Welkom op FanFic.nl

De Nederlandse website waar je fanfiction kunt lezen én schrijven.

Nu on-line: (0)

Home » Harry Potter » The Mystery Behind the Mask || HP New Generation » 01: Masks

The Mystery Behind the Mask || HP New Generation

2 aug 2015 - 14:30

4301

2

256



01: Masks

Terwijl ik mijn uiterste best deed om de eerste zonnestralen van één September te ontwijken door mijzelf onder de deken te verstoppen, hoorde ik de kamerdeur krakend open gaan. Hoewel ik nog heel slaperig was, krulden mijn mondhoeken om tot een kleine grijns. Waarschijnlijk was Tyeson, mijn elfjarige broertje, zo nerveus voor vandaag dat hij onmogelijk nog kon slapen nu de zon licht op de aarde had geworpen. Daarnaast moest ik toch naar de vergadering om half acht, die grootvader had ingepland op de dag dat ook ons eerste jaar op Hogwarts zou beginnen. Niet dat ik ook elf was. Nee, bij lange na niet meer. Ik was pas zeventien geworden en volgens grootvader en vader eindelijk zelfstandig en volwassen genoeg om het geheimzinnige kasteel te betreden. Gelukkig voor Tyeson betekende dit dat hij onder toezicht zou staan en dus wel op elfjarige leeftijd naar school mocht.
‘Quinn,’ hoorde ik inderdaad mijn broertje fluisteren en merkte hoe mijn bed ietwat indeukte aan de kant waar hij erop klom. ‘Quinn, ik kan niet meer slapen. Ik heb een heel vreemd nerveus gevoel in mijn buik, waardoor ik al een uur lig te woelen,’ zei hij met een klein zeurend stemmetje. ‘Zullen we iets leuks doen?’ Hij begon mij door de dekens de prikken, waardoor ik zachtjes grinnikte en in beweging kwam. Ik draaide mij naar hem toe en stak mijn hoofd boven de dekens uit.
‘Iets leuks? En wat had je dan wel niet in gedachten?’ vroeg ik en haalde plagend een hand door zijn blonde krullen. Ik duwde mij overeind en keek de donkere kamer rond op zoek naar de klok. Half zes, nog twee uur voor de vergadering. ‘Wil je mij helpen kleren uitzoeken?’ ging ik verder, waarop hij kordaat zijn hoofd schudde, terwijl hij een vies gezicht trok. Lachend stapte ik uit het bed en pakte mijn kersenhouten staf van mijn nachtkastje. ‘Hmmmm,’ zei ik alsof ik heel diep nadacht. ‘Wil je mij dan soms helpen met mijn haren?’ vroeg ik nu en weer schudde mijn broertje zijn hoofd.
‘Neeheeee, ik wil met de draken spelen!’ zei hij alsof het heel dom van mij was dat ik dat nog niet begrepen had. Ik lachte en keek even de gang op om er zeker van te zijn dat er niemand was. De anderen in huis vonden het niet zo’n fijn idee als ik Tyeson met vuur liet spelen, maar ik had het volledig onder controle, dus naar mijn mening was het niet zo gevaarlijk. Daarbij vond hij het zo leuk, dat ik nooit nee kon zeggen als hij erom vroeg.
‘Nou oké, maar je mag het niet tegen papa en mama zeggen, goed?’ waarschuwde ik hem voor er een grote vlam uit mijn toverstok spoot en hij de vorm aannam van een duivelse draak. Tyeson keek er vol bewondering naar, terwijl ik de draak probleemloos om hem heen liet dansen, zonder iets in brand te steken. Na dit even gedaan te hebben, vond Tyeson het wel weer genoeg.
