Hoofdcategorieën
Home » Sailor Moon » Spirited away, Terug in de spirited wereld » hoofdstuk 5, een veelbelovende belofte
Spirited away, Terug in de spirited wereld
hoofdstuk 5, een veelbelovende belofte
Haku werd wakker in een zeer goede stemming. Hij wist niet waarom, maar iets over vandaag voelde bijzonder. Het was bijna alsof er een aanwezigheid in het badhuis was, dat kracht uitstraalde die hem vulde met vreugde. Toch wist hij weinig wat er vandaag zou gebeuren in het badhuis
Opstaan, Haku maakte zich klaar om te beginnen aan een nieuwe werkdag in het badhuis. Hij ging naar beneden om iedereen te begroetten. Hij was verbaasd, het was alsof iedereen een beter humeur had dan normaal.
“Meester Haku! Meester Haku!” Haku zag de kleine kikker geest heen en weer springen. “Meester Haku, je bent terug! Wanneer was u aangekomen?”
Haku haalde zijn schouders op. “Ik weet het niet zeker, ergens gisteravond laat.” Hij keek om zich heen naar de extra tevreden werknemers. “is er iets gebeurd toen ik weg was?”
De kikker’s mond viel open. “Je bedoeld dat je het nog niet gehoord hebt?”
Haku trok een wenkbrauw op. “Wat gehoord?”
“Sen is terug!” Schreeuwde de kikker.
Haku bevroor, de woorden van de kleine kikkergeest kwamen tot hem door. Eenmaal begrepen keek hij naar de kikker.
“Dat is niet grappig, siste hij. U moet weten dat u daar geen grappen over maakt tegenover mij.”
De kikker schudde zijn hoofd. “Ik maak geen grapje, ik ben serieus! Ze is echt hier!”
Haku bukte zich en keek naar de kikker. “Als je liegt tegen me, zal ik je veranderen in een echte kikker voor een week.” Dreigde hij.
Hij verwachte dat de geest zou bekennen dat hij een grapje maakte, het zou niet de eerste keer zijn dat iemand deze grap maakte. Geen van hen realiseerde zich dat ze niet alleen plezier hebben op zijn kosten, maar ze ook het hart van Haku breken, elke keer weer.
Tot zijn verbazing gaf de geest hem alleen maar een grote grijns. “Meester Haku, Als ik lieg zal ik mezelf persoonlijk dienen als kikkerbilletjes voor gasten.
Haku’s hart begon te racen. Was Chihiro hier echt? Is ze echt terug gekomen? Zou hij haar eindelijk zien naar al die jaren?
Hij greep de kikker geest vast en hield hem op ooghoogte. “waar is ze?”
(-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-)
“Wat heeft er in dit bad gezeten?” Klaagde Chihiro als ze naar het bad keek.
Lin haalde haar schouders op. “Ik weet het niet, maar wat ze ook waren, ze hadden een erge behoefde aan erg goed schrobben.”
Chihiro wreef harder, maar in plaats van dat het verdween, leek het spul zich te versprijden. “Ahh, dt spul komt er maar niet uit. Man ik wou dat ik magie ofzo had zodat ik het kon laten verdwijnen.”
Ze keek naar Lin, maar Lin schudde haar hoofd. “sorry meis, ik kan je niet helpen, we moeten maar gewoon blijven schrobben.”
Chihiro begon met haar tanden te knarsen en schrobde woedend over het bad. “Grr, is er niet een ander soort zeep die hiertegen helpt ofzo?”
“Wacht even, ik ga het wel even controleren.” Zei Lin, ze klom uit het bad. “Ik weet het niet zeker, wacht even tot ik terug ben.”
“Stomme Yubaba.” Gromde Chihiro. “Die oude heks houdt er gewoon van om zo gebruik van mij te maken.”
Ze bukte en begon weer te dweilen. Ze zag niet dat er een figuur in de deuropening stond, vanuit daar naar haar te kijken, een poging om moed te vinden en naar binnen te stappen. Hij wist dat ze blij zou zijn om hem te zien, maar hij wist dat ze ook woedend zal zijn. Het was immers 6 jaar geleden, een aardige lange tijd voor een mens, maar het was aan hem, haar woede kan haar vreugde overmeesteren, ze was nu al in een slecht humeur.
