Hoofdcategorieën
Home » Overige » The 500 Challenge » Schetsblok
The 500 Challenge
Schetsblok
Haas rende tussen de bomen door, vallende eikels en dennenappels ontwijkend. Tegen zijn borst hield hij zijn schetsblok. In de verte hoorde hij egel gillen, die had nog veel meer moeite met de wind Haas. Vechtend tegen de wind begaf hij zich naar zijn vriend.
“Egel?!” Egel hoorde hem niet door de wind. Haas ging achter hem staan, misschien hoorde egel hem dan, al blies de wind hem nog steeds naar achteren.
“Hee...” Egel klonk verbaasd maar keek niet om en begon toen te lopen, Haas liep hem achterna.
“De wind is gaan liggen,” Hoorde hij hem zeggen. Zonder dat Egel het door had volgde Haas het beestje door het bos, naar zijn hol. Daar pas draaide Egel zich om en gilde verrast.
“Ha die Egel,” Groette Haas hem, heimelijk plezier hebbend in het verraste gezicht.
“Haas, waar kom jij nou vandaan? Ik heb je helemaal niet gezien.”
“Oh, dat klopt, ik liep namelijk daar.” Haas wees in de verte. Egel knikte begrijpelijk en liet Haas binnen.
“Wat deed je in het bos met dit weer?” Egel schonk twee kopjes thee in.
“Ik was de zandvlakte aan het schetsen toen het begon te stormen.” Haas sloeg een poot voor zijn mond.
“Wat is er? Is de thee te heet?”
“Nee, mijn schetsblok, het is weg.”
“Dan moeten we gaan zoeken.” Egel liep opnieuw de storm in, een verdrietige Haas volgde hem. Al snel kwamen ze Uil tegen die mistroostig naar de lucht keek.
“Ha, die Uil,” groette Egel hem.
“Hallo,” zei Uil, Haas reageerde niet.
“Wat is er met hem?” Uil keek bezorgd naar Haas.
“Zijn schetsblok is weggewaaid.” fluisterde Egel.
“Ah, zal ik helpen zoeken?” Egel knikte opgetogen en met zijn drieën liepen ze verder.
“Hier weet ik dat ik hem nog had.” Zei Haas toen ze op de plek stonden waar Haas, Egel die middag was tegen gekomen
“Ik zie het nergens,” Egel keek zoekend in het rond.
“Misschien...” begon Uil aarzelend. Haas knikte instemmend.
“Laten we gaan,” Uil en Haas begonnen te lopen, Egel hobbelde achter ze aan.
“Waar gaan we naartoe?”
“Naar de boze heks.” Antwoordden Uil en Haas tegelijk.
“Naar...oh...”
Het hutje van de heks zag er uitnodigend uit in het gure weer, uit de schoorsteen stegen heerlijke dampen op en door het raam zagen ze dat ze het haardvuur had aangestoken. Haas slikte even en klopte toen dapper op de deur. De boze heks stommelde even en opende toen de deur.
“Wat moeten jullie?” Ze klonk geïrriteerd maar Haas haalde diep adem.
“In de storm ben ik mijn schetsblok kwijtgeraakt, ik wilde vragen of je kon helpen zoeken.”
“Pah! Jullie zijn toch veel beter in zoeken?”
“Ja, maar wij kunnen niet toveren.”
“Ah… Wat ga je me ervoor geven?” Ze leunde tegen de deurpost. Haas dacht diep na.
“Een tekening van u.” Zei hij uiteindelijk. De heks keek hem even aan.
“Goed dan, kom binnen.” Uil sloot de deur, terwijl de heks naar haar grote toverboek liep.
“Weggewaaid he, niet zo gek in dit weer. Het verbaasd me dat jullie niet zijn weggewaaid.”
De vrienden hielden zich doodstil, om de heks niet uit haar concentratie te halen.
“Ik heb een haar van je vacht nodig.” Ze draaide zich naar Haas om die slikte en deed wat ze zei.
Haas tekende de heks, de rest at van de appeltaart.
Reacties:
Er zijn nog geen reacties op dit verhaal.