‘Jaaa, en nu een feniks!’ commandeerde hij en met een zwaai veranderde het vurige gevaarte in een prachtige vuurvogel. Een vrolijke lach ontsnapte zijn mond en hij sprong op het bed in een poging de vogel te pakken. Ik liet dit natuurlijk niet toe, omdat het duivelsvuur de huid op zijn handen tot as zou doen vergaan, maar hij probeerde het toch iedere keer. De vogel veranderde in een grote slang, gevolgd door een galopperende eenhoorn en vele andere dieren, tot ik besloot dat het wel weer genoeg was en het met een knallend vuurwerk liet uitdoven.
‘Zo en nu gaan we snel aankleden en iets eten.’ Beteuterd keek Tyeson mij aan, maar bij het woord eten klaarde hij toch weer iets op.
‘Mag ik helpen bij het bakken van de eieren?’ vroeg hij, waarop ik knikte.
‘Als je je net zo snel aan kan kleden als ik wel,’ zei ik hem met een knipoog, waarop hij grijnsde en snel de kamer uitrende om geen achterstand op te lopen. Nu ik helemaal wakker was, liep ik naar de spiegel en bestudeerde mijn springerige bruine haren even voor ik er snel een borstel doorheen haalde. Toen dat netjes genoeg zat, hees ik mijzelf in een lichte blauwgroene broek, waar ik een grijze trui bij aantrok en een paar afgetrapte gympen: een echte dreuzeloutfit. Mijn stok stak ik in mijn diepste zak en keek toen goedkeurend in de spiegel. Dit kon er wel mee door.
‘Ik ben klaar!’ riep ik vanuit mijn kamer richting mijn broertje en liep via de overloop richting de trap, waar ik luidruchtig vanaf bonkte om richting de keuken te gaan. Zo te merken waren wij de eerste wakkere mensen in het huis, hoewel ik betwijfelde of al het geluid dat we hadden gemaakt mijn ouders en grootvader niet hadden gewekt. De familie Devinsport sliep over het algemeen door redelijk veel heen, maar ik en Tyeson waren nou niet bepaald zachtjes geweest. Eigenlijk gewoon helemaal niet met al ons gelach en gebonk.
‘Ik ook,’ hoorde ik mijn broertje van boven schreeuwen voor hij snel de trap afkwam en naast mij ging staan. ‘Ik zal de eieren wel pakken, als jij de pan zoekt,’ zei hij blij dat hij nu mocht helpen, waarna ik mijn neus door de kast liet gaan. Geen pan te vinden. Ik liep naar het aanrecht waar een afwasborstel vanzelf de afwas deed. Er stond al een glanzende droge stapel aan de rechterkant van het aanrecht, die ik met een zwiepje van mijn stok in de kasten liet verdwijnen. De pan die ik nodig had, liet ik natuurlijk wel staan. Het was heerlijk dat nu ik zeventien was mijn ouders mij gewoon lieten toveren buiten alle lessen die ze mij de afgelopen jaren hadden gegeven. Dat was waarschijnlijk de afspraak met het ministerie geweest, gezien leerlingen van Hogwarts ook niet mochten toveren buiten school. Hoe alles precies geregeld was, wist ik natuurlijk niet, maar ik vond het wel prima dat nu ik eindelijk een volwassen heks was, ik tenminste niet meer op zijn dreuzels al mijn bezigheden moest uitvoeren.
‘Ik heb een pan! Heb jij eieren gevonden?’ vroeg ik aan Tyeson die met zijn hoofd in de koelkast stond.
‘Jup, nog precies vijf, dus we kunnen er allemaal eentje op brood,’ antwoordde hij op zijn beurt en pakte ze onhandig uit de koelkast. Ik lachte en zwiepte weer met mijn stok. De eieren vlogen richting de pan en braken daarboven open, nadat ik met wat boter de binnenkant had ingevet. ‘Op een dag wil ik net zo goed kunnen toveren als jij, Quinn,’ verzuchtte mijn broertje en keek toe hoe de eieren pruttelden.
‘Dat gaat je vast lukken. Vooral nu je vandaag naar Hogwarts gaat,’ zei ik en trok hem tegen mij aan. ‘Daar ben ik van overtuigd, Tye.’

