je moet opstaan.”

Chihiro zuchtte en raakte geïrriteerd. “Doe dat niet, vind ik niet erg grappig.”
Mompelde ze terwijl ze weer ging liggen.

Ze trok de dekens over haaf hoofd. Lin zuchtte opnieuw en besloot om een meer directe benadering te proberen. Ze greep de dekens en trok ze van het bed.

“Hey!” Riep Chihiro toen de warmte haar verliet.

Lin grijnsde naar haar. “Kom op, we hebben klanten.”

Chihiro puilde. “Maar Bôh hield me tot gister avond laat nog wakker.” Klaagde ze.

Lin haalde haar schouders op. “Vertel dat maar aan Yubaba.”

Chihiro kreunde. “Ok, dan maar opstaan.”

Het bleek dat het badhuis al vol was met klanten. Hoe lang had ze geslapen, hoe komt die drukte hier zo snel?

Yubaba was in gesprek met de voorman, die klanten begroeten en luisterde naar de heks die pratte. Hij zag haar aankomen

“Sen is zo lief dat ze bij ons is aangesloten.” Zei ze humeurig.

Chihiro keek naar haar. “Nou de volgende keer hoop ik dat Bôh niet zo lang blijft schreeuwen.” Zei ze boos.

Yubaba snoof, “Nou heb je een overzicht van hoe de dingen werken hier, of herinner je het niet meer na 6 jaar?

Chihiro zuchtte. “Ik zal me best doen,” ze stond erop. “Ik vraag Lin wel of ik haar kan helpen?”

Yubaba glimlachte weer. “Dat zou ze vast nodig hebben. Oh, en trouwens, dank u voor het verhogen van Bôh’s nieuwsgierigheid van afgelopen nacht. Hij had zoveel vragen aan mij.

Chihiro kon het niet helpen, ze barstte in lachen uit. De voorman, die geen idee had waar de twee vrouwen het over hadden, keek ze volledig verbijsterd aan.

“Het spijt me.” Zei ze. “Hij vroeg het en ik dacht dat het het beste zou zijn als je het tegen hem zei.”

“Ik was niet van plan hem het te vertellen!” Brulde Yubaba. “Iemand die een baby voor altijd wil hoeft dat niet te vertellen, baby’s horen dat soort dingen niet te weten!”
Chihiro haalde zijn schouders op. “Hij kan besluiten om te veranderen in een tiener, voor een tijdje.”

“Dan zou hij het alsnog niet hoeven te weten!”

“Rustig maar.” Zei Chihiro.

Yubaba keek om zich heen en zag dat op eens al de spirit’s naar haar en Sen keken.

“Laten we maar weg gaan hier.”

Chihiro keek nu ook rond, ze zag dat de zaal zich had gevuld met veel spirits en haar gezicht werd rood van schaamte.

“Sen, wij zijn klaar hier, jij gaat het grote bad schoon maken!”

“Maar, maar, dat doet u nu alleen omdat we ruzie hadden over Bôh.”

“Ga, NU!”

Chihiro gromde van frustratie als Yubaba zich omdraaide en vertrok. “Ik ga Bôh vertellen dat je me lastig valt!” Riep ze naar Yubaba.

Yubaba grinnikte. “Doe dat, maar eerst ga jij eens goed schrobben in het grote bad. En omdat Lin er op aandrong om je partner te zijn, kan zij mooi helpen.”

Chihiro liep sacherijnig de zaal uit, op weg naar Lin.

“LIN!” Riep Chihiro, Lin kwam eraan rennen.

Toen Chihiro het vertelde over het gesprek van Yubaba en haar, zuchtte Lin “Je heb steeds meer problemen dan dat je waard bent.” Gromde ze.

Chihiro grinniken verontschuldigend. “Ze is boos op het feit dat ik praat met Bôh.”

Lin gromde in ergernis. “Volgende keer eerst nadenken voordat je die oude heks irriteert.”

Chihiro bleef grijnzen. “Sorry, maar zo slecht is het ook niet. Het is net zoals onze eerste taak.”

Lin rolde met haar ogen. “Deze dag kan niet erger.”

(-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-)

Twee geesten maakte hun weg naar het badhuis, allebei leken ze veel op bergen. De ene was heel groot en had een lichaam gemaakt van rotsen. De borst en haden waren bedekt met groen haar. Bij nader in zien bleek het gras te zijn. Hij had een lange roene baard en de top van zijn hoofd was puntig en bedekt met sneeuw.

