Hoofdcategorieën
Home » Overige » Schrijfwedstrijd » Schrijfwedstrijd april (Muziek) - De Notenboom
Schrijfwedstrijd
Schrijfwedstrijd april (Muziek) - De Notenboom
Er waren eens in een wereld die wij allemaal weleens willen ontvluchten vier jonge mensen die werden opgesloten. Deze vier jonge mensen genaamd Doré, Mifa, Solla en Dido hadden kenbaar gemaakt dat ze niet langer deel meer uit wilden uitmaken van de maatschappij, maar nog net minderjarig als ze waren, hadden ze het recht niet om te protesteren tegen het beleid van het tehuis waar ze woonden. Niets konden Doré, Mifa, Solla en Dido er aan doen. Uiteindelijk werden ze naar het Gebouw geleid. Buiten hoorden ze hun straf aan. Ze zouden net zo lang worden opgesloten tot het Gebouw weer proper was. Met het hoofd gebogen liepen ze naar binnen toe. Iedereen wist dat geen enkele ziel ooit levend het Gebouw verlaten had.
De deur werd achter hen dichtgedaan en met de G-sleutel was de enige uitgang voorgoed gesloten.
In het licht van de late zomermiddag dat door onbereikbare ramen naar binnen kwam vallen, zagen de vier jonge mensen een enorme boom in het midden van het Gebouw staan. De gigantische boom met bladeren groen als het gras aan de overkant. De stam was zo breed dat er minstens zestig man voor nodig was om het te omringen. De vorm van de boom leek een vreemde grap van de natuur. Een zandlopervorige stam gemaakt van hout warm en stevig en een bladerdak dat smal begon, maar steeds breder uitliep. Het opvallendste nog waren de pikzwarte noten zo groot als galiameloenen, maar met vreemde stelen en een keiharde buitenkant. Hun gewicht deed de takken van de boom kreunen.
De vier jonge mensen gingen onder de boom staan. Het uitzicht naar het bladerdak werd hun ontnomen door vijf plateaus die op verschillende hoogte waren opgehangen zonder ook maar een blik naar de bladeren door te laten. De plateaus volgden de vorm van de boom, beginnend bij een smalle ring bij de laagst hangende noten tot de breedste ring bij de hoogst hangende noten.
Toen de vier jonge mensen naar het eerste plateau klommen, zagen ze dat het oppervlak vol lag met deze zwarte noten. Op de plateaus er boven was precies hetzelfde aan de hand. Blijkbaar voorkwamen de plateaus dat de noten op de grond vielen.
Zuchtend begonnen ze aan het karwei. Ze besloten de noten op de grond te gooien, bij elkaar te vegen en dan in de grote put in de hoek van het Gebouw te verbranden.
Toen Doré de eerste noot echter naar beneden gooide, spatte deze op de grond uit elkaar met een lage, warme klank. Er werd nog een noot van het eerste plateau naar beneden gegooid en ook deze gaf dezelfde warme, lage klank. Vervolgens gooide Mifa een noot naar beneden die een soort vlaggetje als steeltje had. Deze noot viel al iets sneller dan de vorige, maar had dezelfde klank zoals de vorige twee.
Ook Solla wilde het eens proberen. Zij koos een twee noten die met hun stelen horizontaal aan elkaar zaten, hief deze hoog boven het hoofd en liet het vallen. Het geluid was ietsjes hoger en nog niet echt zuiver, maar de toon duurde ook erg kort. Toen Solla de volgende nog iets hoger hield, was deze wel zuiver.
Dido, aangestoken door de verwondering van de andere, raapte een noot op die hol was van binnen. Ze gooide hem naar beneden toe. De warme klank bleef lang klinken.
