Hoofdcategorieën
Home » Overige » The Fairies' Tale » Chapter 34
The Fairies' Tale
Chapter 34
Dezh POV
Zodra ik mijn ogen open, weet ik dat er iets aan de hand is. Meer dan gebruikelijk in de Dekkers Mansion, welteverstaan. Dit leid ik af uit een aantal verontrustende feiten.
Exhibit 1: ik ben alleen in de kamer. Bill ligt niet naast me en Kay’s bed is onbeslapen. Gezien het tijdstip is dit bijna voldoende om de politie te bellen, ware het niet dat—
Exhibit 2: er klinkt een enorm kabaal vanuit de tuin, alsof iemand houtsnijwerk oefent op de schutting met een kettingzaag. Niet zo vergezocht als het klinkt.
Ten slotte hebben we nog—
Exhibit 3: er wordt luidkeels geschreeuwd in het trappenhuis. Normaal gesproken zou me dat niet eens opvallen, zeker omdat het klinkt als River versus Tom, maar opeens hoor ik Do en ze schaart zich aan Toms kant. Dat kan niets goeds betekenen.
Ik glijd uit bed, schuif mijn voeten in mijn konijnensloffen en sluip naar de gang. River staat – voor zover een spook dat kan – midden op de zoldertrap, vervaarlijk zwaaiend met een fles Bailey’s. Hij wordt geflankeerd door Johnny, JLaw, Zayn en Louis “Not Just Resting Bitchface” Tomlinson. Op de bovenste treden van de andere trap staan, in gevechtsformatie, Do, Tom, Darren en Marit (die zo te zien een koekenpan van Daan heeft geleend).
‘Dezh!’ brult Do, op zo’n militaire toon dat ik mijn hielen tegen elkaar klik en salueer. ‘Sinterklaas, yay or nay?’
Dit weer.
De discussie loopt al een week of drie, sinds River verontwaardigd beneden kwam omdat Do in plaats van met hem in de fundering te kruipen liever het Sinterklaasjournaal keek. Sindsdien is het huis in twee kampen verdeeld: enerzijds de Amerikanen en Britten, die de aantrekkingskracht van een oude baardige man in een rode outfit met koddige helpertjes weigeren te begrijpen (ziet iemand de ironie? Zij in elk geval niet), anderzijds de Nederlanders en Vlamingen plus Darren, die elk excuus om te feesten aangrijpt, al helemaal als er kinderliedjes bij betrokken zijn. De Duitsers hebben zich tot nu toe van stemming onthouden, maar het lijkt erop dat Do in elk geval de gitarist gestrikt heeft. Lang genoeg bedreigd, haar kennende.
‘Soldaat!’ blaft Captain. ‘Antwoord!’
‘Ja, kapitein.’ Ik salueer opnieuw. ‘Sinterklaas, kapitein. Jazeker, kapitein.’
‘Insubordinatie!’ Johnny moet zich aan de trapleuning vastklampen om niet halsoverkop door River heen te vallen. ‘Muiterij! Ik ben hier de kapitein!’
‘Steek je kop in de plee en trek door!’ klinkt het in koor van boven zijn hoofd. Kol en Tessa suizen aan de boven de trappen geïnstalleerde kabelbaan door het zolderluik, schoppen respectievelijk Zayn en Louis tussen hun schouderbladen, legen een zak strooigoed over Jennifers hoofd en ontwijken nipt de grijphanden van River en Johnny. Met een Tarzan-waardige oerkreet verdwijnen ze naar de begane grond.
Ik raap een handje kruidnoten van de vloer, wip er één in mijn mond en kruip onder Marits koekenpan door. ‘Ik ga Kay zoeken. Als jullie zo nodig moeten vechten, doe het dan in de tuin.’
‘Waar denk je dat je lieve zus mee bezig is?’ roept Tom me achterna, maar zijn woorden bereiken me te laat. Ik heb het al gezien. En ik had dus gelijk over die kettingzaag.
