Hoofdcategorieën
Home » De Hongerspelen » Finnick » 6.
Finnick
6.
Ik word de volgende ochtend vroeg wakker door Illythia die op mijn deur klopt. Na mijn confrontatie met Loryn heeft het uren geduurd voor ik in slaap viel dus ik ben verre van uitgerust. Geeuwend kom ik overeind en nu merk ik pas dat de trein stil staat.
‘Waar zijn we?’
‘Het station bij het Correctiecentrum,’ zegt Illythia vanuit de deuropening. Ik kan het niet helpen, ik spring uit het bed en ren als een klein kind naar het raam om voor het eerst in mijn leven een blik te werpen op het Capitool. Ik zou nu veel grotere dingen aan mijn hoofd moeten hebben, maar toch ben ik teleurgesteld als ik enkel een schemerige, overdekte stationshal zie. ‘Is het niet spannend? Je bent in het Capitool, jongen! Haast je nu maar, je hoeft je niet te douchen, ze zullen je vandaag meer dan één keer schoon schrobben. Trek iets aan en kom naar de deur, jullie voorbereidingsteams wachten. Het wordt vandaag een heel spannende dag!’
In de kleerkast vind ik een broek en een sneeuwwit hemd in mijn maat. Op weg naar buiten haal ik voor de manshoge spiegel vertwijfeld een hand door mijn slaaphaar. Ik was de stylisten helemaal vergeten. Dit is misschien de laatste keer dat ik eruit zie als mezelf. Vanavond vindt de openingsceremonie plaats en moet ik verkleed en opgesmukt District 4 vertegenwoordigen in een bewegende strijdwagen. De stylisten hebben de vrije hand om met hun tributen te doen wat ze willen, behalve cosmetische ingrepen. Maar met ons haar, onze kledij, en alle mogelijke soorten make-up mogen ze net zo lang knoeien tot we eruit zien als schaalmodellen van wat het Capitool denkt dat onze Districten voorstellen. Onze mening -en veiligheid- zijn daarbij van geen enkel belang.
Meer dan een beetje nerveus loop ik achter Illythia aan naar de deur van de trein.
Voor de zoveelste keer vandaag schrik ik wakker wanneer ik koude klauwtjes langs mijn gezicht voel schrapen. Mijn slaapgebrek van vannacht eist zijn tol, ik blijf maar indommelen terwijl mijn team aan mijn uiterlijk sleutelt. Telkens word ik gedesoriënteerd wakker en mijn besef van tijd is volledig in de war. Mijn kamer in het Correctiecentrum heeft geen ramen dus ik kan me zelfs niet baseren op de stand van de zon. Het moet ergens in de namiddag zijn, want ik heb ontbijt en lunch gekregen sinds ik hier ben, en na de lunch ben ik nog twee keer in slaap gesukkeld.
De klauwtjes op mijn wangen zijn de nagels van Valeria. Ze heeft massief gouden punten van tien centimeter permanent aan haar vingertoppen laten bevestigen, en iemand heeft haar blijkbaar de toestemming gegeven om met die naaldscherpe rotdingen in de buurt van mijn gezicht te komen.
Glaucus is inmiddels nog steeds met mijn haar aan het knoeien. Hij is de twee meter grote bonenstaak met een hoofd zo kaal als een biljartbal en tatoeages van sterrenbeelden op zijn schedel. Op elk sterretje is een minuscuul lampje ingeplant. Ik wil niet weten hoe die blijven licht geven, laat staan hoe ze in zijn hoofd zijn komen vast te zitten. Deze mensen zijn gestoord.
Drusilla, mijn derde teamlid, leek me op het eerste zicht nog de normaalste van de drie. Op haar Chartreusegroene haar na zag ze eruit als een gewoon meisje, met misschien een ietwat excentrieke outfit. Tot ik besefte dat ze enkel een zwarte latex beha en short droeg. Wat ik eerst aanzag voor een kanten bodysuit bleek een onvoorstelbaar gedetailleerde tattoo te zijn. Daarna sloot ik maar mijn ogen zodat ik hen niet de hele tijd zou zitten aanstaren, en viel prompt in slaap.
Nu laten ze me rechtop staan en cirkelen ze met z’n drieën om mijn naakte lijf heen, perfectioneren elke vierkante centimeter van mijn lijf voor ze mijn stylist halen. Ze praten enkel tegen elkaar, nooit tegen mij. Ik staar verveeld voor me uit en doe mijn best om er niet ongemakkelijk uit te zien. Naaktheid heeft me nooit gestoord en ik schaam me op geen enkele manier over mijn uiterlijk, alleen weet ik niet hoe ik er inmiddels uitzie. Mijn kamer heeft geen spiegel.
