Welkom op FanFic.nl

De Nederlandse website waar je fanfiction kunt lezen én schrijven.

Nu on-line: (0)

Home » Overige » De 100ste Hungergames » Hoofdstuk 2

De 100ste Hungergames

24 maart 2014 - 17:29

1618

1

323



Hoofdstuk 2

En hier is hoofdstuk 2 dan

Ik haal diep adem, ik doe mijn uiterste best om de paniek die zich door heel mijn lichaam verspreid te onderdrukken. Na nog een paar keer diep adem halen lukt het me om te kalmeren. Ik sluit even mijn ogen om weer helemaal gefocust te worden. ‘Nu!’ Mijn kreet galmt door de Zaal terwijl ik achter de tafelpoot ter voorschijn kom. Ik sprint op de Onderworpenen af en werp me op de eerste de beste tegenstander die ik tegenkom. Mijn handen veranderen in klauwen terwijl ik een Onderworpene omver gooi. Ik hoor op de achtergrond de uitdagende kreten van de anderen die zich ook op de vijanden storten. Ik rol over de grond met mijn tegenstander en plant mijn klauwen diep in zijn schouders. Ook al krijst hij van de pijn, geeft ie niet op en probeert zijn vlijmscherpe tanden in mijn nek te zetten, maar gelukkig houdt mijn harnas zijn tanden tegen. Ik trap hem met beide benen in zijn maag en duw hem zo van me af. Ik krabbel snel overeind en kijk om me hen. Ik zie hoe Sofia fel met haar zwaard op een Onderworpene inhakt, maar is erg aan hem gewaagt. Er vliegen pijlen door de lucht die Karl van af zijn plek boven in de Zaal afvuurt. De draken gooien telkens maar weer om Onderworpenen omver, maar het lukt hen niet om ze uit te schakelen zonder ze te doden. Dat is onze grootste hindernis. Onder die metalen harnassen zitten namelijk doodgewone mensen. Wij vechten niet om ze te doden, zij wel.
Ik kom weer bij zinnen als ik een steek in mijn bovenarm voel. Ik draai me bliksemsnel om terwijl ik een lang mes te voorschijn tover. Er staat een Onderworpene met een dodelijk blik achter me met een bloedrode en druipende klauw in de aanslag. Zonder na te denken stort ik me op hem en plant mijn mes op het metalen plaatje, een ent, in zijn nek die de persoon controleert. Zodra de witte energie in aanraking komt met de ent begint hij te sissen en te roken en na een tijdje is hij helemaal verdwenen. Het blijkt een meisje van 17 te zijn die mij verwondt heeft. Ze zakt bewusteloos in elkaar als de ent weg is. Er verschijnt een klein glimlachje op mijn gezicht als ik besef dat ik een oplossing heb gevonden. Ik spring hoog in de lucht en vlieg snel naar de tafel. Wanneer ik er boven op sta, steek ik mijn handen hoog in de lucht en laat mijn handen gloeien. Ik spreek al mijn krachten in mijn hele lichaam aan. Wanneer ik klaar ben, slaak ik een harde kreet. Ik steek mijn handen dit keer naar voren en laat allemaal kleine stralen uit mijn handen schieten. De stralen kiezen ieder een eigen Onderworpene uit en boren zich in de enten in de nekken. Hun uitdagende kreten veranderen in panisch gegil. Ik zie hoe mijn vrienden verbaast stoppen met vechten en toekijken hoe de Onderworpenen krijsend op de grond vallen. Ik voel hoe mijn krachten langzaam uit mijn lichaam vloeien. Mijn benen knikken en mijn blik wordt wazig. Met een laatste wanhoops kreet gooi ik al mijn kracht in de strijd. Langzaam wordt het stil. Dan begeven mijn benen het echt en val ik naar voren. Het wordt zwart voor mijn ogen terwijl ik de grond dichterbij zie komen.

