Hoofdcategorieën
Home » Twilight » Bite me, Edward. » Chapter 29: Fighting.
Bite me, Edward.
Chapter 29: Fighting.
Ik schrik op. "Fuck." Vloek ik. Ik kleed me op topsnelheid aan en ren zo snel ik kan beneden. "Jazz, wil je me nog helpen?" Vraag ik met een engelengezichtje. Hij schiet in de lach. "Alleen even je gezicht laten zien?" Concludeert hij. Als ik zou kunnen blozen had ik het nu zeker gedaan. "Kom nou maar gewoon." Grijns ik. Samen rennen we naar een open plek. "Je zou het zachter doen toch?" Vraagt hij. Ik grom. "Ik heb nooit gezegd dat ik het daadwerkelijk zachter zou doen." Breng ik tegen hem in. "Je hebt sowieso al je voorsprong met vechten." Verteld Jasper me. Ik kijk hem niet begrijpend aan. "Volg je instincten, let niet op wie ik ben." Zegt hij. Ik knik. Hij rent rondjes om me heen, als hij wil aanvallen kaats ik hem met mijn handpalm weg. "Je telekinese is sterker dan ik verwachtte." Zegt hij verward. Ik grijns schaapachtig. "Sorry." Mompel ik. "Er komt iemand aan." Sist Jasper. Zijn ogen worden groot, ik hoor dat het een vampier is. Sissend draai ik me pijlsnel om. Ik kijk omhoog om te zien wie het, lang leve klein zijn. Sarcasme. Goh, het is Edward, wat leuk. "Hoi." Grijns ik. Hij kijkt me kwaad aan. "Alice heeft je voor zolang ze kon beschermd. Ze heeft hat volkslied in het Arabisch gezongen, in haar hoofd. Daarna wist ze niks meer en ving ik wat dingen op." Weet hij me te vertellen. "Ik zit in de problemen?" Concludeer ik. "Je zou willen dat je sneller als mij was." Dreigt hij. "Moet ik doen wat ik net deed Jazz?" Vraag ik. Hij knikt. "Als je wilt blijven leven wel." Lacht hij. Ik ren een stukje weg, zoals ik al had gehoopt rent Edward op me af. Ik stoot hem met mijn kracht in de palm van mijn hand weg. Braaf zijn voor Mary. Print ik in zijn gedachten. "Blijf uit mijn hoofd." Sist hij. "Je mag wel eens wat aardiger tegen je vriendin zijn." Grijns ik terug. "Je gaat niet vechten met Jackie en Anouk. Ze zijn ouder en samen veel sterker." Zegt hij. Is hij nou bezorgd? "Ik heb iets wat zij niet hebben." Grom ik terug. "Je moet alleen weten hoe je het kan omzeilen. Zal ik het je laten zien?" Vraagt hij, uitdaging aangenomen. "Bring it." Grijns ik. Hij circelt om me heen. Hij gaat zo snel dat ik hem niet goed meer zie. Ik grijp steeds in lucht. Dan voel ik twee armen om mijn middel en een warme adem in mijn nek. "Hebbes." Fluisterd hij. Hij drukt een kus in mijn nek. "Zie je hoe makkelijk?" Vraagt hij. "Help me dan ook. Help hoe ik moet vechten." Smeek ik hem, het antwoord al wetende. "Nee, het zou me te veel pijn doen je als een prooi te zien." Verontschuldigd hij zich. "Bullshit Edward! Het enge wat je kan doen is me bijten, maar dat doe je niet." Breng ik tegen hem in. Jasper kijkt geamuseerd toe. "Weet je zeker dat je van mij wilt leren vechten? In plaats van Jazz?" Vraagt hij. "Ik wil het van jullie allebei leren." Sis ik. Zijn handen hebben mijn heupen vast en duwen me vooruit. "Kom maar op, Mary. Ik zal niet voorzichtig zijn, speciaal voor jou." Zegt hij, ik zie de pijn in zijn ogen. Verbaasd kijk ik hem aan. Hij rent al op me af. Ik duik weg. "Mary, je moet leren verdedigen en aanvallen, je moet niet wegduiken." Komt Jasper tussenbeide. "Dat wilde ik leren." Grom ik. Edward werpt zich op me alsof ik een prooi ben. Ik wijk nog net uit en spring