Welkom op FanFic.nl

De Nederlandse website waar je fanfiction kunt lezen én schrijven.

Nu on-line: (0)

Home » Overige » Courage • Thorin Oakenshield » Hoofdstuk 2

Courage • Thorin Oakenshield

23 feb 2014 - 22:16

740

1

220



Hoofdstuk 2

Alyssae was al zolang van de rest van de wereld afgescheiden dat ze aanvankelijk geen aandacht schonk aan het gemompel van verre stemmen. Wie zouden het anders zijn dan de aardmannen?
Geen ander levend wezen was de afgelopen weken bij haar in de buurt geweest. Al was dat niet helemaal waar. Toen ze nog niet zo lang vastzat, had ze bezoek gekregen van een niet nader te identificeren wezen, dat niets dan rauwe keelgeluiden en opgewonden gesis had voortgebracht. Het had haar geprobeerd vast te grijpen met zijn lange, benige vingers, maar Alyssaes kooi was gelukkig groot genoeg geweest om hem uit haar buurt te houden. Nadat hij had ondervonden dat ze buiten zijn bereik was, was hij vertrokken en nooit meer wedergekeerd.
De stemmen werden luider en het kwam in Alyssaes haast bedwelmde geest op dat het geen aardmannen waren die ze hoorde. Hoewel ze de woorden niet kon verstaan, waren de klanken dieper dan dat van haar gevangenbewaarders, maar ze kon zich geen voorstelling maken van hetgeen dat voor haar zou kunnen betekenen.
Naarmate de tijd vorderde, kwam het haar voor dat de stemmen in een schreeuwende conversatie verkeerden – al was dat misschien nog een groot begrip. Ze hees zich aan de spijlen van de wand omhoog omdat ze niet de kracht had om zelf op te staan en negeerde de splinters die zich venijnig in haar handen boorden. Haar ademhaling versnelde terwijl ze de nieuwe geluiden op probeerde te vangen.
Vanuit de verte naderde een vreemd schijnsel, dat vergezeld werd door het gedreun van vele voetstappen, dat zich bij iedere seconde die verstreek leek te vermenigvuldigen. Andere kreten bereikten haar gevoelige oren nu ook en ze kon zich niet herinneren eerder zoveel kabaal te hebben gehoord. Er was duidelijk iets aan de hand.
Het schijnsel kwam rap naderbij en het duurde niet lang voordat Alyssae zag dat het door een lange man met een forse baard werd vastgehouden. Hij holde over de glibberige grond, gevolgd door een colonne kleinere exemplaren.
Alyssae deed haar best om hun aandacht te trekken, maar haar cel was weggestopt onder een overhangende wand, zodat ze aan het zicht ontrokken werd. Haar keel was rauw van de dorst en bracht slechts een flauw gejammer voort, dat verloren ging in het geluid van de denderende voetstappen. Ze tastte naar de vochtige muur en bevochtigde haar vingers met het water, waarna ze haar uitgedroogde tong en gehemelte ermee nat maakte. Ze rilde even bij het proeven van de metaalachtige smaak, maar richtte haar aandacht al weer vlug tot het spektakel dat zich enkele meters bij haar vandaan afspeelde.
‘Help!’
Ook deze keer was haar kreet nauwelijks hoorbaar en tranen van wanhoop rolden over haar wangen. Ze sloeg met haar handen tegen het hekwerk, maar ook dat gaf maar weinig lawaai.
‘Help me nou toch,’ fluisterde ze, terwijl ze doodmoe op haar knieën neerviel.
Wonder boven wonder scheen iemand haar gehoord te hebben, want er verscheen een gezicht vlakbij het hare. Door haar isolement schrok ze van de twee bruine ogen waarin ze opeens keek en ze wist niets uit te brengen.
‘Bofur!’ riep de man. ‘Kom hier!’
Nu haar redding opeens zo dichtbij was, werd ze vervuld van nieuwe energie en ze krabbelde overeind, terwijl ze de man in gedachte aanmoedigde. Hij was half zo lang als zij en ze had genoeg dwergen in haar leven gezien om hem die naam toe te schrijven, hoewel het wel opmerkelijk was dat dit exemplaar nauwelijks in het bezit van een baard was.
Naast de man verscheen een tweede dwerg, met een merkwaardig hoofddeksel en een bijl die direct in werking werd gezet. Allysae deed verschrikt een stap achteruit toen de tweede dwerg behalve de houten paal ook haar bijna doormidden hakte, maar zodra zijn bijl verdween, klom ze door het gat naar buiten. Overal om zich heen hoorde ze woeste kreten, waardoor ze zich afvroeg of ze niet veiliger was binnen de houten tralie van haar gevangenis.
Ondanks het feit dat ze waarschijnlijk omsingeld waren, rook ze de vrijheid en ze strompelde achter de twee dwergen aan, hopend een weg naar buiten te vinden. Ze was echter behoorlijk verzwakt en raakte steeds verder achter.
De dwerg met de bruine ogen keek over zijn schouder en ze las de twijfeling in zijn ogen. Zou hij zijn eigen leven in de waagschaal leggen voor een vreemdeling als zij? Ze keek hem smekend aan, maar kon eigenlijk geen reden bedenken waarom hij dat in vredesnaam zou doen.


Reacties:


narcissa
narcissa zei op 24 feb 2014 - 19:26:
Ik vind jouw woord keuze echt prachtig. dat maakt dat je het gevoel hebt echt op de plek te zijn, dat je droomt en van bovenaf op het tafereel neer kijkt, als je begrijpt hoe ik dat bedoel.
wederom een schitterend hoofdstuk.
snel verder!