Hoofdcategorieën
Home » De Hongerspelen » I Will Survive » Hoofdstuk 3 Grace Fowler
I Will Survive
Hoofdstuk 3 Grace Fowler
Ik sta te ijsberen in een ruimte, en te wrijven over mijn pijnlijke elleboog, die ik bezeerd heb tijdens wat Cécilia mijn ‘kleine ongelukje’ noemt. Nou, zo klein was dat ongelukje niet. Ik anderhalve meter naar beneden gevallen en ik heb mezelf vernederd en bezeerd. Mijn vader komt binnen, zonder mijn moeder, want die heb ik nooit gekend. Ze overleed na mijn geboorte.
‘Hallo Grace’ zegt mijn vader. ‘Hallo pap’. Meer woorden zijn er voor ons niet nodig. We zijn altijd samen geweest en we zijn dikke vrienden, tenminste, voor hoever je vrienden kan zijn met je vader. We omhelzen elkaar en even kan ik mezelf niet meer inhouden. Ik barst in tranen uit. Mijn vader bevrijdt zich uit mijn stevige omhelzing. ‘Grace. Ik weet wat je al die dagen in het bos bij de rivier gedaan hebt, ik ben niet achterlijk. Pak een bijl bij de hoorn en ren zo snel mogelijk weg. Je kan goed klimmen en je bent snel. Maak daar gebruik van!’ Hij wordt weg gerukt door vredebewakers omdat onze tijd op is. ‘Grace! Ik geloof in je!’ schreeuwt hij me na.
Ik wacht tot Dylan komt om afscheid van me te nemen.
Ik wacht nog steeds.
Wanneer zou hij komen? Ik bedenk me dat hij uit 4 komt en dus helemaal niet mag komen. Het zou vast wel goed met hem gaan. Hij is vast niet getrokken, hij heeft zich vast niet vrijwillig aangeboden. Tenminste, dat is wat ik hoop. Ik mis hem gewoon zo erg. Ik wou dat hij hier was, en dat we vertrokken naar de rivier, om nooit terug te komen in onze districten. Hij zou dan onze vis kunnen vangen, en dan zorg ik wel voor het koken. Of ik neem wel wat technische snufjes mee. Waar denk ik aan? Ik moet niet denken aan fantasie! Het kan niet! Dylan zit vast gewoon thuis te kijken naar de boetes van andere districten op TV. Mijn gedachten dwarrelen weer af en ik denk aan het natte gras, hoe veilig en fijn ik me toen voelde. Hoe Dylan naar me toe kwam. Hoe stompzinnig we afscheid namen. ‘Doei’. Ik hoor het de hele tijd voorbij komen in mijn gedachtes.
Cécilia komt binnen. ‘Ben je al klaar?’ Vraagt ze en nog voor ik mijn mond open kan doen om antwoord te geven zegt ze: ‘Mooi zo! Dan gaan we nu naar de trein, want Bruce is ook klaar. Kom, hup, hup! Het word een bijzondere dag vandaag!’
Ik sjok met haar mee, en voor ik het weet zijn we al op het station waar heel veel mensen ons uit staan te zwaaien. Het ziet er heel somber uit. Het station in 5 zou eigenlijk heel schoon en technisch moeten zijn. Maar dat is het niet, en het is het nooit geweest. Hier in 5 zijn we blijkbaar te druk met uitvinden om onze straten en gebouwen schoon te houden. Ik wil in de trein stappen, maar struikel al snel weer, dit keer over de ‘drempel’ van de trein. Waarom moet ik nou zo onhandig zijn? <i> Je moet je concentreren, Grace! </i> Denk ik in mezelf.
Zodra ik veilig en wel in de trein zat, viel mijn mond open ; De trein is ZO groot en ZO luxe... We werden door een avox naar onze coupés gebracht. Als ik mijn coupé moest beschrijven in een woord, was dat woord wel Groot! Een groot bureau, een groot bed, een groot raam.... Alles is groot. Ik ga door de deur naar de badkamer. Ik kleed me uit en ga in de douche staan, ik kan wel een douche gebruiken. Er verschijnt een paneel met duizenden knoppen en hendeltjes, met tekstjes wat ze doen. Ik druk op een paar knopjes en haal een paar hendels over. Het paneel verdwijnt weer en opeens voel ik harde stralen vloeistof over mijn hele lichaam. Ik doe snel mijn ogen dicht, je weet maar nooit. Als de harde stralen ophouden, voel ik heel veel zijde zacht schuim over mijn lichaam gespoten worden. Daarna komt er een warme straal water over me heen. Ik zoek in de badkamer naar handdoeken, maar dan voel ik overal om me heen vliegen en opeens ben ik droog. Ik stap uit de douche en loop naar de kledingkast, en kleed me aan. Ik kies voor een turqoise t-shirt met lange mouwen, en gewoon een spijkerbroek. Dan hoor ik dat er op de deur geklopt word. 'Grace, ben je al klaar? Dan gaan we eten! Kom, hup hup! Ze hebben een grote kalkoen gemaakt voor mijn twee tributen!! En wil je je mentor niet ontmoeten?' zegt Cécilia met haar Capitool accent. Ik laat me op mijn bed vallen. ' Ik lust helemaal geen kalkoen. Getver!' Ik hoor Cécilia fluisteren met iemand anders. ' Grace, lieverd, wat lust je dan wel? ' Zegt ze poeslief. 'Weet ik veel. Hebben jullie hier ook rundvlees of biefstuk?' vraag ik aan haar. ' Ja hoor... hoe wil je hem gebakken hebben?' Ik zeg dat ik hem rood van binnen wil. Het water loopt me al in de mond.
Als ik bij de eettafel aankom, zie ik dat Bruce en Cécilia er al aan zitten. Bruce heeft een grote, luxe pizza Hawaii voor zich en kijkt er heel erg verlangend naar. Cécilia heeft een grote kalkoen voor zich, die waarschijnlijk eerst voor mij bedoeld was, maar toen vertelde ik haar dat ik kalkoen goor vind, wat ook zo is. Er zit ook een man aan tafel. Ik ga naast Bruce en Cécilia zitten. De man stelt zich aan me voor als Devin. Hij is mijn mentor dit jaar. 'Je zou ook een vrouwelijke mentor hebben dit jaar, maar die is ziek geworden, dus die kan niet komen. Laten we er een goed jaar van maken! Dan kunnen we een van jullie nog terug zien na de spelen!' Daarna volgt een ongemakkelijk lange stilte. 'Dusss' zegt Devin. 'Waar zijn jullie goed in?' Je kan zien dat het voor hem zijn eerste jaar als mentor is. 'Ib ban best hoed oveh weghg meh mijlen' zeg ik met mijn mond vol biefstuk, waardoor er weer een ongemakkelijke stilte komt en als ik eindelijk de hap biefstuk heb doorgeslikt zeg ik het maar nu duidelijker en een stukje erbij. "Sorry ik weet dat het onbeleefd is om met volle mond te praten, maar omdat ik met de spelen mee moet doen, doe ik wel eens gekke dingen. Maar wat ik zei was dat ik best goed over weg kan met bijlen...'. Gelukkig komt er de rest van het avondeten geen ongemakkelijke stilte meer, en Devin bespreekt met ons de eventuele tactiek. Ook vertelt Bruce dat hij niet al te slecht is met messen.
Op dit moment vergeet ik even dat ik over 2 weken de arena in moet en kinderen moet doden, om zelf te overleven.
Reacties:
Er zijn nog geen reacties op dit verhaal.