Hoofdcategorieën
Home » Overige » A Stellar Monument to Loneliness [Stand Alones] » To Work While They All Played—[♔]
A Stellar Monument to Loneliness [Stand Alones]
To Work While They All Played—[♔]
De krullen waar ze heel de ochtend voor in de badkamer heeft gestaan, zijn uitgezakt door de typisch Londense stortbui die haar begroette toen ze uit de metro kwam, maar Hermelien Griffel is vastberaden er alsnog een geweldige eerste dag van te maken. Ze heeft een stomende, papieren beker thee vast die haar de broodnodige moed geeft en gelukkig had ze een jas aan – zij het eentje zonder capuchon – waardoor haar outfit tenminste nog droog is.
Na haar rok gladgestreken te hebben, wandelt ze de lobby in.
Opgetrokken in glas en met crèmekleurige elementen (de leren banken, de lampen en de bloempotten) ziet het er even modern-maar-elegant uit als ze van dit instituut zou verwachten. Met gezonde trots vist ze haar gloednieuwe badge uit haar tas – ze hoort er nu bij.
“Goedemorgen, mevrouw Griffel. Welkom op kantoor,” zegt het meisje dat haar badge in ontvangst neemt en scant. Hermelien leest de naam ‘Cho Chang’ van het naamkaartje af om haar te bedanken.
Ze merkte het al tijdens de training op de boerderij, maar het is fijn om al meteen van het begin geconfronteerd te worden met hoe divers MI6 eigenlijk is. Ze was zelfs het enige blanke meisje in haar groep afgestudeerden.
Eén van de jongens van haar groep komt op dat moment binnen gestruikeld. Hij ziet er zowaar nog uitgewaaider en natgeregender uit dan Hermelien en ze heeft spontaan medelijden met hem. Dat kan niet bepaald goed zijn voor zijn zenuwen.
Benno Zabini krijgt het echter voor elkaar er onweerstaanbaar uit te zien, zelfs kletsnat. Waar Cho professioneel en vriendelijk was geweest tegen Hermelien, is ze oprecht flirterig met de jongen die haar nooit als meer zou kunnen zien dat één van de vele meisjes rondom hem – Hermelien heeft hem meerdere keren met Draco Malfidus in bed betrapt, toen ze met z’n allen op de boerderij verbleven.
De drie hadden… iets gehad, tijdens hun training. Een vriendschap waarvan ze niet had geweten of die overgedragen zou worden naar hun leven op het kantoor van de Britse geheime dienst; ze had niet geweten of ze überhaupt op dezelfde dienst terecht zouden komen…
De natte knuffel zegt genoeg. Met een opgetrokken neus duwt ze Benno van zich af, maar stiekem is ze best wel blij dat ze tenminste één iemand zal kennen.
Ron Wemel is een wandelend rampengebied. Overal waar hij komt, lijkt hij ongeluk met zich mee te brengen. Toen Hermelien zijn dossier in had gekeken – aan haar eigen bureau! –, had hij een uiterst competente agent geleken. Een tiental geslaagde missies op zijn palmares, tweede hoogste uitslag van zijn training op de boerderij, net niet sterk genoeg om ene Harry Potter te verslaan. Ze was onder de indruk geweest.
“Harry Potter is een ramp,” kreunt Draco, die er prompt zijn hoofd bij laat vallen, bovenop zijn armen.
Draco had er al gezeten toen ze naar haar bureau gebracht werd. Hij zat zo’n tien meter van haar af en nog tien meter verder zat Benno. Dunne muurtjes stonden om de computers heen, waardoor er nog iets van privacy was, al waren de werkplekken open genoeg dat niemand zich uitgezonderd hoefde te voelen als ze dat niet wilden.
Toen Hermelien toekwam, was haar blonde vriend – kon ze hem dat nog noemen? Vast wel – al druk in de weer foto’s van zijn familie en vrienden op te hangen, samen met een gekaderde tekening van zijn favoriete superheld, Captain America. Mannen in spandex waren natuurlijk heel erg hetero van hem. De twee knapste jongens op heel de werkvloer, en zo ontzettend andersgeaard dat het nog aanstekend zou kunnen werken.
