Hoofdcategorieën
Home » Sailor Moon » Spirited away, Terug in de spirited wereld » Hoofdstuk 7, de rivier
Spirited away, Terug in de spirited wereld
Hoofdstuk 7, de rivier
Chihiro was onwetend van de vergadering die plaats had gevonden tussen haar vrienden, haar vrienden gaven dan ook geen teken alsof er een vergadering was geweest. De dagen gingen voorbij alsof er niets mis was. Chihiro was zonder twijfel, gelukkiger dan dat ze ooit was geweest in haar hele leven. Ze was terug bij haar echte thuis, met haar echte familie, en haar enige ware liefde.
Hoewel ze haar gevoelens voor Haku had toegegeven aan Lin, had ze het nog niet tegen Haku gezegd. Toen ze voor het eerst bekende hoe ze zich voelde, was ze zeer emotioneel en kon ze het niet schelen om het geheim te houden, maar nu ze duidelijk dacht, was ze niet van plan om haar liefde toe te geven aan iemand anders, zeker niet aan Haku.
Lin was blij dat Chihiro eindelijk haar gevoelens had geuit, ze zou het met alle plezier aan Haku willen vertelen, maar hoe zou niet juist zijn. Chihiro moet het zelf aan hem toegeven. Ze zou helpen en aanmoedigen, maar Chihiro zou persoonlijk zelf moeten doen.
Ook al was Chihiro blij met de gang van zaken, ze kon het niet helpen, maar ze had het gevoel alsof er iets mis was. Voor het grootste deel, Haku, Lin en Kamajii, was het niet merkbaar. Maar het was wel merkbaar bij Bôh. De reuze kind leek altijd een beetje boos over iets. Wanneer Chihiro vroeg wat er mis was, ontkende hij dat er wat was. Zelfs Yu-bird deed de laatste tijd vreemd, maar die zou niets loslaten, en ook al zou ze het wel doen, Chihiro verstond alleen maar gekraai.
Chihiro maakte er niet zo’n probleem van maar ze kon het niet helpen, ze vraagde zich af of het iets met haar had temaken. Het begon na de dag dat Haku haar had verteld dat ze moest terugkeren naar de menselijke wereld. Zou dat het probleem zijn? Ze dacht dat ze dat had uitgewerkt. Maar terugdenkend, besefte ze dat zij en Haku dat nog nooit hadden uitgewerkt. Waar, ze hadden het uitgepraat over hun strijd, maar hij heeft het niet meer daarover gehad. Ze had besloten om er niet op te blijven stilstaan.
Maar op een dag kreeg het badhuis een bezoek van een geest, die geest veranderde alles.
“Welkom, we hebben een prachtig bad voor u.” Zei de voorman tegen de geest.
De geest zwaaide alleen maar. “Ik ben niet gekomen voor een bad, ik ben hier namens mijn meester, de grote Heer Okaia.”
“Heer Okaia!” Riep de voorman. “Mijn hemel! Wat zou Heer Okaia willen van ons?”
“Niet ons.” Antwoordde de geest. “Ik ben hier gekomen voor de mens, Chihiro Ogino, om haar te zien.”
“Ja, ja. Een ogenblik geduld alstublieft.
De voorman nam meteen contact op met Yubaba, die net zo geschokt en blij was dat er een boodschapper van de grote Heer Okaia was in haar badhuis. Ze stuurde onmiddellijk voor om Chihiro deel te laten nemen aan hun gewaardeerde gast.
“Luister, Chihiro, Heer Okaia is de meest krachtige tovenaar in de gehele spirituele wereld.” Verklaarde Yubaba. "Als hij hier zaken wilt regelen, zou dat van groot belang zijn. Wees dus aardig, want anders doet een weekje varkensstal je wel goed, begrepen?
J-ja, maar ik denk dat Boh het niet zo leuk gaat vinden als u me daar naar toe stuurt."
Yubaba gromde. Chihiro was daar mee altijd in het voordeel. Waarom moet Boh Chihiro zo aardig vinden?
"Nu gewoon naar binnen." zei Yubaba, en ze duwde Chihiro naar binnen.
De deur sloeg dicht achter Chihiro, ze bleef alleen achter met de boodschapper. Hij zag eruit als een schaduw geest, maar hij was fel rood in plaats van zwart, en hij was vrij kort.
De boodschapper bekeek Chihiro met zijn gloeiende gele ogen. “Ah, dus u bent de mens waar mijn meester over sprak. Goed je te zien.”
Chihiro was een beetje van schrik van de begroeting van de Geest. Hij sprak tegen haar alsof zij de gast was.
“Eh, als er iets is wat ik voor u kan doen, dan moet u het me laten weten.” Zei ze.
De geest gebaarde dat ze kon gaan zitten. “Alsjeblieft, ga zitten. Ik ben hier gekomen voor zaken, niet voor vrije tijd.”
Chihiro aarzelde en ging zitten. Ze wist niet goed wat hij met ‘zaken’ bedoelde. Ze was op haar hoede. Haku had haar gewaarschuwd voor geesten die mensen niet in deze wereld willen.