Deze geest was de ondersteuning van de tweede geest, die leek precies op de andere alleen zonder baard, ronder en korter. Deze zag eruit alsof hij veel pijn had en ergers erg boos over was. Het was uitgeput, misschien was dat de reden.

“We zijn er bijna.” Vertelde de grotere geest tegen de kortere.
“Je zult je veel beter voelen hierna.”

De kortste geest keek naar de langste. “Ik kan niet geloven dat je me hierheen sleept en me hier dumpt.”

“Deze ‘dump’ is het beste badhuis die ik ken.”

De korte hijgde van de pijn en greep naar zijn maag. “Je hebt geen idee hoeveel pijn ik hierbinnen voel.”

“Hou je taai. Deze plaats zou wonderen verrichten voor je.”

De twee liepen het badhuis in. De voorman begroette hen zoals hij iedere gast ook begroete. “Goedendag.”

De grote geest knikte terug, maar de korte was niet zo vriendelijk. “Wat is hier zo goed aan.”

De voorman kromp in elkaar. “Eh, het spijt me.”

De langste gaf zijn vriend een vuile blik. “Let maar niet op hem. Hij is niet zo lekker.”

“Hou je mond!” riep de kortste geest.

“Wat is dat voor geschreeuw.” Riep Yubaba toen ze de kamer inkwam.

De korte geest keek haar aan. “Niemand schreeuwt ouwe heks.”

Yubaba deed een stap terug. Ze wist dat er niet te knoeien was met deze geest. “Mijn fout, ik ga gewoon mijn best doen en mijn werkgevers zorgen voor je. Lin! Sen!”

De twee haastten zich, drijfnat en bedekt met zeepsop.

“Ja, Ma’am?” Vroeg Lin, ze probeerde de woede van haar stem te houden. “We waren het grote bad aan het schoonmaken, zoals u had gevraagd.”

Yubaba negeerde Lin, “We hebben twee bergeesten, ze hebben hulp nodig. Sen neem jij de kortere mee, En voorzichtig zijn, hij is in een heel slecht humeur.”

Chihiro kreunde. “Waarom ik?”

“NU!” Schreeuwde Yubaba.

Chihiro en Lin naderden de twee geesten. De kortere keek naar Chihiro. “Een mens, wat doet een mens hier nou?”

Chihiro gaf een geforceerde glimlach. “Volg mij, meneer, ik zal u bad klaarmaken.”

De hele weg naar het bad bleef de geest mopperen, klinkend zowel boos en kreunend van de pijn.

“Meneer alles oke?” vroeg ze.

“Met mij gaat het prima.” De geest brak. “Ik voel me niet zo goed. En ik heb geen behoefde aan een stinkend mens die zich zorgen maakt over mij.”

“Als u het zegt.”

Chihiro werd gefrustreerd door de houding van de Geest. Waarom was hij dan zo’n eikel? Was het omdat hij ziek was? Kunnen geesten wel ziek worden?

“Hier is uw bad, meneer.”

“Dat zie ik, uit de weg!” De geest rende langs haar en kroop in het bad.

“Ah, dat is fijn.”

Chihiro boog naar hem toe. “Heel goed, meneer. Als je iets nodig hebt, vraag het en ik zal er voor u zijn.”

Ze draaide zich om om te vertrekken, maar de geest hield haar tegen. “Wat ben je hier eigenlijk aan het doen? Waarom ga je niet terug naar waar je hoort?”

Chihiro verloor haar geduld. Ze wendde zich tot de geest en probeerde haar gezicht in de plooi te houden. “Dit is waar ik thuishoor.”

De geest begon te lachen. Vonken vlogen uit zijn mond. “Mensen horen hier niet. Waarom denk je dat ze verwijnen? Uw soort zijn alleen maar problemen.”

“Dat is niet waar!” Riep Chihiro.

“O nee? Nou je toont me niet dat je anders bent dan andere mensen die ik heb gezien. Jaren lang heb ik toegekeken hoe de mens land verwoest rond mijn berg. Nu ben ik aan lijden.

Chihiro voelde haar woede een beetje vallen. “Wat is er mis? Misschien kan ik helpen.”