Zij heeft nog geen tijd gehad haar werkplek te decoreren. Nadat ze Wemels dossier grondig had doorgelezen, werd ze door de man in kwestie opgebeld, en sindsdien is ze in de weer geweest hem te proberen helpen vanop afstand.
Hoe uitgediept het dossier ook was, er staat niets over de huidige missie in, dus als ze hem niet probeert te kalmeren via de telefoon – hij is een zenuwinzinking nabij – zoekt ze door de database naar meer informatie.
Dat doet ze nu ook want er staat echt helemaal níets. Haar vingers vliegen razendsnel over het toetsenbord, net iets sneller dan haar ogen die alle informatie zo van het scherm proberen te zuigen, en toch voelt ze zich te langzaam.
Zijn er nog analisten die hun agent al op de eerste dag de dood in helpen?
Draco stopt maar niet met over Harry klagen nu hij begonnen is, maar het geluid wordt grotendeels gedempt door de armen waar hij zich nog steeds in verschuilt. En hoewel Benno niets zegt, kan ze aan zijn gezichtsuitdrukking aflezen dat het ook niet helemaal prima gaat.
‘Agent Wemel op lijn twee,’ zegt een geautomatiseerd stemmetje in haar headset en met een zucht laat ze de verbinding toe.
“Hallo?”
“Ik ben er. Wat is het probleem?”
“Ik- eh… De auto is een beetje kapot.”
Met een frons haalt ze de videobeelden boven. Een aantal camera’s houden de omgeving in de gaten – MI6 heeft toegang tot zowat alle satellieten en veiligheidscamera’s, hoe cool is dat? – en een aantal van de kaders zijn van camera’s die ze zelf geïnstalleerd hebben voor de missie, neemt ze aan; de lenzen in Rons ogen brengen een live feed tot stand en een auto met een camerman rijdt rond het wrak van een Mercedes waarvan ze veronderstelt dat dat vast de auto is waar Ron het over heeft.
Wandelend rampengebied.
“Ik wil je anders Tops best wel ruilen,” zegt Benno nadat hij naar Hermeliens geklaag over haar partner geluisterd heeft. Ze staan met z’n drieën aan te schuiven om hun lunch te betalen en na Draco’s vijf minuten durende preek over de onbeschofte boer die Harry Potter is, was het Hermeliens beurt. Nu is het aan Benno, dat is alleen maar eerlijk.
“Is de drempel zó laag om het tot agent te schoppen hier? Je zou denken dat ze zelfs nooit training gehad heeft. Om nog maar te zwijgen over dat verschrikkelijke, felróze haar. Hoezo wil je je subtiel de menigte in mengen als je zo opvalt?”
Na betaald te hebben, gaan ze aan een tafeltje zitten. Het is de enige die nog vrij is en zodra ze neer zitten, beseffen ze dat dat een fout was. Als uit het niets verschijnen drie gehavende personen: een man met een glazen oog, een donkere man met een zwart baardje en littekens in zijn hals, en een sjofele man die opgedroogd bloed in zijn haar blijkt te hebben als hij zich omdraait.
“Dit is onze tafel,” bromt de eerste, de man met het glazen oog, en hij mept met zijn wandelstok op tafel. “Wegwezen. En als ik jou nog één keer zo over mijn geadopteerde dochter hoor praten,” gooit hij erachter aan en wijst op een Benno die over zichzelf heen valt om sneller uit zijn stoel te komen, “dan zet ik je op straat.”
De drie nieuwelingen kunnen niet snel genoeg weer aan hun bureau zitten.
Hermelien zit met de handen in het haar. De spanning van haar eerste dag doet al haar spieren blokkeren, haar schouders en nek doen zelfs píjn, en ze moet nog een half uur voor ze naar huis kan. Toen ze aan de opleiding en training begon, had ze niet gedacht dat het dit zou zijn.