De geest maakte een snelle beweging met zijn pols en een tafel zweefde naar Chihiro, hij ging tegenover haar zitten.
“Mijn meester, weet je.” Legde hij uit. “Hij heeft je gezien in een visioen.”
“Ben ik in de problemen?” Vroeg Chihiro. “Als ik iets verkeerds deed, het spijt me en ik vraag om vergiffenis van uw heer.”
De geest grinnikte. “Je hebt niets te vrezen, mens. U heeft niets verkeerd gedaan. Mijn meester is in feite nogal dol op mensen. Ik ben hier alleen gekomen om een boodschap over te brengen, en om een paar zaken te onthullen.
Hij legde een spel kaarten op tafel. Chihiro vroeg zich af waar hij ze bij zich had, maar besloot dat ze dat niet wilde weten. De geest schudde de kaarten en verdeelde ze in aparte stapels.
“Vertel me eens, weet je wie Heer Okaia is?” Vroeg hij
Chihiro aarzelde voordat ze een antwoord gaf. “Niet echt.” Zei ze toegelaten. “Ik weet dat hij de machtigste tovenaar in de geestelijke wereld is.”
De geest grinnikte opnieuw. “Dat heeft Yubaba u vast verteld. Ja, hij is de machtigste tovenaar in de geestelijke wereld. Hij heeft onlangs een visioen dat over een paar van jou vrienden gaat.” De geest koos een kaart van een van de stapels en keek ernaar, maar liet de kaart niet aan Chihiro zien. “Mijn meester heeft onthuld dat zijn pad het jouwe zou kruisen. Er staat een moeilijke reis voor de deur.”
“Wat wil je-“
“Alsjeblieft niet onderbreken.” Zei de geest, hij nam een andere kaart. “De kracht van liefde omringt je. De bron komt van een machtige rivier geest.” Chihiro bloosde. De geest nam een andere kaart. “Toch is er een muur die je pad blokkeert. Het is opgebouwd uit je sterfelijkheid.” Weer koos hij een andere kaart. “Uw liefde is krachtig, zeer krachtig, en het zal getest worden door de drie meest krachtige emoties, kent u deze emoties?”
“Ehh..” Chihiro had geen idee waar de geest het over had. Wat ze tot nu toe had opgevangen is dat Heer Okaia wist dat ze verliefd was op Haku, maar de sterfte hield ze uit elkaar. Dat was duidelijk genoeg. Maar wat was die reis? Ze wist vna de expressie te zegen dat het te maken had met liefde, en dat het een moeilijke reis zal worden. Maar ze had het gevoel dat deze geest een echte reis bedoelde, en wat was dat met de drie emoties? Ze was er verbaast over. “Ik begrijp het niet.”
De geest nam nog eens drie kaarten. “Drie krachtige emoties krijgen te maken met uw liefde, eerst vreugde, gevolgd door verdriet, dan woede.” Een andere kaart. “De emoties moeten de paden kruisen. Ze testen je liefde, je word gedwongen om een besluit te maken dat gevolgen heeft voor u en degenen om je heen. Het maakt niet uit wat je kiest, iemand waar je van houd zal gewond raken.”
“Wat?” Chihiro moest huilen. “Ik wil niemand pijn doen!”
“Er zijn verschillende soorten liefde, mens.” Lichtte de geest toe. “Liefde voor een ouder, liefde voor een broer of zus, liefde voor een kind, liefde voor een vriend of liefde voor een echtgenoot. Er zijn vele soorten. Een zal je moeten achterlaten, welke is aan u.”
“Maar ik wil niet iedereen die ik lief heb achterlaten!” Riep Chihiro. “Hoe kan ik zo’n beslissing nemen?”
De geest nam een andere kaart. “U heeft al de beslissing genomen. Maar u kunt het nog steeds veranderen. Tot dat de tijd komt voor de definitieve beslissing, deze beslissing zal echt zijn en uw toekomst bepalen.”
Chihiro slikte. “Hoe weet uw meester dat allemaal?” Wie is hij?”
“Je ontmoet hem, dan kunt u vragen stellen.” Antwoordde de geest.
“Wanneer?”
De geest pakte een andere kaart. “Binnenkort, na het water, krijgt uw pijn.”
“Wat? Pijn? Hoe erg? Ben ik gewond?”
De geest schudde zijn hoofd. “Niet fysiek, emotioneel. U heeft vertrouwen dat word verraden. Dus gaat u naar het dichtste bij je, alleen vind u daar ook verraden vertrouwen, dus gaat u naar anderen. Dit is wanneer je reis zal beginnen.” Hij nam een andere kaart. “Je zult vergeven die je pijn hebben gedaan, maar je kunt ze niet wenken voor hulp tijdens uw reis. Je moet je hart volgen. Als je dat doet, zal het u leiden tot het leven.”
De geest nam een laatste kaart. Hij plaatste ze allemaal terug in de hoop en schudde ze. Wat hij net tegen Chihiro had gezegd, was verward voor haar, waardoor ze vol zat met vragen.