Het drietal laat me alleen en na een paar minuten komt een klein, rond mannetje de kamer binnentrippelen. Hij doet me onmiddellijk aan een veldmuis denken. Hij is nauwelijks anderhalve meter groot, de bovenkant van zijn hoofd komt tot net onder mijn kin. Zijn gezicht is net iets te vaak bijgewerkt, en niet door de meest getalenteerde chirurgen. Zijn trekken zijn vreemd rond en glad, zijn neus veel te klein en spits, de huid rond zijn kraaloogjes zo strak opgetrokken dat hij een permanent verbaasde uitdrukking heeft. Dat, plus zijn hypernerveuze manier van doen en het feit dat hij letterlijk trilt van opwinding, geven hem een ontegensprekelijk knaagdiergevoel. Ik herken hem ook van voorbije Spelen, ik kan enkel niet op zijn naam komen voor hij zich voorstelt.
‘Horatio.’ Zelfs zijn stem is pieperig. Snel pratend begint hij in cirkeltjes om me heen te lopen. ‘Fijn je te ontmoeten, Finnick, erg fijn. Welkom in het Capitool. Ik ben jouw stylist tijdens jouw verblijf en ik ga jou onvergetelijk maken, wacht maar af. Felix, dat is mijn collega, hij is de stylist van jouw Districtgenoot, Loryn heet ze toch? Lief meisje, beetje gesloten maar ze heeft wel een uitstraling waar we mee kunnen werken, jij ook hoor, maar anders. Zij heeft dat lieflijke, dat hartsverscheurende fragiele, misschien omdat ze zo klein is, ze is de eerste tribuut waarbij ik niet op een trapje moet staan om haar haren te doen, kun je nagaan, maar voor jou gaan we dus een andere toer op. Felix en ik hebben wel een gezamenlijk thema gekozen voor jullie openingsceremonie zodat jullie mooi samen passen op de strijdwagen, maar met een paar verschillen, dat zul je straks wel zien. We hebben jullie allebei grondig gerenoveerd, zo noemen we dat hier, maar ik moet zeggen hoe tevreden ik ben met jullie twee, nu zien jullie er uiteraard perfect uit met het haar en de make-up en straks met de kleren maar in de arena zijn er geen stylisten, jammer genoeg, maar jullie twee zullen het daar ook wel redden. Jullie hebben allebei van nature een mooi kopje, Felix en ik waren door het dolle toen we de beelden van jullie Boete zagen, ik zei hem nog, dit zijn tenminste Tributen waar we iets mee kunnen, en dan zeker jij, Finnick, je bent natuurlijk ook al iets ouder dan Loryn, bij haar kunnen we het nog niet vanuit die hoek bespelen, maar bij jou kan het wel al, die ogen, die kaaklijn, die uitstraling, een paar glimlachjes hier en daar, een echte hartenbreker.’
Ik staar Horatio sprakeloos aan als hij eindelijk stil blijft staan, naar adem hapt na zijn spraakwaterval en me een enthousiaste grijns geeft. Ik lach zwakjes terug en dat is voor hem genoeg om me een kamerjas toe te gooien en me onder luid getater naar buiten te werken om me mijn kostuum aan te meten. Ik spoel zijn speech terug in mijn hoofd en probeer de zinnen te ontwarren. Noemde hij me nou een hartenbreker?
Later. Op de begane grond van het Correctiecentrum sta ik stijfjes naast de strijdwagen van District 4. Horatio en mijn team fladderen ergens in de buurt rond, de hele ruimte gonst van de bedrijvigheid. Dit is de eerste keer dat alle tributen in dezelfde ruimte zijn. Nou ja, bijna alle tributen, we wachten nog op een paar laatkomers, onder andere Loryn.
Ik aai één van onze paarden, een zilverkleurige merrie met witte manen over haar neus en voer haar suikerklontjes die op een grote schaal lagen. Van de zenuwen stop ik er zonder nadenken zelf één in mijn mond.
Ik heb mezelf inmiddels in een spiegel mogen zien en misschien zat Horatio er niet zo ver naast met zijn hartenbreker. Tenminste wat de Capitoolversie van Finnick Odair betreft.
Mijn huid is gepolijst als zeeglas en glanst met een zachte bronzen tint. Mijn tanden zijn gewit. De eelt op mijn handen en voeten is weggewerkt. De littekens op mijn armen en benen zijn verdwenen. Al mijn nagels zijn in gelijke vormen gevijld. Het beetje dons dat ik had op mijn kin is zorgvuldig weggeschoren. Alle trekken van mijn gezicht zijn met make-up dieper, gladder en mooier gemaakt. Mijn haar is bijgeknipt, de droge dode punten die door wind en zout verbleekt waren zijn weggeknipt en dankzij karamelkleurige accenten vlammen de roodbruine tinten feller op dan tevoren. Zelfs mijn ogen lijken groener dan normaal.
