Hoofdcategorieën
Home » Harry Potter » Standalones » Over het redden van de wereld
Standalones
Over het redden van de wereld
“Ben je nou aan het huilen om Wezel?” spotte Malfidus. “Die lijkt me nou geen traan waard.”
Hermelien snifte. “Laat me met rust, Malfidus.” Ze was de leerlingenkamer uitgerend omdat ze het niet weer aan kon zien hoe Ron en Belinda knuffelend en kussend op de bank zaten terwijl ze haar huiswerk voor Verweer tegen de Zwarte Kunsten bij het haardvuur probeerde te maken. Ze werd misselijk van het aanzicht.
“Nou nou, Griffel, wat een afstandelijk toontje.” Hij schudde afkeurend zijn hoofd. “En dat terwijl ik meer aandacht aan je hebt besteed dan je vrienden.”
Hermelien begon harder te huilen, want bewust of niet: Malfidus had een snaar geraakt. Met Harry en Ron bevriend zijn was niet heel makkelijk. De jongens hadden hun hart op de goede plaats, maar waren beide zo verschrikkelijk onattent dat ze het niet doorhadden als Hermelien iets dwarszat, behalve wanneer ze het hen vertelde. Dit kon ze hen echter niet vertellen. Het resulteerde erin dat ze steeds vaker ’s avonds in haar eentje vlakbij de Uilenvleugel stilletjes aan het huilen was.
Malfidus voldeed aan haar eerdere verzoek en liep verder. “Fijne dag nog, Griffel!” riep hij haar na.
De volgende dag dacht Hermelien met schaamte terug aan de korte ontmoeting met Malfidus. Ze wilde niet dat hij haar in een zwakke positie zag. Voordat hij het verhaal door de school kon verspreiden, besloot ze het heft in eigen handen te nemen. De dag begon met een blokuur Toverdranken dat ze samen volgden, en na het blokuur zou ze hem apart nemen.
Het lastigste van het plan bleek niet het apart nemen van Malfidus, maar het lozen van Harry en Ron. Ze keken haar raar aan toen ze geen aanstalten maakte om met hen het lokaal te verlaten en weigerden eerst haar zonder uitleg alleen naar Malfidus te laten gaan. Ze wurmde zich echter los en besloot de vragen later wel te beantwoorden.
“Malfidus,” zei ze, opgelucht dat ze hem zonder zijn kliekje volgers aantrof.
Hij grijnsde zelfvoldaan. “Griffel,” zei hij. “Ik verwachtte al dat je me zou komen bedanken dat ik je zo goed getroost heb gisteren.”
Hermelien keek hem boos aan en knarste met haar tanden. “Je vergeet wat je gisteren gezien hebt, Malfidus, of je krijgt er spijt van.”
Malfidus lachte honend. “En wat als ik het nou niet wil vergeten?”
Hermelien zette een stap dichterbij en zette haar toverstaf tegen zijn hals. “Dan laat ik het je vergeten,” dreigde ze.
Maar het dreigen leek geen effect te hebben op de jongen. Hij knipoogde naar haar. “Dan hebben we geen reden meer voor zulke knusse onderonsjes, en dat zou ik wel heel erg missen.” Hij pakte haar toverstokarm vast en duwde deze naar beneden. “Ik zie je wel weer bij de Uilenvleugel binnenkort.” Hij liet een verbouwereerde Hermelien achter.
Nog geen twee weken later was het weer raak. Belinda gaf Ron het ene belachelijke cadeau na het ander, en Hermelien kon het simpelweg niet aanzien. Ze huilde deze keer niet, maar ze wilde graag alleen zijn. Alleen kon ze echter niet meer zijn op het plekje bij de Uilenvleugel.
Malfidus leunde met zijn onderarmen op een breed raamkozijn, naar buiten starend met zijn blik op oneindig. Toch bleek hij haar voetstappen opgemerkt te hebben. “Dit is je nieuwe favoriete plekje, niet?” Hij keek haar strak aan. “Ik kom hier mijn hele schooltijd al, en dit is pas de tweede keer dat ik je hier heb getroffen.”
Hermelien wist niet wat ze moest antwoorden, of ze verder moest lopen of ze zich om moest draaien. Ze bleef ongemakkelijk op een afstandje staan, zwijgend.
“Het valt me eigenlijk wel een beetje tegen hoor,” zei hij terwijl hij weer naar buiten staarde. “Een van de drie die de wereld gaat redden, gevloerd door simpel liefdesverdriet voor een sukkel.”
“Ik weet niet of we de wereld gaan redden,” zei Hermelien, verbaasd door Malfidus’ houding.
“Ik hoop van wel.”
Steeds vaker kwam het duo elkaar tegen op hetzelfde plekje. Ze zou het nooit aan zichzelf toegeven, maar Hermelien ging er ook steeds vaker heen zonder verdrietig te zijn. Voor Malfidus gold dat echter niet. Het was haar niet duidelijk wat, maar iets zat hem verschrikkelijk dwars. Als ze er naar vroeg, stopte hij direct met praten, dus dat deed ze niet meer. Ze zat alleen naast hem en luisterde terwijl hij ratelde over falen, teleurstellen en weg willen.
“Het lukt me niet, ik wil niet meer. Ik wil geen verantwoordelijkheden meer, ik wil weg naar een plek waar niemand me herkent, waar niemand weet wie ik ben en waar niemand me ergens toe kan dwingen. Ik wil verdwijnen en nooit meer teruggevonden worden door iemand van hier,” zei hij een avond.
Hermelien pakte zijn hand vast en streelde deze. Hij keek haar aan, zijn ogen stonden triest.
“Ik wou dat ik iets voor je kon doen,” was het enige dat ze kon zeggen.
Hij pakte haar handen stevig vast. “Het is beter als het niet lukt.”
Ze was verbaasd, maar hij gaf haar gaan tijd om vragen te stellen. “Niet voor mij,” vervolgde hij fluisterend, “maar voor iedereen.”
Hermelien hapte naar adem, geschokt. Ze had al geraden dat zijn zorgen rondom duistere zaken lagen waar ze beter niets van kon weten, maar hij sprak het nu zo bijna letterlijk uit dat ze er van schrok. Hij gaf het toe, maar leek ook te weten dat hij aan de verkeerde kant stond. Puzzelstukken uit gesprekken van de afgelopen tijd begonnen op hun plek te vallen. Ze sloeg haar armen om hem heen en drukte hem nog steviger tegen haar aan toen hij begon te schokschouderen.
“Ga je de wereld redden?” vroeg de zestienjarige aan de zeventienjarige.
“Ik hoop van wel,” antwoordde ze.
Reacties:
Er zijn nog geen reacties op dit verhaal.