Hoofdcategorieën
Home » Harry Potter » De prinses in de toren » Kluwen
De prinses in de toren
Kluwen
Prins Charlie springt van zijn paard. Hij plant zijn voeten op de grond, legt even een geruststellende hand op de hals van zijn rijdier en maakt dan een simpele, soepele polsbeweging met zijn staf. Het paard verschrompelt. Hermelien hapt naar adem en wil ingrijpen – iets doen – wat dan ook – tot ze beseft wat er in werkelijkheid gebeurt. Het paard wordt niet alleen kleiner, het verandert. Voor haar ogen transformeert het gevlekte dier in een kristallen kelk.
‘Wingardium Leviosa,’ spreekt prins Charlie plechtig en wijst op de kelk. Die maakt zich los van de grond en zweeft omhoog naar Hermeliens raam, waar ze hem ademloos uit de lucht neemt. Het is een prachtig verfijnd object, perfect doorzichtig en langs de rand versierd met bloemetjes, een kelk geschikt voor een koninklijk diner.
‘Ik zou hem wel graag terug willen,’ zegt de prins met een lachje. ‘Zonder mijn paard kan ik de terugreis wel vergeten.’
Hermelien aarzelt even, zou de kelk het liefst naast een van haar katjes op een boekenplank zetten, maar het venster kijkt uit over de onherbergzame Vlakte en ze kent de verhalen over diens gevaren. De prins heeft, aan zijn verfomfaaide uiterlijk te zien, zelfs mét paard al genoeg moeilijkheden moeten doorstaan. Ze slaakt een lichte zucht en steekt dan de kelk uit het raam. Met nog een zwiep van de toverstaf landt het voorwerp onbeschadigd op de grond; binnen enkele momenten staat er een paard, zo ontspannen alsof het nooit een kristallen kelk is geweest.
‘Dit is een simpele spreuk,’ zegt prins Charlie, opkijkend naar Hermelien. ‘De meeste heksen en tovenaars hebben maar een paar maanden nodig om hem onder de knie te krijgen. Na een jaar, of twee, of tien, kun je nog veel meer en veel mooiere dingen creëren.’
Met elk woord dat hij zegt wordt het moeilijker om zich te herinneren wat ze altijd geleerd heeft. Magie is slecht, magie is gevaarlijk, magie is voor het gespuis van de aarde, magie kan niets anders dan al het goede op de wereld corrumperen. Hermelien weet welke boeken ze moet openslaan om zulke woorden te vinden, maar ze weet niet meer welke woorden ze kan geloven. Het idee dat zelfs haar geliefde boeken niet altijd de waarheid spreken doet pijn – maar ze heeft met haar eigen ogen iets moois zien ontstaan uit de zwiep van een toverstaf.
Ze wankelt op haar eigen voeten. Is dit hoe mensen in de buitenwereld zich vaker voelen, zonder vaste bodem en zonder idee van de waarheid? Plotseling lijkt haar leven in de Toren, hoe saai en begrensd het ook mag zijn, zo vreselijk nog niet.
‘Ik zal nu gaan,’ zegt prins Charlie, alsof hij haar knieën kan zien knikken. ‘Mijn broers zijn eveneens over de Vlakte onderweg, Uwe Hoogheid. Ik heb er alle vertrouwen in dat ze de weg naar de Gekroonde Toren zullen vinden, net als ikzelf en mijn broer Bill. Mag ik ervan uitgaan dat u hen net zo vriendelijk zal ontvangen?’
Hermelien knikt, niet in staat om te antwoorden, en de prins bestijgt zijn paard. ‘Een laatste vraag voordat ik ga, Uwe Hoogheid…’ Hij kijkt aan haar voorbij, langs de steile wanden van de Toren omhoog tot aan de onderzijde van het dakterras. ‘… klopt het werkelijk dat u hier bent opgevoed door een tweekoppige draak?’
‘Dat klopt,’ zegt ze, enigszins stijfjes. ‘Maar ze zijn nu niet binnen bereik.’
‘Dat is voor mij vast maar beter ook,’ merkt de prins nuchter op, maar hij blijft haast verlangend omhoog staren. Dan schudt hij zijn hoofd en geeft een rukje aan de teugels. ‘Het was een eer om met u te spreken, Uwe Hoogheid. Ik wens u het allerbeste.’
Zonder haar afscheidsgroet af te wachten wendt hij zijn paard en duwt zijn hielen in de gevlekte flanken. Hermelien leunt op de vensterbank, maar ze kijkt hem niet na; haar blik is naar binnen gericht, naar de kluwen verwarring en angst en onzekerheid in haar borstkas. Uit een kluwen zijde maakt ze katjes – maar wat komt er uit een kluwen emoties?
