Hoofdcategorieën
Home » Harry Potter » when we were young » ii.
when we were young
ii.
Zodra het uur om is, pakt ze haar spulletjes vlug bij elkaar en verlaat het lokaal. Het lijkt haar niet verstandig om Peter terug te vragen in de nabijheid van professor Sneep, dus blijft ze buiten het lokaal wachten.
Draco komt als één van de eersten het lokaal uit. Zijn blik vangt die van haar, maar hij passeert haar vervolgens zonder iets te zeggen. Ze kijkt hem na, fronsend, en besluit uiteindelijk dat de bedoeling waarschijnlijk is dat ze hem volgt. Dus dat doet ze. Ze haast achter hem aan, maar hij beent veel te snel weg om naast hem te gaan lopen. Ze is pas bij als hij uiteindelijk tot stilstand komt in een nis in een verlaten gang. Hij draait zich om en slaat zijn armen over elkaar.
“Loena.”
Verder zegt hij niets. Hij kijkt haar strak aan, en zij knippert terug.
“Hoi.”
Peter piept ineens, waarschijnlijk om zijn aanwezigheid te verkondigen.
“Mag ik Peter terug?”
“Péter?”
“Ja.” Ze glimlacht.
“Het heet Péter?”
Ze knikt.
Even lijkt het of hij commentaar wil leveren, maar uiteindelijk doet hij niets meer dan zuchten en zijn gewaad iets optillen zodat ze haar nieuwe vriend eruit kan vissen. Ze zet hem op haar schouder.
Draco staart Peter met een diepe frons aan. De frons is zo diep dat Loena bang is dat zijn voorhoofd in tweeën splijt, maar ze zegt er niets van en blijft geduldig staan.
“Dankjewel,” zegt ze na een tijdje.
“Waarvoor?” vraagt hij nors.
“Voor het onderbrengen van Peter. En dat je er niets van zei tegen Sneep.”
Hij mompelt wat onverstaanbaars en haalt zijn schouders op. De jongen lijkt nog steeds geïrriteerd en... ze weet niet zo goed wat ze verder in zijn blik ziet, maar er is meer dan alleen irritatie te zien.
“Wat zei je?” Ze kijkt hem achterdochtig aan.
Draco schudt zijn hoofd. “Niks.”
Loena kantelt haar hoofd naar links en fronst eens diep. Ze kent zijn lichaamstaal maar al te goed, vooral deze houding; het heeft haar altijd doen denken aan een magisch voorwerp dat vastberaden is zijn functie te volbrengen, maar tegengehouden wordt door brute kracht. De vraag is, wat houdt hem tegen? En, nu ze eens goed nadenkt, wat is hetgeen dat tegengehouden wordt?
“Ziet er niet uit als niks,” zegt ze. Ze houdt zijn gezicht scherp in de gaten, ogen tot spleetjes geknepen terwijl ze iedere minuscule beweging registreert.
“Ophouden,” bijt hij haar toe, en probeert zijn gezicht van haar weg te draaien.
“Alleen als je vertelt wat er aan de hand is.”
Draco zucht eens diep en sluit zijn ogen. Zijn duim en wijsvinger knijpen in zijn neusbrug terwijl hij nog eens dieper en langer zucht. “Altijd hetzelfde gezeik.”
Ze perst haar lippen op elkaar en balt haar vrije hand tot een vuist.
“Luister, Loena,” hij laat zijn hand zakken en lijkt volledig kalm. “Ik ben je niets schuldig. Ik hoef niets met je te delen. Dus als ik zeg dat er niets aan de hand is, dan moet je dat maar gewoon accepteren. Begrijp je dat?”
Loena's gezicht betrekt. Ze ontspant haar vuist, beweegt haar vingers langzaam. Ze tintelen een beetje. “Maar—”
Hij kapt haar af met een simpele opgeheven wenkbrauw. “Het is inmiddels tien jaar geleden. Ik ben geen zes meer, en jij ook niet.”
“Maar—” probeert ze nog een keer.
En alweer neemt hij haar woorden weg voor ze ze kan uitspreken. “We zijn al jaren geen vrienden meer. Snap dat nou eens.” Hij wurmt zich tussen haar en de muur, ontwijkt haar blik terwijl hij aan zijn weg naar zijn slaapzaal begint.