‘Goedemorgen,’ zeiden Tyeson en ik in koor toen grootvader met de ochtendprofeet onder zijn arm de eetkamer binnen kwam gelopen. Hij leek even verast over het uitgebreide ontbijt dat er stond, maar knikte al snel goedkeurend voor hij zijn plaats aan het hoofd van de tafel innam.
‘Goedemorgen kinders. Misschien is het een idee als jullie Edmon en Adrianne even roepen? Anders zijn de eieren koud voor ze hun bed eens uitkomen,’ zei grootvader ons, waarop ik snel knikte en onze ouders uit bed ging halen. Ik maakte ze normaal niet wakker, maar het was nu ondertussen zes uur en ze hadden waarschijnlijk wel anderhalf uur nodig om rustig te ontbijten, zich aan te kleden en grootvader zijn preek over hoe de vergadering moest lopen te horen zonder het gezeur dat ze eerder hun bed uit hadden moeten komen, omdat hij nu alles in moest korten. Grootvader had overduidelijk de touwtjes in handen als het om de vergaderingen ging. Hij opende deze ook altijd en iedereen berichtte vooruitgang of veranderingen altijd aan hem. Ondertussen deden mijn ouders hun uiterste best om genoeg geld op de plank te brengen, mij te onderwijzen en Tyeson op te voeden. Ze waren dan ook heel blij toen het ontbijt alvast klaar bleek te staan en namen met een glimlach op hun gezicht plaats aan de tafel.
‘Zo, zo. Jullie waren vroeg wakker. Hebben jullie wel goed geslapen?’ vroeg mijn moeder, waarop ik knikte en Tyeson zijn schouders ophaalde.
‘Ik ben een beetje zenuwachtig denk, dus het lukte mij niet heel goed om in slaap te komen en vanochtend toen ik eenmaal wakker was, lukte het helemaal niet meer,’ verduidelijkte mijn broertje zijn ietwat vage gebaar.
‘Dus heb ik hem maar bezig gehouden en hebben we daarna het ontbijt klaargemaakt. Dat leek mij wel nuttig,’ vulde ik hem aan, waarop mijn moeder dankbaar glimlachte.
‘Daar ben ik het helemaal mee eens. Jullie mogen wel vaker dit soort klusjes doen. Dat maakt het voor mij en je vader allemaal een stuk makkelijker, toch Edmon?’ zei ze. ‘We kunnen de kinderen wel als schoonmaak hulp inzetten en ze hier houden. Zo op die school zouden ze ons toch maar missen,’ plaagde mijn moeder ons, waarop Tyeson haar geschrokken aankeek en ik haar de “houd je mond, dat is niet grappig” blik gaf. Mijn vader lachte echter vrolijk en ook mijn grootvader keek even op van zijn krant om van onze reacties te genieten.
‘Sorry, Adrianne, maar Quinn heeft een taak te volbrengen en die kan ze alleen uitvoeren op Hogwarts. Daarbij is het volgens mij heel goed voor die twee om onder de echte tovenaars van hun leeftijd te zijn,’ ging grootvader toch tegen mijn moeder in, toen mijn vader was uitgelachen. ‘Ik vrees dus dat jullie het komende schooljaar alle klusjes zelf zullen moeten doen.’ Ik en Tyeson knikten hier instemmend op.
‘Alleen in de kerstvakantie komen we naar huis,’ zei ik met glimmende ogen. Kerst thuis was altijd super gezellig. ‘Toch opa?’ Mijn grootvader trok een moeilijk gezicht, maar besloot uiteindelijk dat dat wel goed was.