In de weken die volgen ontstaat er niets duidelijks uit de puinhoop. Hermelien stort haar hart en ogen uit bij Knikkebeen, maar zelfs na de grootste huilbui van haar leven weet ze de antwoorden nog niet. Wie moet ze geloven? Wie kan ze vertrouwen?
Ze herleest en herleest zonder de grond onder haar voeten terug te krijgen. De geur van perkament maakt haar niet langer rustig, het geritsel van de pagina’s werkt haar op de zenuwen. Ze laat boeken opengeslagen in de vensterbank liggen, blootgesteld aan de blekende kracht van zonlicht, en gooit één keer zelfs een gigantisch in leer gebonden geschiedenisgeschrift zo hard tegen een deur dat allebei een deuk oplopen. Dat voegt schuldgevoel toe aan de knoop in haar borst.
Uiteindelijk stapt ze, ten einde raad en oververmoeid, naar Harry en Louis. Ze kruipt met op elkaar geklemde kaken en een gezicht als een masker onder hun vleugels, legt haar hoofd tegen de gladde schubben en sluit haar ogen. Voor deze keer is de draak verstandig genoeg om hun monden te houden; pas als Hermelien het onder de vleugels snikheet begint te krijgen en langzaam in beweging komt, verbreekt Harry de stilte.
‘Hermelien,’ zegt hij zacht, ‘we hebben je altijd alles verteld wat we mochten vertellen. Je weet dat we een eed hebben gezworen. Je weet dat we een bindend contract hebben met de Drakenhoeders en via hen met jouw koninklijke ouders.’
‘Alles wat we hebben verzwegen,’ vult Louis aan, op ongebruikelijk ingetogen toon, ‘hebben we in opdracht van hen verzwegen. We konden niet anders. Dat bindende contract –’
‘– is een magisch contract,’ zegt Harry. ‘We kunnen je niet meer dan dat vertellen zonder alles te riskeren wat we hier hebben opgebouwd. Als we het contract verbreken –’
‘– dan beëindigen we daarmee ons leven.’ Louis schudt bij wijze van rilling met zijn hoofd. ‘En dat zou betekenen dat de Drakenhoeders een andere draak hierheen sturen om je in deze laatste maanden te bewaken.’
‘Dat is wel het laatste wat ik wil,’ mompelt Hermelien. ‘Een echte bewaker.’
Ze slaakt een diepe zucht en wikkelt dan haar armen om de drakennek. Harry vlijt zijn hoofd op haar ene schouder, Louis het zijne op haar andere, en ze nemen haar opnieuw in hun vleugels. Een deel van de kluwen in haar binnenste ontwart zichzelf en rolt zich op tot een net, ordelijk bolletje. Met een diepe ademteug zuigt Hermelien de opluchting in haar longen; eindelijk voelt ze zich weer een beetje zichzelf.
Nu het vertrouwen is hersteld, biecht ze haar gesprek met de tweede prins Wemel op. Harry en Louis luisteren zonder commentaar te geven. Aan het eind van haar verhaal wisselen de twee hoofden een blik, alsof ze een stilzwijgende discussie voeren, en dan neemt Harry het woord.
‘We kunnen je niet vertellen wat je moet vinden, prinses. Je zult je eigen mening moeten vormen over het goede en kwade in de magie.’
‘Maar jullie zijn magische wezens,’ werpt ze tegen. ‘Wat vinden jullie van magie? Is het goed of kwaad?’
‘Dat zijn sprookjeswoorden,’ zegt Louis, die langzaam weer als zijn minachtende zelf begint te klinken. ‘In de buitenwereld, prinses, kunnen dingen ook goed én kwaad zijn.’
Hermelien rimpelt haar neus en schudt met haar krullen. Dat is geen makkelijk antwoord, maar ze vraagt niet om een tweede. Ze kent de draak, begrijpt dat dit het enige antwoord is dat ze haar zullen geven. Ze hebben zich verzoend; nu is het aan haar om de rest van de kluwen zelf te ontwarren. Hoe dingen goed en kwaad tegelijkertijd kunnen zijn, weet ze niet – in haar boeken is het altijd zo duidelijk, er is een slechterik en het goede zegeviert – maar ze heeft al meer vreemde dingen geleerd in de afgelopen week. Ze komt er wel uit.
Reacties:
Ik stel me voor hoe zwaar het wel niet moet zijn om twee drakenhoofden op je schouders te hebben liggen, maar ik denk zo dat ze er wel aan gewend is.
CHARLIE WOU DE DRAAK ZIEN. Dat is zo'n kleine scène, je zou er al bijna niet bij stilstaan, maar het is zo'n mooie reference naar hoe Charlie in de canon is. <3
En maar goed dat ze zich verzoend hebben. THEY'RE SO CUTE. Gewoon even knuffelen met een draak, waarom niet.
I love it.