Hoofdcategorieën
Home » Een Lied van IJs en Vuur » Het witte complot » 4.
Het witte complot
4.
Een week later zat Jaime op dezelfde plek in de Ronde Kamer, opnieuw met Qyburn naast hem en een blad papier voor zijn neus. Het was nog leeg; Qyburn was zojuist gearriveerd en Jaime had de moed nog niet verzameld zijn veer op papier te zetten.
‘Mijn heer,’ spoorde Qyburn aan. ‘Laat ons aanvangen. Het Boek der Broeders wacht.’
Ik wacht eveneens, dacht Jaime. Op een nieuwe hand. Hij vroeg zich af of er ergens een heer was die de Goden aanspoorde de koningsmoordenaar spoedig van een nieuwe, functionerende rechterhand te voorzien. Hij gokte van niet.
‘Mijn heer,’ begon Qyburn opnieuw. Jaime onderdrukte de neiging de man af te snauwen, pakte in plaats daarvan zijn veer op en zette de punt ervan op het papier. Hij noteerde braaf alle letters van het alfabet, beoordeelde het resultaat tot zijn eigen verbazing als voldoende.
‘Ziet u,’ sprak Qyburn. ‘Het gaat steeds beter. Langzaam, dat wel, maar linkshandigen kunnen sowieso niet al te snel schrijven; de inkt moet tussendoor drogen.’
Jaime knikte.
‘Zullen we proberen een zin te schrijven? Letters zijn één ding, ze leesbaar achter elkaar plaatsen is een tweede.’
‘Als u wilt.’
‘Ik stel voor dat u begint met uw titels.’
‘Mijn titels?’
‘Die gaat u vaak moeten noteren, mijn heer,’ lichtte de ex-maester toe. ‘Het leek me gepast…’
Hij stopte met spreken toen Jaime zijn veer op het papier plaatste. Koningsmoordenaar, wilde hij schrijven, kreupel. In plaats daarvan begon hij braaf met het noteren van zijn officiële titel.
Hij was zo ver als bevelhe toen hij afgeleid werd door naderende voetstappen en de deur open sloeg om een woedende Cersei prijs te geven.
‘Jij!’ schreeuwde ze, wijzend naar haar tweelingbroer. ‘Jij heult met de vijand!’
‘Mijn lieve zuster,’ antwoordde Jaime zoetjes, ‘ik zou niet weten waar je het over hebt.’ Ze kon het niet weten. Het kon niet.
‘Loras Tyrell,’ zei ze, en Jaime wist slechts met heel veel moeite zijn gezicht strak te houden.
‘Je weet dat ik hem niet in de buurt van mijn zoon wil hebben,’ raasde ze, ‘en nu sta je hem toe om Tommen te trainen? Ben je je verstand verloren?’
Oh, dat.
‘Slechts mijn hand, zusje. Tommen is acht, en Loras is de beste ridder die we momenteel hebben in Koningslanding. Tot jij een betere tevoorschijn tovert, zal Loras de koning begeleiden met zijn houten zwaard.’
Cerseis ogen spoten vuur. ‘Mijn zoon –’ begon ze, maar Jaime kapte haar af: ‘Is de koning van de Zeven Koninkrijken en als hij ooit gerespecteerd wil worden, zal hij moeten kunnen vechten.’
‘Loras staat daarbuiten,’ hield ze vol.
‘Wie had je dan in gedachten? Zal ik zijn kittens vragen?’
‘Ik had jou in gedachten, bijvoorbeeld.’ Hoewel ze de belediging woordelijk negeerde, werd het vuur in haar ogen heter.
‘Zoals je misschien gemerkt hebt, ben ik druk bezig met mijn eigen taken.’
‘Je hebt dit allemaal opgezet tegen mij.’
‘Ja, ik heb dit allemaal “opgezet”. Maar niet omdat Tommen jouw zoon is,’ mijn zoon, ‘maar omdat hij de koning is. Ik ben verantwoordelijk voor de koning, als bevelhebber van de Koningsgarde, Cersei. Ik wil het beste voor onze koning.’