De tuin is een slagveld – letterlijk. Kay en Bodine zetten net tevreden hun scheppen tegen de garagedeur. Ze hebben allebei behoorlijke wallen, ik wil niet weten hoe lang het heeft geduurd om de twee loopgraven te bouwen. Ze zijn groot genoeg voor vier personen, inclusief houten trappen en vlijmscherp prikkeldraad. No man’s land wordt gemarkeerd door gestolen IKEA-vlaggetjes. Uit de achterste loopgraaf steekt een iets te bekend kapsel.
‘Eh, Kay?’ vraag ik. ‘Wat doet Bill daar?’
‘We hebben hem als liniaal gebruikt,’ zegt mijn zus, alsof dat vanzelfsprekend is. ‘De loopgraven zijn twee Bills breed, een halve Bill diep en – hoeveel was het ook al weer?’
‘Nul komma acht Bill hoog,’ zegt Bodine prompt. ‘Kapsel meegerekend.’
‘Hoe heb je een halve Bill gemeten?’ vraag ik en schud direct mijn hoofd. ‘Laat ook maar. Te veel informatie. Zolang hij er maar uit mag voordat de slacht begint.’
‘En garde!’ River stuift aan me voorbij, trekt zijn knieën op alsof hij een bommetje maakt in een zwembad en duikt een loopgraaf in. Er klinkt geen klap als hij op de bodem terechtkomt, hij is tenslotte een spook. Achter hem volgt Johnny, die abrupt aan de rand van het gat blijft staan en een bitchface trekt dat Louis naar de kroon steekt.
‘Wat is dit? Voordeel in ons nadeel! Waar zijn de schepen? Ik eis een zeeslag!’
‘Pech,’ zegt Kay.
Na één blik op haar gezicht druipt Johnny mompelend af. Natuurlijk begint River meteen te klagen dat het nu oneerlijk verdeeld is, want zo zijn ze hun kapitein kwijt en hoe moeten ze dan hun troepen aanvoeren? Na wat geharrewar beslist Elvis, de onpartijdige scheidsrechter (een feest waarbij kaashapjes niet traditioneel zijn kan hem geen vin schelen), dat Do haar bataljon alleen van buiten de loopgraven mag aanvoeren. Morrend vist ze Bill bij zijn kraag uit het gat en stelt haar soldaten op: Marit, Daan, Tom en de Kol-Tessa-pantserwagen. Aan Rivers zijde strijden Jennifer, voor de gelegenheid in Mockingjay-kostuum, Zayn en Louis. De laatste is bewapend met een stijltang.
Ondanks de aanmoedigingen van de zijlijn wordt algauw duidelijk dat de Sinterklaaszijde de slag onmogelijk kan winnen. Niet omdat ze de minste soldaten hebben – hoewel de stekker aan Louis’ stijltang Tom in diepe slaap zapt, worden Tomlinson en Malik onmiddellijk daarna door een ingenieuze koekenpan-boemerang-manoeuvre van Daan en Marit geveld. Kol en Tessa vangen de pijlen van de Mockingjay op met een enorme speculaaspop en schieten zoveel fondant uit hun gemodificeerde Nerf-pistolen dat Jennifer na een paar minuten meer wegheeft van een Jackson-Pollock-schilderij. Het probleem zit ’m in River. Liever gezegd, in het feit dat River een spook is. Als hij niet geraakt wil worden, dan wordt hij niet geraakt.
‘Laat maar komen!’ schreeuwt hij strijdlustig en zwiept met zijn fles Bailey’s. ‘Ik kan dit de hele dag blijven doen!’
Do uit een paar hartgrondige vloeken (als iemand op de hoogte is van Rivers stamina, dan is zij het wel) en trekt de kapiteinspet van haar hoofd. ‘Sorry, jongens. Als we nu capituleren, kunnen we misschien nog iets uit de vredesverdragen slepen. Anders verspelen we zelfs het recht van de verliezer.’
De anti-Klaas-fractie klimt triomferend uit hun loopgraaf. Opnieuw met Elvis als mediator wordt uiteindelijk tussen de IKEA-vlaggetjes de vrede getekend: Sinterklaas gaat niet door, op last van de overwinnaars, maar er komt wel een vervangend feest. Omdat River de zenuwtrek bij Do’s oog correct interpreteert als “Nog één woord en je zult de rest van je eeuwige leven moeten spoken in het vorige onderkomen van Oscar Mopperkont, met als enige afleiding van de tinnen troosteloosheid een tube glijmiddel en je rechterhand”, benoemt hij haar tot kapitein van de partyplanners en leent haar één van zijn shirts als nieuw ceremonieel uniform.
