Hoofdcategorieën
Home » Overige » Schrijfwedstrijden II » Schrijfwedstrijd Light, Opdracht 2: Hun verhaal
Schrijfwedstrijden II
Geschreven door:
Onderdeel van:
Laatst bijgewerkt:
18 dec 2016 - 21:10
Aantal woorden:
1518
Aantal reacties:
1
Aantal keer gelezen:
315
Schrijfwedstrijd Light, Opdracht 2: Hun verhaal
Hun verhaal
Hun verhaal begon met een aankoop.
Het was een warme zomermiddag, en de jonge hengst stond op stal. Het was benauwd binnen, en hij brieste in frustratie. Het feit dat hij en de andere paarden binnen waren gezet was belachelijk, vond hij, maar hij had geen keus.
Er was een klant, realiseerde de hengst zich, zodra zijn eigenaar die desbetreffende middag de stallen binnen stapte. Zijn eigenaar – een man die bij de naam Li ging – leidde zwetend een lange, hinkende man en een klein mensenkind binnen. Het dier richtte zijn hoofd op en keek met gespitste oren toe.
Hij merkte dat het kind een meisje was. Haar kleding bestond uit een lang jurkje, heel anders van het pakje dat hij jongetjes had zien dragen. Het meisje rende naar binnen en keek ondertussen nieuwsgierig de stallen in – tot hoever ze erin kon kijken, in ieder geval. Haar lange, zwarte haar wapperde als een doek achter haar aan.
“Niet rennen, Mulan!” riep de hinkende man haar toe. Mulan stopte abrupt en keek over haar schouder terug.
“Het spijt me, Vader.”
Vader, dus. Interesse gewekt stak hij zijn nek over de deur, en volgde het meisje met zijn ogen. Ze lachte, merkte hij. Met ontblootte tanden en een bekend geluid liet de mens zijn blijdschap horen en zien. Mulan liep ook weer, ditmaal een stuk rustiger, en legde haar blik op elk levend dier dat ze kon zien.
Toen ontmoette haar blik die van hem, en begon ze nog breder te lachen.
“Deze, vader.” Ze zei luid. Haar heldere stem klonk luid, en in lichte irritatie draaide het paard zijn oren naar achteren.
“Mooie keuze.” De hengst hinnikte van ergernis. Hij vond het niet fijn dat hij als een ding werd behandeld. Maar Mulan – of hoe het meisje ook heette – had haar handen aan de zijkanten van zijn hoofd geplaatst. Met haar duimen wreef ze langzame rondjes op zijn wang, en de hengst knipperde in verbazing. Hij bleef stil.
Li en Vader liepen naar hen toe. Ze stond inmiddels neus aan neus met hem en had haar handen aan de zijkant van zijn hoofd geplaatst. “Een hengst. Vurig karakter.”
“Hoe oud is hij?”
“Tweeëneenhalf. Ik kan een mooi prijsje geven.”
Het paard luisterde niet meer. Hij keek recht in de ogen van het mensenkind, die hem aanstaarde zonder te knipperen. Het moet een komisch gezicht geweest zijn – wat de hengst niet wist, was dat Vader glimlachend stond toe te kijken terwijl hij onderhandelde.
“Mulan,” sprak Vader na een paar minuten. “Wat wil je? Nemen we hem mee?”
“Ja,” zei ze zonder weg te kijken.
“Dan is het geregeld.” Vader schudde Li’s hand en overhandigde hem een zak met goudstukken. “Alstublieft.”
Li boog.
“Hoe wil je hem noemen, Mulan?”
Mulan knipperde. Haar handen gleden naar zijn neus. “Khan.” Zei ze toen monotoon. “Prins.”
Het ging verder met een gevecht.
Hij wist niet wat er gebeurde, of hoe het gebeurde, maar het gebeurde.
Het leger van de hunnen verscheen. Duizenden ruiters, die met zich met luid geschreeuw kenbaar maakten. Hij zag de angst in de ogen van de soldaten toen de admiraal beval te vechten.
“Richt de laatste op Shan Yu!”
Hij zag haar nadenken. Ze richtte haar blik kortstondig op de berg, en toen op het kanon, en –
Ze was weggesprint met het kanon in haar armen.
Paniek vulde zijn lichaam. De soldaat die zijn teugels vasthad trilde. Shang rende met een schreeuw achter Mulan aan.
Ze zette het ding in de sneeuw en Khan produceerde een ongeduldige hinnik toen die rare vogel van de hunnen-leider de vuursteen uit haar handen sloeg. Terwijl Mulan paniekerig door de sneeuw zocht, probeerde Khan los te breken uit de grip van de soldaat. Plotseling ging het kanon af – en vloog gelijk tegen de berg aan, waar het ontplofte. Toen de sneeuw begon te rommelen wist Khan genoeg.
Shan Yu’s paard steigerde en de man zwaaide met zijn zwaard, waarmee hij Mulan in haar zij trof.
Hij had zich losgetrokken. Zijn hart klopte zo snel dat hij bijna zeer deed, en hij zakte weg in de sneeuw, maar Khan wist toch met een ongelooflijke snelheid Mulan en de bevelhebber te bereiken. Zijn eigenaresse sprong seconden voordat de lawine hen bereikte op zijn rug, en slaagde er niet in om de admiraal mee te trekken. Als een golf spoelde de sneeuw niet veel later over hen heen.
