Hoofdcategorieën
Home » Tokio Hotel » Siënna » Hoop
Siënna
Hoop
‘Siënna?’
‘Mam? Hallo?’
‘Ja, nu hoor ik je. Alles goed met jou?
‘Ja, zeker! En daar?’
‘Ik ben blij dat het met één van ons ten minste goed gaat.’
‘Mam? Wat is er aan de hand?’
‘Niets, gewoon, het is niet elke dag dat ik mijn dochter in een boekje zie staan als de vriendin van… Leg mij asjeblieft uit wat er aan de hand is?’
‘Uuum ik volg even niet? Wat vriendin? Waar heb je het over?’
‘Wel, ik heb het over jou. Jij, die in één of ander roddelboekje staat op pagina 9, als de vriendin van, god weet wie. Ze zijn er zelf nog niet uit?’
‘Wat?’
‘Dat zou ik aan jou moeten vragen… Leg je mij nog uit wat je juist in LA aan het doen bent? En met wie van die twee jongens je nu eigenlijk aan het daten bent. Hij met zijn blond haar of toch de andere jongen met zijn dot? Verschrikkelijk kapsel trouwens. Maar hoe dan ook, als je moeder, heb ik toch recht op primeur? Dus Siënna wie is de gelukkige?’
Ik krijg het warm en koud tegelijkertijd. Wat voor onzin hebben ze nu weer in de boekjes geprint. En mijn moeder die dat zo moet te weten komen. Paniek! Mijn relatie met mijn moeder is nu niet bepaald goed. Dat is nog zacht uitgedrukt. Ik denk dat wij te veel op elkaar lijken om gewoon te functioneren, maar dat zal ik nooit toegeven in haar bijzijn.
‘Moeder, waar heb je dat gelezen?’
‘Geen idee, ik krijg hier een pagina doorgestuurd van een vriendin met als opmerking. Lijkt dat meisje niet verdacht veel op Siënna? En inderdaad, tot mij uiterste verbazing, dat meisje lijkt niet alleen sprekend op jou. Dat ben jij gewoon. Dus leg het mij even uit. Heb ik een nieuwe schoonzoon waar ik niets van af weet? Of is het weer één van je spelletjes.’
Ik kan een zucht niet onderdrukken. Mijn moeder is gewoon onvoorstelbaar. Zij heeft haar roeping als stand up comedian echt wel gemist.
‘Siënna? Zou je asjeblieft kunnen antwoorden voor ik een hartaanval krijg? Zuchten kun je daarna nog.’
‘Moeder, doe asjeblieft niet zo dramatisch. Sorry, dat je het zo moet te weten komen maar ik ben er zelf nog niet uit want alles is nog zo nieuw en daarom heb ik ook nog niets gezegd.’
‘Oh in dat geval, ik zou maar rap kiezen als ik van jou was, voor ze je bestempelen als hoer van Babylon.’
‘Moeder?!’
‘Wat? Ik zeg het maar, je bent daar nog maar een week. Als het zo blijft doorgaan dan hou ik het niet meer bij. Als je mijn mening wilt weten. Ik zou voor de zwartharige jongen gaan. Oké, zijn dot is niet heel mannelijk maar dat kun je snel veranderen lieverd.’
‘Oké, als we niet serieus kunnen praten dan hang ik nu op.’
‘Gewoon mijn mening. Maar om terug te komen op mij vraag. Wie van de twee is het Siënna.’
Ik zucht voor de 20ste keer in dit gesprek.
‘Tom.’
‘Tom?’
‘Met zijn zwart haar.’
‘Ah, interessant. En wanneer krijg ik hem te zien?’
‘Als je zo doorgaat nooit. Ik zou zot moeten zijn om iemand aan jou voor te stellen, laat staan Tom.’
‘Wie is hier nu dramatisch aan het wezen?’
‘Ik hang nu op moeder!’
‘Je hebt de groeten van je vader.’
‘Groeten terug.’
‘Ah en voor ik het vergeet Siënna, probeer de volgende keer met je mond dicht te eten als ze je fotograferen. Mensen gaan denken dat ik je slecht heb opgevoed.’
Het volgende dat ik hoor is, getuut. Ze heeft opgehangen. Typisch mijn moeder! Dit is ook de reden waarom ik na mijn studies het huis uitgevlucht ben. Onmogelijk om met haar samen te leven.
Terwijl ik op Tom wacht kan ik het niet laten om online is te kijken wat mijn moeder nu juist te zien heeft gekregen. Het duurt niet lang voor ik de foto’s ook terugvind.
Ze hebben foto’s getrokken van mij en Tom op de parking, al kussend. En met commentaar dat ik toch echt is moet kiezen tussen de twee broers. En het wordt alleen maar beter. De foto’s van twee dagen terug, toen ik met de honden ben gaan wandelen. Ik weet nu ook wat mijn moeder bedoelt met, doe uw mond toe als je eet. Gelukkig weten ze mijn naam niet en weten ze niet wie ik ben.
Net als ik alles wil wegklikken, komt Tom binnen. Het valt mij onmiddellijk op dat hij heel moe uitziet.
‘Hey.’ Zegt Tom.
‘Hey, alles goed? Je ziet er moe uit.’ In plaats van te antwoorden geeft hij mij een kus.
‘Zware dag gewoon, meer niet.’ Ik besluit om dit met hem te bespreken.
‘Wel, ik heb vandaag telefoon gehad van mijn moeder.’ Tom kijkt mij niet begrijpend aan dus ga ik verder.
‘Zij heeft iets gezien op het internet.’ Nog steeds blijft hij mij aankijken en opeens zie ik dat zijn frank valt. Boodschap is aangekomen.
