Hoofdcategorieën
Home » Overige » FF's Schrijfuitdaging. » Leven
FF's Schrijfuitdaging.
Geschreven door:
Onderdeel van:
Laatst bijgewerkt:
22 maart 2015 - 14:44
Aantal woorden:
2028
Aantal reacties:
0
Aantal keer gelezen:
385
Leven
X-Men en aanverwanten. Eigen personage. -na 21 maart heb ik de aangewezen foutjes aangepast waar mogelijk.
Alles was weg.
As stoof onder haar blote voeten vandaan. Vuur schoot her en der nog omhoog. Lichamen lagen verminkt, verbrand over elkaar heen in groteske houdingen. Af en toe hoorde ze geschreeuw van een stervend mens. Geen gebouw was ongeschonden gebleven. Dikke zoute druppels gleden over haar vuile gezicht om vervolgens te verdampen in de hitte van de nog na schroeiende aarde. Was dit het einde? Was dit de zo gevreesde apocalyps?
Ze wist het niet.
Ze wist niet eens wie ze zelf was, of hoe ze hier gekomen was.
Achter haar klonk een luide knal. Geschrokken keek ze om, maar er dreigde geen gevaar meer. Niet meer. Hoewel er nog knallen en vuur was, was het gevaar ervan verdwenen. Tussen de ruïnes wat ooit een wereldstad was geweest baande ze zich een weg. In de aswolken zag ze af en toe schaduwen van overlevenden.
Als er overlevenden waren, dacht ze, dan kon dit toch niet het einde zijn?
Een mannenstem schreeuwde hees een naam. Een naam die haar vreemd bekend voorkwam.
"WING!" Niet alleen de naam, besefte ze, ook de stem kwam haar bekend voor. maar plaatsen kon ze het niet. Een flard van de aswolken schoof opzij en de eigenaar van de bekende stem werd zichtbaar. Ze wankelde, nu herkende ze hem.
"Logan?" De man draaide zich met een woeste ruk om en zijn gezicht verzachte direct. "Wing!"
Het was te veel. Ze merkte dat hij op haar afkwam, terwijl de wereld leek te kantelen. Zijn stem schreeuwde haar naam, de hare was niet meer dan een fluistering. Een fluistering die verloren ging in de mist en zijn woede. Toen werd alles zwart.
Ze voelde geen pijn in vermoeide spieren meer. Geen woede om wat er in de wereld gebeurde en gebeurt was. Ze voelde geen verdriet meer om de vrienden die ze niet meer zou zien. Noch dat ze angst voelde voor wat komen zou. Ze voelde ook geen jaloezie meer voor degene die een nieuwe wereld zouden zien. Ze was alleen maar blij dat zij die kans kregen. Ze voelde dankbaarheid voor alles wat ze had meegemaakt. Ze voelde... liefde.
De tijd had haar herinneringen meegenomen op de reis naar de toekomst. Maar dezelfde tijd had geen invloed meer op haar en zonder dat ze het wist had die tijd ook geen invloed op anderen. Niet zolang zij wachtte tot de tijd klaar was met zijn reis en haar zou ontwaken.
Onbekende hoeveelheid tijd later.
"Ze wordt wakker, professor!"
"Dat werd tijd!"
"Sst, ze is nog zwak."
"Haal Logan."
"Waarom?"
"Hij is haar vader."
"Waar ben ik?"
Al die stemmen duizelden haar. De vraag die ze stelde werd met een diepe zucht beantwoord.
"Thuis."
Wat was thuis? Ze opende haar ogen en keek naar een wit plafond. Even bleef ze zo liggen, wennend aan het licht.
"Thuis..." Voorzichtig draaide ze haar hoofd en keek in het gezicht van een oude bekende.
"Charles..."
"Goedemorgen, Wing."
Die naam... ineens kwam alles terug en hapte ze verschrikt naar adem.
"Logan? Rogue? Bobby? Is iedereen veilig?"
"Rustig aan, ja iedereen is veilig en wel."
Een zachte zoem deed haar naar de andere kant kijken. Twee mannen kwamen door een ronde deur naar binnen. De een had fijne gelaatstrekken, een donkere bril op en had een sarcastische glimlach op zijn gezicht. De ander had een woest bruin kapsel, bakkebaarden en een houding waarvoor de meesten liever een stapje terug deden. Maar Wing niet, integendeel.
Ze krabbelde overeind en beiden sloten elkaar in de armen.
"Papa."
"Wing." Zijn stem brak, beiden lieten zich even gaan. Kleine tranen gleden langs hun wangen.
Wing liet haar vader los en glimlachte.
"Je ziet er niet uit." Ze grijnsde en liet haar handen over zijn gezicht glijden.
"Jij ook goeiemorgen."