Chihiro hoorde iemand kuchen en zeggen: “Het is vreemd hoe een mens in 6 jaar zo kan veranderen.”
Toen Chihiro dat hoorde bevroor ze. Ze herkende die stem. Ze hoorde het in haar dromen, de hele tijd. Het klonk ouder, meer volwassen, maar er was maar een persoon die bij die stem toebehoorde.
Langzaam draaide ze zich om, haar ogen werden groot bij het zien van de geest van de Kohaku River. De laatste keer dat ze hem zag, was hij een kleine jongen. Maar nu niet meer. Hij was uitgegroeid tot een jonge man. Een zeer aantrekkelijke jonge man. Ze voelde haar hart bonken in haar keel.”
‘is dat Haku, is dat hem echt?’ dacht ze vol ongeloof.
Ze bekeek Haku, dit was wat ze had gedroomd, de afgelopen 6 jaar, maar dit was geen droom, het was veel beter dan een droom. Ze voelde zich smelten onder zijn blik.
Ze realiseerde zich plotseling dat ze keek en trok zich samen. Ze veranderde haar gezicht van verbaast naar serieus en zei: “Nou wij mensen hebben niet het voorrecht om te beslissen over onze tijd, in tegenstelling tot sommige mensen.”
Haku glimlachte. Chihiro moest zich bedwingen om niet uit het bad de klimmen en naar hem toe te rennen. Ze kneep zich in haar arm om te kijken of ze niet droomde. Ouch! Yup, ze was wakker. Dat betekende dat dit echt was!
Haku was er in geslaagd om de moed te vinden om de kamer in te gaan. Hij kon niet geloven dat ze hier echt was. Hij zou zich moeten verontschuldigen tegenover zijn kleine kikker vriend. Maar op dit moment had hij belangrijkere dingen om voor te zorgen.
Hij benaderde Chihiro met meer vertrouwen. Misschien was ze niet zo gek als hij dacht. Ze kijkt zeker niet raar, eigenlijk keek ze meer alsof ze in shock was.
Hij gaf haar een vriendelijke glimlach en zei: “Je bent echt gegroeid. Je ziet er prachtig uit.”
Chihiro voelde zich blozen. Waarom verraden haar lichaam haar zo? “D-Dankjewel. Je bent ook gegroeid. Om een of andere reden verwachte ik nog steeds dat kleine kind weer te ontmoeten.”
Haku fronste zijn wenkbrauwen. “Ik kan weer veranderen in kind als je wilt.”
“NEE!” Riep Chihiro, veel te luid. Ze werd rood van schaamte. “Je ziet er goed uit, volwassen, echt knap.
Haku glimlachte weer, “Het was een lange tijd.”
Chihiro knikte instemmend. “Te lang.”
Haku deed nog een stap dichterbij. “Het is echt geweldig om je weer te zien. Ik heb je gemist.”
Chihiro kon zichzelf niet meer inhouden. De doek viel uit haar handen terwijl ze haar armen om de rivier geest sloeg. Haku was verbaasd op het eerste. Gelukkig, maar verrast. Hij keerde de omhelzing dankbaar. Hij verlangde ernaar om haar zo lang mogelijk vast te houden. Nu dat hij haar vast had, wilde hij haar nooit meer laten gaan.
Pijnlijke steken brachten hem terug naar de realiteit. Het kostte hem een moment om te beseffen dat Chihiro hem had geslagen en nu woedend voor hem stond.
‘uh, oh, ze ziet eruit alsof ze gek is na alles.’ Dacht hij, als hij zijn hand over de rode markering die op zijn wang liet gaan. Hij moest toegeven dat hij die verdient had, maar zo?
“Eh, Heb ik iets gemist?” Kwam er vanuit de deur.
Lin was teruggekeerd met een fles schoonmaakmiddel. Ze bekeek de situatie. “Ik zal gewoon… ik zal later wel terugkomen.” Zei ze en ze liep langzaam achteruit.
