Welkom op FanFic.nl

De Nederlandse website waar je fanfiction kunt lezen én schrijven.

Nu on-line: (0)

Home » A-Team » Where are the prisoners? » Where are the prisoners? Deel 22 (46-57)

Where are the prisoners?

26 juli 2013 - 18:27

9070

0

281



Where are the prisoners? Deel 22 (46-57)

MURDOCK
Inderdaad, daar komt Hannibal aangelopen.
"Laat mijn vrienden gaan of ik schiet dit gehele kamp aan flarden," zegt hij kwaad.
Hij maakt ons los en we kunnen terug naar ons kamp.
"Gelukkig dat jullie nog in leven zijn, ik maakte me zorgen," zegt Hannibal.
Face en ik kijken elkaar verbaasd aan.
"Zei hij nou echt wat ik denk dat hij zei?" vraag ik aan Face.
"Volgens mij wel," zegt hij en loopt weg.
Ik ga in een boom zitten en ga nadenken.

TROY
Langzaam kom ik bij en zie dat ik ergens in lig. Waarin precies weet ik niet, maar het ligt wel krap. Dan hoor ik Victor praten en probeer te schreeuwen, maar door de doek die voor mijn mond zit gaat dat niet. Dan worden we in een kamer op een bed gelegd. Peter zie ik naast me zitten. Ik krijg een idee. Zodra de anderen de kamer uit zijn en alleen Peter zijn pistool op ons richt, probeer ik met een mesje uit mijn zak de doeken en touwen los te snijden. Het lukt en als Peter even naar beneden staart, trap ik het pistool uit zijn handen. Vervolgens geef ik hem een klap en hij valt op de grond. De anderen komen binnenstormen maar ze zijn te laat. Ik heb Peters pistool opgepakt en houd hem nu tegen zijn slaap.
“Als jullie me proberen tegen te houden, dan is Petertje er geweest!”
Met Peter voor me loop ik de kamer uit. De anderen komen langzaam achter ons aan, daarom besluit ik hem maar mee te nemen. Als de anderen uit het zicht zijn, dwing ik hem om de auto in te stappen waarna ik hem bewusteloos sla en het kinderslot erop doe. Ik stap zelf in terwijl ik beschoten word, maar de auto en ik worden niet geraakt.
“Die kunnen ook niet schieten, zeg,” mompel ik.
Meteen scheur ik weg. Als het tot een achtervolging komt, bel ik al de politie.
“Wat is er aan de hand meneer?”
“Ik word achtervolgd door een stel moordenaars.”
“Waar bent u en wat voor wagen hebben de verdachten?”
“Ik ben nu op de snelweg vlakbij de afslag naar het politiebureau. Ze rijden in een zwarte Hyundai met een streep over de zijkant,” antwoord ik.
Als ik afsla en we het politiebureau passeren, komt er meteen een politiewagen achter ze aan die vervolgens hun banden lek schiet.
“Hahahahahaahaha!”
Ik grijns een keer en zie dan dat Peter langzaam bijkomt. Voor de zekerheid bind ik zijn polsen vast.
PETER
Mijn polsen doen opeens pijn en ik zie dat ze vastgebonden zijn.
“Troy, ze krijgen je wel!” roep ik kwaad.
“Ik dacht het niet!” grijnst hij terug.
We zijn bij een vliegveld en er staat een helikopter klaar. Hij dwingt me om de heli te vliegen, anders zal ik Lydia, Sam en Xander nooit terugzien.

LESLEY
Nog steeds is het onweer niet voorbij. Rafael stopt niet met huilen tot hij zijn speentje krijgt. Lief ligt hij in mijn armen en slaat wat om zich heen. Sam en Xander zitten vol verwondering naar het onweer te kijken. De flitsen vinden ze mooi en het gerommel eng. De ambassadeur komt nu ook even de kamer binnenlopen.
“En hoe gaat het hier?”

RITCHIE / MOODY / AUDREY / SHERIFF
Frank stuurt Ritchie het hotel in om de dienstliftuitgang op de derde verdieping vrij te houden van ongewenste bewakers. Alhoewel Victor op de tweede wacht moet lopen, staat hij nu op de derde tegen een muur bij de vide, waar hij beide gangen in kan kijken. Als Ritchie hem ziet staan krijgt hij het vage, maar vervelende vermoeden dat hij de nieuwe hotelgasten schaduwt of minstens wantrouwt.
Het ritje met de lift naar boven lijkt een eeuwigheid te duren voor Frank, Geronimo, Audrey en Moody. Iedereen zwijgt onderweg. Het lukt om de linnenwagen een eind in de richting van de schuilplaats te rijden, maar als ze de stem van Victor en Ritchie horen, besluiten ze een tussenstop te maken in de hotelkamer van Audrey en Peter. Peter stelt voor om op de gevangenen te passen, terwijl de anderen alvast de schuilplaats gaan controleren. Helaas hebben ze niet in de gaten dat er iets beweegt in de linnenwagen. Frank, Moody en Audrey weten ongezien binnen te komen en maken samen met Geronimo de ruimte gereed voor langdurig gebruik. Als ze op de gang lopen om de linnenwagen op te halen, horen ze gestommel op de hotelkamer en rennen naar binnen. Tot hun grote schrik heeft Troy zich weten los te maken en houdt hij Peter onder schot. Hij gebruikt hem als schild terwijl hij het hotel verlaat. Voorzichtig volgen ze Troy en Peter. Op de parkeerplaats vuren ze een paar kogels op Troy af, maar om Peter te sparen kunnen ze niet voluit gaan. Ze zien hem ongedeerd wegrijden met Peter als gijzelaar.
Ritchie loopt naar Victor en knoopt een praatje met hem aan. Hij vertelt over Eduardo die is ingestort en observeert zijn gesprekspartners reactie. Victor luistert, blijft kalm en trekt de conclusie dat het spijtig voor Eduardo is, maar dat hij tijdens het werk voor Troy ook al niet veel klaarmaakte van het bewakingswerk. Aha, denkt Ritchie, ik heb een wel heel kritische knecht van Troy voor me staan. Dan gaat hij over op een ander onderwerp. Of Victor weet waar Miguel is gebleven na de explosie van zijn huis. Victor vraagt nogal verbaasd of ie dan niet in het ziekenhuis ligt. Daar heeft Ritchie hem deze week nog niet gezien. En dat klopt ook wel, hij is daar zelf al lang niet meer geweest. Maar dat hoeft Victor niet te weten.
Ritchie ziet dat Frank, Moody en Audrey naar de hotelkamer terug willen gaan en moet Victors ogen ergens anders op zien te richten. Hij loopt naar de vide en Victor komt er gelukkig bij staan. Samen kijken ze naar de nieuwe hotelgasten die bij Manuel aan de balie staan. Achter hen horen ze Troy zijn stem en ze kijken om. Troy loopt met Peter als schild het hotel uit en Ritchie baalt als een stekker dat hij niets kan doen! Hij moet in zijn rol als bewaker blijven. Victor kijkt tevreden naar het tweetal en zegt dat hij al een vermoeden had dat die vent niet oké was. Hij herkende hem, maar wist niet waarvan. Nu hoeft hij tenminste niet zelf zijn handen vuil te maken. Ritchie hoort de reactie van Victor vol afschuw aan en denkt: Aha, ben jij er zo één! Hij beëindigt het gesprek door te zeggen dat hij vandaag nog naar het oerwoud moet voor controle van de bewaking daar. Victor wenst hem succes.
Ritchie ontmoet Frank, Audrey en Moody op de parkeerplaats. Ze zijn ontdaan door de ontsnapping van Troy. Ze konden weinig meer doen dan de nummerplaat onthouden, omdat ze geen vervoersmiddel bij zich hebben. Met hun walkietalkies proberen ze Hannibal op te roepen om dit slechte nieuws over te brengen. Met een hoop gekraak door de stemmen heen, krijgen ze Hannibal eindelijk te pakken. Terwijl ze overleggen, horen ze politiewagens dichterbij komen en breken ze het gesprek af. Met z'n vieren vluchten ze de kelder in, rennen naar de dienstlift en weten de schuilplaats op de derde verdieping te bereiken. Daar proberen ze Hannibal nogmaals te bereiken. Het kraakt binnen nog harder dan buiten, maar er wordt een nieuw plan gesmeed. Troy kan dan wel proberen om de politie naar hen te laten zoeken, maar zij kunnen een ander machtig persoon achter de politie aan sturen! Tot slot vertellen ze dat ze meteen gaan proberen om toch de andere twee gevangenen daar te brengen.
Audrey, die nog steeds haar kamermeisjeskloffie draagt, en Ritchie, die als bewaker nog altijd veilig door het hotel kan bewegen, trekken de stoute schoenen aan en halen samen de linnenwagen op. Gelukkig liggen Palermo en Miguel er nog in en komen die op de plaats van bestemming aan.