Na het eten gingen mijn ouders zich aankleedden en verplaatsten ik, Tyeson en mijn grootvader ons naar de bank en twee grote stoelen in de woonkamer voor de lege openhaard waar straks de leden van mijn grootvaders clubje uit zouden verschijnen door middel van brandstof. Grootvader was nog steeds met de krant bezig, terwijl ik er een boek bij had gepakt om te lezen en Tyeson één van zijn hopeloze pogingen deed met een pak knalpoker kaarten een kaartenhuis te bouwen. Hij vond de spelletjes die ons ermee geleerd waren maar saai. Dit was veel spannender.
Het was zeven uur toen mijn ouders zich bij ons voegden en mijn grootvader zijn keel schraapte. Dit was voor Tyeson het teken om de kamer te verlaten, want het zogenaamde volwassenen gesprek begon. Terwijl ik af en toe opkeek van mijn boek en meeluisterde, vertelde grootvader wat hij van plan was. Er zouden drie mensen van ons aanwezig zijn op Hogwarts buiten mij, Tyeson en de zoon van ene Blaise Zabini die in hetzelfde jaar als ik zou zitten. Natuurlijk in Slytherin. Ikzelf was tijdens een bespreking met het schoolhoofd vervelend genoeg na lang wikken en wegen van de sorteerhoed ingedeeld in Gryffindor. Grootvader had gezegd dat dat zo slecht nog niet was en het echt wel goed ging komen. Zolang ik mij niet als een kip zonder kop zou gedragen en mijn Slytherin kwaliteiten ook uit liet komen. Wat dapperheid kwam ook altijd van pas. Ik had mij er dus maar bij neergelegd en hoopte maar dat ondanks het Gryffindor probleem mijn jaar en afdelingsgenoten wel mee zouden vallen.
In ieder geval hadden we er dus al een aantal jaren de positie van leraar gedaanteverwisseling bezet gehouden. Ook de lerares toverdranken was één van ons en dit jaar zou er een nieuw iemand de plek van leraar verweer tegen de zwarte kunsten bekleden. Ik zou hierdoor omringt zijn door bekenden die mij zo nodig konden helpen bij het uitvoeren van mijn taak. Dit stelde mijn ouders, die zich meer zorgen hadden gemaakt om mij dan om de opdracht, toch wel wat gerust. Daar was ik wel blij mee, want hoewel het mij vrij weinig uitmaakte of ik die opdracht wel of niet uitvoerde, wilde ik wel graag naar Hogwarts. Ik vond het super gezellig thuis met Tyeson, maar ik voelde mij soms wel een klein beetje opgesloten. Grootvader zei altijd dat dat voor mijn eigen veiligheid was en mijn ouders een hele verstandige beslissing hadden genomen door mij thuis les te geven, maar toch. Nieuwsgierigheid had het bij mij zeker wel gewonnen van de angst voor de enge, gevaarlijke buitenwereld.
Om half acht precies kwamen de gasten die de vergadering bij zouden wonen één voor één via de haard de woonkamer binnen gestapt. Het duurde ongeveer vijf minuten voor iedereen er was en we naar de eetkamer vertrokken waar alles van het ontbijt op was geruimd en waar we extra stoelen neer hadden gezet, zodat er plaats voor iedereen was. Ik ging op de aangewezen plaats aan het ene hoofd zitten, terwijl mijn grootvader met mijn ouders allebei aan een kant aan het andere hoofd plaatsnam. Ietwat ongemakkelijk keek ik de kring rond. Er waren best veel mensen die ik helemaal niet kende. Het was dan ook de eerste echte vergadering die ik bijwoonde, die mijn grootvader nu opende. Ik telde in totaal dertien mensen die zich hadden ingezet voor het uitroeien van hen die onze wereld besmetten, dertien nieuwe dooddoeners die de idealen van hun gestorven leider wilden verwezenlijken.