Maar ze is nog steeds vastberaden, heeft nog steeds moed. Ze gaat Ron veilig naar zijn hotelkamer krijgen voor een oudere analist het overneemt en “haar rommeltje opkuist”.
“Eh, Hermelien? Ik heb weer een probleempje…”
Ze bijt op de binnenkant van haar wang om niet te zuchten. Ze telt tot drie om zichzelf te kalmeren, duwt dan haar microfoontje dichter bij haar mond. “Ik heb zicht op je, maar ik zie niets. Heb je je ogen dicht?”
“… nee? Doen mijn lenscamera’s het niet meer?”
“Dat zal wel een technisch probleempje zijn. Kan er nog wel bij, waarom niet. Oké, vertel dan maar wat er aan de hand is.”
Hij kucht en fluistert dan: “Het is een kat.”
Wat?
“De eh- de koffer die we onderschept hebben? Het adres? Ik ben er nu en er is alleen maar een kat.”
Ze heeft haar limiet voor onzin bereikt. Hermelien scheurt de headset van haar hoofd – heeft ook een handenvol haren vast, merkt ze – en kijkt rond. Benno heeft het ook opgegeven, blijkbaar, want die is zijn spullen al in zijn tas aan het gooien. Alleen Draco blijft zitten, maar zijn hand is zo stevig om de rand van zijn bureau geklemd dat het hout kraakt.
“Gaan jullie nu al weg?”
Het is de raspende stem van Ron waar ze al heel de dag naar heeft moeten luisteren, maar…
Ze draait zich om en daar staan ze: Ron, Harry en Tops; de drie gehavende mannen van tijdens lunch. Haar partner heeft een dikke, rode kater in zijn armen. “’k Zei het toch – een kat.”
Tops, die inderdaad felroze haar blijkt te hebben, heeft een taart vast. “Jullie hebben het bijna tot vijf uur gehaald. We hebben al analisten gehad die na de lunch niet meer terugkwamen.”
Draco merkt eindelijk dat de partner die hij probeerde te begeleiden eigenlijk in dezelfde ruimte als hij staat en komt met vurig rode wangen tussen Hermelien en Benno in staan.
“Nu jullie ingewijd zijn – taart!”
Hermelien blaast een geërgerde zucht uit, neemt de kat uit Rons armen en schudt haar hoofd. “Ik ga naar huis. Maar toch bedankt.”
“Hé, Hermelien?” Ron stopt haar net voor ze de voordeur uit kan lopen.
“Wat?”
Hij glimlacht schaapachtig, taartvlekken aan zijn mondhoeken. “Die kat hebben we geleend van de dierenwinkel, je mag ‘m niet -“
Hermelien verkoopt hem zo’n harde dreun tegen zijn schouder dat hij haar met open mond aanstaart. “Die inwijding is echt niet grappig, oké. Dus ik hou de kat bij en je verzint er maar iets op.”
Pas bij de inwijding van de volgende nieuwelingen zal Hermelien Ron vergeven voor de meest stressvolle eerste dag ooit.
Reacties:
Ooooh thanks lovely!!<3
Ik vind dit zo leuk. Ik wil hier idd ook echt meer van, jaaa.<3 Zowel gewoon dit universe als de vriendschap tussen Blaise/Draco/Hermelien. ^^
Mannen in spandex was natuurlijk heel erg hetero van hem.
Ahahahaha :' oh, Draco.
En tbqh, k zou de kat ook houden.
Kayleeeeeeey. Dit was zo leuk! <3
En. Blaise/Draco. Also. Just. Ah. En dan het feit dat er een Blaise/Draco/Hermelien vriendschap is! I like it.
Ik ga even verder aan Luco dus ik houd 't hier even bij, scusi. (Maar dit was eigenlijk te kort en ik wil meer in dit universe, mkay? Want. It's perfect.)
OMG!
I WANT MORE
dit is echt geniaal!
Best bruut zo'n dag!
more...please?