“Waar was dat voor?” Vroeg Haku, nadat Lin was verdwenen.
Chihiro sloeg haar armen over elkaar. “Doe niet zo dom.” Gromde ze. “Je weet heel goed waar dat voor was.”
“Uhhh,”
Chihiro werd nog bozer. “Hmm laten we eens kijken, wat dacht je van het breken van je belofte? Hoe zit het voor het verlaten van mij toen ik je nodig had? Hoe zit het met de rivier, ik was er altijd, altijd, maar waar was jij? Geen enkele aanwijzing? Hoe moest ik weten dat je nog bestond? Waarom? Zijn er goede redenen? Zo ja, vertel me, ik heb nog veel meer!” Schreeuwde Chihiro, rood van woede.
Haku schaamde zichzelf. “Chihiro, ik…” Hij wist eigenlijk niet wat hij moest zeggen, maar blijkbaar had hij het niet nodig om wat te zeggen, omdat Chihiro nog niet klaar was met praten.
“Je hebt me verlaten Haku!” Huilde ze. “Ik vertrouwde je, ik geloofde echt dat we elkaar weer zouden zien. Ik dacht dat je me geholpen had, en nu ik geen hulp meer nodig had, je me liet stikken.” Ze stond te trillen, van woede nu. “Maar het is al 6 jaar geleden Haku, 6 jaar! Niet een keer heb je een poging gedaan om contact op te nemen, waarom heb je me met rust gelaten?”
Haku liet zijn hoofd hangen. “Chihiro ik weet dat je boos bent, maar-“
“BOOS? Nee Haku, ik ben niet boos.” Ze kookte van woede. “Ik weet geen woord om te beschrijven hoe woedend ik nu ben. Je hebt me helemaal alleen gelaten. Je beloofde me dat we elkaar weer zouden zien. Maar je heb je belofte niet gehouden. Ik wachtte al die jaren en ik heb niets. Weet je wel wat dat betekend voor mij?”
Haku schudde zijn hoofd.
“Laat het me je vertellen, na mijn uitstapje naar de geestelijke wereld heb ik me nooit meer dezelfde gevoeld. Ik voelde me verloren in mijn eigen wereld. Ik heb nooit echte vrienden gehad. Ik voelde me alleen, was alleen, ik voelde me ver van iedereen, inclusief mijn ouders. Ik voelde me alsof ik niet behoorde tot mijn eigen soort. Ik riep zo vaak om je. Ik huilde vaker dan dat ik sliep. Het enige wat ik moest vasthouden was de belofte die je maakte voor me. Ik geloofde dat ik op een dag erin zou slagen om hier terug te keren en je weer te zien, maar dat is nooit gebeurd. Ik liep door de tunnel zo vaak dat ik weet dat ik alles uit mijn hoofd kan opnoemen wat daar staat. Ik ging naar je rivier zo vaak dat mijn ouders me als gek aanzagen.”
Ze schreeuwde niet meer. Ze klonk gekwetst en vol verdriet. Het brak Haku’s hart om haar zo te zien.
“En toen begon ik te twijfelen aan dingen. Ik begon me af te vragen naar mijn eigen geestelijke gezondheid. Ik begon te denken dat alles maar een droom was, dat het nooit gebeurd is, maar ik wist in mijn hart dat het allemaal echt was. Dus toen begon ik te denken dat je loog tegen mij… Dat de belofte die je maakte gewoon een reden was om me terug te laten keren naar de menselijke wereld, een wereld waar ik niet meer behoorde. Ik heb geprobeerd om mezelf ervan te overtuigen dat dit niet waar was, maar na jaren van wachten en het ontvangen van niets, geloofde ik het niet meer. Een van mijn weinige vrienden bleef me vertellen om verder te gaan, en dat het me nooit zou lukken. Maar dat zinkende gevoel dat je tegen me hebt gelogen, dat je me bent vergeten.”
