Welkom op FanFic.nl

De Nederlandse website waar je fanfiction kunt lezen én schrijven.

Nu on-line: (0)

Home » Harry Potter » Another Potter » Twee

Another Potter

26 jan 2015 - 19:25

1147

0

319



Twee

Ruim tien jaar later werd Daisy wakker in de kleine trapkast die als haar slaapkamer fungeerde. Meteen stond ze op. Ze was bang van haar oom Vernon en tante Petunia. Als ze iets verkeerds deed, moest ze naar haar kamer – trapkast – en kreeg ze pas eten als haar oom en tante dachten dat ze genoeg gestraft was. De straf die ze kreeg toen ze de verjaardag van Dudley verpest had – al wist ze zelf niet hoe het glas van het slangenhuis verdwenen kon zijn – had haar de langste straf ooit opgeleverd. Tegen de tijd dat ze geen eten door het kleine luikje meer aangereikt kreeg en naar buiten mocht, was het al zomervakantie.
‘Dudley, ga de post maar halen.’
‘Laat Daisy dat maar doen.’ zei Dudley.
‘Daisy, ga de post halen.’
‘Laat Dudley dat maar doen.’
‘Dudley, mep haar met je Ballings-stok.’ Voordat oom Vernon uitgesproken was, was Daisy al naar de gang gesprint. Met de post in haar handen kwam ze terug.
‘Pap, pap! Daisy heeft een brief!’ riep Dudley.
‘Hoe kan dat nou,’ grinnikte oom Vernon. ‘Wie zou jou nou een brief willen schrijven?’ Hij bekeek de afzender en werd zo wit als een doek.
‘Dudley, naar je kamer, Daisy, naar je kast!’ Tante Petunia werkte haar zoon een nichtje snel de woonkamer uit. Een half uur later werd Daisy teruggeroepen. Dudley was er natuurlijk al.
‘Waar is mijn brief?’ vroeg Daisy.
‘Verkeerd geadresseerd.’
‘Niet waar! Mijn kast stond er op!’
‘Nu we het over je kast hebben, je tante en ik hebben nagedacht en we vinden dat je te groot wordt voor de trapkast. Je bent intussen bijna elf. Voortaan mag je de tweede slaapkamer van Dudley als de jouwe beschouwen.’ Het leek er op dat het moeilijk was voor oom Vernon om deze relatief aardige woorden uit zijn keel te krijgen.
‘Maar…’ begon Daisy.
‘Geen gemaar!’ riep oom Vernon. ‘Ga maar snel je spullen verhuizen.’ Daisy wilde niet tegen hem in gaan, dus liep ze maar naar haar kast. Haar spullen boven krijgen was geen probleem, ze hoefde maar een keer heen en weer. Ze kreeg geen zakgeld of speelgoed van haar oom en tante. De enige spullen die ze bezat waren of oud, of afdankertjes van Dudley. Haar kleren waren oude kleren van tante Petunia, en haar speelgoed was speelgoed dat Dudley kapot gemaakt had of niet meer wilde. Daisy ging op haar nieuwe bed zitten. Ze wist zeker dat die brief niet verkeerd geadresseerd was. Op dit moment zou ze liever in haar trapkast zitten met brief, dan in de grote kamer zonder. De dag verliep verder zonder merkwaardige gebeurtenissen. De volgende dag lagen er echter twee nieuwe brieven in de bus. Daisy herkende het handschrift, de smaragdgroene inkt en het stempel links bovenin. Voordat ze de brieven kon lezen, had oom Vernon ze al in de open haard gegooid.
‘Welke brieven?’ vroeg hij met een gemene grijns toen ze verontwaardigd had gezegd dat dat haar brieven waren. Diezelfde middag spijkerde oom Vernon de brievenbus dicht met een plank hout. Bedroefd liep Daisy naar haar kamer. Ze was verdrietig, dat ze haar brieven niet mocht lezen. Ze was bang dat degene die haar wilde bereiken, het nu op zou geven.
De volgende dag waren er echter een dozijn brieven naar binnen gesmokkeld. Ze zaten in de dozen eieren en tussen de melkflessen die elke dag afgeleverd werden.