De vier jonge mensen lachten. Het was net een spel. Ze bleven noten naar de grond gooien. Soms waren ze zuiver, soms waren ze vals. Soms duurden ze lang, soms duurden ze kort. Na verloop van tijd ontdekten ze de nerven in de noten zorgden voor verschillende klanken. Fijne nerven wezen op noten met dromende klanken. Noten met ruwe nerven waren uitstekend voor de maat die Doré probeerde bij te houden, terwijl zijn vier vrienden op verschillende tijdstippen andere noten naar beneneden lieten vallen.
De vier jonge mensen begonnen de noten te sorteren op nerf en steel. Ze spraken af wie wanneer welke noot zou gooien. Meer en meer werd het een spel en het was fantastisch.
Uiteindelijk was de overenthousiaste Mifa door zijn noten heen. Hij klom naar een hoger plateau en toen hij daar een noot naar beneden liet vallen, was de toon direct een stuk hoger. Solla werd nieuwsgierig en ging nog een plateau hoger. Als ze de noten van die hoogte liet vallen, klonken ze nog hoger. Nu was Dido ook niet meer te stoppen. Ze klom naar het hoogste plateau en al lachend gooide het jonge meisje wat schelle noten tot boven het hoogste plateau naar beneden toe zonder daarbij de andere te raken.
De hele dag bleven ze noten naar beneden gooien. Ze genoten van iedere klank, maar aan het einde van de dag was er geen noot meer over. Te moe om nog iets te doen, vielen de vier jonge mensen in slaap op hun plateau om de volgende ochtend wakker te worden in een nog grotere overvloed van noten om hun heen dan de vorige dag.
Opnieuw begonnen ze hun spel, maar ditmaal begonnen ze met meer structuur de noten naar beneden te maken. Ze maakten een spotliedje over de luie vader Jacob die altijd sliep wanneer hij een mis moest leiden en een riedeltje over het oude kattenvrouwtje dat haar poezen wist te lokken met verse melk.
Aan het einde van de dag waren de noten weer op en zouden ze weg mogen gaan, maar weer waren de vier jonge mensen te moe om nog een stap te verzetten en vielen ze op hun plateau in slaap om de volgende dag onder de noten bedolven wakker te worden.
Dit gebeurde elke dag, vijftig jaar lang. En na die vijftig lange jaren waarin de tijd voor hen stil stond, waren hun simpele liedjes zoals “Vader Jacob” en “Poesje Miauw” gegroeid tot symfonieën waar ze alle noten een plaats wisten te geven.
Naar buiten wilden de vier jonge mensen niet meer. Buiten lag de wereld die zij wilden ontvluchten. Hier lag de mogelijk om tenminste een beetje vrijheid te veroveren. Zij gaven elke noot een doel en met dat doel creëerden zij een stroom van emoties. Zij wisten vrijheid en avontuur te vangen in een wereld die verstikte en in sleur opging. Zij vonden het paradijs op een plaats die voor hen een hel had moeten wezen.
In vijftig lange jaren hadden zij zich meesters van de noten gemaakt, doch nog steeds dienaren van de boom die hen deze giften gaf.
En op een dag werden ze zoals altijd wakker bedolven onder de mooiste, zwarte noten. Als dank
speelden de vier mensen een symfonie ter ere van de boom. Een symfonie die ieders fantasie te boven ging en aan het einde van de dag toen de vier mensen alles hadden gegeven wat ze hadden, begon de boom te stralen. Daar tussen de takken verscheen de wereld die zij met muziek hadden beschreven. Hand in hand betraden de vier mensen de wereld om voorgoed te verdwijnen uit het oog van de realiteit.
De boom staat er echter nog steeds en wacht op de volgende die zijn geheimen kan ontrafelen.
Reacties:
Ik ben het helemaal met Chayenne eens!
Echt prachtig geschreven!
De namen vindt ik echt stoer gevonden!
Je merkt hierin dat je weet waar je het over hebt.
Prachtig verhaal!
WOOW
nee serieus.
WOOW
Wat een super mooi stuk! Geen woorden voor!
Ik vind het helemaal terecht dat jij de wedstijd hebt gewonnen!
Dit is echt prachtig geschreven!
Beautiful! <3