op hem. "Got ya." Sis ik. Hij gooit me van zich af. "Focus Mary, gen afleiding." Zegt hij. "Je wilde dit toch zo graag." Concludeert hij, tijd om te antwoorden heb ik niet. Ik blokkeer een aanval van hem. "Goed, geen uitwijkingen, verdediging, nu aanvallen, jouw beurd." Merkt hij op. Ik zucht. Roekeloos ren ik op hem af. Ik raak een paar keer zijn schouders aan om hem weg te kaatsen en het lukt. Hij valt op de grond. Ik ga op zijn benen zitten en houd zijn polsen vast. "Goed gedaan, misschien meer vechten en minder op je gave vertrouwen. Jazz, help eens mee." Beveelt Edward. Ik sta van hem op met een beteuterd gezicht, dit wilde ik niet. "Kijk of je mij kan wegkaatsen en tegelijkertijd Jazz kan manipuleren." Draagt Edward me op. Ik knik resoluut. Ik neem een aanloop op Edward die ook op me afrent, achter me hoor ik Jasper. Je gaat nu heel braaf zijn en mij helpen met Edward. Draag ik hem op, ik duw Edward hard tegen zijn borst hij kaatst weg. Jasper keert zich tot Edward. Edward krabbelt op en bezorgd kijk ik of alles goed is, wat ik beter niet had kunnen doen. Ik lig achter over op de grond met een scherpe pijn in mijn schouder. "Sta op." Gromt Edward. De pijn in mijn schouder houdt aan. Ik kijk naar mijn schouder, er staan tand afdrukken in. Geschokt kijk ik hem aan. Meteen valt hij weer aan. Met al mijn verdriet vloer ik hem. Dan draai ik me om en loop weg. Ik loop langs Jasper die me bezorgd aankijkt. Edward rent naar me toe. "Wat is er mis met je?" Vraagt hij lieflijk. De tranen rollen over mijn wangen. Ik ren van hem weg. Hij heeft me al snel ingehaalt, natuurlijk. "Mary love, waarom huil je?" Vraagt hij bezorgd. Hij weet het niet eens meer. Ik ren naar Jasper toe. Ik wikkel mezelf in zijn armen, Edward verbaasd achterlatend. Ik snik het verhaal bij Jasper uit. Hij streeld door mijn haar. "Hij deed het vast niet expres." Sust hij me. Ondanks zijn gave voel ik me nog niet veel beter. Edward loopt twijfelend op ons af. Ik kruip dichter in Jaspers beschermende armen. "Wat is er Jazz?" Vraagt hij. "Ik vind dat Mary dat zelf moet vertellen." Besluit hij en hij werpt een geruststellende blik op mij. "Rustig maar Mary, het is al goed." Mompelt hij. Ik knuffel hem nog eens. "Dank je broer." Mompel ik terug. Dan draai ik me naar Edward. Ik laat mijn schouder niet zien maar werp me huilend in zijn armen. Teder legt hij zijn armen om me heen. Als ik uitgehuilt ben zegt hij me dat ik hem moet aankijken, en dat doe ik. "Wat is er gebeurd, heb ik je gekwetst?" Vraagt hij. Hij streeld van mijn schouders naar mijn handen en weer terug, zoals iemand zou doen als ze het warmer wil krijgen. Op het moment dat zijn vingers de zere plek aanraken krimp ik ineen. "Laat me eens kijken wat dat is?" Zegt hij. Ik ontbloot mijn schouder en dan ziet hij de zilverkleurige afdrukken. "Oh Mary! Nee, dat meen je niet. Oh nee, heb ik dat gedaan?" Stotterd hij. Langzaam knik ik. Een soort vreemde, misplaatste woede vult zijn ogen. "Ik ben zo slecht. Je verdient beter dan mij." Sist hij. "Ben je nou kwaad op jezelf?" Vraag ik, hij knikt en wilt wegrennen. Ik houd hem vast, klem hem in mijn armen. "Je zou boos op mij moeten zijn, ik wilde dat je me leerde vechten." Mompel ik geruststellend terug, dat was in ieder geval de bedoeling. "Maar ik béét je." Klaagt hij.
OMG ik hoop dat je snel veder gaat XD