‘Ah, is het wat ik denk dat het is.’
‘Ik weet niet, kijk maar.’ En ik draai de laptop richting hem.
‘Mijn moeder was vooral aangedaan door mij eetgedrag.’ Tom kijkt mij al lachend aan.
‘Ik vind je schattig, wanneer ben je met de honden gaan wandelen?’
‘Eergisteren, blijkbaar zijn jullie honden heel beroemd.’
‘Inderdaad, Bill grapt wel is dat de honden sneller herkend worden dan wij.’
‘Hmmm… was misschien niet echt een goed plan van mij.’
‘Niet naar kijken, ze schrijven wat ze willen. Maar wat ik wil weten is, wie ga je kiezen?’ En hij wiebelt met zijn wenkbrauwen. Zijn pretoogjes lichten op. Ik ben blij dat hij toch kan lachen.
‘Tom! Niet grappig. Je bent juist mijn moeder.’
‘Ik wil mijn vriendin niet delen met mijn broer. Hoe graag ik hem ook niet zie.’ Ik kan niet laten om te lachen, hij is geweldig en helemaal van mij.
‘Dus ik stel voor dat je snel een keuze maakt, dat suggereren ze hier ook trouwens, voor er iemand met een gebroken hart achterblijft en niet te vergeten dat er ook een eeuwige kloof tussen mij en Bill kan ontstaan.’ Ik schud met mijn hoofd. Ongelofelijk!
‘Oké, ik stel voor dat ik iets klaar maak voor te eten. Eet Bill ook mee?’ Vraag ik.
‘Neen, hij is met vrienden weg. Mister populair.’
‘Hmmm… dat wil zeggen dat wij tijd hebben voor ons.’ Hij knikt en pakt mij vast om nog een kus op mijn lippen te drukken.
‘Ik dacht met jou ergens naar toe te gaan eigenlijk.’
‘Ah en naar waar?’
‘Dat is eigenlijk een verrassing.’
‘Oké, ik hou wel van een verrassing.’
‘Ik hou van jou.’
‘Ik meer van jou.’
‘Hmm onmogelijk.’ Zijn lippen passen perfect op de mijne. Hij onderbreekt de kus.
‘Doe een lange broek aan, iets comfortabel aan uw voeten en liefst een jas aan doen.’ Ik heb al een vermoeden wat wij gaan doen. Maar zonder veel te zeggen knik ik en loop naar boven om mij om te kleden.
En inderdaad zo als ik al dacht, wij gan met de moto rijden. Ik heb al gemerkt dat hij die moto als zijn kostbaarste bezit behandelt. Jongens blijven jongens zeker?
‘Ben je klaar?’ Vraagt hij enthousiast aan mij.
‘Jup, helemaal. Ik heb nog wel een vraagje?’
‘Ja?’
‘Mag ik ook is rijden?’ Ik zie dat hij eindelijk nee wilt zeggen maar durft niet goed. Ik kan het niet laten om te lachen. Zijn gezicht is geld waard.
‘Het is maar een grapje, ik zou niet durven.’
‘Dat is niet grappig, je mag heus wel rijden, als jij je rijbewijs haalt.’ Ik geef hem rap een kus, zet mijn helm op en kruip achter hem op de moto. Voordeel is dat ik hem heel de weg kan knuffelen.
Na een halfuur rijden stop Tom en stappen wij allebei van de moto. Ik heb het niet zo voor moto’s maar bij Tom voel ik mij wel veilig. Hij doet ook extra zijn best om rustig te rijden. Ik zet mijn helm af en hij makt mijn hand en neemt mij mee de trappen af richting het strand.
‘Dit is mijn favoriete plek in LA.’ Zegt Tom en ik snap waarom. Het is zo rustig, geen mensen, geen lawaai, het enige dat je hoort zijn de golven.
‘Hmm, prachtig. Dit zou ook mijn favoriete plek zijn. Ik ga hier alles zo hard missen maar vooral jou.’
‘Je kunt ook blijven, dan moet je niets missen.’ Ik trek mijn wenkbrauwen op en kijk hem bedenkelijk aan.
‘Dat gaat niet Tom, dat weet je even goed als ik.’
‘Als je echt wilt dan kan dat.’
‘Ja, ik wil het echt maar zo simpel is het niet. Ik heb een job, een appartement om af te betalen, ik heb een leven in België.’
‘Vergeet het maar, doe alsof ik er niets over gezegd heb.’
‘Komaan Tom, dat is niet eerlijk en dat weet je ook.’
‘Ja, sorry, ik weet het maar ik word zot als ik denk dat je binnen paar dagen weg bent en ik heb geen idee wanneer ik je terug ga zien.’ Ik heb geen woorden. Wat moet ik zeggen, ik snap wat hij bedoelt en ik zit met het zelfde gevoel. Het enige dat ik kan doen is proberen om daar niet aan te denken. Want de realiteit is even te pijnlijk. Ik voel tranen opkomen en ik probeer om te vechten, maar ik vrees dat het te laat is als ik een traan over mijn wang voel rollen. Tom is mij voor, hij veegt mijn traan weg en pakt mij vast. Hij drukt mijn lichaam tegen het zijne aan en meer tranen volgen.
‘Ik beloof je dat dit gaat werken Si. Kost wat kost, want een leven zonder jou kan ik niet aan. Ook al ben je aan de andere kant van de wereld, ik moet weten dat wij nog samen horen. Dus dit gaat werken.’ Oh ik hoop het zo.
Reacties:
Er zijn nog geen reacties op dit verhaal.