‘Wie wil er in hemelsnaam zo graag met jou in contact komen?’ vroeg Dudley verbaasd. Daisy haalde haar schouders op, maar ze was blij dat de zender van de brieven het nog niet opgegeven had.
Eindelijk werd het zondag. Zondag was een fantastische dag volgens oom Vernon. Op zondag werd er namelijk geen post bezorgd. Hij kreeg dan ook de schrik van zijn leven toen er rond het middaguur duizenden brieven uit de schoorsteen gevlogen kwamen. Daisy sprong in het rond en probeerde een van de brieven te pakken. Voordat ze dit kon doen, had oom Vernon haar en haar neef al in de keuken neergezet.
‘We gaan op vakantie jongens.’ zei oom Vernon gemaakt vrolijk toen Daisy en Dudley de woonkamer weer in mochten komen. ‘Jullie hebben een half uur om jullie spullen te pakken. Ieder mag een sporttas meenemen.’ Daisy was beter gewend om bevelen op te volgen dan Dudley. Het gevolg hiervan, was dat Daisy een half uur later klaar stond met een sporttas die ze gevuld had met kleren en boeken. Dudley daarentegen, probeerde nog steeds zijn tv in zijn tas te proppen. Oom Vernon ontplofte en sleurde zijn zoon hardhandig de auto in. Zelfs tante Petunia durfde haar man niet tegen te spreken. Wel tien uur lang reden ze het hele land door. Daisy hoorde haar oom van alles mompelden. Afschudden. Omkeren. Nu zullen ze ons niet meer kunnen vinden.
De reis eindigde in een klein kustplaatsje.
‘Ik heb een leuk vakantieadresje gevonden.’ zei oom Vernon. ‘Deze vriendelijke meneer wil ons zijn bootje lenen.’ Hij wees op een tandloze man. ‘Ik heb ook al proviand ingeslagen dus we kunnen meteen vertrekken!’
Oom Vernon’s idee van een leuk vakantieadresje was niet hetzelfde als dat van Daisy. Daisy dacht aan een ruim huis bij een kalm meer. Oom Vernon had echter een eenzaam, krap huisje gevonden dat midden op een rots stond. Door de storm die buiten woedde, kon je niemand verstaan, al stond diegene naast je.
De kamers werden verdeeld. Oom Vernon en Tante Petunia kregen de slaapkamer die zich op de eerste verdieping bevond. Dudley sliep op de bank en Daisy zocht het zachtste stukje vloer op. Die avond kon ze niet slapen. Niet omdat ze op de grond lag. Ze had wel ergere dingen meegemaakt bij de Dursley’s. Ze was wel gewend aan de vloer.
Nee, de oorzaak van haar slapeloosheid, was het feit dat morgen haar verjaardag was. Waarschijnlijk waren haar oom en tante dat weer vergeten. Vorig jaar had ze een kleerhanger en een paar sokken dat van oom Vernon geweest was gekregen. Gezien de problemen met de brieven de laatste tijd zou ze dit jaar geen cadeautjes krijgen. Daisy zuchtte. In het stof tekende ze een verjaardagstaart met elf kaarsjes. Ze sloot haar ogen en deed alsof haar ouders nog leefden, alsof ze morgen met een taart langskwamen en ze tijdelijk bij haar oom en tante moest logeren. Zodra ze haar ogen opende, was deze fantasie weer verdwenen. Zo vaak had ze gedroomd dat iemand haar weg zou halen bij de Dursley’s. Soms had ze het idee dat wildvreemden haar herkenden op straat.
Daisy keek op het horloge van Dudley. Nog een minuut. Dan was ze elf. Elf vond ze een magische leeftijd. Ze werkte haar stof-taart nog bij door er ‘Happy Birthday’ op te schrijven en begon met aftellen. Tien. Ze was bijna elf jaar oud! Vijf, vier, drie, twee… Verder kwam ze niet, want er werd hard op de deur gebonkt.


Reacties:

Er zijn nog geen reacties op dit verhaal.