Hoofdcategorieėn
Home » Overige » Mijn rol » Geloven
Mijn rol
Geloven
Ik ben dus echt in Japan. Ik voel paniek opkomen.
Hoe moet in thuis komen? Wat moet ik zeggen tegen mijn ouders? Wat moet ik zeggen tegen deze mensen?
Waarom ik in Japan ben? Al sla je me dood.
Shirogane kijkt me nog steeds aan en wacht op antwoord.
“And what have you done?”¯ Hij wijst naar mijn voorhoofd en elleboog.
Wat ik gedaan heb? Nou eerst hoorde ik een stem in mijn hoofd. Daardoor viel ik met fiets en al. Daarna vond ik plotseling een horloge die er weer voor heeft gezocht dat ik hier ben om een of ander bizarre rede.
Maar dat vertel ik hem niet! Op misschien dat deel dat ik gevallen ben na dan.
“Do you understand what I’m saying?”¯
Natuurlijk versa ik hem.
“Yes, I do.”¯
Hij kijkt mij nu nog onderzoekender aan. Alsof hij wil zien wat ik te verbergen heb.
“Could you please answer my questions then.”¯
Ik wil wel antwoord geven maar aangezien ze mij voor gek zouden verklaren is dit niet zo makkelijk als uitleggen dat de aarde rond is. Waar trouwens ook veel mensen lang over na hebben gedacht.
Dus misschien is dat geen goed voorbeeld.
Ik voel meteen dat ik niet zo “vergezocht”¯ moet gaan denken want mijn hoofdpijn word weer erger.
Ik trek een pijnlijk gezicht en grijp naar mijn hoofd.
Shirogane, Akasaka en Ichigo kijken mijn geschokt aan.
“Are you all right?”¯ vraagt Akasaka.
“Mo-san? Mo-san!”¯ zegt Shirogane.
Shirogane komt op mijn af lopen en zet het om in rennen als alles zwarte wordt.
Ik val flauw van de pijn.
Even vraag ik mezelf af waarom hij mijn Mo-san noemde en niet gewoon Mo, maar de vraag geleid vrijwel meteen weer van mijn af.
Ik lijkt of in de wereld van duisternis ben. Ik weet nu al dat ik de wereld van licht leuker vind.
Om de zo veel tijd krijg ik een ijskoud rilling die zich dan door mijn hele lichaam verplaats. Ik sla mijn armen om me heen om warmte te besparen.
En ik voel me zo bang en hulpeloos.
Dan is die stem er weer.
“Dit is niet fijn, hè?”¯
Het antwoord lijk mijn nogal logies.
“Nee, het is hier niet fijn.”¯
Er val een korte stilte.
“Hoe voel je je?”¯
“Heel bang en alleen.”¯
De stem lacht.
“Maar je bent nooit alleen. Ik ben er toch altijd?”¯
Het is waar dat de stem meerder keren er is geweest als ik onzeker of alleen was, maar altijd zou ik het niet noemen.
“Ik weet het niet.”¯
“Hé, je moet wel in mij geloven anders ben ik er inderdaad niet!”¯
Ik snap niet waar de stem het over heeft maar ik knik maar ja, alsof ik het wel snap.
Er val weer een stilte.
“Nou, geloof dan ik mij.”¯
“W-wat?”¯ vraag ik als er net een koude rilling door mijn lichaam gaat.
“Geloof in mijn.”¯
Hoe moet ik in iets geloven dat ik niet kan zien en voelen? Ik weet niet eens wie of waar ik in moet geloven.
“Geloof je in mij?”¯
Ik twijfel. Maar geef toch het antwoord waar de stem op wacht.
“J-ja”¯ zeg ik deze keer zonder dat er een koude rilling door mijn lichaam gaat.
“Dat kan wel wat krachtiger.”¯
“Ja.”¯
“Kom op, ik weet dat je het beter kan.”¯
Ik laat alle angst van mijn af geleidend en ga rechtovereind staan.
“Ja! Ik geloof in je!”¯
Na die woorden te hebben uitgesproken begint er een klei lichtpuntje als een ster in de nacht te stralen.
“Het is nog maar klein maar het wordt wel beter”¯ zegt de stem vrolijk.
Ik merk dat het licht ervoor zocht dat de koude rillingen niet meer zo koud zijn en dat ik daarom rechtovereind kan blijven staan.
“Nou, vertel. Wat wil je?”¯
Ik geef meteen antwoord.
“Naar huis.”¯
“Ik denk dat dat nog even niet kan. Maar ik denk ook dat je mijn vraag niet helemaal begrijpt. Laat ik het anders zeggen. Wat is je wens? Je droom?”¯
Eigenlijk had ik daar nooit zo over na gedacht. Ik heb wel ideeën gehad over wat voor werk ik later zou willen doen, maar ik veranderde telkens van gedachte en nu heb ik echt geen idee meer wat ik later wil worden. En ik weet niet of mij droom is leuk werk te hebben. Al is dat wel fijn natuurlijk. Maar er zijn meer dingen in het leven dan werken. Al zou je dat niet zeggen als je mijn rooster voor school ziet.
“Ik wil… Mijn droom is…”¯
Ik denk even na.
“Ik wil gelukkig worden.”¯
Het lichtpuntje wordt grote en feller.
“Ik wil mezelf zijn, wie ik echt van binnen ben!”¯
Het witte licht breekt door. Alle duisternis verdwijnt om mij heen.
De stem lacht.
“Geloof in mij. Geloof in jezelf.”¯
Reacties:
waarom ben jij zo goed ik verhalen schijven en ik niet. weeeeeeeeeeeee weeeeeeeeeeeeee
en zeiden ze dat van dat geloofen in iemand niet heel toevallig in een serie die wij allebei kijken en hele maal te gek vinden?
xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx
het citroen ijsje
waar hopelijk Kukai van houd
wat leuk! gelooooooooooooooooof in jezeluuuuuuuuffffffffffffffffffffffffff geloooooooooooooooooooof....
sorry, maar goed verhaal!
Leuk verhaal ^^