Welkom op FanFic.nl

De Nederlandse website waar je fanfiction kunt lezen én schrijven.

Nu on-line: (0)

Home » De Hongerspelen » Spelen » Hoofdstuk 9

Spelen

3 sep 2016 - 23:04

1527

3

239



Hoofdstuk 9

Ze werd wakker van een hoop water in haar gezicht. Naar adem snakkend ging ze rechtop zitten en keek ze verwart om zich heen. Waar was ze? Was ze dood? De omgeving zag er nog precies hetzelfde uit als voordat ze bewusteloos raakte.
Het duurde even voor ze het doorhad, maar het regende. Niet zomaar, kwam ze kort daarna achter. Een donder vulde de arena waarna een bliksemschicht de sterren loze hemel verlichtte. Ze was niet bang voor het onweer, ondanks dat ze zich in een woud vol bomen bevond. Ze ging er niet van uit dat de spelmakers haar dood wilden hebben door een vuur te stichten. De spelmakers vermoordden nooit iemand zonder een goede reden. Dus zodra ze zich wakker voelde maakte ze gebruik van de regen. Ze plukte palmbladeren van de dichtstbijzijnde boom en liet het vollopen met water. Ze wist niet hoelang ze buiten bewustzijn ze was geweest, maar ze had dorst. Pas toen ze zich goed genoeg voelde liet ze zich tegen de boom zakken om nogmaals haar situatie te bekijken. Het was nacht, het woud zat vol met natuurlijke geluiden en het regende. Al met al zag ze de situatie niet te somber in. Maar ze moest wel weg van deze plek. Ze had geen idee hoelang ze er al was en wie haar gezien hadden. Ze wist niet eens wie het gevecht overleefd hadden. Ze wist niet eens meer hoeveel tributen er waren. Wat ze wel wist, was dat ze weg moest. Ze kon niet lang bewusteloos zijn geweest. Uiteindelijk zou het iemand opgevallen zijn dat haar gezicht niet aan de lucht verschenen was en zou degene terugkomen om haar alsnog te vermoorden. Ze stond voorzichtig op. Ze wist trouwens ook niet wat er gebeurd was met haar tegenstander. Misschien was hij dood, maar hij kon ook heel goed nog ergens op de loer liggen. Het frustreerde Ruby om niet te weten waar ze aan toen was. Want hoeveel tributen waren er nu nog over? Hoeveel mensen moesten er nog dood voor ze hier weg kon? Aan de andere kant had het ook een voordeel met zich meegenomen. Ruby was namelijk haar bondgenoten kwijt. Ze hoefde niet meer te piekeren over hoe ze hen ging verlaten, dat hadden zij al gedaan. Het zou perfect zijn als ze voor haar vermoord werden. Dan hoefde zij dat niet te doen.
Ze liep nog wat afwezig, maar was redelijk op haar hoede. Ondanks dat het was gestopt met onweren en de regen bijna voorbij was, kon Ruby moeilijk tegenstanders ontdekken. Ze hield haar mes voor zich en liet zich niet te veel afleiden door haar gedachten. Ze merkte echter nu pas, nu de regen zowat gestopt was en ze haar arm weer gebruikte, de snee die haar aanvaller in haar arm had gemaakt. Ze besteedde er niet veel aandacht aan. Het zag er niet te erg uit en door de regen was het schoongespoeld. Na een aantal meter gelopen te hebben gaf ze het op. Ze was te kwetsbaar in het donker. Ze zag niks, het woud was niet geluidloos en ze was vermoeid. Ze liep nog een aantal meter verder voor ze besloot om in een boom te gaan slapen.
Een laag gesis rond haar heen wekte haar de volgende morgen. Pas toen ze echt wakker was merkte ze waar het gesis vandaan kwam. Een luide kreet verliet haar keel en ze greep haar mes om het beest af te maken. De slang leek echter geschrokken te zijn door het geluid dat Ruby maakte en had zijn tanden al lang in Rubys arm gezet voor ze de slang met het mes doorboorde. Uit angst voor meer slangen sprong ze de boom uit en pas toen ze een aantal meter verder was bekeek ze de beet.
Ze wist precies welke plant een slangenbeet kon genezen. Maar zodra ze rondkeek zakte alle hoop weg. De bloem die ze zocht was paars en zou boven alle andere planten in de omgeving uitsteken. Ze wist dat het ergens in de arena moest zijn, maar had het nog niet gezien. Ze keek nogmaals naar de beet. Het was ondertussen bijna paars en het brandde en klopte. Nog even en ze was dood. Wanhopig begon ze door de struiken heen te lopen opzoek naar een glimp van de paarse bloem, maar nergens was hij te vinden. Tegen de tijd dat de zilveren parachute voor haar neerstreek dacht ze dat ze hallucineerde. Ze zakte met haar knieën op de modderige grond en maakte het bakje open. Binnenin zat een zalf. Ruby dacht geen twee keer na voor ze een dikke laag op de beet smeerde.
Het voelde gelijk als een opluchting. De zalf werkte niet alleen helend, maar haalde ook al het gif dat zich in haar arm verspreid had uit haar lichaam. Ze bleef een aantal minuten op de grond zitten voor opstond, de parachute aan haar kostuum vastmaakte en verder liep. Ondanks dat haar hoofd nog zwaar was en ze wazig zag wist ze een helder plan te bedenken. Ze moest er eerst achter zien te komen hoeveel tributen er nog levend waren. Het gevecht dat plaatsvond voor ze bewusteloos raakte, had zo verschillend kunnen eindigen. Ze was er vrijwel zeker van dat de jongen dood was. Dat moest wel, het was tenslotte één tegen drie. De beroepstributen waren alsnog in de meerderheid.