Captain strijkt de stof glad, zet de kapiteinspet achterstevoren op haar hoofd en wenkt Kay naar zich toe. Bill trekt voor de zekerheid alvast wit weg. Je kan tenslotte nooit genoeg voorbereid zijn als het om een Dekkers-feestje gaat.
Als de avond valt, is het net alsof de avond niet valt. Kay heeft genoeg lichtjes opgehangen in, om en aan het huis om ons hele elektriciteitsbudget er in een kwartier doorheen te jagen en ik prijs mezelf gelukkig dat ik dit jaar niet verantwoordelijk ben voor onze financiën. De bar in de Neverlandvleugel is omgetoverd tot gokparadijs, compleet met eenarmige bandieten, blackjacktafels en nieuwe behangdecoraties in de vorm van opgesprayde dollartekens, gemaakt van het roze glitterspul dat Johnny ooit eens op Tessa los heeft gelaten. Ze werpt er vuile blikken op als ze erlangs loopt in haar Bondgirl-outfit.
Do draagt nog steeds Rivers shirt, nu gecombineerd met een gouden kokerrok en een zonnebril zo groot dat ze een kruising lijkt tussen een vlieg, een piloot en Kim Kardashian. Kay staat achter de bar en heeft zich een overhemd met een rode stropdas aangemeten. Haar wekelijkse (dagelijkse) drankrivaliteit met Bodine is al begonnen, er staat een fles tequila tussen hen in en ik ruik citroen over Kols wierook heen. Johnny zit in een hoek op een barkruk en wrijft afwezig over de hals van een fles rum. Niemand gebruikt glazen. Waarom zou je ook?
Iv, Marit en Jennifer zitten een eindje verderop geconcentreerd naar hun kaarten te staren, bijgestaan door croupier Daan, op haar beurt bijgestaan door voetenbankje Georg. Bij de deur staat Gustav in een bouncer-outfit. Hij controleert iets dat lijkt op een identiteitsbewijs, maar werkelijk Elvis’ dierenartskaart blijkt te zijn. Ik heb mezelf opgeworpen als clubmanager en wankel langs in torenhoge hakken.
De dansvloer wordt bevolkt door Harry, Louis en Zayn, waarvan de eerste zich weer in zijn drag-queen-jurk heeft gehesen. De andere twee hebben gekozen voor de Chippendale-look. Tot mijn spijt, want dat zijn twee pluizige borstkassen die ik niet hoefde te zien. River speelt voor dj en haalt zich daarmee de woede van praktisch iedereen op de hals, omdat hij weigert iets te draaien dat jonger is dan twintig jaar. Bill leunt op zijn plateauzolen tegen de muur en geeft een nog sterkere stripper-vibe af dan Louis en Zayn.
Dan komt Tom binnen. Hij heeft duidelijk ergens iets gemist, want hij draagt een tabberd, een mijter en witte handschoenen. Vreemd klonterig spul kleeft zijn baard aan zijn kin; na even staren besef ik dat hij geprobeerd heeft zijn baardharen wit te Tipp-exen. Achter hem volgt Darren, breed grijnzend in een Elvis-jumpsuit dat Gustav ooit eens op een verkleedfeestje heeft gedragen. De jumpsuit is hem iets te kort, maar dat maken zijn kuithoge laarzen en de strasstenen in zijn haar wel weer goed.
‘Vegas, baby!’ Do graait een fles Bailey’s achter Kay vandaan, maakt een iets te wiebelige radslag over de bar, slaat daarbij bijna Bodine van haar kruk en scheurt twee prachtige splitten in de zijkanten van haar kokerrok. Dat doet aan het enthousiasme waarmee ze de fles aan haar mond zet geen afbreuk. Het is het startschot van een feestje waarvoor we ons morgenochtend bij de hele buurt zullen moeten verontschuldigen.