HANNIBAL
Ik was een plan aan het bedenken toen ik werd geroepen door de walkietalkie. Troy was ontsnapt. Toen ik politiesirenes hoorde werd het gesprek afgebroken.
"Frank? FRANK!!!" schreeuwde ik, maar ik hoorde niets meer.
Ik stampte kwaad tegen de grond, veel tijd hadden we niet meer. Zo snel ik kon rende ik naar Face en Murdock om het nieuws te vertellen.
"Troy is ontsnapt, dus wees extra op je hoede," zei ik.
Ook bracht ik B.A. op de hoogte. Daarna liep ik naar de stamleider om te vertellen dat de leider van de kwaadaardige en moordlustige bende was ontsnapt.
"Mocht hij naar ons toekomen, dan moeten we hem een warme ontvangst bereiden. Help ons en verzamel een leger om hem te verwelkomen," zei ik.
De stamleider knikte en liep meteen weg om strijdvaardige mannen te verzamelen. Ik klom de boom in en keek of ik Troy al ergens zag verschijnen. Ik hoopte dat de stamleider snel genoeg terug was met een leger, zodat we een plan op konden stellen.

B.A.
Marcello, Chris, Rio en ik verschuilen ons onder de varens aan de oever van het meertje waarin de beek uitkomt. In mijn mond heb ik nog altijd de plattegrond van de bunker. Hij is jammer genoeg wel nat geworden, maar hij is niet helemaal onder water geweest. Ik hoop dat ie goed wil opdrogen.
Niemand komt naar het water toe en de stemmen van de bewakers bij de bunker klinken nog steeds hetzelfde. Rio wijst naar een plek waar we de oever op kunnen klimmen. Het lijkt erop dat die plek vaker wordt gebruikt. Zo stil mogelijk lopen we door het water en één voor één sluipen we de oever op naar de dichtst bijzijnde struik. Onze wapens zijn op dit moment waardeloos door al het water, dus als we moeten of willen vechten zullen we het met onze blote handen en natte voeten moeten doen.
In de verte komt een auto aanhobbelen over een niet geplaveide weg, je kunt horen hoe de auto moeite heeft om hier te komen. Het blijkt een legerwagen te zijn met een zeil over de laadbak. Vervoeren ze daar de gijzelaars in? Op fluistertoon overleggen we hoe we het gaan aan pakken.
Rio blijkt strategisch inzicht te hebben en klinkt bijna als Hannibal als hij het over voor- en achterdeuren heeft. Ik knik als vanzelfsprekend, voor mij is dat gesneden koek met een kolonel als Hannibal in ons midden. Maar Chris en Marcello kijken Rio niet-begrijpend aan. In hun oren klinkt het als abracadabra, al die militaire termen. Als we allemaal weten wat ons te doen staat, nemen we onze posities in. Al zijn het maar een paar mensen die we kunnen bevrijden, het is dan alvast een begin.
De chauffeur van de legerwagen draait op het terrein voor de bunker en zet hem met de laadbak vlak voor de deur van de bunker. Dan stapt hij uit en gaat met de bewakers naar binnen. Chris heeft aan autocrossen gedaan, dus hij kan redelijk goed overweg met moeilijk begaanbare wegen. Hij rent naar de auto toe en klimt in de cabine. Daar vindt hij een paar wapens die hij door het raam aan Rio en Marcello geeft. Ik heb voorlopig genoeg aan m'n spierballen.
We horen een paar angstige kreten in de bunker en daarna boze stemmen. De eerste bewaker komt naar buiten gestampt en sleurt een vrouw aan haar arm mee naar buiten. Hij schreeuwt tegen haar dat ze naar de auto moet. De vrouw trilt van angst en het lukt haar niet meteen om in de hoge laadbak te klimmen. De bewaker geeft haar een zetje en gooit haar bijna naar binnen. Vanaf de bodem van de wagen klinkt een kreet van pijn. Ik bijt op m'n tanden en knijp in m'n eigen vuist. Ik zou die vent graag eens mores leren, maar we hebben afgesproken om iedereen naar buiten te laten komen en toe te slaan als de gijzelaars in de wagen zitten.
De bewaker loopt weer naar de bunker en roept naar binnen dat de rest ook moet komen. De deur gaat open en een gemengd gezelschap in ondergoed strompelt voorbij . Dit beeld maakt me nog kwader dan ik al was. Ik kan me bijna niet meer beheersen. Als de laadbak propvol met mensen zit, controleert de chauffeur of alles goed vast zit en sjort het zeil vast. Dan loopt hij voor de cabine langs met de bedoeling om in te stappen, maar dat loopt anders. Chris heeft al die tijd plat op de bank van legertruck gelegen, maar ziet de man wel aankomen. Als hij de bocht omgaat en naar de deur reikt, doet Chris die deur met kracht open en smakt daarmee de chauffeur tegen de grond. Voor hij zijn sterretjes kwijt is, stuur ik zijn bewustzijn naar de maan met een flinke dreun tegen zijn gemene kop. Chris hijst de man in de cabine en ik neem m'n positie bij de bunkeringang weer in. Chris start de motor en rijdt stapvoets een eindje vooruit. Hij laat de motor een beetje raar doen, zodat hij de aandacht van de bewakers trekt. Als ze besluiten om naar de truck te lopen om hulp te bieden, springen Marcello, Rio en ik tevoorschijn en slaan er flink op los. Eén van de bewakers weet nog zijn pistool te trekken en lost een schot in de lucht. Dat is meestal een teken dat er ergens hulptroepen zijn. Terwijl ik de bewaker die ik in handen heb een oplawaai verkoop, kijk ik om me heen uit welke richting die hulptroepen dan komen. Ik roep tegen Marcello en Rio dat ze haast moeten maken. Rio voegt de daad bij het woord en deelt een laatste genadeklap toe. Marcello echter heeft meer moeite met zijn tegenstander. Hij is niet meer de jongste en heeft blijkbaar niet zo veel ervaring met vechten. Ik loop naar hem toe en leid de bewaker af.
"HÉ!"
De man kijkt meteen om en hebbes, een flinke kaakslag doet hem om zijn as tollen voor hij in Marcello's armen valt.
"Jouw buit, Marcello!" zeg ik met een knipoog en we geven elkaar een high five.
De bewakers binden we vast en het zeil van de laadbak maken we los. Angstige ogen kijken ons aan als we het zeil optillen en naar binnen kijken.
"Zijn er nog meer mensen binnen?" is het eerste wat ik wil weten.
Sprakeloos knikken er een paar mensen. We zoeken alle broek- en jaszakken van de bewakers na en halen enkele sleutelbossen tevoorschijn. Opnieuw kijk ik in de laadbak. Kunnen er nog mensen bij? Dat zou nog wel lukken, maar ik betwijfel of de truck dan nog over die hobbelige weg heen komt. Ik vraag of Marcello en Rio de bewakers willen uitkleden en de kleding willen verdelen onder de gijzelaars. Aarzelend worden ze aangepakt. De mensen zijn blijkbaar zo slecht behandeld, dat ze het niet kunnen geloven dat er nog hulp zou kunnen komen opdagen. Marcello en Rio leggen uit wie we zijn en wat we doen. Daarna vragen ze waar hun familieleden zijn. Terwijl Chris en ik de bunker in lopen, horen we achter ons applaus uit de laadbak komen.

