Hoofdcategorieėn
Home » Harry Potter » Theodoor Noot » hoofdstuk 6
Theodoor Noot
hoofdstuk 6
Theodoor en Leonardo kwamen weer tevoorschijn in de Lekke Ketel. Tom, de waard, liep naar hen toe.
“Wat mag het zijn, mijne heren”¯, vroeg hij met een tandeloze grijns.
“Niks, we gaan naar de Wegisweg”¯, zei Leonardo kil. Hij pakte Theodoor bij de arm en trok hem mee naar de muur die hen naar de Wegisweg zou leiden. Rustig tikte hij op de drie stenen en de muur spleet uiteen. Theodoors ogen werden groot. Hij was al eerder op de Wegisweg geweest, maar nog nooit voor schoolboeken en een toverstaf. Niet dat hij die nodig had, sinds zijn 5e had hij vaak geoefend met zijn handenmagie, maar toch. Het voelde als een soort machtsvertoon, iets dat liet zien dat hij beter was als anderen.
Als eerst kwamen ze aan bij Madame Mallekin, Gewaden voor alle gelegenheden. Theodoor zag dat er binnen al mensen waren. Met de arrogantie van een erg belangrijk persoon, liep hij samen met zijn vader de winkel binnen. Madame Mallekin keek even op en gebaarde dat ze zo zou komen. Ze was bezig om een meisje te helpen, die zo te zien ook voor het eerst op Zweinstein kwam. De ouders van het meisje zagen er onwennig uit, alsof ze aan deze wereld niet gewend waren. Leonardo had gelijk in de gaten dat het meisje een modderbloedje moest zijn. Hij keek waarschuwend naar Theodoor. Onder geen beding wilde hij dat zijn zoon met dat soort mensen omging.
“Is dat un mens?”¯ vroeg Theodoor aan zijn vader.
Voordat Leonardo antwoord kon geven, kwam er een meisje achter de rug van haar vader en moeder vandaan. Ze had een betweterig gezicht en bruin krulhaar, wat alle kanten opstond. Ze liep naar Theodoor toe.
“Het is een niet un”¯, zei ze op een bazige toon.
Theodoor keek het meisje kil aan, dat toch een beetje angstig een stap achteruit zette.
“Bemoei met je eigen zaken, dreuzel”¯, zei hij kil. Hij keek het meisje vernietigend aan.
“Hermelien? Kom je? Deze vriendelijke vrouw is klaar met Elena’s gewaad.”¯ De vrouw waarachter het meisje, die klaarblijkelijk Hermelien heette, vandaan was gekomen stak haar hand uit. Hermelien pakte de hand van haar moeder en huppelde mee. Het andere meisje, voor wie het gewaad bestemd was en dus Elena heette, wierp in het voorbijgaan een koele blik naar Theodoor.
“Kom, maar jongeman”¯, zei Madame Mallekin. Ze had de spullen van haar vorige klant opgeruimd. “Voor Zweinstein, neem ik aan?”¯ Theodoor knikte. Hij stond op en liep naar haar toe. Nog geen kwartier later stonden ze alweer buiten.
De rest van de dag, gebeurde er niet echt veel vreemds, totdat ze Theodoors toverstok gingen halen. Leonardo was een verrassing voor zijn zoon gaan kopen, zodat hij nu alleen in de zaak van Olivander stond.
“Aah”¯, zei Olivander die eraan kwam lopen. Je kon aan zijn houding of gezichtsuitdrukking niet zien of hij blij of juist het tegenovergestelde was. Het was een gesloten boek.
“Ik kom voor een toverstok”¯, zei Theodoor bars. Olivander pakte zijn bril van zijn neus. Hij bestudeerde hem aandachtig.
“Dat is ook het enige wat ik verkoop”¯, zei hij haast in zichzelf mompelend. Hij pakte een meetlint en begon van alles te meten.
“Schiet eens op”¯, snauwde de rood-ogige jongen. Hij kreeg slechts een hum-hum als antwoord. Ondertussen was Olivander al naar de schappen gelopen. Hij had een fraaie grijsachtige toverstok gepakt.
“Populierhout; 25,7 centimeter met in de kern de schub van een draak”¯, mompelde hij terwijl hij naar het doosje keek. “Waarom ook niet, waarom niet? Die jongen is vreemd, laten we deze maar eens proberen.”¯ Olivander besefte niet dat Theodoor zijn gemompel kon verstaan. Deze hield zijn woede, die hij voelde opborrelen, in. Eerst had hij een toverstok nodig, daarna kon hij doen wat hij wilde, zolang zijn vader er maar niet achterkwam.
“Probeer deze eens”¯, zei Olivander luid en duidelijk. “Het heeft een krachtige zwiep, perfect voor de zwarte kunsten en het verweer ervan.”¯ Theodoor pakte de stok aan en draaide er een beetje mee rond. Gelijk spoot er een vuurstraal uit de staf, die enkele toverstokken in rook liet opgaan.
“Oeps, sorry”¯, zei Theodoor schijnheilig. Olivander gebaarde dat het oké was.
“Vreemd”¯, mompelde hij weer, “dit is nog nooit op zo’n destructieve manier gegaan, zelfs Marten-“
“Is deze stok nou goed of niet?”¯ zei de jongen ongeduldig.
“Ja”¯, zei Olivander nog steeds een beetje afwezig, “dat is dan 10 galjoenen.”¯ Theodoor rekende af en liep naar buiten toe. Terwijl de man zich nog steeds afvroeg wat er nou zo vreemd was geweest aan de jongen die net een toverstok bij hem had gekocht. Het enige wat hij wist, was dat zijn gevoel zei dat de jongen hem niet nodig had gehad om magie te kunnen bedrijven.
Theodoor en Leonardo kwamen thuis. Theodoor had een fraaie zwarte uil gekregen met een zilveren vlek boven het oog. Hij was er niet echt blij mee, wat duidelijk te merken was.
“Waarom heb ik dat ding gekregen”¯, zei Theodoor chagrijnig.
Leonardo probeerde zichzelf in te houden, al kon hij niet weerhouden dat zijn stem erg grof klonk. “Zodat je brieven kan versturen of wil je die kat van je brieven laten bezorgen?”¯
“Ik kan toch ook zo’n schooluil gebruiken? Ik wil dat ding niet.”¯
“Jij raakt godverdomme die schooluilen niet aan. Hoeveel modderbloedjes hebben er wel niet aangezeten? Een zoon van mij zal nooit iets aanraken wat aangeraakt is door die, die mensen, zolang het echt niet anders kan.”¯
“Je hebt alleen mij als zoon en waarom niet. Ze hebben geen ziektes. Ik raak hen dan toch niet aan?”¯
“Hou je kop”¯, zei Leonardo boos, “je doet gewoon wat ik zeg en daarmee basta. Help me eraan te herinneren dat ik je nog een keer in de machine stop. Er zit nog steeds een deel van Natasha in je. Dat moet eruit.”¯ Met deze woorden liep Leonardo naar achteren toe, naar de schuur waar hij altijd aan zijn uitvindingen werkte. Theodoor liep naar boven toe, naar zijn kamer. Hij borg zijn nieuwe schoolboeken en benodigdheden zorgvuldig op. Over twee dagen zou hij naar Zweinstein gaan. Met een grijns viel hij in slaap. Draco was erg jaloers geweest toen hij vernam dat Theodoor een brief gekregen had. Zelf was hij nog niet oud genoeg, pas het jaar erop zou hij komen.
Hoi snel verder..