Hoofdcategorieën
Home » Twilight » Bite me, Edward. » Chapter 22: The pain she hides
Bite me, Edward.
Chapter 22: The pain she hides
"Ik kan nog steeds niet geloven dat ik serieus voor een bed kijk, terwijl ik nooit slaap." zucht ik hardop. Rose geeft me een elleboog in mijn maag en gebaard dat ik zachter moet zijn. "En dan alsnog, misschien wel andere dingen." grijnst ze. Ik geef het op. Deze strijd blijft komen, ik laat me gewoon gaan en ga een prachtig bed uitzoeken. "We lopen al uren, we kunnen net zo goed gelijk naar dde duurste winkel gaan." hint ik. "Dan gaan we daar heen." zegt ze en sleurd me direct de winkel uit. Als we bij, blijkbaar, de duurste winkel zijn lopen we naar binnen. We lopen rustig rond en zien hemelbedden met prijzen waar ik neit eens naar durf te kijken. Dan valt mijn oog op het mooiste bed wat ik ooit heb gezien. Een zwart hemelbed, het hout helemaal bewerkt. Ik tik Rose aan en wijs naar het bed. Samen rennen we ernaar toe. "Deze word het." mompel ik. Rose knikt begrijpend. We lopen naar een winkelier. "Ik zou graag dat bed willen." zeg ik en wijs het bed aan. Een spottende glimlach verschijnt op zijn gezicht. "Hoe zou u willen betalen?" vraagt de man. Rose stoot me alvast aan zodat ik niet helemaal door het lint ga. "Pinnen alstubliefd." lach ik vriendelijk. "Zorgd u dat het bij de kassa komt?" vraag ik met een lief lachje. Hij knikt. Mokkend loopt de man weg. Rose sleurd me lachend naar de kassa. De man komt met het pakket aan gelopen. "Kunt u het naar mijn auto brengen? Het is de roze BMW." vraag ik aan de winkelier terwijl ik naar de kassa stap om af te rekenen. Hij gromd en loopt met het pakket weg. "Wat ben jy gemeen." fluisterd Rose. "Ze moeten niet denken omdat ik jong ben ik geen geld heb." fluister ik terug. "Pinnen alstubliefd." zeg ik. De man achter de kassa knikt. "U kunt pinnen." verteld hij. Ik pin, even denk ik de code te zijn vergeten, dan weet ik hem weer en toets hem in. "Bedankt, prettige dag verder." lacht de man vriendelijk. "Van hetzelfde." zeg ik en loop samen met Rose naar mijn auto. "Ik voel me slecht." zeg ik. "Hoezo?" vraagt Rose onbegrijpend. "Ik betaal met Edward's pas." grom ik. "Hoezo dat?" vraagt ze. "Hij stond erop." sis ik door mijn tanden door. De man staat hijgend bij mijn auto. "Kunt u hem op de achterbank leggen? Wij zijn niet bepaald sterk." glimlach ik. Rose glimlacht ironisch terug. "Natuurlijk." Hij legt het pakket op mijn achterbank en haast zich weg. Ik grijns. "Zo doe je dat." Rose schiet in de lach. Ik hoor een huilend kind. Ik sus Rose en ren naar het huilende meisje toe. Ze is hooguit een jaar of drie. Ik troost haar meteen. "Waarom moest je huilen?" vraag ik. "Mama kwijt." snikt ze. Ik streel over haar wang. "Gaan we samen mama zoeken?" vraag ik. Ze knikt en leid me de weg, naar waar ze haar mama voor het laatst zag. Dan til ik haar op en lopen we de winkel door. Een vrouw staat huilend bij het help-desk. "Is dat mama?" vraag ik aan het meisje, wier naam nog steeds onbekend voor mij is. Ze knikt blij. Ik loop naar de vrouw toe. "Ik heb uw dochter gevonden, ze stond huilend tussen de auto's." vertel ik de vrouw. "Kirsty!" Roept ze, en ik geef de vrouw haar dochter. "Hartelijk bedankt!" bedankt de vrouw me uitbundig. Ik glimlach. "Kirsty is erg flink geweest. Of niet?" vraag ik aan Kirsty. Ze knikt. "Die mevrouw was erg lief voor me." zegt ze. "Nou, volgens mij is ze nog niet zo oud hoor, je kan haar niet mevrouw noemen." verteld haar moeder haar. "Ik ben achttien." glimlach ik. "Zie je?" We nemen afscheid. De vrouw is zelf ook nog niet oud. Ze heet Senna en is 24 jaar. We hebben telefoon nummers uitgewisseld. Gewoon om te kletsen of als ik een keer wil oppassen. Ik draai me om en schrik me dood als ik Rose vlak achter me zie. "Je bent geweldig met kinderen." glimlacht ze als we weer bij mijn auto staan. Ik glimlach ongemakkelijk