HANNIBAL
Er was nog geen spoor van Troy te bekennen. Ik sprong uit de boom. De stamleider was ook nog niet terug, en BA en de anderen ook nog niet. Omdat BA geen antwoord gaf door de walkietalkie werden miijn zorgen alleen maar groter. Ik rende gewapend met m16 en wat pijlen en een boog door het oerwoud, in de hoop de anderen tegen te komen. Maar in plaats van hen tegen te komen, zag ik een militair voertuig bij een bunker staan. Ook zag ik bewakers, maar wat ze precies deden kon ik niet goed zien. Ik besloot op mijn positie te blijven tot het voertuig ging rijden. Na een tijdje heen en weer geloop van de bewakers zie ik opeens een grote man een aantal bewakers neerslaan.
"Dat lijkt BA wel!" zei ik verbaasd.
Ik pakte wat pijlen, de boog, wat gedroogde bladeren en mijn aansteker. Met behulp van gedroogde bladeren en een aansteker had ik een vuurpijl in plaats van een gewone. Ik richtte en schoot de pijl naar het dak van de bunker dat meteen vlam vatte. Het voertuig reed weg en de bewakers zag ik niet meer. De bunker brandde volledig uit. In het oerwoud kwam ik de kannibalen weer tegen. Ik rende zo hard ik kon maar slaagde er niet in om uit hun greep te blijven. Ik pakte mijn m16 en schoot twee kannibalen neer, maar een andere viel me aan vanaf de zijkant waardoor ik mijn evenwicht verloor en met een smak op de grond terecht kwam. Met bamboestokken probeerden ze me bewusteloos te slaan, maar de eerste paar slagen misten doordat ik wegrolde. Daardoor had ik de kans om op te staan en zelf een bamboestok te pakken om het gevecht aan te gaan.
"Weer eens iets nieuws om mee te vechten," dacht ik bij mezelf.
Als ik in vechthouding sta begint het gevecht. Zwaardvechten kon ik redelijk maar een bamboestok was een stuk zwaarder waardoor ik snel moeite had om de klappen van mijn tegenstanders af te weren. Ik kreeg rake klappen waardoor ik slapper werd. Ik pakte mijn m16 en schoot waardoor ze het op een rennen zetten. Ik strompelde terug naar het kamp.
"Dat had ik eerder moeten doen," zei ik tegen mezelf.

TROY
Nadat Peter en ik in de helikopter zijn gestapt zijn we in no time boven het oerwoud. We landen bij een klein stadje. Er blijken kannibalen te wonen, maar je kunt ze gemakkelijk omkopen. Peter laat ik opsluiten tot ik hem weer nodig zal hebben. Ze willen hem echter nu al opeten.
"Afblijven! Ik heb hem nog nodig!" roep ik kwaad terwijl ik één keer naar ze schiet.
Dan luisteren ze wel.

LESLEY
Eindelijk is het onweer voorbij en ik leg de kleine weer in de box.

B.A.
Het is donker in de bunker. In de lange gang zitten een paar lichtkoepels waardoor een beetje licht naar binnenvalt, maar omdat er nogal wat blad en mos op ligt, is het geen helder licht. Chris en ik blijven staan luisteren of we iets horen.
"Hallo? Is daar iemand?" roep ik.
We drukken ons wel tegen de muur, voor het geval er nog een bewaker tevoorschijn komt. Dat gebeurt gelukkig niet. Ergens achter in de gang horen we gebons op een deur. We pakken de sleutelbossen en lopen de gang in. We kloppen op elke dichte deur en proberen ze allemaal open te maken, maar besluiten om eerst de deur te nemen waarachter we geluid hoorden. Eerst pas ik alle sleutels van mijn bos. Niet één krijgt de deur open. Dan nemen we Chris' sleutelbos en uiteindelijk gaat de zware ijzeren deur open. De mensen deinzen achteruit als ze mij zien staan. Als Chris naast me komt staan slaken sommigen zelfs een gil, omdat ze hem herkennen als een bewaker van Troy. Daarom neem ik het woord en probeer hen gerust te stellen. We houden de deur voor ze open en nodigen ze uit om naar buiten te lopen.
Tot slot blijven er twee oude mensen uitgeput op de grond achter. We bedenken ons geen moment, tillen ieder één van hen op en brengen ze naar de truck. Nu komt er een moeilijk moment, er zullen fitte mensen uit moeten om deze stakkers te laten zitten of liggen. Enkele mannen begrijpen wat de bedoeling is en komen zelf al de truck uit. Chris kruipt achter het stuur en ik vraag nogmaals aan de gijzelaars of nu alle mensen uit de bunker zijn. Niet iedereen weet het zeker en ik wil nog wel een keer gaan zoeken, maar Chris laat ik vertrekken. Deze mensen moeten zo snel mogelijk verzorgd worden. Het zeil van de laadbak knopen we vast, zodat er voldoende lucht binnenkomt en dan rijdt de truck weg: op weg naar de vrijheid.
Rio en ik lopen nog een keer naar binnen en gaan de dichte deuren openen. We zijn weer druk met de sleutelbossen in de weer als ik ineens een brandlucht ruik. Gelukkig hangt er nog niet veel rook in de gang en rennen we naar buiten. Het camouflagemateriaal en alle troep van het oerwoud dat op het dak van de bunker ligt, staan in brand. Zodra de koepels zijn gesprongen valt er vuur in de bunker en als een lopend vuurtje verspreiden de vlammen zich. We hopen en bidden dat er geen mensen meer binnen zijn en draaien ons dan om. Zou één van de indianen Troy een streek willen leveren door zijn bunkers onbruikbaar te maken?
Marcello, Rio en ik lopen het pad op waar de truck zojuist over wegreed. Met gemengde gevoelens gaan we op weg naar het Indianendorp om verslag uit te brengen aan Hannibal, Murdock, Face en Mitch. Maar halverwege onze voettocht staan we ineens oog in oog met een groep gevaarlijk uitziende oerwoudbewoners. Ze omsingelen ons, dreigen met scherpe bamboestokken en halen ons uit elkaar, zodat we geen ontsnappingsmogelijkheden kunnen bespreken. We kunnen niet anders dan braaf met onze handen omhoog meelopen en worden zo een soort stadje binnengebracht. Tot onze verbazing staat er een helikopter op een open plek. Dat is voor zo'n volk toch wel iets heel moderns!
Marcello, Rio en ik worden aan een dikke paal gebonden en zien tot onze grote schrik dat Peter hetzelfde lot heeft ondergaan. Hij staat tegenover ons, aan de andere kant van een pleintje. Als iedereen vastgebonden is, wordt er een lied ingezet en komt er een opperhoofd een huis uit, op de voet gevolgd door.... Troy.