‘En het zwaard dan?’
‘Welk zwaard?’
‘Het zwaard dat jij en Loras laten smeden, het zwaard dat Margaery heeft voorgesteld. Met een hert en een roos, zonder leeuw.’
‘Oh, dat,’ woof Jaime het weg. ‘Dat heb ik Loras afgeraden. Ik heb niets met een eventueel zwaard te maken. Loras zou nu moet Tommen aan het oefenen moeten zijn, vraag het hem anders. Of niet, maar laat mij in ieder geval rustig mijn letters leren.’
Ze perste haar lippen op elkaar en stormde de Ronde Kamer uit. Hij pakte zijn veer weer op en hervatte het schrijven voor Qyburn iets kon zeggen. Hij vroeg zich af of de man had gewacht het Cersei te vertellen tot hij bij haar uitbarsting kon zijn.
Toen Jaime zeven keer zijn titels had genoteerd, slechts twee keer met uitgeveegde inkt, verbrak Qyburn de stilte: ‘Dat is het wel, mijn heer. Ik stel voor dat u zelf verder oefent. Ik zal deze papieren,’ hij tikte op de stapel die voor hem op tafel lag, ‘hier laten, zodat u ze voor het oefenen kunt gebruiken. Als u hulp nodig heeft, weet u me altijd te vinden, maar ik ben ervan overtuigd dat vaste oefensessies met mij niet meer noodzakelijk zijn.’
Jaime knikte. ‘Ik dank u, mijn heer,’ zei hij, en hij keek toe hoe Qybrun vertrok. Hij bleef achter met zijn veer in zijn hand, zwevend boven het papier. Hij wist niet wat hij wilde schrijven, besloot simpele lijntjes over het papier te trekken om te tijd te verdrijven, zonder zich al te druk te maken over hoe recht ze (niet) waren.
Hij betrapte zich erop dat hij ernaar uit keek Loras te kunnen vertellen dat hij weer redelijk kon schrijven, dat hij zelf het Boek der Broeders zou invullen. Hij overwoog juist het volume erbij te pakken, toen er op de deur geklopt werd. Hij vervloekte zijn eigen onoplettendheid; hij had de voetstappen alweer niet horen naderen.
‘Kom binnen,’ nodige hij, met enige tegenzin, uit. De deur opende en onthulde een enigszins hijgende Bloemenridder.
‘Is Tommen zo’n goede ridder dat zelfs de beste ridder in Koningslanding hem niet meer zonder moeite kan verslaan?’ vroeg Jaime, terwijl Loras de deur achter zich sloot. Hij glimlachte, schudde zijn hoofd. ‘We hebben een stuk gerend,’ lichtte hij toe, ‘in maliënkolder.’
‘En onze Bloemenridder had moeite om een achtjarige bij te houden?’
Loras glimlachte nog steeds, maar hij antwoordde niet. In plaats daarvan nam hij plaats naast Jaime, op Qybruns stoel, en begon hij ongevraagd met het masseren van de linkerhand van zijn bevelhebber. Jaime had steeds minder kramp, maar hij liet Loras telkens weer zijn gang gaan met het excuus dat het hen hielp in hun rollen te komen. Het liegen tegen zichzelf werd steeds moeilijker.
‘Ik hoef niet meer met Qyburn te oefenen,’ deelde hij trots mede. ‘Ik kan het weer zelf.’
‘Oh ja?’ grijnsde Loras. ‘Schrijf eens iets voor me, dan.’
‘Wat wil je dat ik schrijf, ser?’ vroeg Jaime, maar hij glimlachte erbij en Loras haalde zijn schouders op. ‘Iets,’ zei hij. ‘Iets voor mij.’
Jaime pakte een leeg vel van Qyburns stapel en zette zijn veer erop, produceerde in enigszins bibberende letters het enige wat hij kon bedenken: Loras’ voornaam.