De vader, Logan, grijnsde en keek naar de professor.
"Is ze beter?"
"Ja, al zal ze nog even rustig aan moeten doen."
Wing lette even niet op hen, haar blik werd naar een spiegel getrokken. Een enorme spiegel die geen lijst bevatte. Behoedzaam liep ze ernaar toe. Bang en nieuwsgierig tegelijk naar wat ze zou zien. De stemmen van de professor en Logan verstomde en hun blikken leken haar nauwkeurig te volgen.
Een tiener van een jaar of vijftien keek schuchter naar haar in de reflectie. Haar ogen werden groot, het was niet haar lichaam dat haar versteld deed staan. Maar wat er achter haar zat, áán haar zat.
Twee grote witte vleugels. Verwonderd keek ze achter zich. De vleugels belemmerde haar zicht op de anderen in de ruimte maar dat was niet waar ze zich nu druk om maakte. Voorzichtig gleed ze met haar rechterhand naar haar linkervleugel. Ze waren zacht en stevig. Kippenvel gleed over haar rug.
Ze draaide zich nu helemaal om, terug naar de anderen. Charles en Logan glimlachten allebei toen ze naar hen terug liep.
"Hoe lang heb ik ze al?"
"Sinds je derde." Logan glimlachte toen ze hem ongelovig aankeek.
"Maar... ik kan helemaal niet vliegen..."
"Dat kón je, dat is de reden dat je nu hier bent. Om weer op krachten te komen, en opnieuw te leren vliegen." Charles gleed in zijn zwevende stoel naar haar toe en gaf haar een broek, een t-shirt waar haar vleugels probleemloos in konden, en haar schoenen. De pyjama viel op het bed.
"Ben je zover om de wereld weer te aanschouwen?"
"Als ze er zo uitziet toen ik haar voor het laatst zag dan, nee."
"Kom maar mee." Logan ging haar voor de ronde deur door.
Wing aarzelde even maar volgde hem toen, op naar een nieuw begin.
Voordat de aarde leek te vergaan waren er een tal van oorlogen geweest. Duizenden, misschien wel honderdduizenden mensen hadden het leven gelaten. Mensen én mutanten.
Veel vrienden van Wing waren gestorven in een poging om de grote leiders tot halt te roepen. Wing wist niet of het gelukt was of niet. Wat ze wel wist was dat als dat niet zo was, ze liever stierf dan dat ze er een deel van uitmaakte.
Een hypermoderne lift bracht hen naar een hoger gelegen deel van het gebouw. Wing leunde nog wat zwakjes tegen Logan aan, die het met liefde toeliet.
De deuren schoven open en een gang die Wing een glimlach bezorgde, kwam binnen haar vizier. Ouderwetse lampen, houten muren en vloer. De laatste bedekt met een dik donkerrood tapijt. Krullen aan trapleuningen, gouden deurknoppen. Dit had de professor dus bedoeld met thuis.
In de grote woonkamer zaten een paar studenten zachtjes met elkaar te praten. Geen van hen keek op toen ze binnen kwamen.
"In welk jaar zijn we?" Wing keek om naar Logan die tegen de deurpost leunde.
"2015, vijftien jaar sinds... toen."
"Ben ik écht vijftien jaar afwezig geweest?"
"Nee, je was... dood."
"Dood?" Wing nam plaats aan een tafel bij het raam en keek haar vader vragend aan. Logan, voor sommige Wolverine, zuchtte diep en nam tegenover haar plaats en begon te vertellen.
"Nadat je onderuit was gegaan heb ik je terug gebracht naar onze uitval basis. Je hart klopte toen nog. Ik wist dat je er veilig zou zijn, want Dylan had er een bescherming over geplaatst. Ik verliet de basis weer op zoek naar overlevenden. Nadat ik er voor uren rond gelopen had en alleen Rogue had terug gevonden keerden we terug naar die basis. Hank en Bobby bleken de enige die waren terug gekeerd. We wisten niet wat er met de anderen gebeurt was. We waren moe, verzwakt en hadden ernstige problemen met de voorraden. We hielden een overleg waarin besloten werd dat Hank en Rogue achter zouden blijven terwijl Bobby en ik opzoek gingen naar eten, medicijnen en mogelijk overlevenden. Niet lang erna merkten we dat we gevolgd werden. Eerst deden we niks, iedereen was de oorlog zat, dachten we. Totdat we ontdekten wie er achter ons aanzat. We dachten slim te zijn en splitsten ons op. Dat was het laatste wat ik toen van Bobby hoorde. Ik wist de achtervolger zover te krijgen dat hij achter mij aanging. Op een open terrein ging ik het gevecht aan. Magneto vond het hilarisch om de strijd aan te gaan zei hij. Ik wist mijn... messen te behouden en vraag me niet hoe maar ik wist hem uiteindelijk te verslaan, let wel, verslaan, niet doden. Ik nam hem mee naar de uitval basis. En terwijl Rogue en Hank over hem ontfermde, was ik bij jou toen je je laatste adem uitblies. We waren te laat dachten we. Bobby kwam niet veel later terug met olie en een gewonde Scott. Hank en Scott wisten de basis weer de lucht in te krijgen en we keerden terug naar hier. We dachten op adem te kunnen komen maar helaas. Het ging allemaal snel, binnen de tijd dat we jou opgebaard hadden en de tijd dat dit gebouw werd aangevallen. We dachten dat het alleen een oorlog was tussen Magneto en ons maar de regeringen waren de derde partij. Dankzij Peter hadden we de kans om de kinderen veilig te stellen maar het had niet veel gescheeld. Storm heeft het net als jij niet overleeft. Haar offer redde ons. De details zal ik je besparen. We doken onder de school. We wisten dat we hier tot een bepaalde tijd veilig zouden zijn."