Twee uur later is zelfs Elvis een beetje tipsy, dankzij de scheut wodka die eigenlijk in Bodines mond had gemoeten (maar hé, mikken is moeilijk, zeker als je Kay bent en aan de appeljenever hebt gezeten). Iv wilde de drie pakjes kauwgom, twee keer ontbijt op bed en het paar gouden oorringen die ze haar tegenspelers afhandig heeft gemaakt niet in gevaar brengen door te drinken en ik ken mijn limieten te goed om eroverheen te gaan, dus wij zijn de enige nuchtere bewoners in huis. Elvis-Darren en Sinterklaas-Tom staan te swingen op Rivers jaren-tachtig-house en Harry vormt het meest agressieve danspaar dat ik ooit gezien heb met Tessa – ze walsen en ruziën over wie James Bond het aantrekkelijkst zou vinden.
Net op het moment dat Iv een triomfkreet slaakt en Marit haar hoofd op tafel laat zakken, springt Do bovenop een barkruk en zet haar handen aan haar mond. ‘Allemaal opletten, lamzakken!’
Kol klimt op de kruk naast de hare, met een grijns die niet bij haar onschuldige snoet past. Ze heeft een koeienbel in haar hand en rinkelt er zo doordringend mee dat Bodine Kay’s stropdas in haar oren probeert te proppen. River legt de muziek verbaasd het zwijgen op.
‘Dit is Vegas!’ verkondigt Do. ‘En wat hoort er allemaal bij Vegas?’
‘Gokken!’ roept Iv en wuift triomfantelijk met de haarband die ze uit Marits kapsel heeft geplukt.
‘Drinken?’ vraagt Kay, terwijl ze een fles dropshot onder de bar vandaan haalt.
‘Elvis!’ zingt Darren, grijpt de vissenkom en doet een paar danspassen.
‘Strippers,’ zegt Louis en werpt een zijdelingse blik op Bill.
‘Ja, al die dingen,’ knikt Do, met een hoofd als een tevreden schooljuf. ‘En nog iets.’
Ze steekt een hand uit en Kol legt de koeienbel erin. Kay grist haar stropdas alvast terug.
‘Wedding bells!’ brult Do en gooit haar armen in de lucht, zodat Rivers shirt uit de band van haar geruïneerde kokerrok schiet. ‘Kom naar het Japanse theehuis, bitches, jullie gaan trouwen!’
Ze specificeert niet wie precies, maar iedereen voelt zich aangesproken dan wel aangeschoten genoeg om in een lange, onordelijke slinger achter haar en Kol door de gang te struikelen. Het theehuis is voor vanavond veranderd in een walk-in-huwelijkskapelletje: een boog van wilgenhout versierd met bloemen, overal rozen en witte kanten kleedjes, een klein podium voor de trouwambtenaar, Kay’s onvermijdelijke lichtshow, een uitgerolde rode loper die volgens mij van Harry’s lakens is gemaakt, rijen stoelen voor de huwelijksgasten. Do springt op het podium en rammelt nog eens met de bel.
‘Wie komt, wie komt?’
‘De goede, goede Sint,’ neuriet Tom zachtjes en wankelt over de rode loper naar voren.
‘We hebben een vrijwilliger!’ tettert Do. De gitarist kijkt met bloeddoorlopen ogen naar haar omhoog, krabt in zijn Tipp-ex-baard en boert. Dat vat Captain blijkbaar op als een ja, want ze plant hem stevig aan één kant van de huwelijksboog.
‘Ik wil bloemenmeisje zijn!’ roept Zayn. Hij grijpt een pakje theeblaadjes uit het schap aan de muur en trekt het alvast open. Iv schiet hem te hulp, want hij staat niet meer helemaal stabiel op zijn benen. Ze duwt Marits haarband in zijn haren en klemt er een roos onder.
Dan schuift Daan haar voetenbankje annex kelderslaaf naar voren met haar croupierstokje. ‘Ik draag Georg aan als vrijwilliger.’
‘Vrijwillig, hierzo,’ mompelt de bassist en steekt verslagen zijn hand op. Gelukkig heeft Daan hem onder tafel slokjes van haar Bloody Mary gevoerd, zodat hij niet al te veel zal meekrijgen of onthouden, want ze is nog niet klaar met haar huwelijksplannen voor hem.
