Hoofdcategorieën
Home » Harry Potter » Na de boeken: De Terugkerende Vloek » De Magie van Zweinstein
Na de boeken: De Terugkerende Vloek
De Magie van Zweinstein
Albus nam niet eens de tijd om het portretgat weer dicht te doen. Hij rende onmiddelijk richting de trappen naar de jongens' slaapkamers en stampte de treden op zonder te letten op de blikken die de andere leerlingen hem gaven.
Pas toen hij de deur van de slaapkamer die hij met de anderen deelde achter zich had dichtgeslagen, liet hij zichzelf een pauze nemen. Hij viel met zijn rug tegen de deur, de boeken nog steeds stevig tegen zich aangeklemd, en hijgde totdat hij zo ongeveer weer normaal adem kon halen.
Toen het zover was, en ook al wist Albus zelf niet eens precies waarom, grijsde hij.
Hij zou eindelijk te weten komen wat er aan de hand was. Hij zou eindelijk alles kunnen begrijpen, en hij zou eindelijk zijn vrienden weer kunnen helpen.
Alles zou goed komen.
Hij liep vlug naar zijn bureau, een klein tafeltje onder het raam bij zijn bed, de boeken nog steeds stevig vasthoudend, en veegde de boeken en rollen perkament van het tafelblad af, waarna hij de twee boeken er in de plaats neerlegde.
Op dat moment ging de deur achter hem open, en Albus keek om.
Scorpius nam niet de moeite om de deur achter zich dicht te doen terwijl hij naar zijn vriend toeliep. Hij was verschrikkelijk aan het hijgen.
'James-', hij nam diep adem, 'James is naar professor Anderling's kantoor. Ik weet- Ik weet niet waarvoor. Waarschijnlijk iets met de wedstrijd vandaag of zo. Nou wil je me nu eindelijk vertellen wat er aan de hand is?' Zijn expressie ging van uitgeput naar geïrriteerd bij dit laatste, en Albus draaide zich om.
'Geen zorgen, ik zal alles eerlijk aan je uitleggen'
'Nou, dan ben jij de eerste' Scorpius sloeg zijn armen over elkaar terwijl Albus door het eerste boek bladerde- het boek met de magische "artefacten". 'Waar ben je eigenlijk naar op zoek?'
Albus antwoordde niet, maar mompelde zachtjes: 'Vervloekte deuren... Magisch gereedschap... Vervloekte sieraden' Hij bladerde snel naar de goede bladzijde en stopte toen hij het bekende aanblik van het Medaillon tegenkwam.
Voorzichtig haalde hij de ketting uit zijn zak en legde het neer op de open pagina. Hij stapte naar achter zodat Scorpius het ook nog kon zien.
Scorpius liet zijn armen zakken en leunde naar voren. 'Ja, dus, dit heb ik al eerder gezien' Hij haalde zijn schouders op.
'Ja, maar kijk' Albus stapte naar voren en wees naar de regel over de werking van het Medaillon. 'Zie? Er staat niks in over hoe het werkt'
Scorpius trok zijn wenkbrauw op. 'Wat, en jij wilt mij nu vertellen dat jij dat wel weet?'
'Sssh' Albus pakte nu het andere boek van het tafeltje. Het was getiteld 'De Magie van Zweinstein'. Hij sloeg het open en las de inhoud.
Scorpius fronste, terwijl Albus' ogen groter werden met elk woord dat hij las. 'Dus? Je zou het me toch vertellen?', vroeg hij, overduidelijk niet proberend om zijn ongeduld te verhullen. Wat is dat voor een boek? En waarom-
'Het is een verzameling van legendes rond Zweinstein', zei Albus, meer in zichzelf dan tegen Scorpius.
'Wat?' Scorpius probeerde ondersteboven mee te lezen, maar Albus had de bladzijde alweer omgeslagen. 'Waarom-'
'Ze heeft deze bladzijde gemarkeerd' Albus bekeek de desbetreffende bladzijde. Een ruwe zwart-wit tekening van een mooi meisje met lang haar sierde de linkerkant. Hij keek naar de rechter bladzijde, en grote, sierlijke letters namen daar de hele pagina in. Hardop , zodat Scorpius het ook kon horen, las hij langzaam:
'De Legende van Zwadderich's Kamer der Liefde'
'Je bent me kwijt', zei Scorpius terwijl hij verward met zijn hoofd schudde.
Albus schonk hem geen aandacht en bladerde verder zodat hij het verhaal kon lezen.