“Draco,” roept ze, in de hoop dat hij stopt met lopen. Maar dat doet hij niet, dus probeert ze het nog twee keer.
Na de derde keer is ze zo blind van woede dat ze het bovenste—en dikste—boek van haar stapel bibliotheekboeken pakt en hem in zijn richting smijt. Het raakt hem vol in zijn rug. Hij draait zich eindelijk om, gechoqueerd.
“Draco Malfidus,” brengt Loena uit. Ze is vrijwel zeker dat er stoom uit haar oren komt. Als dat niet zo is, dan loopt haar hoofd in ieder geval rood aan. “Dat was nergens voor nodig.”
Er zijn nog honderden dingen die ze wil zeggen, of naar zijn hoofd wil smijten, maar ze neemt alleen maar een diepe teug adem en blaast alle lucht langzaam uit. “Je was nooit zo rot.”
Draco haalt zijn schouders op, schopt het boek haar kant weer op en geeft haar een korte, ijzige glimlach die de rillingen over haar rug doet lopen. “Mensen veranderen.”
Loena zit in de bibliotheek. Er staan twee enorme stapels boeken voor haar neus die haar volledig verhullen als ze haar hoofd op haar armen legt. Dat is ook wat ze doet. Haar voorhoofd drukt tegen de zachte stof van haar gewaad, haar ogen zijn gefocust op de enige woorden vanuit het boek onder haar armen die ze kan onderscheiden.
Peter zit ergens bij haar hoofd, ook in het boekenfort. Hij zit met zijn rug tegen de stapel boeken aan, alweer met een cracker. Hij eet er echter niet van, lijkt meer aandacht te hebben voor het glinsterende voorwerp in zijn andere klauw. Hij piept zachtjes om Loena's aandacht te trekken.
Het meisje kijkt op, blaast een pluk haar uit haar gezicht en fronst. “Hm?”
Peter steekt het voorwerp naar haar uit.
Ze pakt het voorzichtig aan, gaat langzaam overeind zitten. Het is een zilveren ring met een massieve steen in het midden. Na eens goed te hebben gekeken, denkt ze dat het een alexandriet is, maar dat weet ze niet helemaal zeker.
Hoe komt Peter aan zo'n ring?
“Waar komt deze vandaan?” vraagt ze, verbouwereerd.
Peter heeft natuurlijk geen antwoord voor haar. Hij steekt alleen maar zijn handjes uit om de ring weer te bemachtigen. Ze geeft hem terug, zij het ietwat aarzelend. Zou Peter de ring gevonden hebben in de bibliotheek? Of gestolen, misschien? Zou de eigenaar het door hebben gehad?
Ze kijkt behoedzaam om zich heen, maar er komen geen boze leerlingen op haar afstappen. Dat kan dus maar twee dingen betekenen: of Peter heeft hem niet gestolen, of hij is een meester in roven en de eigenaar heeft het nog niet door.
“Heb je iemand bestolen?” besluit ze Peter te vragen, ze kijkt afkeurend.
Peter kijkt op en kraait vrolijk. Hij heeft het ondertussen voor elkaar gekregen om zijn klauw door de ring te steken. Het sieraad is net groot genoeg om als armband te fungeren. Het is misschien net iets te groot, zelfs, maar dat weerhoudt Peter er zeker niet van om de ring trots te dragen.
“Hij staat je best mooi,” zegt ze na een tijdje. Ze glimlacht flauwtjes.
“Loena?” klinkt een stem van ver. Ze mompelt wat als antwoord, maar verdere reactie blijft uit. Ze wil nog wat doorslapen. Ze doet haar ogen straks wel open.
“Loena.” De stem is dichterbij gekomen. Ze herkent hem, maar kan er op het moment haar vinger niet opleggen. Het enige dat door haar hoofd schiet is vriend, dus lijkt het haar dat die het niet erg zal vinden als ze even niet reageert.
“Loena.” Ze voelt een hand op haar schouder.
“Wa,” mompelt ze. Loena opent haar ogen slaperig en tuurt langzaam omhoog. Hermelien kijkt op haar neer, vriendelijk glimlachend.
“Sorry,” begint het meisje, “maar het is al laat en je ligt al een tijdje te slapen, dus ik dacht dat het misschien tijd was om naar bed te gaan?” Ze wrijft onzeker over haar armen.