Ze draaide zich om zodat Haku haar niet zag huilen. Haku voelde een mengsel van verschillende emoties. Hij was blij om haar weer te zien, maar hij werd verpletterd om haar zo te zien en hij was boos op zichzelf omdat hij een van de belangrijkste redenen was in deze toestand.
“Chihiro.” Zei hij zachtjes.
Chihiro verkrampte toen hij haar naam uitsprak. “Vertel me een ding, Haku. En waag het niet te liegen tegen me!” Ze draaide zich naar hem toe, zowel verdrietig als boos tegelijk. “Heb je echt die belofte gemaakt, alleen maar om mij te verlaten? Was ik maar een stom verloren menselijk meisje waarmee je medelijden mee had?”
Haku was verbaasd dat ze zo zou denken, maar ja, in zekere zin had hij haar verlaten, maar dat was nooit zijn bedoeling geweest.
“Chihiro, ik zweer het op mijn eeuwige leven, dat de belofte die ik aan jou heb gedaan een plan was om aan te houden. Je was niet zomaar een mens waarmee ik medelijden had. Ik was nooit van plan om je op te geven.”
Chihiro keek in zijn ogen, ze zag dat hij er echt spijt van had wat hij had gedaan. Ze voelde haar woede vervagen.
“Waarom sprak je niet toen ik bij je rivier was?” Vroeg ze. “Ik weet dat je je tijd opsplitst tussen de rivier en het badhuis, maar je moet er ten minste een keer geweest zijn toen ik er ook was.
Haku knikte. “Ja, soms dacht ik je aanwezigheid te voelen. Maar het grootste deel van mijn rivier ligt onder de grond, ik kon niet communiceren op zo’n klein stukje.
Chihiro was niet tevreden met het antwoord. “Je hebt me geholpen toen ik in de rivier viel als kind.”
“Dat was voor mijn rivier bedekt werd.” Legde hij uit. “had je geprobeerd contact met me op te nemen op een groter deel, zou ik in staat zijn geweest om met je te communiceren. Maar omdat mijn rivier grotendeels ondergronds is, kan ik niet met je communiceren, het was niet mogelijk.” Hij keek omhoog in Chihiro’s ogen, smekend om vergeving. “Geloof me, Chihiro, ik zou je nooit met opzet in de steek laten. Ik wilde graag komen, maar ik kon het niet. Mijn rivier was mijn manier om contact te hebben met de mensenlijke wereld, maar het werd afgesloten, dus kon ik niet komen. Ik wilde de belofte niet breken. Ik wist niet hoe of wanneer, maar ik wist dat we elkaar weer zouden zien. Nooit had ik gedacht dat het 6 jaar lang zou duren.” Chihiro was verast om een traan langs Haku’s wang te zien lopen. “Vergeef me,Chihiro. Het laatste wat ik wilde doen was je pijn doen, vergeef me alstublieft.”
Hij was te beschaamd om naar haar te kijken, hij sloot zijn ogen. Hij verdiende het niet om bij haar te zijn. Hij had beloofd om er te zijn voor haar, maar hij was het niet. Hij had haar laten zitten. Ze was verloren en alleen voor 6 jaar.
Hij voelde een hand in zijn gezicht. Hij opende zijn ogen, Chihiro stond voor hem.
“Het spijt me.” Fluisterde ze.
Haku knipperde met zijn ogen van verwarring. “waar heb je spijt van dan?” Vroeg hij. “Ik ben degene die je in de steek liet.”
Chihiro schudde haar hoofd. “Maar ik ook, ik had meer vertrouwen moeten krijgen in je. Het spijt me dat ik ooit heb getwijfeld. De belofte is vervult, het had gewoon een tijd nodig om hem te laten vervullen.
Haku glimlachte. “Dus je vergeeft me?”
“Alleen als je het mij vergeeft.”
“Doe ik.”
Chihiro glimlachte terug. “Dan zal ik het jou ook vergeven.”
Dat was het. Alles werd vergeven. Het ging weer goed tussen hen. Chihiro moest de drang om hem te kussen weerstaan. Alleen het fijt dat ze het gevoel dat hem niet beviel op die manier hield haar tegen.