‘Om maar met de deur in huis te vallen wil ik jullie voorstellen aan een nieuw lid, mijn kleindochter Quinn,’ begon mijn grootvader het belangrijkste onderwerp van de vergadering. Ik schoof even ongemakkelijk heen en weer op de stoel, toen zestien paar ogen op mij gericht waren, niet wetend of ik iets moest zeggen of beter mijn mond kon houden. Gelukkig praatte grootvader al weer verder.
‘Zoals jullie weten begint vandaag weer een jaar op Hogwarts. Dat is ook meteen de reden dat we zo vroeg begonnen zijn, want anders zouden we nooit voor elf uur klaar zijn. Als het goed is zullen drie mensen vandaag hun post op de school ook weer innemen?’ Grootvader keek één voor één de drie “leraren” vragend aan, die op hun beurt instemmend mompelden.
Ik liet mijn blik rustig over elk van hen gaan. Het waren twee mannen en een vrouw. De vrouw zou dus de lerares toverdranken wel zijn. Ze was een grote gedrongen vrouw met vrolijke appelwangetjes wanneer ze lachte. Echter stond haar blik de gehele tijd al streng, wat haar een minder sympathieke uitstraling gaf. Haar witblonde haren waren strak naar achteren gebonden in een knot en ze had een donkerblauw gewaad aan, wat mij deed denken aan een sterren loze nacht. Eén van de twee mannen was van het drietal de opvallendste verschijning. Zijn haar was knalgroen, dezelfde kleur als het strikje dat hij omhad bij zijn pak. Om zijn vingers zaten opvallend veel ringen die allemaal even erg glinsterden. Ik gokte dat het dan wel de leraar gedaanteverwisseling moest zijn, want grootvader had gezegd dat die leraar een transformagiër was en dat zou zijn groene haar kunnen verklaren. De laatste man was niet zo groot, maar wel breed gebouwd. Iemand waar je zo te zien liever geen ruzie mee kreeg. Zijn handen en gezicht werden gesierd door vervaarlijk uitziende littekens. Zijn groengrijze ogen stonden gelukkig wel vriendelijk en zijn mondhoeken, half verscholen achter een donkere snor en baard, waren omgekruld tot een bemoedigende glimlach. Dus dat zouden drie van mijn leraren en daarnaast mijn rotsen in de branding zijn.
‘Quinn zal dit jaar ook voor het eerst naar Hogwarts gaan, om de opdracht te vervullen waar ik jullie eerder deze zomer over heb geïnformeerd,’ sprak grootvader verder en door het noemen van mijn naam, richtte ik mijn blik weer op hem. ‘Ik heb haar voor deze taak gekozen, omdat ze waarschijnlijk de enige is die hem uit kan voeren.’ Ik rolde met mijn ogen bij het horen van de geheimzinnige ondertoon in zijn stem. Mijn ouders keken hem van weerskanten gespannen aan nu hij op het punt stond te vertellen hoe speciaal ik wel niet was. Niet echt mijn favoriete onderwerp van de dag, maar aangezien nog niemand precies wist hoe het zat, behalve de leden van de familie Devinsport natuurlijk, was het noodzakelijk dat dit verteld werd tijdens deze vergadering.
