Welkom op FanFic.nl

De Nederlandse website waar je fanfiction kunt lezen én schrijven.

Nu on-line: (0)

Home » Overige » FF schrijversuitdaging » 1. April ~Muziek

FF schrijversuitdaging

20 april 2014 - 13:08

907

0

255



1. April ~Muziek

Geïnspireerd door het gedicht van Muriel E. Graham, The lark in the trenches (de leeuwerik boven de loopgraven) Het gedicht gaat over de eerste wereldoorlog, ik moest het analyseren voor Engels, en toen kwam dit verhaal naar boven.

All day the guns had worked their hellish will,
And all night long,
With sobbing breath men gasped their lives away,
Or shivered restless on the ice cold day,
Till morning broke pale and chill,

With sudden song,
Above the steril fuirows war had ploughed
With deep trenched seams,
Where in this year such bitter seed is sown,
Where in this year no fruitful grain is strown,
A lark poured from the cloude,
It's throbbing dreams.

It sang -and pain and death were passing shows
So glad and strong
Life soared thriumphant through a myriad men,
Were swept like leaves beyong the living's hen
That wounded hope arose,
To greet that song.

POV Andrew

Ik stampte wat harder op de natte zandgrond, het had net erg hard geregend en nu stond er in de loopgraaf wat water. Mijn uniform plakte tegen mijn lijf aan, warm zou ik niet meer worden, want de zon ging onder. Dit werd weer een lange, donkere maar vooral ijskoude nacht. Wat verder op stond John ook op zijn post. John was mijn beste vriend, we kende elkaar al sinds we vijf jaar waren. We kwamen beiden uit Schotland, een glimlach kwam als vanzelf op mijn gezicht als ik aan die tijd terug dacht. We bouwden altijd hutten samen, speelde soldaatje of haalden kattekwaad uit. Mijn glimlach verdween gelijk als ik eraan terug dacht toen zij in het dorp kwamen, de mensen die soldaten zochten voor het leger. Hun verhalen over de dappere heldendaden, het mooie leven van een soldaat, hadden mij gelijk geraakt. Ik wilde soldaat worden en gaf zonder na te denken mij en John op. Want John en ik waren altijd samen, geen moment kwam het in me op dat John misschien niet wilde vechten. Toen ik het hem vertelde was hij zacht uitgedrukt, woedend. Gelukkig draaide hij bij.
En nu staan we hier, verkleumd in een loopgraaf, in Frankrijk. Niks geen heldendaden en al helemaal geen mooi leven. Ik keek nog even naar John, die stond zijn geweer te poetsen. Het was mijn schuld dat hij in de vervloekte loopgraven was. Ik kan niet uitdrukken hoe pijn het doet, als je weet dat iemand die als een broer voor je is en van wie je dus zoveel houdt, constant in gevaar is. Ik sloot even mijn ogen, even niet nadenken. Ruw werd ik door de officier wakker gemaakt.
"Op je post, Sukkel! Slapen doe je thuis maar, als je daar ooit nog komt."
Met een gemene grijns liep hij naar zijn volgende slachtoffer. John glimlachte bemoedigend naar me. Ik hoorde de vijand aan de overkant praten, jammer genoeg kon ik ze niet zien. Het was al te donker, een rilling liep over mijn ruggengraat, ik was bang. Doodsbang voor de vijand.
Toen begon het. De eerste granaten werden gegooid door de vijand, geweerschoten klonken. De vijand viel aan. Dit zou mijn eerste gevecht worden, ik zou gaan doden. Mijn geweer maakte ik klaar, mijn hand ging naar de trekker en... Ik kon het niet, ik wilde niet doden. De officier kwam woedend op me af. John was hem voor. "Schieten gek! Het is ons of hen." Hij was zo opgewonden toen hij dat zei, dat hij de fout maakte. Hij stond rechtop. Een paar seconden later, lag hij dood aan mijn voeten. Het beest kwam in mij los, John was dood. Zij hadden hem gedood. Ik begon terug te schieten, de hele nacht door. Steeds kwamen er nieuwe soldaten bij, die de doden moesten vervangen. Zij zagen allemaal wit en bang. Ik was niet bang, ik was een beest. Zij hadden mijn vriend vermoord en nu moesten zij allemaal dood. De hele nacht ging het zo door, totdat de zon op kwam.
Ik werd weer iets rustiger, het beest in mij werd moe. Één zin bleef maar door mijn hoofd hameren. "John is dood door mij, het is mijn schuld." Ik keek om me heen, zag hoe alles dood was. Er groeiden geen bloemen meer, soldaten lagen dood verspreidt over de grond en de soldaten die leefden zagen eruit als of ze al dood waren. De enige die van deze oorlog profiteerden waren de ratten die met ons leefden in loopgraven.
Het ergste was dat ik de oorlog was, ik had gedood. Mijn leven was klaar. Het was beter voor de wereld dat ik, een beest, niet meer zou leven. Mijn hand pakte mijn geweer, er zat nog 1 kogel in. Ik zette het onder mijn kin, sloot mijn ogen en telde tot drie. 1... 2....

Toen hoorde ik een geluid dat zo anders klonk dan het geluid van geweren en granaten, ik deed mijn ogen langzaam open. Een leeuwerik kwam door de wolken. Terwijl het zachtjes begon te fluiten. Hij landde op Niemandsland en begon nog harder zijn lied te fluiten. Ik bleef maar staren naar die vogel, de ellende om me heen was er niet meer. Tranen liepen over mijn wangen, maar dat maakte me niks uit. Het beest in mij transformeerde in een vogel, een leeuwerik. In mijn ooghoeken zag ik dat het lichaam van John werd meegenomen door soldaten. Leven in een loopgraaf ging door. Maar toch leek alles anders. Alles zag er minder troosteloos uit, het leek net of de dode bloemen mee zongen met de leeuwerik, dat ze tegen mij zeiden, we zijn niet dood, we zijn gebroken. Maar we kunnen gemaakt worden. Alles kon gemaakt worden, als wij zouden winnen. Nu wist ik waar voor ik vocht. Ik vocht om straks net als die leeuwerik, mijn lied in vrijheid te kunnen zingen.


Reacties:

Er zijn nog geen reacties op dit verhaal.