Na enkele momenten van stilte, vroeg Haku: “Dus, hoe zijn de dingen in de menselijke wereld?”
Chihiro haalde haar schouders op. “Zo’n beetje hetzelfde als ze altijd waren, alleen de dingen waren nooit meer hetzelfde voor mij sinds ik hier was geweest. Dus heb ik besloten een vakantie te nemen en kom ik hier terug.”
Haku lachte. “Nou, ik ben blij dat je dat deed. Hoe ben je terug?”
“Zelfde manier waarop ik hier de eerste keer kwam.” Zei ze. “De poort, uiteindelijk mocht ik erdoor. Maar wat ik wilde vragen, wat opent de deur?”
Haku haalde zijn schouders op. “van onze kant, slechts een zeer krachtige geest kan het openden. Van jou kant, ik weet het echt niet. Er zijn een aantal theorieën over een grote bijeenkomst van de magie, dat verschillende geesten bij elkaar doen, dat de poort opent.”
Chihiro dacht na voor een moment. “Klinkt logisch. De eerste keer dat ik hier kwam was rond de tijd dat er een stel geesten aankwamen. Ik neem aan dat alle verzamelde magie de poort kon openen. Het was dus eigenlijk blind geluk dat ik hier terecht kwam.”
Haku knikte. “Als de theorie juist is…”
Chihiro grinnikte. “Ach, wat maakt het uit? ik ben hier nu, dat is alles wat telt. Vertel hoe was het hier? Het is een tijd geleden dat je je naam terug hebt.”
Haku gaf haar een glimlach die haar het gevoel gaf dat ze door haar knieen zakte. “Er zijn Ups en Downs. Ik heb mijn identiteit terug. Ik heb altijd het gevoel gehad zo onvolledig te zijn zonder naam. Maar dankzij jou, herinnerde ik me wie ik was. Kon ik mijn weg vinden naar huis. Jarenlang voelde ik me bijna weer compleet. Er was slechts een ding dat ontbreekt..”
Haku onderbrak zijn zin. Helaas voor hem, Chihiro hoorde hem luid en duidelijk en haar nieuwsgierigheid zou haar niet laten gaan.
“Wat?” vroeg ze.
“Er ontbrak iets.” Mompelde Haku
“Wat?” Herhaalde Chihiro.
Haku werd rood en mompelde iets onhoorbaars.
“Neem me niet kwalijk?”
Hij draaide een diepere kleur rood en zij duidelijker, “Jij.”
Nu was het Chihiro’s beurt om te blozen. “Ik?”
Haku knikte. “De dingen waren gewoon niet hetzelfde zonder jou. Het leek, nou, er was geen dag dat ik niet aan je dacht.”
“Haku, dat is zo lief.” Fluisterde Chihiro.
Een laag geluid, dat klonk als een “Aww,” kwam uit de deuropening. Chihiro en Haku draaide om en zagen Lin bespioneerd kijken door de deuropening.
“Lin!” Schreeuwde Chihiro, pakte een emmer op en gooide het soppige water over de geest.
Lin sprong snel achteruit en liet de twee alleen. Chihiro kreunde. Ze zou gepest worden, dat was zeker. Het zien van de puinhoop die ze maakte met het gooien van de emmer maakte haar bozer.
“Geweldig! Just great!” Riep ze. “Meer werk!”
Haku lachte. “Het helpen van Lin met haar werk?” Vroeg hij.
Chihiro schudde haar hoofd. “Nee, gewoon mijn werk.” Ze gromde.
De glimlach verdween van het gezicht van Haku. “Wat bedoel je, je baan?”
Chihiro trok een wenkbrauw op. “Mijn baan.” Herhaalde ze. “je weet wel, werken voor Yubaba, hetzelfde als de vorige keer?”
Haku sloeg op zijn voorhoofd van frustratie. “Oh geweldig.”
Chihiro hield haar hoofd schuin. “Wat? Wat is er mis?”
Haku zuchtte. “De laatste keer had ik een goede hefboom om te onderhandelen met haar. Ik weet niet of ik in staat ben om deze keer het contract te breken. Het is niet makkelijk.”
