Hoofdcategorieën
Home » Pirates Of The Caribbean » Lucas Turner en de schat van El Dorado » 2
Lucas Turner en de schat van El Dorado
2
De hulpkreten van de man leken steeds wanhopiger te worden, Lucas liep er zo snel nar toe dat hij bijna over zijn eigen benen struikelde. Maar zonder ongelukken slaagde hij er toch in om zonder ongelukken op het plaats des onheils aan te komen.
Vijf mannen hadden zich rond een kar waarop een wat oudere man zijn bezittingen met de moed der wanhoop probeerde te verdedigen.
Lucas nam de situatie haastig in zich op en besloot dat hij dat hij zich het best kon richten op de drie mannen die de kar langs de rechterkant probeerde te veroveren.
Dit zou de man op de kar wat ademruimte geven. Zonder verder te twijfelen liep hij op hen af, de mannen hadden hem amper gezien of een van hen lag dood in een plas bloed.
Zijn twee maten leken even niet te snappen wat hen overkwam maar ze wisten zich sneller te herstellen dan Lucas gehoopt had.
Een van de mannen deed meteen een uitval, de kracht van de klap zou Lucas niet overleeft hebben, maar zijn tegenstander was zo traag dat het niet moeilijk was hem te ontwijken.
Lucas liet zich door zijn knieën zakken en met een krachtige zwaai haalde hij de onbewaakte buik van de man open.
De anderen konden amper geloven hoe makkelijk de vreemdeling twee van hun makkers kon vermoorden.
Blijkbaar had Lucas heel veel indruk gemaakt. Als de mannen nog iets van vechtlust hadden, verdween dit meteen toen ze de dreigende blik van de man zagen.
Drie zwaarden vielen bijna tegelijk op de grond en evenveel mannen liepen weg voor hun leven.
‘Ja hoor, vuile ratten. Loop maar weg.’ Riep de man op de kar.
Toen kreeg hij Lucas in het oog.
‘Erg bedankt jongen. Zonder…Lucas?’
De man leek erg verbaast te zijn en ook Lucas moest twee keer kijken voor hij besefte dat de man die hij zonet gered had de oude Sam Giller was. De man die jaren lang de enige bakkerij in Port Royal had open gehouden en ook nu zijn zoon de zaak had overgenomen kon je de man nog vaak in de winkel tegen komen.
‘Wie had dat ooit gedacht? Lucas Turner. Wat doe jij hier in het midden van de nacht?’
‘Ik ben vandaag aangekomen. Ik was op weg naar huis toen ik u hoorde. Dus ik dacht, ik help maar even.’
‘Hulp die zeker welkom was. Ik heb die verdomde zoon van mij al vaker verteld dat hij zijn bloem beter op andere tijdstippen moest kopen dan in het midden van de nacht. Maar je kent de jeugd, ze weten het allemaal beter. In ieder geval, spring maar op de kar. Dan breng ik je wel even naar huis.’
Een aanbod dat Lucas maar al te graag aan nam. Snel nam hij plaats tussen de zakken bloem en Sam nam plaats op de bok.
‘Niet te geloven dat ik uitgerekend jou tegen kom. Je moet het niet persoonlijk nemen maar velen dachten dat je gewoon niet meer terug zou komen.’
‘Hoe bedoel je? Iedereen weet dat ik getekend had voor anderhalf jaar. Is het dan niet normaal dat ik die tijd uitzit?’
‘Nou, zelf voor soldaten die in jouw situatie verkeren word er wel eens een uitzondering gemaakt. Ik verwijt je niets hoor jongen, maar veel mensen vonden het gewoon ongehoord dat je de moeite niet nam om terug te komen.’
Zijn situatie? Ongehoord?
‘Waar heb je het toch over?’
Verbaast keek de man over zijn schouder.
‘Waar ik het over heb? Wat een domme vraag…Wacht eens, je weet toch wel wat er met je moeder gebeurt is?’
‘Mijn moeder?’ Echode Lucas de man terwijl hij steeds nerveuzer werd. ‘Wat is er met haar? Is ze ziek?’
‘Hij wist het echt niet.’ Mompelde de man tegen zichzelf.
Toen draaide hij zich naar Lucas toe.
‘Het spijt me echt dat ik je dit moet vertellen jongen. Maar Liza is dood. Ze hebben haar drie maanden geleden begraven.’
Lucas had in zijn legertijd een hoop klappen te verwerken gekregen, niet alleen fysieke klappen die hem zo buiten westen geslagen maar ook veel emotionele opdoffers. Niets van dit alles had hem kunnen voorbereiden op de klap die hij hier te incasseren kreeg.
Zijn moeder. De zon en de maan in zijn leven. Dood, voor altijd weg uit zijn leven.
‘Ze hebben haar gevonden in de kelder van de herberg. Ik weet er natuurlijk niet alles van maar er word verteld dat ze van de trap gevallen is.’
‘De trap? Die heeft ze honderd keer beklommen. Hoe kan het toch…? Meera, wat is er met haar gebeurt? Ze hebben haar toch niet alleen gelaten in de herberg. Is er iemand die een oogje in het zeil houd?’
‘Ik heb Meera de laatste tijd niet meer gezien. Maar het is best te begrijpen dat ze na zo een groot verlies niet te vaak meer buiten komt. En natuurlijk is er jullie stiefvader die een oogje in het zeil houd.’
Stiefvader? Hoe…Sinds wanneer had hij een stiefvader?
‘Ja hoor, George. Je weet toch wel dat ze enkele maanden geleden getrouwd zijn?’
Het gezicht van Lucas sprak boekdelen voor de man.
‘Breng me naar huis, Sam. Alsjeblieft, breng me nu meteen naar huis.’
Geen idee wat hier allemaal gebeurt was terwijl hij weg was maar Lucas voelde dat als hij niet meteen antwoord zou krijgen, er ongelukken zouden gebeuren.
Reacties:
Verdomd!
Dit is echt freaking goed!
Snel verder!!!!!!!!!!!
Heel snel!
xx
een fan
Ik heb medelijden met Lucas.
Goed verhaal.ga snel verder lezen.