"Er gaan veel geruchten en verhalen over de vier stichters van Zweinstein,', las hij voor, 'vooral over de mysterieuze Zalazar Zwadderich. Waarschijnlijk de meest bekende is die van de geheime kamer in de dieptes van het kasteel, waarin hij een monsterlijk wezen zou vasthouden dat de school zou "reinigen" van Dreuzel-kinderen. Wat veel mensen echter niet weten, is dat er gelooft wordt dat Zwadderich nog een geheime kamer heeft gebouwd en verborgen, ergens in het kasteel'
'Serieus?' Scorpius liep achteruit tot hij op Albus' bed kon zitten. De zwart-harige jongen keek niet op van zijn boek.
'Deze kamer heeft, zoals de legende gaat, wat meer achtergrond dan de bekendere 'Geheime Kamer'. Voor meer informatie over dit onderwerp, zie pagina's 120-122' Albus sloeg snel de bladzijden terug tot hij weer bij pagina 120 was.
'Nou? Wat staat er?', vroeg Scorpius, weer ongeduldig. Hij zuchtte diep. 'Snap jij het eigenlijk allemaal nog wel? Want ik weet het even niet meer'
'Stil nou', siste Albus. Nors deed Scorpius zijn mond dicht en zijn armen weer over elkaar. Hij vond het oneerlijk hoe iedereen alles voor hem geheim bleek te houden.
Albus' ogen gleden over de regels, zijn hersens maar net snel genoeg om bij te houden met de snelheid waarmee hij las. Hij mompelde zachtjes voor zich uit, niet gevend om de vreemde blikken die zijn vriend hem gaf.
Aan het einde van het verhaal, snapte hij er nog steeds helemaal niks van.
Het Verhaal van Georgina Griffoendor
Het volgende verhaal lijkt op een sprookje, maar is op feiten gebaseerd.
Toen Zalazar Zwadderich, een van de beroemdste tovenaars in de geschiedenis, nog een jonge man was, was hij hopeloos verliefd geworden op een prachtige jongedame genaamd Georgina. Hij hield zielsveel van haar en wilde niets liever dan met haar trouwen, maar het lot had andere plannen.
Na het ontmoeten van de stoere, dappere Goderic Griffoendor, werden hij en Georgina al snel smoorverliefd op elkaar. Helga Huffelpuf, goede vriend van beiden en mede-stichter van Zweinstein, noemde hen een van de beste koppels die ze ooit heeft mogen ontmoeten.
Zwadderich was woedend op zijn oude vriend, met wie de banden al waren verslechterd door hun verschillende ideeen voor Zweinstein. De dag na de bruiloft vertrok Zwadderich.
Er wordt gespeculeerd dat, voordat hij voorgoed wegging, Zwadderich een verborgen kamer heeft laten bouwen, ergens in het kasteel, gewijd compleet aan zijn onbeantwoorde liefde voor Georgina, genaamd de Kamer der Liefde. Niemand weet hoe de kamer eruitziet, omdat Zwadderich ervoor gezorgd zou hebben dat alleen "de waardigen" de Kamer zouden kunnen vinden. Wie hiermee bedoeld wordt, weet niemand.
'Dus?' Scorpius klonk nu meer nieuwsgierig dan geïrriteerd.
Albus schudde nee. 'Het is niet belangrijk. Laten we nou maar gewoon... Naar de Grote Zaal gaan'
'Ik snap het niet. Waarom zou ze dat verhaal markeren?'
Albus haalde zijn schouders op. 'Misschien vond ze het gewoon een mooi verhaal'
Ze liepen samen door de gangen, terug naar de leerlingenkamer na het diner.
Albus had er niet van kunnen genieten. Hij had niet zo veel moeten hopen- nu was hij alleen maar teleurgesteld. Hij had gewoon echt het gevoel gehad dat hij eindelijk alles kon weten. Dat hij het mysterie zou kunnen oplossen en iedereen zou kunnen helpen.
Hij vond het moeilijk om toe te geven, maar hij had niet veel hoop meer.
Scorpius keek naar zijn vriend terwijl hij moedeloos zuchtte. Met enige moeite grijnsde hij en porde Albus in de zij.
'Geen zorgen man. We hebben altijd elkaar nog. En Clairissa', zei hij, proberend om verzekerend the klinken.
Albus knikte, alleen half-aanwezig. 'Ja. Het zal wel'
Reacties:
Er zijn nog geen reacties op dit verhaal.