Chihiro grinnikte. “Oh Haku, je hoeft je daar geen zorgen over te maken.”
“Doe ik niet?”
“Nee, Natuurlijk heb ik soms problemen met het schoonmaken van het grote bad, maar ik vind het niet erg, het is een soort van plezier.”
Haku schudde zijn hoofd, Duidelijk denken dat ze het punt wat hij probeerde te maken heeft gemist.
“Nee, nee. Ik bedoel dat je niet in staat bent om terug naar de menselijke wereld terug te keren terwijl je een contract heb met Yubaba.”
“Oh, dat.” Antwoordde Chihiro. “Nou, je hoeft je geen zorgen te maken daarover. Ik ga niet terug.”
Haku was verbaasd. “Wa-wa-wat? Niet terug?” Zij hij. “Maar Chihiro, je moet terug gaan.”
Chihiro gaf hem een vreemde blik. “Waarom?”
“Het is jouw wereld. Je kunt hier niet blijven.”
Ze sloeg haar armen over elkaar. “Je had geen probleem met mijn verblijf hier de vorige keer. “Zei ze koppig.
Haku rolde met zijn ogen. “Ik was niet van plan op het hebben van een verblijf. Het was net lang genoeg om je ouders te redden. Dat is waarom ik wilde dat je een baan vroeg bij Kamajii, hij zet mensen niet onder contract.”
“Haku, ik wil hier blijven.” Zei ze.
“Ik begrijp dat. Wat ik wil zeggen, je kunt hier niet blijven.”
Chihiro werd nu boos. “Ow, en waarom is dat? Wil je me hier niet hebben?”
Haku keek gekwetst. “Natuurlijk wil ik je hier houden.”
Chihiro gooide met haar armen. “Welnu, wat is dan het probleem?”
‘Moet ze dit nou echt vragen?’ “Chihiro, je hele leven is in de menselijke wereld, dat kun je niet zomaar weggooien! En je zult sterven als je hier blijft!
“Wat leven!” riep ze. “Was je ook aan het luisteren naar wat ik zei over vroeger? Ik wil nooit meer die wereld in. Mijn hele leven zal nooit meer het zelfde zijn. Er was altijd een lege leegte in mijn hart. Ik hoor daar niet thuis, ik hoor hier. En waarom zou ik sterven?”
Haku fronste zijn wenkbrouwen. “Hoe zit het met je familie en vrienden? En ja, je zult sterven, mensen kunnen niet in deze wereld leven, na een paar maanden zul je je ziek gaan voelen.”
Chihiro fronste ook haar wenkbrauwen. “Ten eerste, na verloop van tijd groeide ik meer en meer weg van mijn ouders. Ze verhuisde een paar jaar geleden en ik heb ze niet meer gezien. Mijn echte familie is hier. En ik heb ook echt geen vrienden. Ten tweede, Kamajii heeft daar vast wel wat voor.”
“Maar je zei dat een van je vrienden vertelde om het te laten gaan, je kunt hier gewoon niet blijven.”
Chihiro glimlachte half. “Dus je luistert wel naar wat ik je verteld. En ja, ze had me verteld om verder te gaan. Maar het is niet echt een vriendin, daar ben ik niet zeker van. Ik heb geen echte vrienden. Zeker, er waren mensen met wie ik goed om kon gaan op school, maar ik had nooit iemand zoals jij, of Lin of Kamajii. Hier heb ik alles wat ik nodig heb. Ik heb vrienden en familie. Ik heb het gevoel dat ik eindelijk ergens bij hoor. Ik heb dit gevoel in geen jaren niet gehad.
Haku zuchtte. Chihiro kon zien dat hij verdrietig was, maar ze kon niet achterhalen waarom.
“Chihiro, ik ben blij dat ik je zie, maar hoe ongeacht je je ook voelt, je moet terug gaan.”
“Wat? Waarom?” Riep ze. “Ik wil niet terug gaan! Waarom moet ik weg?”
“Omdat het jouw wereld is.”
