Hoofdcategorieën
Home » Overige » Flashing Figures » oo3.
Flashing Figures
oo3.
Parijs, 1892
De kaars zorgt voor lange schaduwen op de stoffige stenen muren. Het is een smalle gang en door de schaduwen voelt het alsof ze steeds meer op me af komen. Ik voel me alleen. Veilig en alleen. Met één hand pak ik mijn rokken op als ik bij een trap kom en langzaam begin af te dalen. Ik durf niet achterom te kijken, bang dat ik terug loop. Het enig wat ik wil, is verder de duisternis in.
Mijn moeder was altijd al bezorgd om mijn nieuwsgierigheid. Al sinds ik een kind was, wilde ik alleen maar alles weten over het spook dat de opera terroriseert. Meerdere keren heb ik geprobeerd het te vangen en er was één keer dat ik een glimp van het opving. Een zwarte schaduw, hoog boven het toneel.
Maar nu hier, in de donkere verstopte gangen in de Opera, denk ik niet meer aan mijn kindse obsessies. De vlam van mijn kaars flikkert gevaarlijk en ik houd er snel mijn hand voor.
Water drupt van het plafond naar beneden, op mijn voorhoofd. Een koude rilling loopt over mijn lichaam en voor de eerste keer kijk ik achterom. Dan neemt mijn angst af.
Muziek. Zachte klanken vullen de donkere gangen en ik sluit mijn ogen. Het is muziek zoals ik het nog nooit heb gehoord. Ik kan het voelen met mijn hele lichaam, van mijn tenen tot mijn lippen, die tintelen van de kou.
‘Muziek.’ Mompel ik en kijk om me heen. Het geluid is triest, alsof de persoon die het geluid maakt zijn hart heeft laten vertrappen.
Mijn vlam flikkert weer en ik open mijn ogen weer.
‘Waarom hoor ik hier muziek?’ Fluister ik tegen de duisternis.
Een laatste keer kijk ik achterom en neem een besluit. Wat de bron van dit hemelse geluid ook is, ik zal het vinden.
Het duurt niet lang voordat ik bij een groot ondergronds meer aankom. Langzaam trek ik mijn wenkbrauw op. Dit moet de raarste ochtend van mijn leven zijn. Vreemde muziek, een ondergronds meer. De muziek komt echter van de andere oever aan en ik zie licht aan het andere eind.
De muziek veranderd in een zacht lieflijk geluid, als een slaapliedje en langzaam trek ik mijn rok wat omhoog, zodat ik het meer in kan stappen.
Het water is ijskoud, maar dat houd me niet meer tegen. Rillingen lopen over mijn hele lichaam, alleen mijn hart blijft warm van de ondergrondse muziek.
Langzaam begin ik te zwemmen, in de hoop dat mijn lichaamsdelen warmer zullen worden, al heb ik niet het idee dat het werkt. Plots voel ik grond onder mijn voeten en ben ik dichter bij het licht.
Een boot ligt aangemeerd aan de oever en overal staan kaarsen verspreid door een grot.
De viool stopt en meteen voel ik me volledig afkoelen.
Een schaduw verschijnt op de muren en ik kijk weg van de kaarsen. De schaduw wordt steeds groter en begint een vorm aan te nemen, terwijl ik druipend mijn eerste stap op het droge zet.
Een lange vorm, die langzaam in het licht stapt.
‘Mag ik vragen wat u hier doet, mademoiselle?’ Vraagt de schaduw, met een mannelijke, zachte stem die zo verleidelijk is dat het boter kan laten smelten.
Het enige dat ik kan doen, is een antwoord stotteren:
‘Ik hoorde, muziek, monsieur. Muziek die.. Ik wilde gewoon..’
Ik val stil als de schaduw eindelijk in het licht stapt.
Rillend van de kou bekijk ik de man. Zoals zijn schaduw is hij lang, met een brede bouw. Hij draagt een zwarte broek, laarzen en een wijde witte blouse. Het meest opvallende aan zijn verschijning, is echter het halve witte masker dat de linker kant van zijn perfecte gezicht siert.
Hij stuurt me een boze blik toe.
‘En dat vind je een goede reden om mijn domein binnen te komen waden?
Ik kijk naar de vlam op een kaars, om aan zijn doorborende blik te ontsnappen.
‘De spiegel stond open en ik..’ Begon ik te mompelen tegen de lucht.
‘Dat geeft je geen recht,’ Zegt hij op ijskoude toon, ‘En nu moet ik je ook nog warm zien te krijgen.’
Mijn ogen worden groot.
‘Pardon?’
‘Als je niet snel droog word, zal je je hier je dood vatten, kom hier, kind.’
Ik trek mijn wenkbrauw op, ‘Kind? Ik heb de voorkeur aan mademoiselle.’
De man perst zijn lippen samen, ‘Eindelijk klaar met stotteren? Nu, opschieten, je verspilt mijn tijd.’
Een kwartier later ben ik droog en brengt de vreemde man met het masker me naar de boot.
‘Stap in.’
Ik kijk hem boos aan, neem dan zijn hand, waardoor hij me in de boot kan helpen.
De tocht naar boven is stil, net zoals de rest van mijn verblijf in het huis aan het ondergrondse meer.
Als we terug komen bij de spiegel, draait hij zich om.
‘Ik wil je nooit meer beneden zien.’ Zegt hij, met de inmiddels bekende boze trekken om zijn mond.
‘Wie bent u?’ Flap ik er tegelijk uit.
Eindelijk trekt de boosheid uit zijn blik.
‘Wie denk je dat ik ben, little Meg Giry. Was jij niet altijd op zoek naar mij, toen je nog maar een meter lang was?
Hij grijnst en verdwijnt in de duisternis.
Reacties:
Hoe dóé je dát?!
Mijn hemel!
Ik vond en vindt hem altijd al een van de...bizarre personages.
En jij zet hem hier feiloos neer!
Goud!
Ik hou van je verhaal!
Jij hebt te gave om altijd precies perfect te schrijven,
niet té dramatisch, niet te eenvoudig.
Stunning..
Dit verhaal verdiend meer readers,
maybe moet je even bij mijn lezers een melding zetten, kijken of ze willen volgen?
Cause honey, this is so freakin' amazing!
Ik krijg er de kriebels van *giggles*
xoxo
Wauw, wat ben jij een topschrijfster!
Ik kan niet anders zeggen!
Je omschrijft alles perfect, niet te kort, maar ook niet te uitgebreid. Je weet spanning te creëren, die toeneemt bij elk woord dat je schrijft.
Ik vind je woordgebruik ook echt prachtig, het onderscheid je van de anderen op deze site.
Ik heb The Phantom of the Opera nooit gezien en weet ook niet hoe het verhaal gaat, maar ik kan alles toch perfect volgen!
Ga zo door meid!
MELDING!
xxx
Omg je kan echt mooi schrijven! En yayyyyy de phantom omg ik hou van hem. Stuur maar een melding bij het volgende hoofdstuk XD
zelf als je het verhaal niet kent is dit nog steeds perfect te volgen, je bent echt zo getalenteerd