‘Je trouwt met Elvis,’ zegt ze gedecideerd. Darren hupt enthousiast naar voren en steekt alvast een paar rozen in het decolleté van zijn jumpsuit, maar Daan duwt hem opzij. ‘Niet jij. Elvis.’
Ze neemt de vissenkom uit Johnny’s handen en geeft die aan Georg. Hij houdt de kom voor zijn gezicht, alsof hij diep in de ogen van zijn nieuwe partner probeer te staren. Ik weet niet wat voor voorteken voor hun gezamenlijke toekomst het is dat Elvis met zijn buik omhoog in het water drijft en zachtjes Paradise By The Dashboard Lights humt.
‘Mag ik ook?’ vraagt Darren met een pruilmond. ‘Ik ben al helemaal mooi.’
Hij klopt op de rozen die als borsthaar uit zijn jumpsuit tevoorschijn piepen. Marit stapt naar voren en legt zijn hand plechtig in die van Sinterklaas, die zijn andere arm om de huwelijksboog heeft geslagen en de zangpartij van de vrouw in Paradise meelispelt.
‘En ik!’ Harry struikelt over de zoom van zijn jurk in zijn haast om bij het podium te komen. ‘Ik, ik, ik! Maar ik trek geen pak aan!’
‘Hé, wacht eens, ik ben de clubeigenaar,’ bedenk ik me opeens en wiebel naar voren op mijn hoge hakken. ‘De kapel is ook van mij. Ik wil getuige zijn.’
‘Dan zal ik moeten trouwen,’ stelt Kay vast. ‘Mijn zusje een beetje laten getuigen voor andere mensen, dacht het niet dus.’
Ze duwt de dropshot in Bodines armen en rukt Harry naar zich toe.
‘Geen pak, geen pak!’ piept hij meteen.
‘Geen zorgen,’ zegt ze geruststellend op dreigende toon, ‘ik heb hier de broek aan.’
Do rinkelt met de koeienbel en kijkt dieptevreden, al helemaal klaar om de ceremonie te laten beginnen, maar voordat ze haar mond open kan trekken, gooit Bodine de fles kapot op de vloer en haar handen in de lucht. ‘Ik wil óók!’
Altijd tegen elkaar opbieden, zo werkt het hier nu eenmaal. Als het niet om drank gaat, dan wel om huwelijken. Bodine trekt de hoed van Johnny’s hoofd en lokt hem daarmee naar de andere paren. Hij moet zichzelf aan de andere kant van de boog vasthouden, maar hé, ze had een slechtere partner kunnen treffen. In elk geval zingt hij niet zo hoog dat honden ervan zouden janken. En hij is geen vis.
Ondertussen organiseer ik de getuigen. Bill voelt zich verscheurd tussen zijn broer, vanwege hun tweeling-zijn, en Harry, vanwege hun minnaar-zijn, maar ik overtuig hem om samen met mij te getuigen en dus voor Harry te kiezen. Om Tom te troosten trekt Kol Tessa mee naar de zolder van de Mansion en komt even later terug als het voorste deel van het paard van Sinterklaas. Tessa, het achterste deel, heeft een zwarte pruik omgevormd tot staart en draagt zwarte kistjes bij wijze van hoeven. Marit getuigt voor Elvis-Darren, Gustav voor Elvis-vis en Daan natuurlijk voor Georg.
‘En wij dan?’ vraagt Bodine, terwijl ze Daans croupierstok leent om Johnny te stutten. ‘Wij hebben nog niemand.’
Achter ons vliegt de deur open en twee stoffige gedaanten kletteren met het geluid van een voltallige pannenset op de grond.
Ja, het is nog geen Sinterklaas, maar close enough. Also, omdat m'n stuk nogal achterlijk lang bleek te worden, heb ik 't in tweeën geknipt. Volgende deel volgt.
Reacties:
I am literally crying. <3
‘Soldaat!’ blaft Captain. ‘Antwoord!’
‘Ja, kapitein.’ Ik salueer opnieuw. ‘Sinterklaas, kapitein. Jazeker, kapitein.’
‘Insubordinatie!’ Johnny moet zich aan de trapleuning vastklampen om niet halsoverkop door River heen te vallen. ‘Muiterij! Ik ben hier de kapitein!’