‘Quinn is namelijk niet mijn echte kleindochter. Ze is geadopteerd nadat haar echte ouders bruut zijn vermoord door modderbloedjes, het tuig. Ze dachten dat zij en haar ouders een gevaar zouden vormen voor hun vieze gemeenschap, omdat het afstammelingen waren van meerdere oprichters van Hogwarts. Gelukkig hebben we Quinn kunnen redden. Zij is namelijk de sleutel tot het manipuleren van de magie in de steen. Ze is, jawel mensen geloof het of niet, de afstammeling van zowel Godric Gryffindor, als Helga Hufflepuff, Rowena Ravenclaw en mijn persoonlijke favoriet: Salazar Slytherin.’ Er ging een golf van verbazing en verwondering door de kamer. Alle blikken waren voor een tweede keer even op mij gericht voor de dertien mensen vreemd genoeg allemaal opstonden en bogen. Ik fronste en keek van de mensen naar mijn grootvader, die een vermakelijke grijns op zijn gezicht had staan.
‘Mensen, ik ben geen koningin of zo. Alsjeblieft, ga weer zitten,’ mompelde ik, gezien er verder niemand ging ingrijpen blijkbaar. Mijn orders werden meteen uitgevoerd en iedereen ging weer zitten.
‘Als u daadwerkelijk een afstammeling bent van alle vier de oprichters, dan kunnen we u wel degelijk onze koningin noemen, zoals de Heer van het Duister ooit onze koning is geweest,’ sprak een donkere man mij tegen. ‘Ik zal mij meteen maar even voorstellen, mijn naam is Blaise Zabini en mijn zoon zal ook in uw jaar zitten. Hij zal u helpen waar nodig is.’ Hoewel het gebruik van “u” mij niet echt beviel, knikte ik toch dankbaar en zei ik er verder niets van. Dat zou grootvader namelijk vast niet waarderen.
‘Ik denk dat alles nu wel duidelijk is aan het plan?’ Mijn grootvader vestigde de aandacht weer op hemzelf, hoewel sommige aanwezigen het niet konden laten om hun blik soms toch even naar mij te laten flitsen. Fijn, nu voelde ik mij nog ongemakkelijker. ‘Of zijn er nog vragen of opmerkingen?’ Een wat kleinere dame met krullende, haast zwarte haren kuchte.
‘Ik vroeg mij alleen af wanneer we het merk zullen krijgen. U zei dat Hij ons daaraan zou herkennen, dat Hij dan zou weten dat wij vrienden, volgelingen van hem zijn, zodra Hij terug is…’ Terwijl ze praatte werd haar stem steeds zachter onder de druk van de steeds geïrriteerdere blik van grootvader.
‘Sollemnia, dat is nu nog helemaal niet aan de orde. Het zou nutteloos zijn en bovendien zouden we alleen maar een grotere kans lopen dat iemand iets zou merken. Heb geduld.’ Het was duidelijk hoorbaar aan zijn toon dat hij er klaar mee was en dat alleen een echt interessante opmerking hem nu nog deerde. Het leek er echter op dat niemand die kon bedenken en dus sloot hij het onderwerp af. Er werden nog wat onbelangrijke dingen besproken door voornamelijk de mensen die hogere posities hadden verworven op het ministerie, zonder dat de minister van toverkunst iets door had gehad van de duistere praktijken van onze club. Ik was mijn concentratievermogen al snel kwijtgeraakt en dus droomde ik langzaam weg, in mijn gedachtes al dwalend door de gangen van Hogwarts. Ik had nu al zin in vanavond, het moment dat we eindelijk op school zouden zijn. Ik maakte mij ook totaal geen zorgen over de hele opdracht. Ik was een zeer begaafde heks met mijn bloed als geheime wapen. Wat kon er nou misgaan?