“Je kan niet helpen, niemand kan helpen.”

“Waarom kan dat niet?”
De geest keek argwanend, bijna nieuwsgierig. “Waarom? Kan het jou wat schelden dan?”

“Niet alle mensen zijn wreed en destructief.” Zei ze. “Ik wil alleen maar helpen. Ik hou er niet van om te zien als iemand lijd. Laat me je helpen.”

De geest leek haar te overwegen voor een moment. “Fijn. Ik zie niet goed hoe maar het zal wel wat doen.” Hij zette zijn enorme handen op zijn hoofd. “Ik heb de ergste hoofdpijn ooit en mijn hele lichaam doet pijn, ik voel me alsof ik moet overgeven en ik begin te verbranden.” Hij begon te hoesten. “En het word steeds erger.!”

Chihiro slikte. Ze had geen idee wat te doen voor de arme geest. “Wacht even, ik ben zo terug.”Ze verlaten snel de kamer en begon door het badhuis te schreeuwen, “Yubaba! Yubaba! YUBABA?!”

Het duurde ongeveer een minuut om de heks te vinden, die was helemaal niet blij om haar te zien. “Wat is er?” vroeg ze “Je verstoort de klanten.”

Chihiro stopte om op adem te komen. “Yubaba, er is iets heel erg mis met de berg geest. Ik weet niet wat het is, maar hij is echt aan het lijden.”

Yubaba keek verward voor een moment. Maar ze schudde haar hoofd en zei:
“Goed, waar is hij?”

Chihiro leidde haar terug naar de geest. Hij was er nog slechter aan toe dan toen ze weg ging. Zijn hele lichaam trilde.

“O my!” Riep Yubaba bij het zien van de geest.

“IK zei het je!” Huilde Chihiro van angst.

De geest keek op naar het geluid van de twee vrouwen. “Mens wat heb je met mij gedaan? Ik voel me nog erger!”

Zijn lichaam trilde nog steeds. Chihiro rende naar de geest om te zien of ze kon helpen. “Maak je geen zorgen, ik zou proberen OUCH!”

Bij het aanraken van de rotsachtige geest, verbrandde ze haar hand. Ze verloor haar evenwicht en viel bijna in het water.

“Het doet pijn!” riep die geest. “Ik brand! Ik brand! Laat het stoppen!”

Chihiro wendde zich tot Yubaba voor instructies, maar zelfs de oude heks was niet zeker wat ze moest doen. Ze draaide zich zo snel mogelijk om en riep zo luid mogelijk: “Iedereen niet naar een klant, kom hierheen NU!”

Ze draaide zich weer om en zweefde naar de geest en Chihiro. “Meneer vertel me wat er mis is, misschien kan ik u helpen met een-”

“HATJOE”

De geest nieste midden in het rimpelige gezicht van Yubaba. De heks vloog naar achteren, bedekt door sneeuw. Ze veegde het van haar af een keek boos naar de geest. Hij ademde zwaar en bij elke ademhaling kwam er vuur uit zijn mond.

“Mevrouw, we zijn er.” Zei een van de baduiswerknemers. “Wat is er gebeurd?”

Yubaba gaf geen antwoord. Ze stak haar hand op en veegde nog wat ‘snot’ uit haar gezicht. “As?” Fluisterde ze kijkend naar het witte stof

De spirit keek alsof hij kon overgeven. “Het is zo warm.” Mompelde hij, die niet meer de kracht had om te schreeuwen.

Yubaba keek hen en weer tussen de geesten met de as in haar handen. “As? Herhaalde ze. “Kan het zijn?”

Ze keek terug op de geesten en Chihiro die nog steeds probeerde te helpen. De geest bewoog plotseling voorover en greep de rand van het bad vast dat verbrande bij zijn aanraking.
Yubaba’s ogen werden groot en realiseerde zich wat dit kon betekenen.

“Sen! Ga weg daar!” Riep ze in paniek. “Dat is geen berg geest, het is een uitbarstende vulkaan geest!”

De geest moest nu overgeven, het braakte de hele vloer onder. Alleen was het geen braaksel, maar lava.

“Laat het stoppen!” Smeekte hij

“Zijn vulkaan moet uitbarsten voor de eerste keer.” Zei Yubaba.

“Mijn hoofd! Riep de geest. “Mijn maag!”