“Wacht eens even!” Riep ze. “Dat is het? Je kunt me nu niet gewoon achterlaten.”
De geest stopte de kaarten weg. “Het spijt me, mens, maar ik ben alleen hier om de boodschap van mijn meester aan u te vertellen. Meer dan dit weet ik ook niet. Als u meer wilt weten, moet u met mijn meester praten.” Hij stond op om te vertrekken. “Vergeet niet Chihiro, na het water.” Hij liep de kamer uit en sloot de deur achter zich dicht.
“Na het water?”
(-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-)
De komende dagen was Chihiro erg verward, geïrriteerd, en vreselijk depressief. Ze probeerde te begrijpen wat de Geest tegen haar had verteld, wat de boodschap betekende, maar het lukte haar niet. Ze overwoog om het te vragen aan Lin of Haku, maar besloot om dat niet te doen. Nadenken over het deel van haar vertrouwen en verraden, was erg verontrustend. Ze wilde daar niet aan denken.
De dagen gingen voorbij, Chihiro was zo verloren in haar gedachten, dat ze niet besefte dat het vandaag die ene speciale dag was.
“Word wakker, meis!” Riep lin.
Chihiro kreunde. “Lin, het vroeg, ga terug naar je bed om te slapen.”
“Slapen? Hoe kun je daaraan denken op een dag als vandaag?”
Chihiro plaatste haar kussen over haar hoofd. “Wat is er zo bijzonder aan vandaag?” Vroeg ze slaperig.
“Wat is er zo- Chihiro, dit is de dag waar je al die tijd naar hebt uitgekeken.”
“Herinner mij waarom.”
Lin zuchtte. “Het is de dag dat Haku zei dat je mee mocht naar zijn Rivier.”
“Oh, dat is leuk..” Het duurde even voor dat Chihiro door had wat Lin daarnet zei. Haar ogen schoten open en ze sprong op, klaar wakker. “Wat? Oh nee, is het vandaag? Wat moet ik doen? Hoe laat is het? Ben ik te laat?
Lin moest lachen. “Chihiro, kalmeer, dit was de reden waarom ik je zo vroeg wakker maakte, kom op, laten we je klaar maken voor je date.”
“Het is geen d-“
“Whatever.”
(-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-)
Chihiro keek voor de tiende keer in de spiegel. Lin keek praktisch naar haar, “Klaar?”
“Ja.” Antwoordde Chihiro zenuwachtig.
Haku wachtte hen op op de brug. Hij glimlachte toen hij de twee aan zag komen.
“Hallo, hoe gaat het?”
“Goed hoor.” Zei Chihiro. “Ik verheug me op vandaag.”
“Ik durf te wedden dat-” Lin stopte met haar zin want Chihiro gaf haar een por met haar elleboog.
“Nou kom je?” Haku stak zijn hand uit.
Chihiro pakte voorzichtig zijn hand, Lin had moeite om niet te lachen.
“Veel plezier jullie twee.” Plaagde ze.
“Lin!” Riepen Haku en Chihiro tegelijk.
“Laten we gaan.” Zei Chihiro. “Voordat ik haar gezicht ombouw.”
Ze wilde niet langer het mikpunt zijn van Lin’s grappen. Haku veranderde zich in zijn draakvorm en Chihiro kroop op zijn rug en pakte de horens om niet te vallen.
“Veel plezier!” Grijnsde Lin toen de twee vertrokken.
Chihiro schreeuwde van plezier toen zij en Haku door de lucht vlogen. Dit had ze 6 jaar niet meer gedaan, afgezien van de talloze keren in haar dromen. Rijden hoog in de lucht op de rug van haar liefde was… leuk. Het uitzicht was wonderschoon. Ze was vergeten hoe mooi het was. Vliegen met Haku was heerlijk.
“Dit is geweldig, Haku!” Schreeuwde Chihiro. “Wat dacht je ervan om mij te laten zien wat je allemaal kan?”
Als ze Haku’s gezicht had kunnen zien, zou er een ondeugende glimlach op Haku’s gezicht komen. Ze zou gezworen dat ze Haku’s stem in haar hoofd hoorde zeggen: ‘Oke, je vroeg erom!’
Haku ging sneller en Chihiro moest hem goed vasthouden, anders zou ze er van af vallen. Haku vloog hoger en sneller, de wind sloeg haar haar om haar heen. Ze schreeuwde het uit toen Haku rond draaide in de lucht, waardoor ze voor een kort moment onderste boven was.
“AH! Haku, niet doen!” Riep ze.
Ze hoorde Haku weer in haar hoofd zeggen: ‘Hou je vast’ voordat hij uitbaste van snelheid. Alles om haar hen werd licht. Het volgende wat ze wist, was dat ze onder water was, Haku was weg, niet meer bij haar.
“Ahu!” Ze probeerde wat te zeggen, maar er kwamen alleen maar bellentjes naar buiten.
Ze klemde haar mond op elkaar bedekt met haar handen. Ze was in Haku’s rivier. Dat was duidelijk, maar waar was Haku?
Chihri keek om zich heen, maar Haku was nergens te bekennen.