terug. "Wat is er?" vraagt ze. "Niks, niks." antwoord ik snel. "Mary, ik ken je veel langer dan vandaag, wat is er?" spreekt ze me tegen. Ik zucht. Ik stap in en start de auto. Rose komt naast em zitten en kijkt me afwachtend aan. Ik rijd snel weg. "Ik zit er gewoon mee dat ik geen kinderen kan krijgen nu ik, onsterfelijk ben." mompel ik. "Meisje toch." sust ze me. Ze slaat haar armen om me heen. "Misschien moet je er eens over praten." steld ze voor. Ik slik de tranen weg en schud mijn hoofd. Zodra we thuis zijn nemen we samen het pakket en lopen we luid lachend naar binnen. Alsof er niets is gebeurd zetten we het pakket neer en lopen we naar de woonkamer. "Hallo mensen." glimlach ik breed. Iedereen groet ons. Edward kijtk me met vragende ogen aan. Ik grijns. "Ik kan geen bed in elkaar zetten, daar zal iemand toch mee moeten helpen. Vrijwilligers?" vraag ik. Edward staat meteen voor me. Ik duw hem weer op de bank. "Jy niet. Verassing." grijns ik. Emmett en Jasper melden zich als vrijwilligers. Met zijn drieën lopen we naar boven. Ik heb het pakket stevig onder mijn arm geklemd. In de kamer van mij en Edward zet ik hem neer. "Waar moet ie komen?" vraagt Emmett. Ik bijt nadenkend op mijn lip. Jasper grijnst. "Wat nou?" vraag ik. "Het ziet er stom uit als je dat doet, dan lijk je echt heel dom." lacht hij. Ik kijk hem met een beledigd gezicht aan en draai me dan om. Ik schuif wat dozen aan de kant. "Hier moet het ongeveer komen. Gaat dat lukken?" vraag ik. "Ik weet niet hoe groot je nieuwe bed is." grijnst Emmett. "Groot." grijns ik terug. We zetten het bed in elkaar. "Dank jullie wel. De rest kan ik wel alleen aan." glimlach ik. "Weet je dat zeker zus? Je bent nou niet bepaalt groot, kan je die gordijnen zelf ophangen?" grijnst Emmett. "Dat is gemeen, maar je mag wel helpen als je wilt." grijns ik terug. Hij maakt dat hij weg is. "Dankje Jasper, voor de hulp." zeg ik. "Was geen moeite, ik help je graag Mary." glimlacht hij naar me. Ik glimlach terug. Ik hang de gordijnen aan de relingen van het bed. Daarna bind ik ze vast aan de palen. Ik maak het bed op met de lakens die ik ook nog kocht vanmiddag. En dan ben ik helemaal klaar. Trots kijk ik naar het resultaat. Als de deur open gaat hoor ik al iemand de trap opsprinten. In een fractie van een seconde later staat Edward voor me. "Hij is af." grijns ik trots. Ik laat hem langs me onze kamer in. Langzaam worden zijn ogen groter. Dan tilt hij me op en draait een keer in de rondte met me. Hij kust me en zet me weer neer. "Het is prachtig." fluisterd hij in mijn oor. "Ik ben blij dat je het mooi vind." zucht ik. Mijn gedachten dwalen af naar vanmiddag toen we die verkoper zo aan het treiteren waren. Bij de auto, en daarna Kirsty. Met een treurige glimlach denk ik terug aan het moment dat zij en Senna elkaar omhelsden. Die gedachte rakeld alle gevoelens van vanmiddag ook weer op. "Wat is er love? Niet blij ermee?" vraagt hij. Met waterige ogen kijk ik hem aan. "Waarom huil je?" vraagt Edward lichtelijk gepikeerd. Ik draai mijn hoofd weg en sla mijn ogen neer waardoor de tranen over mijn wangen rollen. Edward tilt me weer op en legt me op het bed. In zijn armen huil ik uit. Als ik weer wat gekalmeerd ben door de zachte strelingen door mijn haar haal ik diep adem. "Wil je vertellen wat er is?" vraagt Edward teder. Ik knik. Na een korte stilte begin ik met praten. "Vanmiddag nadat we het bed kochten hoorde ik een meisje huilen, ze was haar moeder kwijt. Dus ik hielp haar zoeken naar haar moeder. Toen we haar vonden en ik haar aan haar moeder gaf en ze elkaar omhelsden overspoelde een vaag gevoel me. Ik kan het niet echt omschrijven, maar, het komt er dus op neer dat ik realiseerde hoe graag ik eigenlijk kinderen wil. Terwijl ik weet dat dat onmogelijk is." vertel ik. Dan kijkt Edward me plotseling recht in mijn ogen aan.
Reacties:
Er zijn nog geen reacties op dit verhaal.