PETER
Het scheelde niet veel. Als Troy er niet was geweest hadden ze me waarschijnlijk nu al opgegeten. Ik bekijk het kamp eens goed. Er staan alleen wat hutten en wat vallen. Verder is er niet zo veel te vinden of toch wel? Er staat een reusachtige stenen pan en er branden wat vuurtjes. Ze zullen toch niet van plan zijn wat ik denk dat ze van plan zijn?

TROY
De eerste overwinning is binnen: B.A., een paar van m'n overgelopen bewakers en een paar gijzelaars. Als ik in het midden sta, laat ik het lied stoppen.
"Zo… en waar zijn die vriendjes van jullie?"
B.A. en de mannen geven geen antwoord. Dan zie ik bekende gezichten: Chris, Marcello en Rio!
"Overgelopen naar de andere kant? Daar zullen jullie voor boeten. Maar nu nog niet!" grijns ik.
Peter kan nog van pas komen, dus ik laat hem nog niet opeten. Misschien pas als dit hele gedoe voorbij is. Ik vertel het hoofd van de kannibalen dat ik op zoek ben naar wat mensen en hoe ze er uitzien. De kannibaal vertelt dat hij ze gezien heeft bij een andere stam, die ook in de jungle leeft. Ik beveel ze om ook hen gevangen te nemen. Ze luisteren naar me en gaan op weg. Er blijven natuurlijk een paar achter zodat die B.A., Chris, Marcello, Rio, Peter en de rest van de gijzelaars kunnen bewaken.
Na een tijdje komen ze terug en hebben Face en Murdock bij zich. Ik vraag waarom ze niet meteen de hele stam hebben meegenomen. Het hoofd vertelt dat ze werden weggejaagd en daarom alleen deze twee mee hebben kunnen nemen. 'T is voor mij een gelukje want het zijn de twee juiste personen. Hen moest ik juist hebben. Face en Murdock worden vastgebonden en boven een vuurtje gehangen.

FACE
Murdock en ik zitten lekker even in een boom als we opeens omsingeld worden door de kannibalen.
"Dit helpt ook geen moer!"
"Nu zeg je alweer moer, Faceman."
Even lachen we maar dat vergaat ons al snel. We worden meegenomen door de kannibalen en voor Troy zijn voeten neergegooid.
"Goed werk, heren!" grijnst Troy.
"Louwa rou?" vraagt de man.
Je verstaat er geen zak van, maar Troy wel.
"Ja, eet hen eerst maar op," antwoordt Troy terwijl hij naar ons wijst.
We worden meegenomen en aan een paal vastgebonden.
"Nee, Troy. Alsjeblieft. We zullen alles doen, maar laat ons alsjeblieft niet opeten. Toe nou!" smeken we tegelijk.
Meteen worden we boven een vuurtje gehangen. Mijn rug begint pijn te doen van de brandwonden van het vuur dat steeds heviger wordt.
"Murdock, kun jij..." zijn mijn laatste woorden voor ik mijn bewustzijn verlies.

HANNIBAL
Als ik bij het kamp aan kom, tref ik een ravage aan en ik stort meteen in. Ik ben echter nog bij bewustzijn. De hoofdwonden die ik had opgelopen moesten worden verzorgd, anders kon ik echt niet verder. Als ik naar het kamp kijk, komen de stamleider en wat indianen naar me toe gerend, waarvan één indiaan met een medicijn. Hij duwt direct iets in mijn handen wat ik moet opdrinken, het moet helpen tegen de pijn. Ik kijk de stamleider aan en neem een klein slokje. Het smaakte naar water, maar na een paar minuten werd de pijn al stukken minder. Dankbaar keek ik ze aan en vroeg wat er allemaal was gebeurd. Hij vertelde over Troy, dat hij het dorp was binnengestormd met wat kannibalen.
"Die kannibalen, horen die bij hem?" vraag ik vol ongeloof.
Ze knikken en vertellen dat Face en Murdock zijn meegenomen. Als ik dat hoor, sta ik meteen op.
"We hebben nog geprobeerd om ze te beschermen, maar faalden," zegt de stamleider.
Ik zucht.
"Nu ben ik nog als enige over," mompel ik kwaad tegen mezelf.
"Ik heb een bondgenoot ingeschakeld om die kannibalen aan te vallen," zegt de stamleider.
"Dat is mooi, dan wachten we op hen en dan vallen we aan," zeg ik.
De bondgenoten arriveren niet veel later. De stamleider stelt hen aan mij voor.
"Hebben jullie genoeg wapens om de vijand uit te schakelen?" vraag ik.
Ze knikken. Elke indiaan heeft pijlen, een boog en zelfs een speer bij zich.
"Dat is dus een ja," zeg ik met een glimlach.
We verlaten het kamp. Ik ren voorop naar het kannibalenkamp, waar we even later aankomen. Ik zie dat BA, Mitch en Rio aan palen zijn vastgebonden. Ook al heb ik weinig ervaring met pijl en boog schieten, ik besluit de gok te wagen. Vanaf een veilige afstand maak ik een vuurpijl en schiet precies tegen de paal van BA, waardoor de touwen waarmee hij is vastgebonden losbranden.
Van te voren heb ik al een plan besproken met de indianen. Zij halen een aantal emmers water voor me.
"Jullie vijf leiden Troy en de kannibalen af, dan geef ik mijn maten eens een koude douche. Jullie twee dekken me."
Het plan is erg gevaarlijk, maar daar houd ik wel van.
"Oké nu!" schreeuw ik.
De pijlen vliegen in het rond en ik sluip heel langzaam, met twee emmers water, richting Face en Murdock. Ook de indianen hebben twee emmers water bij zich en zetten die bij me neer. Even later vliegen nog meer pijlen in het rond en is de aandacht even afgeleid. De kannibalen lopen weg bij Face en Murdock. Ik grijp meteen mijn kans en gooi water op het vuur en op Face en Murdock, om ze even af te laten koelen. Na drie emmers is het vuur gedoofd. Daarna pak ik mijn m16 en schiet daarmee in de lucht. De twee indianen die mij dekking geven, maken Face en Murdock los.
"Schaakmat," zei ik tegen Troy.

