Hoofdcategorieën
Home » Lord of the Rings » Lirael » 1. Lirael + Aragorn
Lirael
1. Lirael + Aragorn
Met grote stevige halen sleep hij zijn zwaard aan de koele grijze stenen. Hij had het gelukkig nog nooit hoeven gebruiken, maar hij kon het maar beter geslepen hebben voor het geval dat. De strijd om Midden-Aarde was al lang voorbij, maar de mensen die het hadden meegemaakt waren het nog lang niet vergeten. Lirael hoorde vele verhalen van zijn moeder, over Orks die te afschuwelijk van uiterlijk waren om te kunnen omschrijven. Gelukkig, dacht de jongen, ben ik vredige tijden geboren. Want bloedvergieten was niets voor hem. Hij voelde aan zijn zwaard, heel voorzichtig om zich niet te snijden. Het voelde scherp aan. Het stak het zwaard terug in zijn schede en ging op weg naar huis, het begon al te schemeren. Hij rende nu, hoe sneller hij thuis was, hoe eerder hij kon eten. Zijn maag knorde luid, hij kon een lach niet onderdrukken.
'Lirael, hoor ik daar nu een varken? Daar zal Jeditja blij mee zijn' sprak de koning die langs hem liep, tot hem. Lirael bleef staan en moest nog harder lachen.
'Dat was geen varken,dat was mijn maag'
'Dat heb je noch van je moeder noch je oom' lachte de koning met hem mee. 'Het kan heel goed mogelijk zijn dat jouw vader, Merry of Pippin is' bulderde hij,van het lachen.
'En wie zijn dat?' vroeg Lirael die zich de namen niet kon herinneren. Hij sprak heel vaak met zijn oom, maar de koning sprak liever niet over het verleden, zijn gedachten en woorden waren op de toekomst gericht.
'Twee hobbits, waar ik ooit eens tijden geleden mee gereisd heb. Die twee dachten ook altijd alleen maar aan eten.'
'Ik denk helemaal niet alleen maar aan eten' wierp Lirael de broer van zijn moeder glimlachend toe.
'Nee, natuurlijk niet!' lachte die. 'Doe je Jeditja de groeten van mij'
'Ja,' zei Lireal, toen hij zijn weg naar huis vervolgde. Hij woonde samen met zijn moeder in een leuk, niet heel erg groot huisje, gebouwd met grijze stenen. Zijn vader had hij nooit gekend, die had zijn moeder hoog zwanger achtergelaten en nooit meer iets van zich laten horen. Toen Lirael jonger was had het een paar keer gewaagd om haar naar zijn vader te vragen, maar het enige dat ze los liet was: dat zijn soort niet te vertrouwen was. Zijn soort! Lirael had al van jongs af aan het gevoel dat hij niet voor honderd procent menselijk was. Hij was altijd al behendiger geweest dan de andere kinderen, die hij kende, hij had zijde zacht blonde haar dat goud kleurde in het zonlicht. Er was geen mens te vinden met zulk haar, daarbij kwam ook nog eens dat hij mijlen ver kon zien. Het enige dat de jongen vrijwel met zekerheid over zijn vader kon zeggen – wie dat dan ook geweest mocht zijn – was dat de man geen mens was geweest. Hij was ondertussen thuis aangekomen en opende de deur. Hij verwachte de heerlijke etenslucht, die het huis altijd vulde rond deze tijd, maar hij rook niets anders dan de geur van thuis. Geen eten. Zijn maag knorde woest.
'Stil varken' mompelde hij al lachend in zich zelf, hij liep verder de kamer in. Die vrijwel leeg was, op een kleine eettafel met twee stoelen en een houten bank na. Van zijn moeder was geen spoor te bekennen.
'Mam!' riep hij, geen antwoord. De jongen tuurde nog eens de kamer rond, maar zijn moeder was er echt niet. Hij klom de steile ladder op naar boven, waar zich twee kleine kamers bevonden. Hij opende de rechter deur, in de hoop dat zijn moeder zich in haar kamer bevond, maar die was leeg op het bed en een klein vreemd uitziend houten kastje na. Geen levende ziel te vinden.
'MAMA!!' schreeuwde hij hij tevergeefs want antwoord gaf ze niet. Lirael daalde achterwaarts de ladder af. Hij liet zich op de niet lekker zittende houten bank vallen en zuchtte diep. Waar kon ze toch zijn? Minuten lang tuurde de jongen voor zich uit. Zijn buik deed pijn van angst. Er was toch niets gebeurd? Waar was ze? Hoelang zat hij al hier? Hij was zo ongerust dat hij niet lekker kon zittend, op de bank die toch al niet lekker zat, daarom stond hij op en ijsbeerde door het huis. Ze is dood, schoot het door hem heen.
'Nee!!' schreeuwde hij.'Dat moet ik niet denken, ze is vast gewoon vertraagd'
Maar zijn gevoel verteld hem iets heel anders er was iets ergs met gebeurd Jeditja dochter van Arathorn. Of ze was dood of zwaar gewond, Lirael voelde het gewoon. Hij voelde een steek van angst door zich heen gaan. Hij zou tot zestig tellen en als ze dan nog niet thuis was, ging haar zoeken.
Aragorn lachte nog na van het gesprek , dat hij zo juist met de zoon van zijn zus had gehad. De vijftien jaar oude Lirael kon zulke humoristisch opmerkingen maken wat dat betreft, was de jongen precies zijn moeder. Hoe vaak had hij vroeger als kleine jongen niet gelachen om de grappen van zijn zus. Als Aragorn naar zijn neefje keek herkende hij nog iemand, iemand die hij tijden geleden gekend had, maar het was onmogelijk dat de gene die hij in zijn hoofd, had de vader van Lirael was. Het kon gewoon niet. Hij hoorde een ijselijke gil, snel rende hij op het geluid af. Als er iemand gewond was, was het wel zo attent dat hij als koning zijnde poolshoogte kwam nemen, zeker als hij al in de buurt was. Op de plaats des onheils trof hij een menigte aan, de totaal in paniek leek te zijn.
'Mevrouw, wat is er gebeurt?' hoorde hij een paniekerige mannenstem te midden van de menigte roepen. Opnieuw een ijselijke kreet van pijn.
'Mijn zoon,' bracht de gewonden met moeizaam uit Aragorn hield zijn adem in, het kon niet waar zijn. Hij waande zich een weg door de mensenmassa.
'Niemand heeft iets gezien heer, niemand , niemand o koning' sprak een van de vrouwen tot Aragorn.
'Jeditja!!' was het enige dat hij nog kon uitbrengen.
Reacties:
aragon heeft een zus?
dit klinkt al als een goed begin
snel verder
Likeee, maar ik ga weer zeiken:
Zijn buik deed pijn was angst.
Die snap ik niet.........
Kusje Veraaaa
O shit...
ik ga snel verder!
Dit is grandioos.
xx