“Maar dit is waar ik thuishoor!”
Haku schudde zijn hoofd. “Nee, Chihiro, je bent niet te begrijpen. Deze wereld is niet geschikt voor mensen om in te wonen. Een menselijk leven hier zou zijn als het nemen van een dier uit zijn natuurlijke omgeving. Waarom denk je dat je begint te verdwijnen wanneer je hier komt? Het is het voedsel in je lichaam die dat voorkomt.”
Chihiro haalde haar schouders op. “Dus zal ik maar zorgen dat ik een overvloed aan maaltijden eet.”
Haku zuchtte opnieuw. “Het is niet alleen het verdwijnen waar je je zorgen om moet maken. Deze wereld is niet geschikt voor mensen om in te wonen. Je kunt zeer jong sterven. Je kunt ziek worden, en het is niet alleen dat. Er zijn veel geesten die niet graag in de buurt van mensen komen. Het is hier niet veilig.”
Chihiro hoorde alles wat hij zei. Ze had er nooit over nagedacht. Maar het maakte niet uit voor haar. Er moest een manier zijn om dit op te lossen. “Is er geen manier zodat ik kan leven zoals jullie?”
Haku schudde zijn hoofd. “Je kan hier alleen leven als een geest.”
Chihiro haalde haar schouders op. “Dus, maak van mij een geest.” Zei ze gewoon.
Haku gaf een snort van het lachen, ook al was er werkelijk niets grappigs aan de situatie. “Ik kan het niet, Niemand kan zoiets doen, dat is te sterke magie.”
“Maar Yubaba veranderde mijn ouders in varkens!” Riep Chihiro. “Waarom kan ze me dan niet tot geest maken?”
“Er is een verschil.” Zei Haku. “Voor een ding, varkens zijn nog steeds sterfelijk en niet magisch. Een geest zou betekenen dat je krachten zou hebben en het eeuwige leven. Het is gewoon geen die dat soort macht beheerst.”
Chihiro fonste haar wenkbrauwen. Dus ze kon geen geest worden. Dat zou haar niet tegenhouden. Er moest iets zijn waardoor ze zou kunnen blijven. “Er moet iets zijn wat je kunt doen. Alsjeblieft, doe iets, Alles!”
Haku schudde zijn hoofd. “Chihiro, er is absoluut niet noch iemand die je kan helpen. Het spijt me, echt. Maar je kunt hier niet blijven.”
“Maar ik voel me prima!” Riep ze, wanhopig. “Eigenlijk beter dan ooit!”
“Voor nu.” Antwoordde Haku. “Maar over een paar maanden, zal deze wereld zijn tol eisen op je.”
Chihiro moest haar tranen bedwingen. “Nou, dat kan me niet schelen, ik ga hier niet weg!”
Haku zuchtte. “Chihiro je hebt geen keuze. Je kunt hier niet leven.”
“Nee, je begrijpt het niet, ik heb geen leven, behalve hier. Terug in de menselijke wereld, voel ik me dood. Hier heb ik een leven. Ik voel me alsof ik erbij hoor. Als ik hier verblijf heb ik zal mijn leven verkorten en zal het moeilijk zijn, fijn dan, het is zo! In ieder geval zal ik werkelijk in staat zijn om te leven voor een keer.
Haku deed een stap naar voren. “Nee, ik ga je niet je leven laten weggooien. Je kunt nog steeds een leven hebben in de menselijke wereld. Jij gaat binnenkort weer terug.”
“Nee dat ga ik niet!” Schreeuwde Chihiro. Ze kon niet stoppen, de tranen goten over haar wangen. “Het heeft geen zin om te leven als je geen zin hebt in het leven. Ik voelde me als een robot die gaat door een progamma, het heeft geen leven. Ik wil hier blijven, ik wil leven voor een keer, ik blijf! En niemand, zelfs jij niet, kan me tegenhouden.
Chihiro rende huilend de kamer uit, daarachter een zeer boze Haku.
“Wat heb ik gedaan?” Mompelde hij.
Reacties:
Er zijn nog geen reacties op dit verhaal.