B.A.
Troy wijst de mannen aan die hij wil laten opeten door de kannibalen en gaat op een afstandje tevreden grijnzend staan kijken naar de voorbereidingen van dat ritueel. Ze nemen Face en Murdock flink te grazen. Ik sta aan m'n touwen te trekken, maar krijg ze niet los. Ik spits m'n oren, in de bossen rondom heb ik geritsel gehoord. Ik hoop dat het Hannibal is en dat ie versterking bij zich heeft. Anders heeft ie een probleem: drie van zijn teamleden bevrijden en de ex-bewakers en de gijzelaars.
Als er pijlen door de lucht heen zoeven, weet ik dat we gered zullen worden. Maar dan zie ik dat er vuurpijlen van zijn gemaakt en er één in mijn paal terecht komt. Ik beleef benauwde ogenblikken als de touwen vlam vatten, maar ze komen wel losser te zitten zodat ik mezelf kan lostrekken van de paal. Meteen komt er een indiaan met water op ons af rennen. Nog nooit ben ik zo blij geweest met een plons water, terwijl ik nog maar net ben opgedroogd van de duik in het meer bij de bunker.
Terwijl Hannibal de anderen losmaakt, zie ik dat Troy naar de helikopter loopt, in de hoop dat ie door niemand wordt opgemerkt. Ik ren achter hem aan en vloer hem voor hij in kan stappen. Ik neem hem mee terug naar de palen en wil hem nu wel eens boven zo'n hete pan zien hangen, maar Hannibal schiet in de lucht en zegt: "Schaakmat!" tegen hem.
Peter, Mitch, Marcello en Rio nemen Troy van mij over en hebben zo te zien hun eigen plannen met hun oude baas. Hannibal, Face en Murdock blijven staan kijken, maar ik zoek de gijzelaars op die we eerder hadden bevrijd. Ze zullen wel denken: Wat zijn dat nu voor bevrijders? Nu zitten we opnieuw vast! De kannibalen hebben hen in een van bamboestokken gefabriceerde kooi gestopt. Met een paar halen van m'n grote mes zijn de touwen van de deur los en help ik ze weer naar buiten.
"Sorry mensen, nu brengen we jullie echt naar een veilige plek, dat beloof ik."
Ondertussen denk ik aan Chris en de truck vol bange, maar bevrijde gijzelaars. Zou hij het wel veilig hebben gehaald? Zou de truck geen pech hebben gekregen?

LESLEY
Even loop ik naar Bob toe om te kijken hoe het met hem gaat. Bob is wakker en kijkt me aan als ik de kamer instap.
"Hoi Bob, hoe gaat het met je?"
Ik wist niet zeker of dat wel een goede vraag was, maar dan knikt hij.
"Ik heb alleen nog zo'n verschrikkelijke pijn. Vooral mijn ribben en been doen pijn," antwoordt Bob.
We zwijgen een tijdje tot Bob de stilte verbreekt.
"Waar is Ava?"
"Die slaapt even," antwoord ik.
Bob wil van bed af en zit al op de rand van het bed.
"Niet doen, je moet rusten," vertel ik hem.
"Ik wil naar Ava toe," zegt Bob serieus.
Ik wil hem nog tegenhouden maar hij duwt me aan de kant en hinkend loopt hij, met veel pijn, naar zijn dochtertje toe. Daar gaat hij naast haar bed zitten.

LYDIA
De jongens vermaken zich weer en ik zie Lesley onrustig heen en weer lopen.
"Wat is er?"
"Face zou vandaag contact met me opnemen, maar dat heeft hij nog steeds niet gedaan."
"Ach joh. Hij heeft het vast zo druk met Troy verslaan, dat hij daar geen meer tijd voor heeft," antwoord ik maar.

SAM
Xander en ik rennen lekker rondjes rond de tafel want het onweer is voorbij. Ik vond het eigenlijk wel eng maar liet niets merken aan Xander want dan noemt die me natuurlijk weer 'bangerik'. Als we door het huis rennen zien we opeens een meisje op bed liggen. Eén of andere man die ze Bob noemen zit naast haar. Xander gaat meteen kijken omdat hij wel benieuwd is wie het meisje is.

CHRIS
Gelukkig waren we ontsnapt uit de brandende bunker, maar mijn missie was met de bevrijde gijzelaars naar het indianenkamp terug te rijden. Halverwege stond er een grote groep kannibalen op ons te wachten, maar ik liet mij niet zomaar tegenhouden. Het leven van de bevrijde gijzelaars stond op het spel. Ik maakte een enorme slip en wilde de andere kant opgaan, maar ze hadden ons omsingeld. Door mijn rijervaring slaagde ik erin om de kannibalen aan de kant te krijgen en naar het kamp te rijden.
Toen ik daar eenmaal aankwam, stonden de indianen klaar om ons te ontvangen. Ze namen de kannibalen meteen onder vuur. Het was een hard gevecht, maar ik kon zo het kamp binnenrijden. Als de kannibalen zich terugtrekken stopt het gevecht. Samen met de indianen haalde ik de gijzelaars uit het militaire voertuig. Ze schrokken zich rot toen ze de indianen zagen. De stamleider stelde de bevrijde gijzelaars gerust en de zwaargewonde mensen werden meegenomen en verzorgd in een ziekenboeg. Ik nam even rust en ging zitten.
"Wat een avontuur, pffff," zei ik uitgeput.

HANNIBAL
Ik was blij dat dit riskante plannetje had gewerkt en liep naar de indianen toe die allemaal bij elkaar stonden.
"Geweldig werk, hartstikke bedankt," zei ik met een glimlach.
Daarna richtte ik tot het team.
"Murdock, breng Troy samen met Rio en Mitch naar het politiebureau en laat hem daar achter de trailies verdwijnen. Je kan de helikopter daarvoor gebruiken."
De gijzelaars keken ons aan. Ik glimlachte voorzichtig.
"Zoals BA al zei, brengen we jullie naar een veilige plek waar de kannibalen jullie niet meer kunnen lastigvallen," zei ik.
Met die woorden liepen we rustig aan weer terug naar het kamp.

FACE
Ik moet nog even bijkomen van de schrik. 't Ging ook allemaal zo snel. Is de missie nu afgelopen? Dan kan ik eindelijk naar Lesley en Rafael.

PETER
"Ho eens even! Mogen we geen wraak op hem nemen? Ik bedoel na alles wat hij ons heeft aangedaan?! Moet je Face zien! Hij heeft allemaal brandwonden op zijn rug. Ik wil Troy ook wel eens zien als hij gemarteld wordt!" roep ik boos tegen Hannibal.
Hij komt naar me toe lopen en zegt: "Met wraak schiet je niets op."
"Nee, dat weet ik, maar we kunnen hem toch wel even pesten?" vraag ik.
B.A. knikt en vertelt dat hij Troy ook wel eens boven zo'n hete pan wil zien hangen. We spreken snel een plannetje af met de kannibalen, die we nu net om hebben gekocht met geld.
Nu begint het ritueel en zitten wij tussen de kannibalen. Wat?! Een meisje geeft Murdock een kus op zijn wang? Troy wordt al snel boven een hete pan gehangen.
Face staart de hele tijd maar naar de foto van Lesley.

Troy
"Nee! Toe! Eet me niet op! Ik smaak helemaal niet lekker!"
Dan bedenk ik opeens dat ik ze kan omkopen.
"Als jullie me losmaken beloof ik dat jullie betere huizen mogen bouwen. Peter... Mitch... Rio! Jullie zijn mijn maten. Help me alsjeblieft!”