‘Steek je kop in de plee en trek door!’ klinkt het in koor van boven zijn hoofd. Kol en Tessa suizen aan de boven de trappen geïnstalleerde kabelbaan door het zolderluik, schoppen respectievelijk Zayn en Louis tussen hun schouderbladen, legen een zak strooigoed over Jennifers hoofd en ontwijken nipt de grijphanden van River en Johnny. Met een Tarzan-waardige oerkreet verdwijnen ze naar de begane grond.
Jaaaa. <333 Oh boy, ja. Ik kan 't me zo voorstellen dat we dat zouden hebben, want waarom niet en duh, en Captain vs Captain oh my god. Ja. *-*
De tuin is een slagveld – letterlijk. Kay en Bodine zetten net tevreden hun scheppen tegen de garagedeur. Ze hebben allebei behoorlijke wallen, ik wil niet weten hoe lang het heeft geduurd om de twee loopgraven te bouwen. Ze zijn groot genoeg voor vier personen, inclusief houten trappen en vlijmscherp prikkeldraad. No man’s land wordt gemarkeerd door gestolen IKEA-vlaggetjes. Uit de achterste loopgraaf steekt een iets te bekend kapsel.
‘Eh, Kay?’ vraag ik. ‘Wat doet Bill daar?’
‘We hebben hem als liniaal gebruikt,’ zegt mijn zus, alsof dat vanzelfsprekend is. ‘De loopgraven zijn twee Bills breed, een halve Bill diep en – hoeveel was het ook al weer?’
‘Nul komma acht Bill hoog,’ zegt Bodine prompt. ‘Kapsel meegerekend.’
Not even surprised. En Bill als liniaal - daarbij ging ik echt dood. :'
Als de avond valt, is het net alsof de avond niet valt. Kay heeft genoeg lichtjes opgehangen in, om en aan het huis om ons hele elektriciteitsbudget er in een kwartier doorheen te jagen.
<3
gemaakt van het roze glitterspul dat Johnny ooit eens op Tessa los heeft gelaten. Ze werpt er vuile blikken op als ze erlangs loopt in haar Bondgirl-outfit.
Nostalgie effkes.
Kay staat achter de bar en heeft zich een overhemd met een rode stropdas aangemeten. Haar wekelijkse (dagelijkse) drankrivaliteit met Bodine is al begonnen, er staat een fles tequila tussen hen in en ik ruik citroen over Kols wierook heen.
I will gladly fulfill bartending duties. En rivaliteit, jaaa. <3
Twee uur later is zelfs Elvis een beetje tipsy, dankzij de scheut wodka die eigenlijk in Bodines mond had gemoeten (maar hé, mikken is moeilijk, zeker als je Kay bent en aan de appeljenever hebt gezeten).
Uiteraard. En appeljenever. Ik zie waar je je inspiratie vandaan haalt, Dezh, and I love it. c:
‘Wie komt, wie komt?’
‘De goede, goede Sint,’ neuriet Tom zachtjes en wankelt over de rode loper naar voren.
Oh Tom. <3
Dan schuift Daan haar voetenbankje annex kelderslaaf naar voren met haar croupierstokje. ‘Ik draag Georg aan als vrijwilliger.’
‘Vrijwillig, hierzo,’ mompelt de bassist en steekt verslagen zijn hand op.
Arme Georg. :'
‘Geen pak, geen pak!’ piept hij meteen.
‘Geen zorgen,’ zegt ze geruststellend op dreigende toon, ‘ik heb hier de broek aan.’
As I do.
Jaaaa. Heel dit hoofdstuk was leuk. De rivaliteit tussen Bo en mij en het oorlogje in het begin en het was écht grappig, Dezh, echt waar. Ik heb me nog ingehouden met quoten, want ik vond zoveel leuk en quotewaardig aan dit hoofdstuk en ja.
Zelfs als ik wist wat er ging gebeuren, heb ik dit heel erg graag gelezen en 't was zo goed en lang (altijd goed!) en gewoon. Gewoon ja. *-*
Ik ben heel erg benieuwd en excited voor de tweede helft!
I love you. <3
Je ziet aan de lengte alleen al dat jij het bent x) ik lees dit zodra ik tijd heb <3