‘Ik wil er een roos bij,’ sprak de ridder, waarop Jaime zijn hoofd schudde. ‘Zo goed ben ik nog niet.’
‘We kunnen het samen doen.’
‘Samen?’
‘Ja, dan help ik je.’ Hij pakte Jaimes hand vast met de zijne en duwde met zijn linkerhand de veer zachtjes tussen Jaimes vingers. Nee, dacht Jaime ongemakkelijk, maar hij liet het gebeuren. De roos die op het papier verscheen was niet eens zo lelijk, realiseerde hij zich verbaasd. Loras liet zijn hand los.
‘Je zus kwam me opzoeken, daarnet,’ vertelde de jongen. ‘Over dat zwaard. Ik heb haar beloofd Margaery te vertellen dat het niet mag, dus dat ga ik zo maar eens doen.’
Jaime knikte. ‘Ik ga maar eens een afspraak maken om het Boek der Broeders in te laten tekenen. Het wordt hoog tijd.’
Loras knikte. ‘Goed idee,’ zei hij, ‘ik wil wel lezen wat een glorieuze ridder ik ben.’ Hij pakte het papiertje met zijn naam van tafel, blies de inkt droog en vouwde het op, stopte het in zijn zak.
‘Tot morgen,’ zei hij tegen Jaime.
Hij kuste hem ditmaal niet op zijn wang, maar op zijn mond.
Haha, oké, sorry voor het cliché, eh.
Reacties:
Ik vind het zó leuk hoe hun persoonlijkheden in je fic zoooo goed kloppen met hoe ze zijn. Dat is trouwens niet alleen leuk, maar ook heel knap. ^^
EN GEEN SORRY ZEGGEN, BODINE.
Dit leest zo lekker en - omg het einde. I love this, man. ^^
Hij kuste hem ditmaal niet op zijn wang, maar op zijn mond.
*-*
Ik vind het alleen jammer dat we Jaime's reactie nog niet krijgen, maar ik neem aan dat dat nog wel komt. One way or another, or so.
It was good, as it always is. Ik ben echt benieuwd naar de spelletjes die ze gaan spelen met Cersei voornamelijk, maar ook met de rest van de wereld, en hoe Jaime en Loras het gaan aanpakken, en hoe ver ze het gaan drijven, en of er echte feelsies bij komen kijken en ja.
Ik ga even heel onorigineel zeggen: "ik wil meer!"
Niks cliché. ^^
Wat is dat voor een boek waar ze het over hebben? (:
En mwiii dit is zo leuk. En ik vond die uitbarsting wel grappig, eigenlijk. Jaaaa <3
Snel verder!
(korte reactie want telefoon)
Stop met je verontschuldigingen, mens! Dit is heerlijk, okay. Die laatste zin mwhiiiiii *.*
Ben je je verstand verloren?’DIT IS ZO TYPISCH _0_ Dat is de hele tijd zo, trouwens, en volgens mij zeg ik het elke keer, maar hoe je hun persoonlijkheid vasthoudt - je gaat nooit out of character en het is zó goed.
‘Slechts mijn hand, zusje.
Hij overwoog juist het volume erbij te pakken'het volume' is een anglicisme, volgens mij, in elk geval ken ik het niet als Nederlands woord voor boek/uitgave van een boek.
Aaaah, ik vind dit zo leuk. Doe je 't overigens expres dat elk hoofdstuk zich in dezelfde kamer afspeelt? Want het valt op Als je dat in stand houdt, dat lijkt me wel cool. Het maakt het ook allemaal spannend, want we hebben alleen Jaimes perspectief en ik wil best wel graag weten wat Cersei en Margaery en de rest allemaal uitspoken terwijl Loras en Jaime samen plotten. Ja. Very good. <3
Is het stom dat ik dit soort dingen altijd waardeer? Ik vergeet deze details altijd. Vooral als ze uit een ander hoofdstuk komen.
Ik vind Cersei hier veel leuker dan in de serie eigenlijk,
YES