De geest zijn lichaam begon donkerder te worden alsof het in brand stond. Dat was eigenlijk ook wat er gebeurden. De pijn was onvoorstelbaar. Het werd dan ook een erkende vulkaangeest.

(-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-)

Ver weg, ergens terug in de menselijke wereld, mensen waren in paniek, de dachten wat vroeger een berg was te zijn, een vulkaan bleek te zijn. De vulkaan stond op het punt op lava te spuiten, voor de eerste keer. Het zou de hele stad vernietigen.

(-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-)

De mensen die op dit moment de geest zagen, hadden veel pijn te zien. De transformatie was intens, en pijnlijker dan een mens of geest kon verdragen.

“Heet! Heet! Heet” Riep hij. “Ik kan het niet aan!”

“Wacht even, ik zal meer water halen.” Riep Chihiro, ze zag dat het bad half leeg was. Vlug rende ze naar een van de werknemers achterin een hoekje in elkaar gedoken. “Heeft iemand een badtoken?”

“Ja.. hier.” Stotterde de geest.

Chihiro pakte het uit de hand van de geest en rende terug naar het bad.

“Sen, kom NU hier!” Yubaba huilde bijna. “Het is te gevaarlijk voor een mens! Hij barst uit voor de eerste keer, hij kan zich niet bedwingen!”

“Iemand moet het doen!” Schreeuwde Chihiro.

Vlug rende ze naar de plek waar ze het water kon halen, klikte de badtoken erin en stuurde hem naar Kamajii. De sleuf opende en viel boven het bad. Hij was klaar om gebruikt te worden. Chihiro liep naar het bad en probeerde aan het touw te trekken. Plotseling vloog de vulkaangeest in brand.

“BRAND!” Riep hij, “IK BRAND!”

“Wacht even!” Chihiro huilde. “Ik ben er bijna!”

Ze probeerde het touw te pakken, maar ze moest langs de brandende geest.

“Ga weg van mij!”

“Ik moet je helpen!” Schreeuwde Chihiro terug.

“Dwaze mens, je zult jezelf doden! AAAHHH”

Vlammen kwamen uit de top van de berggeest”
Tranen zuur liepen over zijn wangen.

Chihiro kwam zo dicht mogelijk bij de brandende geest als ze kon komen, zonder dat ze zichzelf verbrande. Haar vingers sloten om het touw en ze trok eraan. Water begon te stromen, het goot over de geest en doofde de vlammen, het verminderde de pijn, maar niet helemaal.

“Ik… kan niet… neem… het…. meer…. MEER..” Kreunde de geest.

Chihiro wist niet wat ze nog meer kon doen. “Vertel me alsjeblieft hoe ik je kan helpen!”

“Ga weg bij me!” Brulde de geest, hij maakte een wenking naar de deur met zijn grote stenen hand, die gelukkig niet meer in brand stond.

Chihiro liet zich van de badrand afglijden en rende naar de deur. De geest gaf nog een laatste kreet van pijn voordat de top van zijn hoofd ‘ontplofte’. Een explosie van vuur en lava kwam van de opening op zijn hoofd. Die recht omhoog door het badhuis, door het plafon.. het branden door alles wat op zijn pad kwam. De geest schreeuwde het uit van de pijn en langzaam zonk hij onderwater

(-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-)

Terug in de menselijke wereld, de top van de vulkaan blies open, een rivier van lava liep naar beneden. Het kwam recht op de stad af. De dorpelingen konden nergens naar toe. Ze zouden levend worden verbrand.

(-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-)

In het badhuis, de straal lava viel naar beneden. Het water waar de vulkaangeest in zat was zwart van het koken. Het leek op een teerput, waar Yubaba wel later over zal gaan klagen hoeveel het wel niet zou kosten om het te repareren en schoon te maken. Langzaam begon er iets grijs uit het zwarte teer te verschijnen. Gloeiende rode ogen kwamen te voorschijn uit de smurrie, terwijl er lava uit het hoofd van de vulkaangeest naar beneden stroomde.

De geest hief zijn armen en stak ze in het ‘gat’ in zijn hoofd.