‘Chihiro, het is oke, adem.’ Ze hoorde Haku’s stem.
Chihiro keek weer om zich heen, maar er was geen teken van de rivier geest, waar dan ook. Ze raakte in paniek en hield haar adem in.
‘Vertrouw je me?’
Nu hoorde ze zijn stem weer, met de vraag of zij hem vertrouwde. Natuurlijk deed ze dat. Hij zou haar niet laten verdrinken. Niet bewust.
‘Juist, adem.’
Langzaam verwijderde Chihiro haar handen voor haar mond en haalde adem. Ze verwachte dat haar longen vol kwamen te zitten met water, maar dat gebeurde niet. In plaats daarvan slikte ze koele schone lucht door. Ze had geen idee hoe dit mogelijk was.
“Ahu, waa ee ju?” Ze probeerde wat te zeggen, maar er kwamen weer alleen maar bellen uit.
‘ik ben hier, bij je.’ Hoorde ze. ‘En je hoeft niet te spreken, gewoon praten met mij in je geest.’
Haar eerste gedachte, ze was meteen in paniek. Als Haku haar geest kon lezen, wist hij al haar geheimen, zoals de gevoelens voor hem. Haku leek haar dilemma te merken.
‘Maak je geen zorgen over je persoonlijke gedachten.’ Vertelde hij haar. ‘Ik kan alleen maar horen wat je me verteld.’
Chihiro slaakte een zucht van opluchting. ‘Goed, je liet me schrikken voor een minuut.’
Haku grinnikte. ‘Waarom? Is er iets wat je niet wilt dat ik weet?’
‘NEE!’ Riep ze uit, misschien een beetje te snel en krachtig. ‘Ik vond het maar een raar idee dat mijn geest opeens een open boek zou zijn. Zou je het leuk vinden of zo dat iemand plotseling in je gedachten kijkt en alles ziet en hoort waar jij over denkt?’
‘Ik denk het niet.’
Chihiro knikte tevreden. Ze keek wat meer om zich heen. ‘Haku, ik ben in jouw rivier, toch?’
‘Ja.’
‘Hoe kan ik ademen?’
Ik ben gewoon de extractie van lucht en gaf het aan jou. Het is net zoals een vis ademt. Ik ben een soort van jou kiewen.’
‘Oh.’ Ze keek om zich heen, nog steeds probeerde ze een teken van Haku te vinden. ‘Waar ben je?’
‘Hier, ik ben overal om je heen. De Kohaku rivier is een deel van mij. Kun je niet voelen dat ik bij je ben?’
Chihiro dacht dat ze iemand haar wang voelde strelen, maar toen ze keek zag ze niemand. Ze hoorde Haku weer lachen.
‘Dus, vertel me, hoe vind je mijn rivier?’
Chihiro keek voor de eerste keer echt rond, het was adembenemend. Ze zag de schoonheid van de rivier, het was bijna alsof ze een deel van de rivier was. Ze kon het leven zien en voelen. Dit voelde meer dan alleen maar onder water. Het was alsof ze in een hele andere wereld was.
‘Hat is verbazingwekkend! Zo mooi!’
Ze voelde dat Haku zich ontspande. Het leek alsof het aanvaarden van zijn rivier net zo belangrijk was als het aanvaarden van iets belangrijks van hem. Ze wist niet waarom hij zo zenuwachtig was. Ze hield van hem, van alles van hem, de mens, de draak en de rivier, ze hield van hem met elk stukje van haar hart.
‘Haku, dit is geweldig.’ Vertelde ze hem. ‘Ik heb nog nooit geweten hoe een geest precies is verbonden, maar een of andere manier, hier met jou, ik weet dat dit een echte verbinding is. Deze rivier is een deel van jou, een deel van je lichaam.’
Ze wist op een of andere manier dat Haku blij was dat ze het begreep.
‘Dit is slechts een kleine glimp van hoe ik ben met mijn rivier.’ Lichte Haku toe. ‘Ik weet het kleinste detail van mijn rivier, net zoals jij met je lichaam. Ik ben bewust van elke plant, elke steen, elke vorm van leven.’ De rivier leek haar mee te trekken.
Haku was dolblij bij het hebben van haar in zijn rivier, in hem. ‘Chihiro, weet je nog, de laatste eer dat je bij me kwam, naar mijn rivier?’
Ze dacht dat hij bedoelde, de dag dat ze een bezoek had gebracht aan de klein stroom voordat ze terug ging naar de Spirituele wereld. ‘Ja.’
‘Ik voelde dat je bij me was, ik voelde je aanwezigheid, ook al kon ik niet persoonlijk naar je toe komen.’ Hij leek zorgvuldig, hij lette op wat hij zei. ‘ Je huilde, ik weet dit omdat een van je tranen in mijn rivier viel. Een deel van jou werd een deel van mij. Voor een kort moment was ik helemaal met jou verbonden.’
Chihiro voelde zich geraakt, maar ze wist niet zeker wat Haku hiermee bedoelde.
‘Wat probeer je te zeggen?’ Vroeg ze.