B.A.
Ik vind het prachtig om te zien hoe Troy nu boven een dampende pan hangt. Ongelooflijk dat die kannibalen zich door iedereen laten omkopen. Het lijkt big business voor ze te zijn. Als je het goed bekijkt, zijn Troy en die kannibalen één pot nat: alles hangt van chantage aan elkaar. Maar op dit moment beleven wij daar eens even plezier aan en ik ga er dan ook eens uitgebreid van zitten genieten. De kannibalen laten Troy peentjes zweten, het lijkt erop dat hij zo meteen echt in de pan zal verdwijnen.
We zitten al een tijdje van dit schouwspel te genieten, als Hannibal ons allemaal bij elkaar roept. Hij stelt voor om de bijna gare Troy eens aan de tand te voelen. Hij is vast wel ‘in the mood’ om nu één en ander los te laten. Als hij z'n vel wil redden kan hij dat doen door ons een heleboel te gaan vertellen.

GERONIMO
Als de anderen met de linnenwagen de gang oplopen, trek ik een sprintje naar het andere einde van de gang, waar ik me zo snel mogelijk in de schuilplaats verstop. Ik vraag me af hoe snel Audrey, Frank en Moody onze gevangenen hier kunnen krijgen. Tot mijn verbazing komen ze eerst binnen zonder linnenwagen. Ze willen eerst alles in gereedheid brengen en met z'n vieren steken we de handen uit de mouwen. In een kwartier staat, hangt en ligt alles zoals we het willen hebben en gaan ze de linnenwagen halen. Ik verwacht dat ze er nu snel zullen zijn, maar er gaat vijf minuten voorbij, tien minuten, een kwartier... Volgens mij is er iets niet goed gegaan. Maar wat? Wat zal ik doen? Hier blijven of me toch tussen de beulen van Troy wagen? Ik heb gehoord dat ze voor overlopers en weglopers geen genade kennen.

AUDREY
We schrokken ons rot toen Troy ineens voor onze neus stond. Hij gebruikte Peter als schild terwijl hij het hotel verliet. We wilden Troy volgen, maar konden niet over de trappen naar beneden, want daar stond Victor te posten. Gelukkig hield Ritchie hem aan de praat. Pa, Moody en ik renden naar de brandtrap en waren net zo snel op de parkeerplaats als Troy met Peter, maar hij stapte in een auto en racete weg. We lazen alleen de nummerplaat nog.
Ritchie voegde zich even later bij ons. We overlegden wat we zouden gaan doen. Eindelijk dat waarvoor we hier kwamen.

SHERIFF
Audrey en Ritchie gaan terug om fase één van operatie Patromi te voltooien. Als ze vertrekken vraag ik aan Audrey of ze de linnenwagen weer beneden wil brengen, we hebben hem waarschijnlijk nog een keer nodig. En aan Ritchie vraag ik of hij eten en drinken wil regelen voor ‘een groep bewakers die in het hotel een vergadering hebben’. Hij belooft met een dikke knipoog voor iets lekkers te zullen zorgen.
Moody praat met Audrey en drukt haar op het hart dat ze voorzichtig moet zijn. Ze antwoordt zoals we haar kennen: dat ze haar mannetje wel zal staan als het nodig is.
"Ja, dat geloof ik best, maar niet iedereen taait af na een stomp in zijn maag. Sommigen pakken hun wapen en schieten meteen en dat zul je niet na kunnen vertellen, meisje," dient Moody haar van repliek.
"Je lijkt m'n vader wel!" gooit Audrey in de strijd.
"Misschien wel, maar dan weet je nu dat er minstens twee mensen op deze wereld zijn die van je houden."
Moody kijkt haar even indringend aan en loopt dan langs haar heen. Audrey blijft verbluft achter en weet niet hoe snel ze met Ritchie naar binnen moet gaan. Ik loop Moody achterna. We gaan de anderen ophalen en helpen in de schuilplaats te komen, want dat is voorlopig onze basis waar vandaan we nog een paar klussen te klaren hebben. Er lopen nog steeds knechtjes van Troy rond.

RITCHIE
Audrey en ik gaan het hotel weer in en lopen nu direct naar de hotelkamer om de linnenwagen op te halen. Victor is naar een andere verdieping en Fernando is op de derde. Als hij ons ziet zwaait hij even stiekem en houdt onze gang leeg, zodat we eindelijk onze buit de schuilplaats in kunnen rijden.
Geronimo maakte zich al zorgen omdat ze zolang wegbleven, maar kan nu aan zijn taak beginnen: het bewaken Palermo en Miguel.
Als de kust veilig is rijden we de linnenkar de gang op en zoeken de dienstlift weer op. Audrey blijft in het magazijn wachten op Frank en de rest van onze groep en ik loop maar eens naar de keuken om een maaltijd te bestellen voor... ik moet eens even goed tellen. Met hoeveel zijn we eigenlijk?'
Op mijn vingers tel ik mee als ik de namen opnoem.
"Frank, Audrey, Moody, Geronimo, Giovanni, Arlando, Benjamin, José, Fernando, Roberto, Timo, Monkey, Daniël en ik."
We zijn dus met z'n veertienen.
"En de restjes zijn voor onze gasten. Foei, Ritchie, dat is niet erg gastvrij," grinnik er achter aan.
Aan de kok vraag ik of het eten in schalen op een kar kan worden gezet, zodat ik het naar de vergaderzaal kan meenemen. Over een half uur kan ik de kar halen, want dat lijkt mij het slimste.

PETER
Omdat Rio en ik gechanteerd zijn door Troy mogen wij hem verhoren.
"Waar zijn bunker II en bunker III?" vraag ik aan hem.
Troy wil eerst geen antwoord geven.
"Ouga rouwa coupa to?" vraagt het hoofd van de kannibalen.
"Ja, kook hem maar en eet hem dan maar op," antwoordt Rio.
"Nee! Ik zal jullie vertellen wat jullie willen weten," zegt Troy angstig.
Rio herhaalt zijn vraag terwijl hij Troy recht aankijkt.
"Die liggen in het oerwoud. Bunker II ligt vijf kilometer van bunker I af. Daarvoor moet je naar het noorden gaan en bunker III ligt weer vijf kilometer verder naar het noorden.”
Face wil ook een vraag stellen.

FACE
"Nou nou, Troy, hangt het daar lekker?" vraag ik grijnzend.
Troy kijkt me angstig aan. Hij zweet zich rot.
"Heb je hier toevallig ook een drugsfabriek om bijvoorbeeld wat mensen te hersenspoelen of iets dergelijks?" vraag ik nu serieus.
"Ja, maar ik ga jullie niet vertellen waar," antwoordt Troy terwijl hij kreunt van de pijn.
Dan besluit ik dat iemand anders hem ook nog moet verhoren.

Troy
Mijn rug prikt helemaal van de brandwonden en ik ben het zat al die vragen die ze stellen. Hielden ze nou maar een keer op, maar nee, er komen steeds meer mannen vragen stellen.