Het eerste wat ik merk is dat ik door elkaar wordt geschud. Gelijk daarna hoor ik een meisjesstem. ‘Carter, Carter, wordt wakker! Wordt wakker!’ Haar stem, die me vaag bekend voorkomt, gaat over van paniek tot hysterisch. Ik wordt nog heftiger door elkaar geschud. Ik slaak een zachte zucht van verlichting als het geschud ophoudt, maar geef een kreet van pijn als er twee harde klappen op mijn wangen terecht komen. Mijn ogen vliegen open en ik zie hoe het meisje dat ik als eerste heb bevrijd me met betraande ogen aankijkt. ‘Zeg, kan het wat zachter, alsjeblieft? Ik ben daarna net wel van 5 meter hoogte naar beneden gevallen hoor!’ Ze laat een heldere en mooie lacht horen en dan herken ik haar. Het is Alicia, een meisje dat ik al sinds m’n 6e ken. Ze is 17 jaar oud en traint net als ik al heel lang met de draken. Vroeger waren we de beste vrienden, maar toen de wyvernoorlog uitbrak hebben we elkaar veel minder gezien. Beide moesten we vechten, maar dan in aparte eenheden. Na het einde van de oorlog heb ik haar wel opgezocht, maar ze is verandert. Ze is nu een stuk afstandelijker. ‘Ik ben zo blij dat alles goed met je gaat.’ Ze staat op en steekt haar hand naar me uit. Er komt een glimlach op mijn gezicht en ik pak haar uitgestoken hand vast, in de hoop dat de barrière tussen ons door deze gebeurtenis is verdampt. Als ik eenmaal, wankel, maar toch op twee benen sta, kijk ik rond. Ik zie hoe Sofia en de andere rondlopen met bokalen in hun handen met sap van de Boom des Levens er in. Het sap heeft op draken en hun naaste metgezellen en sterke, genezende en krachtige werking. Op andere mensen in Draconia heeft het een wat zwakker genezend effect. Maar het werkt, dus ik snap waarom ze het doen. ‘Carter, gaat het weer met je?’Als ik me omdraai zie ik de Koning samen met Kuma, Rastaban en Eltanin de geheime gang uitkomen. Achter hen loopt Aldibah, dus ik ga er van uit dat hij ze vertelt heeft wat er gebeurt is. Ik geef een erkentelijk knikje, als teken dat ik zijn bezorgdheid waarder, en zeg dan: ‘Het gaat wel. Ik ben heel moe en heb barstende hoofdpijn van die val, maar verder heb ik een paar lichte verwondingen.’ ‘Oké, ga maar even zitten en drink wat sap. Daarna moeten we praten’. Daarna draait de Koning zich om en loopt samen met de draken weg naar zijn privévertrekken. Het idee van een diner en het kijken van de toespraak van President Flora Snow is door de aanval in deugen gevallen en als ik naar Alicia kijk zie ik dezelfde, afstandelijke blik die ze een paar dagen geleden ook nog op haar gezicht had. En als ik diep in haar ogen kijk zie ik, hoe diep ze gekwetst is, omdat de Koning niets tegen haar heeft gezegd. ‘Ik haal wel even een stoel voor je, zoals de o zo grote Koning beveelt heeft.’ Haar stem klinkt ijskoud en sarcastisch. Ze laat mijn arm los en loopt met grote stappen weg. Het voelt net alsof ze mij een keiharde stomp in mijn maag heeft gegeven.

Een uur, drie glazen sap en 5 drukverbandjes later, loop ik, volledig opgefrist, naar de vertrekken van de Koning. Als ik daar ben aangekomen, klop ik zo hard als ik kan op de kleine deur die in een veel grotere deur is gemaakt. Er klinkt een zwaar ‘Binnen’ voordat de kleine deur open zwaait. Ik stap onder de grote deur door en kom in een simpel, haast spartaans ingerichte kamer. Er verschijnt een grijns op mijn gezicht. De draken zitten in een luie stoel en ik ga bij Sofia en de andere op een grote sofa zitten. Als ik zit, schiet de bank omhoog, net zoals in de Zaal, zodat we op dezelfde hoogte zitten als de draken. Na een minuut doodse stilte komt er een grote scherm te voorschijn met daarop het embleem van het vervloekte Capitool. Ik trek mijn wenkbrauwen op als ik doorkrijg dat we alsnog naar die toespraak gaan kijken. De tv, zoals ze het noemen, begint te kraken en pas na een paar seconden komt er geluid uit en zien we een jonge vrouw van 20 jaar zitten, Flora Snow, ook wel Snow II genoemd.

‘Beste inwoners van Panem, beste inwoners van de veroverde planeten. Vanavond brengt ik goed nieuws. De laatste strijdende planeet, Justice Island, heeft zich overgegeven. Als straf dat ze zich nog zo lang hebben verzet, zal mijn generaal daar vijf van de hoogste functionarissen executeren.
Maar nu vrolijker nieuws. Na de 90ste Hongerspelen zijn er geen Spelen meer gehouden vanwege de oorlogen die het Capitool en Panem gevoerd hebben. Aangezien er nu geen oorlog, maar vrede, is er een rede omdat te vieren. We vieren dat met de 100ste Hongerspelen. Maar dit worden geen normale Hongerspelen. Aangezien er vroeger om de vijventwintig jaar een Kwartskwelling werd gehouden, en het nu de 100ste Spelen is, beginnen wij de Hongerspelentraditie met een Kwartskwelling. Bij dit honderdjarige jubileum zullen er nieuwe regels worden opgesteld.
Het is mij een eer om degene te zijn die deze regels bekend mag maken. Hier komen ze. Iedere tribuut krijgt twee wapens, een kleine tas eten en kleding naar keuze mee de arena in, een soort startpremie dus. De leeftijdsgrens is tussen de 12 en de 18 jaar, en er gaan 22 tributen de arena in. De tributen worden in teams van twee verdeeld en daarom kunnen ze dus ook met zijn tweeën winnen. De tributen kiezen zelf hun mentor uit en trainen 3 dagen samen met hun teamgenoot en hun mentoren. Aan het einde van de 3e dag zullen alle tributen samen komen om te laten zien wat ze kunnen zodat de Spelmakers hun punten kunnen geven. Daarna zijn ‘s avonds de interviews. De dag daarna zullen de Spelen om half elf beginnen. De oude regels die niet veranderd zijn door de eerder genoemde regels blijven gelden. Dan tot slot. De districten van Panem zullen de tributen niet meer leveren. De tributen komen vanaf nu uit de speciale gevangenis, hier in het Capitool, waar de gevangen rebellen zitten. Maar niet alleen uit de gevangenis, maar ze komen ook uit de tien veroverde werelden...


Reacties:


WTlover
WTlover zei op 26 maart 2014 - 18:01:
Dit is best interessant!
Melding als er weer een hoofdstuk op staat?