(-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-)

De lava kwam nog steeds richting de stad. Het was minder dan een mijl van de stad vandaan, wanneer de stroom plotseling stopt. Het was alsof er een onzichtbare barriere was geplaatst voor de stroom. Langzaam, stroomde de lava naar links en rechts langs de stad heen, naar twee beken die om de stad heen lagen, het stroomde naar de haven, waar het bleef. De stedelingen keken met verbazing naar hun huizen en levens. Ze werden gespaard door schijnbaar bovennatuurlijke krachten. Niemand wist wat er precies was gebeurt.

(-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-)

Terug in het badhuis, de uitbarsting verminderde tot er niets meer uit de top van de vulkaangeest kwam. De vulkaangeest haalde zijn handen uit het gat en zonk onder de oppervlakte.

Iedereen was stil, niet zeker of het gevaar voorbij was of niet. Chihiro was de eerste die bewoog. Ze naderde langzaam het bad en keek in de bruisende zwarte rommel.

“Meneer, bent u oke?” Vroeg ze voorzichtig.

Het grauwe water begon te borrelen, opnieuw. Toen kwam er iets uit de zwarte derrie. De vulkaangeest zweefde in de lucht, hij had geen pijn meer. De transformatie was geweldig. Zijn lichaam zag er nu sterk en gespiert uit. Het was nog steeds gemaakt van steen, maar het was allemaal zwart en verbrand, het was bedekt met gloeiende oranje scheuren. Boven op zijn hoofd was een groot gat. De geest haalde diep adem en wendde zich tot Chihiro,

“De pijn is weg.” Verklaarde hij met een stem, dieper en krachtiger.

“Naast mijn woede, is mijn transformatie voltooid, mens, ik kan je niet genoeg bedanken voor uw hulp. U verminderde sterk mijn pijn en gaf me kracht voor mijn eerste uitbarsting.”

Chihiro glimlachte nerveus. “Eh, geen probleem.” Zei ze

“Het was me een genoegen om uw te helpen. Eh, het gebeurt toch niet elke keer zo als uw vulkaan uitbarst?”

De geest schudde zijn hoofd. “Nee, dit was gewoon voor de eerste keer, dit was nodig. Mens, je hebt laten zien hoe goed je bent, daarom heb ik de stad gespaard.

Chihiro boog. “ Dank u, meneer. Ik ben blij dat u oke bent.”
De geest knikte naar haar. “Ik heb een geschenk voor u. Maar eerst zal ik de schade genezen die ik u heb veroorzaakt.”

De geest hief zijn handen en legde die op het hoofd van Chihiro. De brandwonden die ze had gekregen verdwenen.

“En dan nu je beloning.”

“Dat hoeft niet meneer.” Zei Chihiro verlegen

“Dat zal het wel.” Hield de geest vol

De vlammen op zijn hoofd begonnen te branden, er vloog iets uit het gat in zijn hoofd. Een heldere rode edelsteen dat leek te gloeien. Het zweefde naar Chihiro. Ze keek naar het, aarzelend, omdat het er erg heet uitzag.

“Het zal geen pijn doen.” Vertelde hij haar. “Neem het.”

Chihiro pakte de edelsteen, het was warm, maar niet heet.

“Dank u, meneer.” Fluisterde Chihiro, geheel gebiologeerd door de schoonheid van het juweel.

“Je hebt het verdiend.” Antwoordde de geest. “Ik zal nu gaan, ik dank u allen voor uw vriendelijkheid.”

De geest verliet de kamer, buigde voor Yubaba en de andere geesten. Hij liep naar de oude berggeest en ze liepen samen naar buiten. De oude hekst wist niet goed wat ze moest zeggen.

“CHIHIRO!” Lin dwong haar weg door de menigte en rende naar haar vriendin. “Je maakte me ziek ongerust! Nooit, NOOIT wil ik dat je nog zoiets doet!”

Chihiro glimlachte verontschuldigend. “Oke, ik doe het niet meer, dat beloof ik.”

Lin zag de heldere rode edelsteen in haar hand. “Wat is dat?”

Chihiro keek naar de steen. “Oh, het is een..”

De edelsteen werd plotseling weggerukt uit haar hand door Yubaba.

“AH!” Riep de oude heks, ze bekeek de parel in ongeloof. “Ik geloof het niet! Een brand robijn! Sen, heb je enig idee hoeveel deze dingen waard zijn?!”

Chihiro had geen flauw idee. "Eh ... veel?"

"Een echte vuur robijn?" vroeg Lin, net zo verbaasd als Yubaba.