Er ging een kanon af. Ruby keek direct wild om zich heen, kneep wat steviger in het handvat van haar mes en begon was harder te lopen.
Misschien moest ze haar bondgenoten weer opzoeken. Ze was, zeker nu, sterker met iemand samen dan alleen. Maar om nu rondjes te lopen en hun namen door het woud te schreeuwen vond ze geen goed idee. Een andere manier om de tributen te vinden kon ze ook niet bedenken en ze was nu tenslotte van ze af.
De koelte van de hevige regenbui begon te verdwijnen. Het werd weer warm en Ruby’s verbrande huid begon weer zeer te doen. Voor even stond ze stil om de twee wonden te bekijken. Het zalf leek zijn werk te doen bij de slangenbeet, maar de wond die de jongen had gemaakt leek wat minder snel te genezen. Ze besloot er wat zalf op te smeren en erop te letten.
Nog een kanonschot. Ruby keek fronsend om zich heen. Iemand was op jacht. Zeker nu er nog twee tributen dood waren, waren er niet veel tributen meer over. Nog zeven als er niemand dood was gegaan tijdens het gevecht, zes als de jongen dood was, vier als haar bondgenoten waren gestorven en drie als iedereen het niet overleefd had. Maar ze liet het bij zeven, omdat dat een veilig getal was. Ze kon het beste uitgaan van het meeste aantal tributen, dan viel het werkelijke aantal misschien nog tegen. Al vond ze het een geruststellende gedachte dat ze dichterbij de overwinning was dan dat ze misschien dacht. Ze liep er met veel zelfvertrouwen door verder. Misschien hoefde ze alleen af te wachten. Er waren al twee tributen gestorven terwijl ze er helemaal niks voor hoefde te doen.
Tot haar verbazing kwam ze uit bij een beekje. Het stroomde vredig. Er zwommen zelfs vissen in. Ruby herkende het niet als het beekje dat ze gevonden had aan het begin van de spelen. Daar was het te smal voor. Maar het kwam waarschijnlijk wel van dezelfde waterbron. Ze keek stroomopwaarts. Ze kon het altijd proberen. Ze was veel te nieuwsgierig en misschien vond ze zelfs haar nieuwe waterbron.
Nadat ze een stuk door het woud, dat steeds dicht begroeider werd, gelopen had, hoorde ze het geluid van vallend water. Ze sloeg de laatste paar struiken en bladeren weg en kreeg het kleine watervalletje in zicht. Nu ze het beeldschone natuurwonder ontdekt had, wist ze zeker dat ze ging winnen. Er waren genoeg planten en zelfs de dieren leken hun voorkeur te geven aan de plaats. Het water was drinkbaar, de plaats was goed beschut, niemand zou haar hier vinden. Ze liet zichzelf in het koele water van het meertje vallen. Het was alsof de warmte van de zon niet op de plek kon komen. Er hing een koelte in de lucht die ze de hele spelen nog niet meegemaakt had.
Haar plezier was echter van korte duur. Eerst hoorde ze het niet, maar al snel kwam hij in haar gezichtsveld. Direct stond ze op en greep ze haar mes dat aan de kant lag. Ze herkende het gezicht als de jongen die haar aangevallen had. En nu ze hem beter kon bekijken probeerde ze er een district aan te koppelen, maar ze kon niks bedenken.
“Sorry, ik was hier eerst,” zei hij terwijl hij met zijn mes zwaaide. Ruby stapte uit het water. Ze wist dat ze dit keer geen gevecht kon ontlopen. Maar da hoefde ook niet, ze was aangesterkt en kon hem makkelijk uitschakelen. Ze reageerde niet op zijn opmerking en keek hem enkel strijdlustig aan.
Ze was zo dichtbij. En ze was niet eens slecht in het gevecht was ze aanging. Ze had geen zwakke punten in dit geval. Ze ging overleven. Ze had de perfecte schuilplaats notabene. Ze moest alleen nog even deze jongen uit de weg ruimen.


Reacties:


RivLovee
RivLovee zei op 9 sep 2016 - 14:39:
AAH ik hou er van hoe dramatisch Ruby is. "Ik ga dood" "nvm I'm alive" "okay NU ga ik dood" "still alive" "Woah een waterval brb winning" <3
Ik hou van haar.


xNadezhda zei op 8 sep 2016 - 13:52:
Ik moet zo hard lachen om Kay. Maar ze heeft gelijk, dit is weer een twist en en een twist en het is cool. Zo hoort het; het moet tot op het laatste moment spannend blijven. En de beschrijving van de waterval vond ik heel mooi <3


Kayley
Kayley zei op 4 sep 2016 - 15:30:
Ja, oké, eindig maar op dat moment ja. Wtf.
Ik dacht eerder al, met de slangenbeet, dat ze dood zou gaan. En dat zou dan zo'n straffe wending zijn, want dat verwacht je niet als je een THG-fic leest (zo goed als altijd is de hoofdpersoon de uiteindelijke overwinnaar), maar haar plan om het Capitool in te winnen, helpt haar over dat obstakel heen.
En nu is er deze dude.
Go Ruby. *\o/* Gooi een mes in zijn hart!