Haku aarzelde voordat hij wat uitsprak. ‘Ik.. ik wil je diezelfde verbinden geven, gewoon voor een moment.’
Chihiro was verrast. Haar traan, zoals Haku dat hat gezegd, was gefuseerd met de rivier van Haku, dus ook gefuseerd met hem. Een deel van haar werd een deel van hem. Nu wilde hij die ervaring delen?
‘Haku, weet je dit zeker?’
‘Ik ben er heel zeker van.’
Chihiro gaf geen antwoord. Dat hoefde niet. Plotseling, een onbeschrijfelijk gevoel vulde haar. Ze dacht niet dat er een woord in de hele taal was om dit te beschrijven wat ze voelde. Ze werd zich bewust van alles van de Kohaku rivier. Ze wist alles tot in de kleinste markering op de kleinste rots.
Wat betreft haar verbinding met Haku, het voelde alsof ze een worden, dat er niets tussen hen is. Ze waren samen op zoveel niveaus nu. Ze kon bijna dingen zien wat hij zag, luisterde naar zijn hartslag alsof het haar eigen was, ze voelde alles rond haar. En zijn emoties, liefde, onuitsprekelijke liefde.
Toen was het weg. De verbinding die ze even had met Haku was weg en ze was weer zichzelf. Ze was niet zeker, maar alleen voor het kortste moment, dat gevoel van liefde, ze dacht dat ze paniek voelde vanuit Haku, alsof ze struikelde over iets wat hij wilde dat ze niet wist.
Of misschien was het hem, dat was tegengekomen iets uit haar en was zij in paniek. Ze was er niet zeker van. Toen Haku de verbinding tot stand bracht, was ze er niet zeker van wie wie was en wie wat voelde.
‘Haku…’ fluisterde ze in haar gedachten. ‘Dat was…’ Ze wist niet wat het was. Ze wist het niet te beschrijven, de gevoelens die door haar heen stroomde. ‘Dankjewel.’
Hoofdstuk 9,
Vertrouwen verraden
Omdat Chihiro het hele weekend samen met Haku in zijn Rivier was, had ze toen ze eenmaal weer op het droge stond ‘zeebenen’. Gelukkig loste een simpele spreuk van Haku dat snel weer op. Ze vonden het jammer dat ze al weer terug naar het badhuis gingen, maar Haku en Chihiro wisten dat ze werk te doen hadden.
“Haku, dat was de meest magische ervaring die ik ooit heb meegemaakt!” Riep Chihiro toen ze weer op de rug van de draak zat. Op weg naar het badhuis.
‘Ik ben blij dat je er van hebt genoten.’ Sprak Haku in haar gedachten. ‘Ik heb ook genoten van je verblijf, wil je misschien mee met al mijn reizen?’
Chihiro voelde zich overweldigd. “Je zou.. zou je.. laat je me?”
De draak knikte. ‘Het zou een eer zijn om altijd bij me te zijn.’
“Oh Haku… WHOA!”
Chihiro verloor bijna haar grip, en viel dan ook bijna naar beneden. Haku grinnikte.
‘Pas op, als ik je beschadigd terug zou brengen krijg ik de rest van m’n leven een boze Lin achter me aan.’
Chihiro glimlachte “Maak je geen zorgen, ik vertrouw je. Ik weet dat je niet zal toestaan dat er iets met me zou gebeuren.”
Haku huiverde een beetje toen ze dat zei. Ze zal echt niet blij zijn als ze erachter komt dat hij en de andere in het geheim er proberen over te denken aan een manier om haar terug te sturen naar de menselijke wereld. De gedachten trokken aan zijn hart. Hij wilde niets liever dan haar voor altijd bij hem te hebben. Maar hij wilde wat het beste was voor haar. Hij hield zoveel van haar dat hij zou doen wat nodig was om haar gelukkig te maken.
Hij zette die gedachten opzij. Hij wilde daar nu geen zorgen over maken. Dit weekend met haar was ongelofelijk, en hij wilde alleen genieten van deze laatste momenten met zijn liefde.
‘Hou je vast!’ Vertelde hij haar.
Hij versnelde. Chihiro werd opnieuw verblind door het felle licht dat er ook was op de heen weg, toen het licht verdween, waren ze weer op bekend terrein, niet dat Chihiro veel had gezien van de geestelijke wereld naast het badhuis en Swamp Bottom.
“Haku, vertragen.” Gilde ze toen hij in de volle lading ging, een beetje te snel voor haar. “Haku, vertragen! Rustig aan! Haku! HAKU!”
Haku remde af een paar meter voordat hij de grond raakte en lande sierlijk op de brug. Chihiro zat nog steeds met grote ogen op zijn rug en met een angstige uitdrukking op haar gezicht. Haar greep op Haku’s hoorns was zo strak dat haar knokkels wit waren. Langzaam gleed ze van Haku af en stond op wankelende poten naast hem. Ze hoorde Haku giechelen en ze draaide geërgerd naar hem toe.
“Dat was niet grappig.” Zei ze. “Alsjeblieft niet meer doen!”