Loena gaapt luid en kijkt halfslachtig om zich heen. “Heb je Peter gezien?”
Hermelien kijkt haar niet-begrijpend aan. “Peter?”
“Lijkt op een Doxy, maar groener van kleur.”
“Nee, sorry,” Hermelien schudt haar hoofd.
Op dat moment beweegt er iets onder Loena's haar, tussen haar opgevouwen armen in. Ze gaat rechtop zitten en kijkt naar beneden. “Oh. Ik heb hem al gevonden.” Peter ligt opgekruld te slapen. De ring zit nog steeds rond zijn rechterarm, zijn linkerhand er beschermend omheen geklemd.
“Dus dáár had Ron het over.”
“Hoor je dat, Peter? Er wordt over ons gekletst,” fluistert ze het slapende wezentje toe.
“Oh,” stamelt Hermelien, “Nee, zo bedoelde ik het niet.” Ze kleurt rood en wrijft opgelaten over de achterkant van haar nek.
Loena glimlacht. “Weet ik. Ik maakte maar een grapje.”
Hermelien lijkt zich nog meer te schamen en schraapt haar keel. “Sorry.”
“Geeft niet.” Loena weet niet waar Hermelien zich voor verontschuldigd, maar wat ze wél weet is dat het soms maar beter is om het juist niet te weten. Toch lijkt het haar belangrijk ervoor te zorgen dat het meisje zich niet rot voelt, dus glimlacht ze nog een keer. “Bedankt voor het wakker maken.”
“Graag gedaan.”
Loena graait naar haar toverstok, zwaait er eens mee om de muur van boeken af te breken. De boeken zweven op eigen houtje naar hun plek in de kasten. Uiteindelijk staat ze op, nog maar twee boeken bij zich.
“Ga je ook naar bed?” vraagt Loena.
Hermelien knikt bevestigend.
De meisjes lopen gezamenlijk de bieb uit, waarna ze al snel hun eigen weg gaan. Loena zet haar tocht naar de Ravenklauwtoren alleen voort, neuriet ondertussen zachtjes. Ze komt niemand tegen onderweg, maar dat vindt ze eigenlijk wel best. Ze vindt Zweinstein 's avonds het leukst als ze alleen is.
Maar is ze dat wel?
Ze werpt een blik opzij. Peter hangt over haar schouder. Zijn armpjes bungelen naar beneden, zijn gezicht is in haar gewaad gedrukt. Hij slaapt nog steeds. Als ze haar oren spitst denkt ze zelfs zacht gesnurk te horen, maar dat kan ook van één van de portretten komen, dus ze weet niet zeker waar het precies vandaan komt.
Hoe dan ook, de aanblik van haar nieuwe slapende vriend is genoeg om haar te doen giechelen.
Misschien is ze toch niet alleen dan. En misschien is dat best fijn.
voor Kayley want <3
Reacties:
Ben echt heel nieuwsgierig hoe dit verder loopt. Draco en loena, maar ook hermelien en ron erbij is gaaf. En peter blijft echt zo schattig, al weet ik niet of loena uiteindelijk zo blij is met de gestolen ring.
Ik vind het, net als Bo, heel erg leuk dat ze ook met Ron en Hermelien praat (en Harry? en Ginny?), dat ondanks dat dit een Luco verhaal is de focus niet uitsluitend op Draco ligt. Dat is echt fijn.
En jouw Loena is zo schattig. Ik lees sowieso niet zo vaak over haar, maar dat is deels omdat ik zó bang ben dat de schrijver haar niet juist neergeschreven krijgt. But you. Oh, you're so good at Luna. I love you for it. <3
Het is Ravenklauwtoren, trouwens, met een hoofdletter en aan elkaar, maar verder vond ik 'm helemaal priem. EN NIEUWSGIERIGMAKEND. Waarom kan Draco niet gewoon een keer aardig doen, verdomme.
Altho, als hij dat al meteen was dan had je vast geen verhaal. MAAR TOCH.
(Oh, en 't is zijn ring, is it not?)
Fuck me sideways, dude, ik wil meer.
Oh Draco, mijn lieveling, wat ben je toch een bitch.
(Ik hoop dat het posten lukt)
Loena is zo Loena en je blijft erg goed in character so far dus <3
Ik ga snel verder.