Het huis was redelijk snel weer leeggeruimd toen de vergadering af was gelopen. Blaise Zabini had mij nog even de naam van zijn zoon, Beldain, verteld voor hij vertrok. De drie professors konden het niet laten nog even te benadrukken hoe zeer ze zich erop verheugden mij in de les te hebben, wanneer ze door de haard verdwenen. Al met al vond ik iedereen best aardig, ondanks dat ze mij behandelden als een koningin in plaats van een gewone jonge heks. Hoewel, het ging iets beter na de vergadering. Ze kregen wel door dat ik ook maar gewoon een mens was en ik het niet op prijs stelde als zij zich naar iets anders dan dat gedroegen. Aan een groep hielenlikkers had ik geen behoefte.
Nadat ik de dertiende persoon de hand had geschud, riep mijn grootvader mij weer naar de eetkamer, waar we met z’n vijven de stoelen weer terug op hun plaats zetten en zo alles weer netjes maakten. Mijn blik was al even op het donkere kistje gevallen dat opeens op de tafel was verschenen, maar ik zei er niks over. Pas toen alles opgeruimd was en Tyeson met mijn ouders naar zijn slaapkamer was gegaan om door te nemen of hij daadwerkelijk alles had ingepakt, keek ik mijn grootvader vragend aan.
‘Ik heb iets voor je dat van pas kan komen. Hogwarts is geschikt om ’s nachts rond te sluipen, als je maar voorzichtig bent, maar mocht iemand je toch zien, dan zorgt dit ervoor dat ze je niet herkennen. Zo kan je ongestoord al je krachten gebruiken zonder dat iemand weet dat jíj de afstammeling bent.’ Hij schoof het kistje naar mij toe en voorzichtig opende ik het. Op het groene fluweel aan de binnenkant lag een prachtig masker. Bewonderend liet ik mijn vingers eroverheen gaan.
‘Zet hem eens op?’ Voorzichtig lichtte ik hem op uit het kistje en trok het touwtje over mijn hoofd. Het voelde nog een beetje onnatuurlijk om hem op te hebben, maar zeker niet slecht. Het maakte mij juist zekerder, omdat het zwakheden en emoties verborg. Ik grijnsde naar grootvader die zijn duimen opstak.
‘Ik vind hem echt geweldig. Dank u wel, opa.’ Voorzichtig deed ik het masker weer af en legde hem terug in het kistje dat ik dichtdeed. Mijn blik viel op het slotje dat ook op de tafel lag en dus sloot ik hem maar meteen af. Dan was hij veilig opgeborgen. Vervolgens omhelsde ik grootvader.
‘Quinn, moeten we jouw koffer ook nog even controleren voor we gaan?!’ hoorde ik mijn vader van boven roepen en ik maakte mij los uit de knuffel, voor ik de trap op stormde met het kistje stevig in mijn armen geklemd. Het leek mij een prima idee om alles nog even door te lopen. Straks vergat ik wel iets en moest Morsmor, onze zwarte familie-uil, weer alles nabrengen. Dat zou nogal onhandig zijn.
‘Jup,’ zei ik dan ook, toen ik de deuropening van Tye zijn kamer had bereikt. Hij zat naast zijn ingepakte hutkoffer op bed. Mijn ouders waren echter nergens te bekennen.
‘Ze zijn al naar je kamer,’ beantwoordde mijn broertje mijn verbaasde blik. Ik knikte als bedankje en liep op mijn gemak de overloop over richting mijn eigen kamer. Daar had mijn moeder de lijst met benodigdheden al van mijn bureau gepakt en spitte ze mijn koffer door, die mijn vader blijkbaar op het bed had getild en open had gemaakt.
‘Misschien moet je nog een extra trui inpakken,’ mompelde mijn moeder. Mijn vader had de kast al open opengetrokken en dus ging ik naast hem staan om te kijken of er nog een fijne trui inlag. Toen ik er eentje gevonden had, legde ik hem samen met het kistje in de koffer.
‘Dat is een cadeautje dat ik van opa heb gehad,’ verklaarde ik, toen mijn ouders onbegrijpend naar het voorwerp keken. ‘Niks bijzonders. Gewoon als hulpmiddel bij de opdracht.’ Vader knikte begrijpend, maar de zorgelijke frons van mijn moeder liet blijken dat ze het nog steeds niet helemaal eens was met wat ik moest doen. Waarschijnlijk hield ze mij over het algemeen liever hier, hoewel ze dat de laatste tijd prima wist te verbergen. Ze had al flink wat dagen een masker zoals in het kistje zat gedragen, alleen dan figuurlijk natuurlijk. Mensen droegen heel vaak een figuurlijk masker. Ik deed dat ook dikwijls en de dertien mensen die zojuist in ons huis waren geweest, bleken meesters in het dragen van figuurlijke maskers. Niemand leek door te hebben dat er iets gaande was. Iedereen dacht dat het einde van de vorige oorlog definitief was, dat Harry Potter gewonnen had. Mijn familie dacht daar heel anders over. Zij hadden nog niet opgegeven. Niet nu ze mij hadden.
‘Mam, het komt heus wel goed. Zag je hoe iedereen net reageerde? Ik ben anders, minder kwetsbaar dus ook. En er zijn drie volwassen mensen die mij kunnen helpen mocht het nodig zijn. Oh en Beldain is er dus ook nog,’ zei ik lachend. ‘Die Blaise leek het wel heel erg te willen benadrukken dat zijn zoon voor mij klaar stond.’ Er ontstond weer een lach op het gezicht van mijn moeder.
‘Inderdaad Adrianne, Quinn kan prima voor zichzelf én Tyetye zorgen,’ zei ook mijn vader geruststellend.
‘Hé! Ik kan ook nog voor mijzelf zorgen hoor,’ klonk een verontwaardigde stem vanaf de gang, waardoor we alle drie moesten lachen. We klikten de koffer dicht en met een zwaai en tik, tijdens het uitspreken van de woorden ‘Wingardium Leviosa’, steeg hij op om zo voor ons uit door de overloop en de trap af te vliegen.
‘Laten we dan maar snel gaan, want het is nog even reizen naar Kings Cross, willen we het op een onopvallende manier doen,’ stelde mijn vader voor. Ik en Tyeson namen afscheid van grootvader en namen plaats op de achterbank van de magische dreuzelauto. Hij was magisch, omdat er veel meer kofferbak ruimte was dan je op het eerste gezicht zou zeggen. Daardoor was het een prima vervoermiddel, hoewel ik liever op een andere manier naar het station in Londen was gereisd. Een manier die wat meer bij ons paste, meer van ons niveau was. Echter had mijn vader gezegd dat hij geen zin had om op te vallen. Vooral niet nu we op het punt stonden toe te slaan.