Wat betreft het kostuum had ik het ook slechter kunnen treffen. Ik draag een sneeuwwitte lendendoek en stevige laarzen tot aan mijn knieën. Mijn bovenlichaam is grotendeels onbedekt, behalve mijn rechterarm. Van mijn pols tot mijn schouder zit die ingesnoerd in een strak harnas van azuurblauwe schubben. In mijn rechterhand houd ik de echte blikvanger, een levensgrote drietand in dezelfde kleur blauw. De drietand heeft stompe punten en is gemaakt van een breekbaar soort plastic dus als een wapen heeft hij weinig nut, maar in het late zonlicht zal het doorzichtige materiaal schitteren als een schat uit de diepzee.
Dan stapt Loryn eindelijk uit een lift, geflankeerd door haar team en Felix. Onze kostuums lijken inderdaad op elkaar zonder identiek te zijn. Het lijkt erop dat zij op blote voeten loopt en ze draagt een witte rok tot net boven haar enkel. Ze heeft een elegant borstkuras van blauwe schubben en polsbanden uit hetzelfde materiaal. Ze is minder opzichtig opgemaakt dan ik, ze ziet er vooral zachter en liever uit, maar in haar linkerhand draagt ze net als ik een drietand. Haar haren zijn opgestoken en er zijn snoeren van parels en blauwe kraaltjes doorheen geweven. Het effect als we naast elkaar op de wagen staan is compleet: een lief klein meisje en een hartenbreker, opgerezen uit de zee en klaar voor de strijd. District 4 doet weer helemaal mee.
Wanneer de poorten open glijden slaat een vloedgolf van gejuich en muziek me bijna achterover. Een vlammende zonsondergang zet de snoepjeskleurige gebouwen van het Capitool in brand en even denk ik dat ik weer thuis ben, drijvend op het koraalrif met mijn gezicht naar beneden, verloren in de kleuren. Loryn stoot me stiekem aan.
‘Wat denk je van de kostuums?’ mompelt ze.
‘Ik denk dat we hiermee wel eens heel wat sponsors kunnen verdienen,’ fluister ik terug. ‘Maar dan moet je wel een beetje lachen.’ Ze rolt met haar ogen en geeft me de breedste glimlach die ik ooit op haar gezicht gezien heb, en even moeten we allebei lachen. Dan komt de wagen in beweging en beseffen we weer dat we concurrenten zijn, en draaien we ons allebei van elkaar weg.
Het publiek wordt uitzinnig en ik blik even naar de gigantische schermen. Ik herken mezelf nauwelijks. Meteen plant ik mijn voeten stevig op de bodem, camoufleer mijn zenuwen achter een beminnelijk lachje en hef mijn glanzende drietand boven mijn hoofd. Honderden, duizenden, tienduizenden stemmen scanderen mijn naam. Maar diep in mijn buik groeit de onrust.
Door bullshit met school heeft het even geduurd, maar hier is dan toch het nieuwe hoofdstuk. Enjoy, my sweeties. <3
Reacties:
Ik vind zijn stylist goed bedacht en beschreven, maar bij ratachtige mannetjes denk ik altijd aan Peter Pettigrew en dus vertrouw ik hem niet. :'
En hoe onschuldig is Finnick hier nog, Christ. 'Tuurlijk ben jij een hartenbreker, gek.
Zoals gewoonlijk was dit weer een hoofdstuk van de bovenste plank. Genieten, elke keer weer.
geen probleem dat het langer duurde.ik heb geen tijd voor een reactie want de bel gaat haha sorrryyyy
Ik vind dat het niet zo lang duurde hoor, maar meer Finnick is altijd meer beter, dus als jij je geneigd voelt vaker up te daten: vooral doen.
"Van de zenuwen stop ik er zonder nadenken zelf één in mijn mond." Dit is heerlijk want Catching Fire en het is leuk dat je dat soort subtiele dingetjes er in terug laat komen.
Verder sluit ik me heel erg bij Kayley aan: Genieten, elke keer weer. Het leest heerlijk vlot en ik heb het elke keer weer een stuk sneller uit dan ik zou willen. Het verhaal grijpt je een soort van vast en zolang het hoofdstuk duurt, verlies ik mijn aandacht voor geen seconde.
Ik ben er dol op.