Logan keek even de kamer rond en zuchtte diep.
"De regeringen dachten dat ze ons gedood hadden en verlieten de plek weer maar veilig waren we niet. We wisten na een maand deze plaats te verlaten. Zo weinig mogelijk mee nemend. We vertrokken naar Canada waar we voor een onbepaalde tijd veilig hoopten te zijn. Helaas, binnen een maand ontdekte Skip, een van de kinderen toen dat Bobby niet Bobby was maar Raven. We konden haar niet op heterdaad betrappen totdat Charles een storing opving en wist dat we opnieuw onder vuur zouden worden genomen. We wisten onder te duiken zonder Raven, die het zover we weten niet heeft overleefd. Naderhand trokken we terug naar hier en begonnen voorzichtig aan een wederopbouw. Dat heeft ons veertien jaar gekost. Veertien jaar om het vertrouwen van jonge 'Mutanten' te winnen. Om tot de nieuwe regering door te dringen dat het niet ging werken wat hij wou. Hetgeen lukte. Nu kunnen we vrijelijk over de wereld reizen. De prijs was hoog en hard maar resultaat is goed."
Wing had geluisterd terwijl ze naar zijn gezicht keek. Nu hij klaar was met vertellen borrelde de vragen op.
"Is Bobby nog terug gekomen?"
"Ja, na zeven jaar vonden we hem in een kroegje in New Orleans, hij dacht dat we geesten waren."
"Hoe hebben jullie me tot leven gewekt?"
"Dat hebben we niet. Je werd zelf wakker." De uitdrukking die de vader op zijn gezicht had liet blijken dat hij er net zo min iets van snapte.
"Wat is er gebeurd tijdens die oorlog toen ik... dood ging?"
Logan fronste en dacht na.
"Ik weet dat er enorme explosies waren. En dat iedereen in paniek rondliep. Driekwart van New York werd in as gelegd. Wat er precies gebeurd is voordat we elkaar weer vonden dat weet ik niet meer. Niemand trouwens."
"Hoe kan dat?"
"Daar zijn we nog steeds niet achter."
"Behalve Storm... zijn er nog meer... dood?"
"Nee, gelukkig niet. Al zijn er wel vaardigheden verandert of ledematen weg."
Wing knikte, dat had ze verwacht. Ze stond op en omhelsde Logan. Zijn glimlach was wat zwakjes maar warm.
"Ik ben blij dat ik terug ben, al voelt het nog wat... wereldvreemd."
"Dat zal snel genoeg veranderen, schat."
Logan stond en omhelsde zijn dochter.
"Hoe kan het dat niemand ouder lijkt zijn geworden?" Wing volgde Logan die koers had gezet op de keuken.
"Ook dat is iets waar we nog mee bezig zijn. Hoe lijkt wel... alsof iemand aan een klok heeft zitten draaien."
Wing lachte en nam plaats op het keukeneiland terwijl haar vader een grote pan uit de kast haalde.
"Nou," begon ze met een grijns, "ik zeg er geen nee tegen. Ik bedoel het zou raar zijn als mijn vrienden van toen nu ineens dertig zouden zijn en ik nog steeds vijftien."
Logan grinnikte en drukte op een paar knoppen.
Wing keek toe hoe hij voor ruim honderd jongeren een maaltijd begon te bereiden. Na een tijdje stond ze op en begon ze te helpen.
Haar vragen waren bekoeld, haar leven was weer terug.
Een tweede kans, zou Storm gezegd hebben. En hoewel ze haar zou missen zou ze zich daardoor niet laten afschrikken.
En zij Wing, dochter van de beruchte Wolverine, was niet anders van plan om die kans te grijpen.
Tijd voor een nieuw leven.
Reacties:
Er zijn nog geen reacties op dit verhaal.