Hoofdcategorieën
Home » Super Mario Bros » Super Lila Galaxy? (VOLTOOID) » 28: Lila is dood
Super Lila Galaxy? (VOLTOOID)
28: Lila is dood
“Ik ben dood. Ik ben dood, dood, dood.”
Lila is dood. Of tenminste, daar lijkt het verdacht veel op. Haar hoofd doet vreselijk veel pijn en ze zit op de grond in een ronde kamer die schaars verlicht wordt door fakkels.
“Wat is het toch leuk om dood te zijn,” mompelt Lila terwijl ze om zich heen kijkt. “Dit krijg je nou van je goede gedrag, Holmes.” Ze zucht diep.
Dan ziet ze opeens een deur. Het is een grote, metalen deur. Lila staat op en kijkt om zich heen. Geen andere deuren te zien.
“Geweldig,” zegt ze. “Ik haat het om geen keus te hebben.”
Ze loopt naar de deur en duwt er tegen. Met een piepend geluid gaat hij open.
“Wauw, wat een verassing.”
Met een sarcastisch verbaasde blik loopt Lila de ronde, schaars verlichte kamer in. Ze houdt haar handen voor haar mond om een dramatisch effect op te wekken.
“NIET te geloven. Precies dezelfde kamer! Dus dit is hoe de hel eruitziet. Een eindeloze cirkel van wanhoop.”
En zoals Lila had verwacht gaat de deur achter haar automatisch dicht en is er nog een deur aan de andere kant van de kamer. Lila rolt met haar ogen, opent de metalen, piepende deur en loopt de volgende ronde, schaars verlichte kamer in.
“Nee maar! Wat is DIT een mooie kamer zeg!” roept Lila uit. “Dit had ik nou écht niet verwacht.”
Ze loopt naar de volgende deur, opent hem en loopt naar de volgende kamer. En naar de volgende. En de volgende. En bij iedere betreding van de kamer maakt ze sarcastische opmerkingen.
Na zo'n twintig kamers te hebben gehad, gaat Lila vermoeid in het midden zitten.
“Waarom moest in nou ook zo nodig de ruimte in..” mompelt ze in zichzelf. “En wat probeerde ik te doen? Het universum redden? Een held zijn? Super Lila Galaxy? Nee, ik ben geen superheld. Ik ben de nakomeling van een alien en het nichtje van een sociopaat.”
Ze buigt haar hoofd en gaat met haar handen over haar gezicht. Ze slaakt een diepe zucht.
“En het is nog Kerstmis ook… Waarom verdoe ik mijn tijd in de hel…”
“De hel zou de hel niet zijn zonder een demoon of twee.”
Lila schrikt zich rot en schuift zichzelf met haar voeten een meter of drie achteruit. Ze kijkt naar de persoon die de kamer is binnengekomen. Haar ogen worden groot. Ze kent hem maar al te goed, al heeft ze hem in heel haar leven nog niet eens een minuut gezien in een droom.
De Levende Nachtmerrie.
De afkeer. De angst. Lila begrijpt het niet. Ze kent hem niet eens. Hoe kan ze zo bang zijn voor een man met blauwe diamanten als oorbellen? Waarom haat ze hem, zijn grauwe huid en zijn spierwitte haar? Waarom wil ze nu zo snel mogelijk de kamer verlaten om maar niet in dezelfde omgeving te zijn als deze demoon?
Blijf kalm, Lila. Geen enkele reden om bang te zijn.
Maar zodra de Levende Nachtmerrie begint te lachen, herinnert ze zich weer waarom ze hem zo verafschuwt. Zijn lach is on misselijk van te worden.
“Wie ben jij?!” zegt Lila terwijl ze opstaat. “Waarom ben jij hier?!”
De Nachtmerrie glimlacht en haalt een gehandschoende hand door zijn haren.
“Ik ben de nachtmerrie, maar dan levend. Dat wist je al, toch?”
“Ja, dat wist ik al,” mompelt Lila. “En het laatste wat je zei was dat de volgende nachtmerrie geen twee seconden, maar twee uren zou duren. Is dat nu?”
De Nachtmerrie zucht even. “Jammer genoeg niet, Lila. Jammer genoeg niet.”
Lila’s ogen gaan iets verder open. “Hoe bedoel je, jammer genoeg niet? Ik kan niet terug naar de… Hé, wacht eens.. Jij zei net LEVENDE nachtmerrie. Als dit de hel is, dan ben jij niet LEVEND.”
De Nachtmerrie kijkt kwaad in haar richting en Lila krimpt ineen. Een blik van Bowser kon haar al een naar gevoel geven, maar dit is minstens tien keer zo erg.
“Doe maar weer alsof je oh zo slim bent,” zegt hij met een lage stem. Hij zet een stap naar haar toe. “Hier is dat logica-zoekende brein van jou compleet nutteloos. Er is geen logica hier. Er is alleen jij…”
Hij zet nog een stap vooruit.
“…en ik.”
Lila deinst bijna automatisch terug, maar ze denkt hard na met haar logica-zoekende brein. Als dit de Levende Nachtmerrie is, kan dit niet de dood zijn. Dan is dit gewoon weer een droom, zoals eerder. Dat betekent dat…
“Ik ben alleen bewusteloos,” zegt Lila. “Jij bent hier niet eens.”
“Oh, ben ik hier niet?”
De Nachtmerrie verdwijnt in ruitjes en verschijnt vervolgens weer in de kamer, nog geen meter van haar verwijderd. Met een scherpe ademhaling springt Lila achteruit.
“Het gaat er niet om of ik hier ben of niet, Lila,” zegt hij met een grijns. “Waar het om gaat is dat de angst werkelijkheid is. Je kan geen emoties doden, of wel? Een gevoel?”
Hij steekt zijn hand uit en Lila zet snel nog een stap achteruit.
“Oh, dat is waar,” grinnikt de Nachtmerrie. “Ik heb me nog niet eens officieel aan je voorgesteld. Want zie je, in ben niet zomaar een demoon. Wil je mijn naam weten?”
“Ik denk dat ik dat niet wil,” kaatst Lila terug.
Hij lacht luidkeels. “Maar natuurlijk wil je dat niet! En daarom…”
Er verschijnt een zwart, vlijmscherp zwaard in zijn hand.
“…zul je moeten sterven.”
In een ogenblik verdwijnt hij en verschijnt hij weer achter Lila en hij steekt het zwaard dwars door haar heen. Lila schreeuwt en ziet de punt van het zwaard uit haar buik steken, donkerrood van het bloed. Ze begint meteen ongecontroleerd te trillen en ze voelt een hand op haar schouder die zo koud is dat er rillingen over haar hele lichaam gaan.
“Wij komen elkaar nog wel tegen,” fluistert de Nachtmerrie. “Maar tot die tijd ben ik bang dat ik me terug moet trekken.”
Met een gestoorde lach trekt hij het zwaard uit haar lichaam. Lila’s lichaam schokt. Ze voelt het gat in haar buik en ze kan haar benen niet eens meer zien door de hoeveelheid bloed die over haar heen stroomt. Ze is aan het schudden.
Als dit een nachtmerrie is, heeft hij nog nooit zo echt aangevoeld.
Reacties:
Er zijn nog geen reacties op dit verhaal.