Hoofdcategorieėn
Home » Harry Potter » Theodoor Noot » Hoofdstuk 9
Theodoor Noot
Hoofdstuk 9
De eerstejaars wachtte in de hal. Er kwam een zwartharige streng uitziende heks door de deur gelopen.
“De eerstejaars, professor,”¯ bromde Hagrid.
“Dankjewel, ik neem het vanaf hier wel over.”¯
Hagrid verdween door twee grote deuren den de professor nam hen mee naar een klein kamertje. Iedereen zat hutje mutje op elkaar. Veel dichter als dat ze anders gedaan zouden hebben.
“Welkom op Zweinstein. Ik ben Minerva Anderling, maar jullie spreken me, net als tegen alle andere leraren, aan met professor Anderling of professor. Zo dadelijk begint het feestmaal om de start van het nieuwe schooljaar te vieren. Echter, voordat jullie plaats nemen in de grote zaal zullen jullie worden ingedeeld in vier verschillende afdelingen., Deze indelingsceremonie is belangrijk aangezien je afdeling min of meer als je familie zal fungeren. Je volgt de lessen met de rest van je afdeling en zal je vrije tijd doorbrengen in je leerlingenkamer. De vier afdelingen zijn Griffoendor, Huffelpuf- “
“Je zult daar maar inkomen. Dat is nog triester als dat je in Griffoendor komt”¯, zei Theodoor net te hard wat hem een boze blik van Anderling opleverde.
“Gelieve je mond te houden wanneer ik aan het praten ben”¯, zei Anderling met ijzig samengeknepen lippen. Ze keek duidelijk richting Theodoor.
“Zoals ik al zei, zijn er vier afdelingen. Griffoendor, Huffelpuf, Ravenklauw en Zwadderich. Elke afdeling heeft zijn eigen nobele geschiedenis en heeft opmerkelijke heksen en tovenaars opgebracht. Tijdens jullie verblijf op Zweinstein leveren eventuele triomfen punten op en bij overtredingen worden er afdelingspunten afgetrokken. Aan het eind van ieder schooljaar wordt aan de afdeling met de meeste punten een beker toegekend. Ik hoop dat jullie allemaal”¯, ze liet haar blik langs de kersverse leerlingen glijden, “eer zullen bewijzen aan de afdeling waarin je komt. De indelingsceremonie kan ieder moment beginnen in aanwezigheid van de overige leraren en leerlingen. Ik stel voor dat jullie je toonbaar maken terwijl jullie wachten.”¯
Met deze woorden liep Anderling het kamertje uit.
Theodoor keek de heks na. Pas toen de deur weer gesloten was, keek hij naar de andere eerstejaars. Zijn blik bleef rusten bij een erg onzeker uitziend meisje met hangende schouders. Hij liep arrogant naar haar toe en keek haar minstens even arrogant aan. Het meisje keek op naar de zwartharige jongen en kromp ineen.
“Boe”¯, zei Theodoor duivels zacht, “ben je bang voor me? Vieze dreuzel.”¯ Hij keek walgend en dreigend naar haar.
Het meisje kromp zo mogelijk nog verder ineen.
“Dat is je geraden ook”¯, siste hij dreigend, “dit schooljaar word een hel voor je. Dat beloof ik.”¯ Theodoor draaide zich weer om en liep terug naar Seth. Hij zag niet dat over het gezicht van het meisje een paar bittere tranen rolden.
Niet veel later kwam Anderling weer terug en gebood hen haar in een nette rij te volgen. De eerstejaars deden wat er gezegd werd. Het onzekere meisje liep helemaal alleen aan het uiteinde van de rij. In de grote zaal pakte Anderling een krukje en een oude, vuile, verstelde tovenaarshoed. Iedereen in de zaal keek afwachtend naar de hoed alsof hij ieder moment kon gaan tapdansen. Een scheur bij de rand ging open en de hoed begon te zingen.
En schoon al evenmin
Maar zet me eens op je hoofd
En hoor hoe ik begin
Al je diepste geheimen
Je kunt ze niet verbergen
Ik zie ze vast
En zeg dan welke afdeling
Het beste bij je past
Fout zat ik nog nimmer niet
Ik ben de hoed van de school
Er schuilt meer in me dan je ziet
Dus zet me op je hoofd
Dan begin ik gauw
Misschien hoor je in Griffoendor
Bekend om zijn dapperheid
Ja, ridderlijkheid en durf en lef
Is wat een Griffoendor onderscheid
Misschien hoor je bij Huffelpuf
Vind je hard werken oké
Huffelpuffers blinken uit door trouw
En hebben geduld voor twee
En bij het wijze Ravenklauw
Vinden mensen met verstand
Die geleerd en bij de pinken zijn
Altijd wel een geestverwant
Misschien voel je je pas werkelijk thuis
Als je naam bij Zwadderich prijkt
Die sluwe lui schuwen echt niets
Zolang hun doel maar word bereikt
Zet me dus rustig op je kop
Al ben ik dan maar een hoed
Heb ik voor jou
De afdeling goed
Toen de hoed was uitgezongen barstte de zaal in een luid geklap uit. Professor Anderling liep met een opgerold perkament naar voren.
“Bell, Katja.”¯
Een vrolijk meisje liep naar voren en zette de hoed op. Even later brulde de hoed zijn keuze door de zaal.
“GRIFFOENDOR!”¯
De meest linkse tafel begon te klappen en te juichen.
“Bonkel, Jasmin.”¯
“ZWADDERICH!”¯ Nu was het de meest rechtse tafel die begon te klappen en te juichen. Jasmin sprong van de kruk en liep met arrogante passen naar de tafel.
Zo ging het nog een tijdje door totdat…
“Gooi, Kiara.”¯
Het onzekere meisje liep schuifelend en zo rood als een tomaat naar het krukje toe. Pas na de tweede keer lukte het haar om de hoed op haar hoofd te zetten. De eerste keer liet ze hem uit haar handen vallen, waardoor de tafel van Zwadderich in een bulderende lach schoot. Er verstreek bijna vijf minuten voordat de hoed zijn uitspraak deed.
“HUFFELPUF!”¯ Kiara zette de hoed zo snel mogelijk af en liep/struikelde naar de tafel van Huffelpuf toe die haar warm onthaalde.
“Griffel, Elena.”¯
Theodoor keek hoe het meisje zelfverzekerd naar voren liep en de hoed op haar hoofd zette.
“ZWADDERICH!”¯
Geen enkele Zwadderaar klapte. Ze wisten al door Theodoor dat Elena uit een dreuzelgezin kwam. “Dat kan niet”¯, schreeuwden er enkelen. Ieder aan de tafel dacht hetzelfde. Hoe kon een modderbloedje in Zwadderich komen? Dat was nog nooit voorgekomen, het kon gewoon niet.
Perkamentus maande de Zwadderaars tot rust en Anderling hervatte de lijst. Er kwamen nog verschillende in Griffoendor, Ravenklauw, Huffelpuf en Zwadderich.
“Noot, Theodoor.”¯
Theodoor keek grijnzend naar de tafel van Zwadderich en liep met arrogante passen naar de hoed toe.
Reacties:
Hoii... snel verder nou wil ik wel weten welke afdelings ze komt xxxx
Go leentje, go leentje