Yubaba zag Lin en de andere naar de edelsteen kijken en stopte de edelsteen in de hand van Chihiro.

“Ik wist dat het een goed idee was om je weer aan te nemen!” Verklaarde ze. “Maar breng jezelf niet zo in gevaar, oke?”

Chihiro grijnsde. “Leuk om te weten dat je om me geeft.” Zei ze zelfvoldaan.

Yubaba negeerde de opmerking. “De rest van de dag vrij, en jullie daar, ruim deze puinhoop op!”

Er werd gekreunt. Lin stootte Chihiro aan en glimlachte naar haar. “Een dag terug en je bent alweer Yubaba’s favoriet!”

(-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-)

Later die nacht zat Chihiro op het balkon, starend in de verte, denkend aan een bepaalde rivier geest.

“Dagdromend over je draak?”

Chihiro hoefde niet om te kijken om te weten wie dat zei. “Je houd me op mijn zenuwen, vind je niet?”

Lin lachte en ging naast haar zitten. “Je bent leuk om te plagen. Neem het niet zo persoonlijk. Oh trouwens, goed werk met die vulkaangeest vandaag.”

Chihiro grinnikte. “Waarom lijkt het alsof ik altijd de lastige patiënten heb? Eerst een riviergeest die verstopt raakte door afval, dan was er Haku die werd vervloekt door Zeniba, ook No-Face die uit zijn dak ging en mensen ging eten, vandaag kreeg ik een vulkaangeest die ontspon voor de eerste keer.”

Lin lachte. “Veel.” Zei ze. “Maar je bent een professional en je hebt hier nog niet eens zo lang gewerkt.

Chihiro haalde zijn schouders op. “Ik hoop alleen dat ik niet steeds zo’n moeilijke klant krijg.”

“Met jouw geluk krijg je waarschijnlijk te maken met de moeilijkste geest in de gehele spirituele wereld.” Pesten Lin.

“Ik weet zo weinig over deze wereld.” Zuchtte Chihiro

Lin snoof. “Meisje, je hebt er misschien een slecht gevoel over maar ik ben 4146 en ik weet niet alles over deze wereld.”

Chihiro keek naar Lin. “Wow, je bent echt meer dan 4.000? Je ziet eruit alsof je een twintiger bent.”

Lin grinnikte. “Dat komt omdat ik voor deze leeftijd koos. Hoe oud ben jij nu eigenlijk?

“16.” Antwoordde Chihiro.

Lin wuifde met haar hand. “Naja, leeftijd doet er niet toe in deze wereld. Ik bedoel, kijk naar Bôh. Hij is rond de 300, 320.”

“307.” Antwoordde Chihiro

“Juist, en hij is nog steeds een baby. Sommige geesten vergeten zelfs hoe oud ze zijn. Dat gebeurt als je voor altijd leeft.”

“Hmm.” Zei Chihiro.

Lin betrapte Chihiro op het verdriet in haar stem en besefte haar fout. “O Sen, Ik bedoel, grr, Chihiro, ik bedoelde er niets mee.”

Chihiro glimlachte zwakjes. “Het is goed.”

Lin schudde haar hoofd. “nee, dat is het niet. Ik vergeet steeds dat mensen niet het eeuwige leven hebben.

Chihiro wilde niet praten over haar sterfelijkheid. “We proberen er niet aan te denken en gewoon leven tot het moment. Als ik mezelf niet dood, kan ik nog steeds een goede 60, misschien 70 of 80 jaar hebben.”

Lin fronste haar wenkbrauwen. “Dat is het?” Vroeg ze zonder na te denken. Toen ze merkte wat ze zij klemde ze haar hand over haar mond.

“Dat is de leeftijd van de meeste mensen.” Antwoordde Chihiro. Al dit gepraat over de dood werd steeds deprimerender. “Ik ga naar bed. Ik zie je morgen.”

Lin knikte. “Goede nacht.”

(-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-)

Een paar uur na dat de twee naar bed gingen, kwam er een grote witte draak aan bij het badhuis, niet op de hoogte van de nieuwe werknemer, die daar werkte. Omdat het laat was ging hij naar bed, dromend over een meisje dat hij 6 jaar geleden ontmoette.


Reacties:

Er zijn nog geen reacties op dit verhaal.