Reacties:


xNadezhda zei op 2 aug 2015 - 22:52:
Oh, dit vind ik leuk! Het leest vlot en voor zover we al hints hebben over je plot, is het ook heel origineel. En Harry Potter is gewoon liefde, natuurlijk.

Ik ben 't wel met Kay eens dat het fijner zou lezen als je de Nederlandse vertalingen zou gebruiken (het zijn ook nog eens echt goede vertalingen, dus geen straf om in je tekst te hebben), en dat 4000 woorden per hoofdstuk behoorlijk veel is. Voor een gedrukt boek maakt 't niet uit, maar op internet leest 't niet zo fijn, zo'n lap tekst.

That being said - ik vind het plot interessant en veelbelovend, je hoofdpersonage is een leuke mix van een beetje arrogant en toch heel sympathiek, vooral door haar nieuwsgierigheid en lichte onbezonnenheid, en dat broertje is schattig.

Ik ben nu wel heel benieuwd naar hoe dat masker er precies uitziet - je beschrijft veel, maar precies dat dan weer niet, da's een beetje jammer. Je maakt me ook nieuwsgierig naar de opdracht en hoe je het hele "Voldemort is behoorlijk dood" gaat omzeilen / oplossen.

Voor 't volgende hoofdstuk wil ik wel een melding! (:


Kayley
Kayley zei op 2 aug 2015 - 19:27:
[ Ik ga je even waarschuwen dat ik zowel de positieve als de negatieve dingen zeg; als je dat niet fijn vindt, zeg 't dan even, dan doe ik dat in de toekomst niet meer. (: ]

i. ik vond het heel fijn dat we al vanaf hoofdstuk een te zien krijgen hoe haar magie anders is dan de anderen. En ik kon 't me ook zo inbeelden hoe die draak en feniks en andere dieren om Tye's hoofd heen dansten.

ii. want sowieso is jouw schrijven heel makkelijk om je dingen bij in te beelden, en dat is echt niet makkelijk, dus dat doe je heel goed!

iii. als je in het Nederlands schrijft, noem je Hogwarts best Zweinstein en de Afdelingen ook zoals ze in het Nederlands zijn, zelfs als ze Engels spreken - in principe is de regel dat je Nederlandse termen gebruikt als die voorradig zijn, maakt niet uit ze gebonden zijn aan een bepaald iets (zoals in dit geval de boeken) of niet.

iv. en je gebruikt heel vaak "mij" terwijl "me" veel beter is, je gebruikt "mij" immers om contrast aan te duiden met anderen. Maar dat is niet een grote fout ofzo, ik heb zo goed als geen gróte fouten aangetroffen.

v. deze vond ik écht heel leuk:

en Tyeson één van zijn hopeloze pogingen deed met een pak knalpoker kaarten een kaartenhuis te bouwen. Hij vond de spelletjes die ons ermee geleerd waren maar saai. Dit was veel spannender.


vi. je zet best vaak woorden die samenstellingen zijn af elkaar; bv. Gryffindor probleem, Slytherin kwaliteiten, sterren loze, etc. Die schrijf je gewoon aan elkaar.

vii.

dertien nieuwe dooddoeners die de idealen van hun gestorven leider wilden verwezenlijken.


OH SNAP. (Ik denk dat je trouwens, omdat het hoofdwel wel héél lang is, het hier had kunnen eindigen en dan het hoofdstuk in twee delen posten. Het is iig makkelijker voor ons, de lezer, om alles in kleinere stukjes te lezen dan ineens 4K aan één stuk).

viii. ik vond dit hoofdstuk heel fijn om te lezen. Je hebt een fijne schrijfstijl, en ik heb nog nooit iets als jouw plot eerder gelezen waardoor ik echt superbenieuwd ben. Je maakt kleine foutjes hier en daar, maar niet genoeg om echt storend te zijn. (De reden dat het zo lang duurde om 't te lezen was omdat ik andere dingen aan het doen was.) Dus ik zou graag een melding krijgen wanneer je de volgende post.