Hoofdcategorieën
Home » Overige » make me feel alive (shatter me) » [24.09.2016][original characters] Verrassing
make me feel alive (shatter me)
[24.09.2016][original characters] Verrassing
Ze ontdekten de plek per ongeluk.
Na bijna vier uren in de auto gezeten te hebben, hadden ze allebei nood aan even de benen te strekken. En hier leek een prima plek; al ruim een kilometer reden ze op deze weg en ze waren nog niemand tegengekomen.
Toen Jonas eindelijk de auto parkeerde, wikkelde de wereld zich sereen om hem heen. Van heel erg ver kwam het geraas van auto’s over de snelweg, maar zelfs de vogels die op de takken van de bomen heen en weer hupten, tsjilpten luider dan dat.
Het gras kwam tot aan hun heupen en door de glooiing van het heuveltje waarvan ze aan de voet stonden, belemmerde het hun zicht richting het westen.
Het was een blijk van hoeveel tijd ze al met elkaar hadden doorgebracht dat ze met één blik naar elkaar geworpen wisten wat de andere wilde. Nog geen seconde later snelden ze de heuvel op, elkaar duwend en trekkend, gras en zand opvliegend waar hun voeten hevig landden.
Ze kwamen hijgend en lachend tot stilstand bovenop de heuvel en zagen dat er niet een open vlakte op hen wachtte of een andere weg, maar een vervallen kasteeltje.
Het had iets tragisch, met haar ingeslagen ruitjes en hoe verloederd het erbij lag, maar ook iets wondermooi en magisch. Geroeste, gothische hekken omrandden het perceel en vanuit het gebouw rezen torentjes omhoog, rijkend naar de zon.
Overal waar ze al samen geweest waren, hadden ze dingen verkend. Dit konden ze onmogelijk laten liggen.
Na heel wat gesjor kregen ze de poort ver genoeg open dat ze erdoor konden kruipen. Het grindpad knerpte onder hun voeten. De tuin was al jaren, of eeuwen, aan de natuur overgelaten; onkruid en gras hadden zich in elkaar gevlochten over het weggetje heen, zo stug dat ze zich er doorheen moesten worstelen.
Het was het allemaal waard. Stoffig, met vergane kleuren en alle meubels aangetast door wind, regen en ongedierte; ja, dat allemaal. Maar het huis zelf stond er nog, statig en indrukwekkend. Klimop was door de ramen naar binnen gekropen en het had zich langs de muren en het plafond gedrapeerd.
De trap kreunde angstaanjagend onder hun gewicht toen Jonas en Nathan naar boven klomen, met hun hartjes in hun keel. De vloerborden jammerden. Het was levensgevaarlijk om er te lopen, wie weet hoeveel gewicht het kon dragen voor het doorzakte, maar ze wilden alles zien.
Ze vonden lege schilderijlijsten en boeken die uit elkaar vielen zodra ze ze opraapten, een kist die ze maar niet openkregen, een kandelaar dat ooit van zilver moest zijn geweest.
“Ik vraag me af wie hier gewoond heeft,” fluisterde Nathan, alsof hij de magie niet wou verbreken. Jonas begreep volkomen waarom. Deze plek leek bijna niet echt.
Wie had zoiets verwacht, vlak naast een autobaan?
Ze kropen uiteindelijk tot in één van de torentjes. Met hun handen verstrengeld keken ze uit op wat vroeger de achtertuin moest zijn geweest, genietend van hoe verrassend en mooi het leven soms toch kon zijn.
Reacties:
Er zijn nog geen reacties op dit verhaal.