Haku transformeerde terug naar zijn menselijke vorm, grijnzend. “Kom op, ik weet dat je daarvan heb genoten.”
Chihiro keek naar hem, maar het was moeilijk om boos op hem te blijven. “Oke, oke. Maar maak er alsjeblieft geen gewoonte van.” Ze ging op de brugrand staan en keek naar het water, in de weerspiegeling zag ze haar gezicht, maar wat haar het meest opviel was haar haar, dat voor geen meter zat. “NEE! Kijk naar m’n haar, het is een puinhoop!”
Ze zag Haku’s reflectie naast haar verschijnen in het water. “Je bent mooi.” Zei hij.
Chihiro bloosde en duwde hem zachtjes. “Oh, kom op. Kijk me aan en zeg dat ik er verschrikkelijk uit zie.”
Haku’s uitdrukking veranderde niet. “Ik meen het. Je bent altijd mooi in mijn ogen.”
Chihiro draaide een donkerdere kleur rood.
“Maar als je zo bezig bent met je haar.” Hij blies zachtjes naar Chihiro’s haar dat terugveranderde in haar gebruikelijke kapsel.
“Probleem opgelost.”
Chihiro bloosde nog meer.
‘Verdorie waarom moet je zo tuttig doen.’
Chihiro wist niets te zeggen.
“Ik… eh, ik denk dat we naar binnen moeten.” Zei ze.
“Ik moet inchecken bij Yubaba, haar even laten weten dat we terug zijn.” Zei hij.
“Ok, ik zie je binnen.” Antwoordde Chihiro terug.
Haku keek naar haar tot ze het badhuis inging. Hij wilde dat ze bij hem bleef, hij zou alles geven om voor altijd bij haar te zijn, helaas hielden hun werelden hen uit elkaar.
Zuchtend veranderde Haku zichzelf terug in zijn draakvorm en vloog naar het raam van het kantoor van Yubaba.
(-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-)
Chihiro liep vrolijk door het badhuis. Verschillende geesten begroette haar, maar ze hoorde het nauwelijks toen ze terug dag over haar weekend met Haku. Tot dat ze van achter gepakt werd door iemand. Het was Lin.
“Leuk om je weer te zien.” Zei de geest geïrriteerd. “Eerlijk gezegd, je was zo erg in dromenland dat je niet eens aandacht bestede aan iets anders om je heen.”
Chihiro gaf haar vriendin een verontschuldigende glimlach. “Het spijt me. Ik had net zo’n leuke tijd. Het was een geweldige ervaring.”
“Blij dat je plezier had.” Zei Lin. “En terwijl jij weg bent geweest met je draak, hebben wij allemaal gewerkt. Ach, wat kan ik er aan doen?” Plotseling kreeg ze een ondeugende blik in haar ogen. Chihiro wist nu al dat Lin haar ging ondervragen. “Nu dan, begin te praten, ik wil meer informatie. En waag het niet iets te vergeten!”
Chihiro grinnikte, Lin was net zo slecht als Mimi, haar menselijke vriendin, ze wilde altijd alles weten over haar liefdesleven, maar Chihiro kon haar nooit precies alles vertellen, ze kon niet vertellen dat ze verliefd was op een rivier geest. Met Lin kon ze eindelijk over zoiets praten.
“Het was…. ongelofelijk.” Zei Chihiro dromerig. “Als ik in de rivier was met Haku was alles geweldig. Het was niet alleen onder water, ik kon Haku om me heen voelen. En als we werden samengevoegd..”
“Wat?” Riep Lin, waardoor ze opeens veel aandacht kreeg van de mensen om haar heen.
“Je bedoelt.. jullie twee… jullie twee…”
Chihiro realiseerde zich wat Lin probeerde te vertellen en draaide haar hoofd om, die inmiddels zo rood was als een biet. “Nee niet zo!” Riep ze. Lin was echt zo slecht als Mini. “Jemig Lin, je hebt echt een slecht geheugen. Hij deed eigenlijk hetzelfde als hij doet bij zichzelf.” Chihiro wist niet goed hoe ze dit ten woorden moest brengen.
“Hij deed wat?” Riep Lin opnieuw. “Hij deed.. eigenlijk..”
Chihiro knikte. “Ik kan niet eens beginnen om te vertellen hoe het was. voor een kort moment waren ik en Haku samen met zijn rivier. Ik voelde de ziel van Haku, en hij de mijne..”
Lin werd nog steeds geschokt door Chihiro’s woorden. Het werd beschreven over haar hele gezicht. Maar dat was iets anders. Het leek op angstgevoelens. Chihiro trok een wenkbrauw op.
“Is er iets, Lin?” Vroeg ze.
Lin leek weer op te komen van haar gedachten. “Wat? Oh, nee. Ik ben in orde.” Zei ze nerveus. Ze keek om zich heen. “Ik, eh, ik moet gaan. Ik zie je later.”
Ze liep weg en Chihiro bleef achter. Te hield haar hoofd schuin naar een kant. “Dat is vreemd. Zei ze tegen zich zelf. “Ik vraag me af wat er is met haar.”