HANNIBAL
Ik stond naast Face toen hij geen antwoord wilde geven.
"Dan maar op deze manier," zei ik terwijl ik een emmer (water) naast me neerzette en mijn aansteker al in mijn handen had.
"Je kan kiezen: praten of ik zet je in lichterlaaie," zei ik kwaad. "Dan ben je in no time gaar," zei ik er lachend achteraan.
Hij keek me angstig aan terwijl er een steeds grotere vlam uit de aansteker kwam. Ik had de mouw van zijn shirt al beet en stond klaar om die aan te steken.
"Is goed, is goed, ik zal praten," zei hij nu.
"Dat zijn niet de woorden die ik wil horen."
"De drugsfabriek is nog niet klaar, maar hij zit in Bunker II," zei hij.
"En je gif? Heb je dat nog in je bezit?"
Troy knikte en begon steeds meer te zweten.
"Zijn de gijzelaars er al mee besmet?"
Troy schudde zijn hoofd. "Nog niet."
Ik keek naar het team en zuchtte.
"Zullen we hem toch maar in dat vuur gooien?" vroeg ik met een grijns.

B.A.
De ex-bewakers van Troy, die met ons mee het oerwoud zijn ingegaan, staan allemaal om hem heen en hebben allemaal zo hun eigen vragen voor hem. Ook Face en Hannibal staan er bij. In een paar minuten zijn we al een stuk wijzer geworden en ik zet eens even alles op een rijtje:
* Bunker I hebben wij leeggemaakt en is uitgebrand.
* Bunker II kunnen we vijf kilometer ten noorden van bunker I vinden.
* Bunker III is weer vijf kilometer verder in noordelijke richting.
* In bunker II zit de drugsfabriek en daar verblijft nog een flinke groep gijzelaars.
Ik haal een natte en halfverbleekte plattegrond van een bunker uit m'n broekzak en haal hem voorzichtig uit elkaar in de zon. Er staat niet op welke bunker dit is, maar het zou best eens kunnen dat dit die met de fabriek is. Met de kaart loop ik naar Troy en houd hem voor zijn neus.
"In welke ruimte zit de fabriek?" vraag ik hem.
Troy kijkt verbaasd naar de kaart die wij in bezit hebben gekregen en weigert antwoord te geven.
Dan geef ik het kannibalenopperhoofd een seintje en laat hij Troy een stukje zakken.
"NEE!!! Nee!!! Niet doen!"
Troy kiest eieren voor zijn geld en zegt precies wat er in welke ruimte is te vinden als ik ze één voor één aanwijs. Terwijl ik met een potlood de aanwijzingen op de plattegrond zet, schuift Murdock aan. Ook hij heeft nog een vraagje.
"Hoeveel van die fanatieke knechtjes heb je eigenlijk rondlopen?"
Troy denkt nog wat troeven in handen te hebben en lacht hem uit.
"Er komen er elke dag bij, je krijgt ze nooit allemaal te pakken. Je kunt mij laten opeten, maar ik heb voor een opvolger gezorgd en die gaat verder terwijl jullie hier om mij staan te lachen. Pas maar op, straks staat hij achter jullie rug te lachen om jullie. Ha, ha, ha,....."
Troy begint steeds harder te lachen en lijkt wel krankzinnig te worden. Marcello heeft ook nog een vraag, hij wil weten wat er in bunker III te vinden is, maar het ziet er nu naar uit dat we dat zelf moeten gaan uitzoeken. Troy heeft er waarschijnlijk niet voor niets drie in gebruik.

HANNIBAL
Toen Murdock de vraag stelde, hoeveel knechtjes hij nog had rondlopen begon Troy te lachen.
Ik schudde mijn hoofd, dat antwoord had ik al verwacht en zuchtte.
"Het is tijd om jou in te rekenen bij de politie," zei ik tegen Troy.
De lach verdween meteen van zijn gezicht. Twee kannibalen maakten hem los. Murdock en Peter maakten de helikopter klaar voor vertrek en we vlogen even later weer naar de bewoonde wereld.
"Ga eerst maar naar het hotel," zei ik tegen Murdock.
Na een uurtje vliegen kwamen we daar aan. Ik liep meteen naar een telefooncel, belde naar de ambassade en vertelde mijn plan.
"Ja, als u mee wilt dan hebben we wel een limo met chauffeur nodig, " zei ik. "Oké geweldig, dan zie ik u straks."
Ik verbrak de verbinding. Daarna liep ik naar binnen waar ik Frank en Audrey vond. Audrey keek erg blij naar me toen ze zag dat ik nog heel was.
“Ik kom de twee gevangenen ophalen om ze bij de politie af te leveren," zei ik.
We liepen naar de schuilplaats waar ze Palermo en Miguel gevangen hadden gehouden. We namen een extra voorzichtige route naar buiten en zetten ze tijdelijk in de heli. Nu was het wachten tot de ambassadeur er was met de limo. Hij kwam al snel. We zetten Troy, Palermo en Miguel in de limo en brachten hen daarna naar het politiebureau waar ze meteen werden ingesloten.
"Oké, dat was dat," zei ik tevreden.
"Rijdt maar naar de ambassade," zei de ambassadeur.
Als we daar aankomen en met de ambassadeur naar de ziekenboeg gaan, komt Bob op me afgerend.
Ik keek daar van op. Even later vlogen we elkaar in de armen. Ik was zo blij dat hij het allemaal had overleefd. We lieten elkaar los.
"Ben je klaar voor een avontuur?" vroeg ik.
Hij knikte en lachte.
"Pak je spullen, dan gaan we met de heli weer terug naar het oerwoud," zei ik met een glimlach.
Bob kwam even later terug met een tas en zijn wapens. Toen keek ik naar Audrey en Frank.
"Willen jullie ook mee het oerwoud in? Of blijven jullie in het hotel?" vroeg ik aan hen.

VICTOR
Ik kon het niet geloven. Al die tijd leefde dat team nog. De opvolger van Troy moest ik nu snel op de hoogte brengen. Toen ik zag dat Palermo en Miguel in de heli werden gezet, rende ik zo snel als ik kon terug het hotel in en belde naar Troy zijn opvolger Ethan.
"Hi, met mij, we hebben problemen. Miguel, Palermo en Troy worden door dat team naar het politiebureau gebracht. Ze zijn met een heli dus stuur maar een team om hen aan te vallen," zei ik.
Ik liep daarna weer mijn ronde en nam bij de vide een strategische positie in. Het liefst had ik dat team nu al uit de weg geruimd. Ik probeerde iets op te pakken van het gesprek tussen Hannibal en Frank.

TROY
Het lachen verging me snel toen ik werd losgemaakt en in een helikopter gezet. Mijn polsen waren stevig vastgebonden. Die kreeg ik niet los. Ik zucht een keer. Dit wordt waarschijnlijk een levenslange straf en bovendien miste ik Lydia. Even landde Murdock met de heli bij het hotel. Miguel en Palermo worden dan ook in de heli gezet. Daarna brachten ze ons snel naar de politie die verbaasd was dat ze me hadden gepakt. Meteen werd ik naar een cel gebracht waar ik zou zitten tot de rechtszaak. Er hangt me natuurlijk een hoge straf boven mijn hoofd maar op een dag zal ik ze krijgen. Ooit zal ik wraak nemen op het team!

MURDOCK
"Zo dat was dat," zei Hannibal tevreden.
Ook ik liet een glimlach zien, omdat ik het wel even zat was om steeds heen en weer te rennen.
"Rijdt maar naar de ambassade," zei de ambassadeur.
Ik ging onderuitgezakt in de limo zitten tot we daar aankwamen. We stapten uit en gingen naar de ziekenboeg. Bob kwam op Hannibal afgerend en ze vlogen elkaar in de armen. Ik vond het een mooi gezicht. Toen ze elkaar loslieten liep ik zelf naar Bob toe.
"En hoe voel je je nu?" vroeg ik met een glimlach.
"Ja het gaat al veel beter," zei Bob tegen me.
Ik begon te lachen en omhelsde hem ook.
"Zeg heb je straks zin om co-piloot te zijn, samen met Billy in de heli?"
Bob begon te lachen en knikte. "Lijkt me leuk" zei hij.
"Kom op Billy, wie het eerst bij de helikopter is!" zei ik terwijl ik het al op een rennen zette.