Khan kon niet ademhalen maar bleef bewegen. Mulan omklemde zijn nek stevig, voelde hij, en hij bleef trappen. De adrenaline gierde door zijn lichaam, de omgeving was zo koud, en zijn ingehouden adem deed zeer aan zijn keel. Hij voelde een afzet, en met één sterke trap duwde hij hen boven. Hij nam een diepe ademteug en hoorde zijn berijdster ook naar adem happen – maar de volgende golf van sneeuw bedolf hen weer voordat hij kon knipperen. Met een hart vol frustratie brak Khan er gelijk weer doorheen.
Hij trachtte tegen de stroom in te rennen. Zijn spieren deden pijn, maar –
“Shang!”
Ze trok aan zijn teugels en hij gehoorzaamde, hoewel hij wist dat het hun dood kon betekenen. Het rennen met de stroom mee voelde fijn, mits hij de doodsangst negeerde. Mulan trok de admiraal ook op Khans rug, en Khan hinnikte paniekerig voordat hij hen omkeerde en weer probeerde te klimmen. Een nutteloze actie; de stroom was zo sterk dat ze alsnog werden meegevoerd.
“Mulan! Ik heb de gelukskrekel gevonden!”
Khan brieste in frustratie. Nu, Mushu? Echt nu?
“We hebben hulp nodig.” Zei ze als antwoord. Mushu en Cri-kee sprongen achterop. Hoewel de twee erg licht waren, was het kleine beetje extra gewicht erg zwaar voor hem. Hij gooide zijn hoofd in de lucht om spetters sneeuw te vermijden – en toen voelden zijn achterbenen plotseling geen rotsen meer.
En ze vielen. Het was een raar gevoel. Zijn magen zaten in zijn keel en zijn hart zat bij zijn staart, maar Mulan leek kalm te zijn. Een pijl vloog over zijn hoofd, zijn berijdster liet haar hand even over zijn hals glijden, en plotseling drukte de zadelriem hard tegen zijn borstkas.
Langzaam werden ze omhoog getrokken. Mulan woelde geruststellend door zijn manen, en Khan sloot zijn ogen even.
Zijn hoeven vonden nog geen minuut later weer vaste grond en hij rende met een noodgang de richel op, zich niet bewust van het feit dat zijn last al van zijn rug was afgehaald. Khan’s benen trilden zodra hij stilstond, en hij ademde langzaam uit.
Hij keek om, naar zijn baas, zijn eigenaresse, de soldaat die op haar knieën schaapachtig glimlachend naar de bevelhebber keek.
“Leve Ping!” riep één van de soldaten. Mulan stond op – maar zakte gelijk weer in elkaar. Angst sloeg Khan om het hart toen hij zag dat haar zij bloedde. Zijn oren piepten, en hij keek verstijfd toe hoe ze flauwviel.
En het eindigde met een zucht.
Het was avond. Ergens in China stuurde een lachende vader zijn giechelende jongste kind naar binnen, die door zijn oma gelijk in een knuffel werd getrokken toen hij binnen was. Zodra de deur dichtging viel Shangs glimlach van zijn gezicht en draaide hij zich om, waar hij een lange blik op het stalgebouw wierp.
“Vader, kom je?”
Hij knikte kort en liep het huis binnen.
In het stalgebouw liet Khan zijn blik over zijn eigenaresse heen glijden. Mulan was ouder geworden. Er vormden al lijntjes rond haar mond, en kraaienpootjes bij haar ogen. Haar haren glansden iets minder dan voorheen. Maar haar ogen waren nog even jong als vroeger.
Maar hij was ook oud geworden. Op de plekken waar zijn vacht ooit pikzwart was geweest, zaten nu witte haartjes. Zijn neus was grijs
Hij knipperde langzaam. Mulan liet haar hand over zijn hoofd glijden. Ze liet hem rusten bij zijn neus, waar ze voorzichtig met haar duim over de zachte vacht wreef.
“Oh Khan,” fluisterde ze. Hij spitste zijn oren bij het horen van zijn naam. “Ik ga je missen, jongen.”
Hij heft moeizaam zijn hoofd, briest, en duwt zijn neus zacht tegen haar knie. Dan laat hij zijn hoofd met een zucht weer in het stro ploffen.
Mulan pakt zijn hoofd en legt het neer in haar schoot. Hij sluit zijn ogen als ze haar vingers over de haren laat glijden. Een warm gevoel spreid zich door zijn oude lichaam. Hij heeft al een tijdje niet meer goed kunnen staan. Vanochtend voelde hij zijn benen niet meer. En nu is alles zo, zo zwaar.
Hij knippert weer en werpt een blik naar buiten. Zijn staldeuren staan open en die van het stalgebouw ook. Het schemert, en de lucht is een zachtroze.
“Het is oké, jongen.” Fluistert Mulan. Hij kijkt haar aan. Ze is aan het glimlachen, hoewel er tranen in haar ogen staan. “Het is oké.” Herhaalt ze.
Khan kijkt haar nog even aan. Hij wil haar in zich opnemen. Grote, bruine ogen. Lang donker haar dat als een doek om haar gezicht heen valt. Een mooie glimlach, zoals mensen dat doen, met tanden en al.
Hij sluit zijn ogen. “Het is oké.” Herhaalt Mulan weer, hoewel het meer voor haarzelf lijkt te zijn dan voor hem.
Hij zucht voor de laatste keer. Mulan was de laatste die hij hoorde.
OH MY GOD Mulan is mijn all-time favourite Disney princess!