Ze vervolgde haar weg naar haar kamer, deze keer keek ze wel een beetje rondom om meer bewust te zijn van wat er gebeurde om haar heen. Ze zag dat het badhuis vrij druk was vandaag, arme Kamajii moest het ook erg druk hebben.
Chihiro stopte, Kamajii, ze had hem al een tijd niet gezien. Ze besloot om naar de ketel te gaan en Kamajii en de kleine roetballetjes een bezoekje te brengen. Ze begon haar weg naar de stookruimte. Toen ze op haar bestemming was aangekomen hoorde ze stemmen van de andere kant van de deur. Ze was niet echt het type om personen af te luisteren, maar toen ze haar naam hoorde werd ze nog al nieuwsgierig.
“.. en nu loop ze rond met dromerige ogen in een droomwereldje.” Dat klonk als Lin. Chihiro wist het niet zeker omdat de deur hen scheiden, maar ze was eigenlijk vrij zeker dat dit Lin was. “Dit gaat niet goed komen, dit word alleen maar ingewikkelder.”
“Het lijkt niet zo’n grote deal voor mij.” Dat was zeker Kamajii. Ze wist slechts een geest, die zo sprak. “Iedereen weet dat ze van Haku houd, goed, met uitzondering van Haku. Dus ik zie niet wat het probleem is.”
“Het probleem is dat Haku het alleen maar erger maakt.” De vrouw die als Lin klonk, knapte. “Hij heeft haar samengevoegd met hem en zijn rivier. Weet je waar dat naartoe leid? Ze kende elkaars lichaam, geest en ziel. Haku is zo niet in staat om haar te laten gaan als hij zo dicht bij haar zit als dit.”
‘Haar laten gaan? Waarom zou Haku haar laten gaan?’ Het was alsof ze ergens heen ging, waar zij niets van af wist.
“Oh Lin.” Zuchtte Kamajii.
‘Aha! Dus het was inderdaad Lin waarmee hij aan het praten was.’
“Je weet dat Haku het allermeest van haar houd. Hij wil haar gelukkig maken, zelfs als dat betekend dat hijzelf nooit meer gelukkig zou zijn. Ja, hij maakt het waarschijnlijk moeilijker voor zich zelf, maar hij wil haar nu nog zo dicht mogelijk bij haar houden.”
“Dat hoeft niet zo moeilijk.”
Kamajii zuchtte. “Dat heb ik al eerder gezegd en ik zeg het nogmaals, liefde is niet te begrijpen.”
“Ik begrijp dat wel! Chihiro is als een zus voor mij. Ik wil dat ze gelukkig is.”
Als Chihiro niet zo in de war was door wat de twee geesten hadden gezegd, zou ze nu echt zijn geraakt.
“En Haku is niet het enigste probleem, wel het grootste.” Zette Lin voort. “Als ze verliefd word op Haku, dan kunnen we het wel vergeten om haar terug te sturen naar de menselijke wereld.”
Chihiro hijgde van ongeloof, het overspoelde haar. ‘De menselijke wereld? Ze wilde haar terugsturen. Nee, ze waren het al van plan om haar terug te sturen!’
“Lin we hebben hier over gepraat. Het is voor haar eigen bestwil. Ik wou dat er een manier was om te blijven, maar dat is er niet. We zijn er allemaal over eens dat ze terug moet gaan, ongeacht dat we haar liever hier houden. Als je denkt dat Haku het alleen maar moeilijker maakt, ga dan met hem praten.”
Chihiro had het gevoel dat iemand haar hart brak. Ze hadden gelogen tegen haar. Haar zogenaamde vrienden waren stiekem achter haar rug om aan het praten over manieren om haar terug te sturen naar de menselijke wereld. Ze hadden gesproken met haar, gelachen met haar, ze deden alles wat betrouwbare vrienden zouden doen.
‘Hoe konden ze?’ Chihiro voelde woede opkomen, ze hadden haar verraden en gekwetst. Ze kon het niet geloven. Hoe konden ze dit doen met haar? Plotseling kroop de voorspelling van Lord Okaia in haar gedachten. ‘U heeft vertrouwen dat word verraden. Dus gaat u naar het dichtste bij je, alleen vind u daar ook verraden vertrouwen, dus gaat u naar anderen. Dit is wanneer je reis zal beginnen.’
Zou ze hen vergeven? Waarschijnlijk niet. Chihiro voelde de woede opkomen. Ze wist niet precies wat er zou gebeuren als ze te horen kreeg dat die het dichte bij haar, haar zouden verraden en haar kwetsen. Maar ze had niet gedacht dat het zoiets zou zijn. Ze logen tegen haar. Ze waren van plan haar terug te zenden achter haar rug om. Nou niets als zij er wat had over te zeggen.
Chihiro schoof de deur open, zo hard dat ze het niet zou verbazen als Yubaba het voelde op haar kantoor. Lin en Kamajii sprongen op van het lawaai en staarde verbaast naar Chihiro.
“Dus, ik wed dat jullie dachten dat jullie heel erg slim zijn.” Riep ze
Lin’s ogen werden groot. “Chi-Chihiro, hoe, hoe, hoelang stond je daar?”