PETER
Nu komt Lesley naar me toe en ziet dat Face niet bij ons is. Ze vraagt meteen waar hij is want ze heeft hem natuurlijk ook al even niet gezien.
“Face is nog in het oerwoud, samen met B.A.,” vertel ik.
Lesley zucht en loopt weer weg. Hadden we Face nu maar wel meegenomen, maar ja iemand moest bij B.A. blijven, aangezien hij niet durfde te vliegen.

FACE
B.A. en ik moeten wachten tot de rest weer terug is. We zitten even. Het is een raar gezicht om te zien dat de kannibalen nu vrede hebben gesloten met de stam waarbij we verbleven. Ze laten zien dat je niet per se mensen hoeft te eten. Ze pakken wat mieren en proppen dat tussen een blaadje dat ze vervolgens opeten. Ze bieden B.A. en mij het ook aan maar wij bedanken er vriendelijk voor. Ik moet haast al overgeven als ik het zie, laat staan als ik het op zou moeten eten.
Dan komt er een helikopter aanvliegen. Gelukkig daar is de rest ook weer! Als de heli geland is, lopen B.A. en ik er heen en zien we dat het handlangers zijn van Troy! We houden onze handen omhoog als we hun geweren zien. Langzaam komen ze dichterbij en als ze naast ons staan geeft B.A. me het seintje dat we een minuut geleden hebben afgesproken. Iedereen ontvangt rake klappen, zelfs B.A. maar ja, die kan wel wat hebben. Ik word neergeslagen en als de man me knock-out wil slaan, gooit B.A. hem door de lucht.

B.A.
Nee, broodje mier is niet aan mij besteed, net zo min als mensenvlees. Dan houd ik het maar op melk en een broodje hamburger. Zolang er niemand over vliegen praat tenminste. Over vliegen gesproken, er komt een helikopter aan. Die zijn snel terug!
Dat het niet Murdock, Peter en Hannibal zijn daar komen we snel achter. Er springen een paar tot de tanden gewapende lui uit die precies lijken te weten dat ze ons moeten hebben, terwijl heel wat andere mensen om ons heen lopen! Face en kijken elkaar aan en fluisteren een tactieknummer naar elkaar en dat wil zeggen... dat we NU gaan knokken. Allereerst schoppen we de wapens uit hun handen en dan is het tenminste vuist tegen vuist. Rio, Marcello, Chris en Mitch zitten bij de mieren-etende indianen, maar zien gelukkig van een afstandje dat wij onder schot gehouden worden. Even later mengen ze zich in het gevecht. Vanuit een ooghoek zie ik dat Face een iets te sterke tegenstander heeft, dus ik besluit om korte metten te maken met die van mij. Nadat ik een stevige kaakstoot van hem moest incasseren, maak ik me even goed kwaad en gooi hem dwars door de helikopter heen, waar ie half in, half uit blijft liggen. Dan schiet ik Face te hulp. Ik pak de gluiperd die hem aanviel in zijn kraag, draai hem om en zeg: "Als je nu eens iemand neemt van je eigen formaat!"
De man en ik zijn even lang, maar ik ben wel twee keer zo breed.
"Kom maar op, breje! Ik lust je rauw!" krijg ik als antwoord.
Alle stamleden en kannibalen komen om ons heen staan. M'n uitdager draait in gevechtshouding om me heen en doet dat steeds sneller. Probeert ie me gek te maken of zo? Moet ik dronken worden of zo? Van zulke rare fratsen moet ik niets hebben. Zodra hij achter me is, ga ik hem te pakken nemen.
Ik blijf staan, draai niet meer met hem mee. Eén keer loopt ie achter me heen en komt weer tevoor-schijn. Ik tel mee in hoeveel stappen hij achter me is. Waarschijnlijk zal hij proberen me van achteren aan te vallen en ik krijg gelijk. Ik hoor dat hij zich afzet om mij in m'n nek te springen. In een fractie van een seconde buk ik diep en grijpt hij vervolgens in de lucht. Ik pak zijn voeten terwijl hij over mij heen springt en trek hem omlaag. M'n belager smakt op zijn gezicht in het zand en weet even niet wat hem overkomt. Ik sta achter hem terwijl hij z'n hoofd schudt na de harde ontmoeting met de grond. In mijn schaduw krabbelt hij langzaam op. Als hij in volle lengte weer tegenover me staat gaat er geroezemoes door de omstanders heen en klinkt er hier en daar een gefluisterde naam. Het zijn de ex-bewakers die hem blijkbaar kennen.
"B... A... Baracus.... Is het niet?" stelt de man lijzig vast. "Ze hebben dus gelijk. Het A-team IS hier. Nou ja.... de helft dan..."
"En wie ben jij!" wil ik op mijn beurt weten.
"Iemand van wie je de reputatie snel genoeg zult leren kennen."
De man wil weer rondjes om me heen gaan lopen, maar de kring van omstanders maakt zich kleiner, zodat hij niet zoveel speelruimte meer overhoudt.
"ETHAN! B.A. Het is Ethan! De rechterhand van Troy!"
Het is Rio die het me toeschreeuwt tussen de omstanders vandaan.
Aha, dus jij bent de tot nu toe onzichtbare regelneef sinds Troy, Palermo en Miguel van het strijdtoneel verdwenen, schiet door mij heen.

SHERIFF
Hannibal en Peter komen nog even terug naar het hotel, vertellen ze net door de walkietalkie, dus ik
maak dat ik buiten kom. Op weg naar beneden kom ik niemand tegen en ik waan me veilig als ik uit het magazijn naar Hannibal loop. Hij vraagt of we in het hotel blijven en hier nog op zoek gaan naar aanhangers van Troy of dat we meegaan naar het oerwoud. Daar moet ik even over denken...
Hannibal geeft me even wat tijd, rookt ondertussen een sigaar en vertelt dat ze al een groep gijzelaars hebben teruggevonden en hebben bevrijd. Dan wordt hij opgeroepen op de walkietalkie. Rio meldt dat Ethan, de rechterhand van Troy, met een helikopter naar de kannibalennederzetting is gekomen en heeft gevochten met Face en B.A. Hannibal geeft de opdracht om die Ethan daar te houden tot hij terug is. We kijken elkaar aan. Het mooiste zou zijn als we met de hele groep in één keer met hem mee zouden kunnen gaan. Maar hoe krijg je achttien mensen in één helikopter?
"Hannibal, wil jij de ambassade bellen en vragen om een helikopter? Laat Murdock nu alvast zoveel mogelijk mensen meenemen, dan komen Audrey, Moody, Ritchie en ik met de tweede groep mee. Ik ga de mannen die met jullie mee mogen nu roepen."
Wat wij niet hebben gezien, is dat er vanaf een balkon van het hotel iemand ons gesprek heeft afgeluisterd.


Reacties:

Er zijn nog geen reacties op dit verhaal.