Chihiro keek naar haar. “Lang genoeg om te weten dat ik de hele tijd met dromerige ogen rond wandel in een dromerige toestand.”
Zowel Lin als Kamajii slikte. De roet ballen gingen allemaal dicht bij elkaar zitten, doodsbang.
“Hoe konden jullie me dit aan doen? Jullie hebben mij bedrogen! Jullie logen tegen me, ik kan het niet geloven! Ik vertrouwde jullie!”
“Chihiro, alstublieft!” Zei Lin smekend. “We waren aan het proberen wat het beste voor je was.”
“Jij weet niet wat het beste is voor mij!” Schreeuwde Chihiro. “Omdat jouw mening mijn hart breekt en mijn vertrouwen in jou! Als je wilt doen wat het beste is voor mij, laat me met rust en zeg nooit meer wat over de menselijke wereld!”
Ze draaide zich om en stormde uit de kamer en sloeg de deur achter zich dicht. Lin en Kamajii staarde naar de plek waar ze had gestaan.
“Misschien hebben we een grote fout gemaakt.”
(-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-) - (-)
Chihiro stormde door het badhuis. Alle geesten staarde naar haar en vroegen zich af hoe dat zou kunnen, minder dan vijf minuten geleden was ze nog zo gelukkig.
‘Dat gebeurt als je iemand vertrouwd en dat iemand je besluipt achter je rug om!’ Snoof Chihiro tegen zichzelf.
Ze was boos. Heel, Heel boos. Ze was nog niet klaar met Lin en Kamajii, nog niet. Maar ze wilde Haku zien. Ze wilde niet geloven dat hij hier een rol had in gespeeld. Als hij…
Ze stormde naar de lift, niet zeker of ze de rivier geest moet opvangen op zijn terugweg van Yubaba’s kantoor of in zijn kamer. Ze hoefde geen keuze te maken, want toen ze bij de lift was, gingen de liftdeuren open en Haku liep naar buiten.
“Hoi, opnieuw…” Zei hij, maar hij stief weg toen hij zag dat Chihiro niet echt in een vrolijke stemming zat.
“Chihiro, is er iets mis?”
Chihiro stormde hem voorbij, greep hem bij zijn mouw en trok hem terug de lift in, ze duwde op een willekeurige toets en vervolgens op ‘Stop’, voor dat ze haar boze blik wierp op de verwarde rivier geest.
“Ik ben net terug uit de stookkamer.” Zei ze koel. Haku hield zijn hoofd schuin. Zijn verwarring zorgde ervoor dat hij er schattig uit zag, maar Chihiro’s woede duwde die gedachten opzij. “Lin en Kamajii hadden een zeer interessant gesprek. Het had te maken met mij, iets over terug gaan naar de menselijke wereld. Waarom zouden ze het daarover hebben?”
Haku’s ogen werden groot. Hij zag er plotseling heel nerveus uit. “Uh..”
Chihiro’s ogen werden spleetjes. “Ja,’uh’. Ze noemde ook dat wij niet te veel tijd samen door mochten brengen, omdat dat het moeilijker kan maken om me terug te sturen naar de menselijke wereld. Is dat niet vreemd?”
Haku opende zijn mond om iets te zeggen, maar Chihiro sneed hem af.
“Haku, hoe kon je? Hoe konden jullie, jullie allemaal? Ik zou het nooit hebben geloofd als ik het niet zelf had gehoord.”
“Chihiro, alsjeblieft,” smeekte Haku. “We waren aan het proberen te doen wat het beste was voor je.”
Lin had precies het zelfde gezegd, maar dat had niet geholpen, en het zou zeker ook niet helpen nu Haku het zei.
“Ik denk dat ik zelf wel weet wat het beste is voor mij!” Schreeuwde ze, haar ogen branden. “Ik zit 6 jaar lang in een zogenaamd leven en jullie willen me daar naar toe terugsturen? Ik weet waar ik echt hoor! Ik weet waar mijn hart echt ligt! En dat is hier!” Ze moest zichzelf stoppen om er niet ‘met jou’ aan vast te knopen.
“Chihiro…” Haku liet zijn hoofd hangen. Hij voelde zich beschaamd. Hij wilde gewoon het beste voor haar, en in plaats daarvan had hij die ene persoon, waarvan hij het allermeeste hield in de wereld, zelfs meer dan zijn eigen rivier, pijn gedaan. “Het spijt me.”
Chihiro kon zien dat het echt was, maar ze was nog steeds boos en nog niet helemaal klaar. Ze kon hem nog niet vergeven. Ze sloeg op de ‘stop’ knop en klikte op ‘Open Doors’.
“Nou Lin hoeft zich geen zorgen meer te maken dat wij te veel bij elkaar zijn.” Zei ze. “Ik heb even hier geen behoefde meer aan, Haku!”
Ze stormde de lift uit. Ze keek niet terug naar de lift, waar Haku nog steeds in stond.
Reacties:
Er zijn nog geen reacties op dit verhaal.