Hoofdcategorieën
Home » Overige » Zwart gat » Wie is wie?
Zwart gat
Wie is wie?
Ze nam gelukkig op.
"Wat is er nu weer?" antwoordt Elody snibbig.
"We moeten echt praten", probeer ik voorzichtig.
"Oké, ik heb je misschien lang genoeg laten zweten en je hebt gezegd dat je niets meer weet van die avond, dus wil ik het wel vertellen", zegt Elody op een bevelende toon.
"Bedankt", stamel ik.
"Geen dank", zegt ze," Kom je nu af, dan kun je direct blijven slapen."
"Wil dat ik bij je kom slapen?" vraag ik.
"Ja natuurlijk wil ik dat",zegt ze lachend," En als er een probleem zou zijn, gooi ik je gewoon buiten.
"Je bent de beste", antwoord ik.
"Ja, dat weet ik toch", zegt Elody nog voor ze afhaakt. Ik kan wel op wolken lopen. Elody is niet meer boosen wil zelfs naar me luisteren! Anders dan mijn vader, die wil niet luisteren en is boos op me. Samen met mijn broer ga ik terug naar huis om mijn spullen op te halen. Mijn moeder laat ons binnen en zegt dat we welstil moeten zijn als we niet willen dat we vader tegen komen. We gaan heel stilletjes de trap op en beginnenmijn spullen in verschillende tassen te stoppen. Ik haal uit mijn grote houten kleerkast al mijn kleren en prop ze in twee rode tassen. Ondertussen haalt mijn broer mijn schoenen uit de lade en stopt ze in een leren bruine tas. Terwijl ik mijn persoonlijke spullen bij elkaar zoek om ze ook in tassen te stoppen, verzamelt mijn broer al mijn boeken en schoolspullen. We zijn na twintig minuten al klaar en zwijgend lopenwe naar buiten. Wanneer alle tassen in de auto zitten vraagt mijn moeder:"Waar ga je slapen?"
"Vanavond bij Elody en morgen zien we wel weer", antwoord ik.
"Ga je geregeld naar me bellen, zodat ik weet of alles goed gaat?" smeekt ze.
"Tuurlijk ga ik bellen", zeg ik.
"Als je geen slaapplaats meer vind, help ik je wel een hotelkamer zoeken ofzo", antwoordt ze. Ze neemhaar portefeuille uit haar tas en haalt er twee briefjes van 100 euro uit.
"Hier," fluistert ze,"en als je niks meer hebt, kom je gewoon naar me toe." Ze omhelst me en doet me beloven dat ik geregeld langskom wanneer mijn vader niet thuis is. Ik beloof het haar en stap in de auto. Bij het huis van Elody zet mijn broer me af om daarna de auto terug naar huis te rijden en dan de trein naar Gent te nemen. Bibberend druk ik op de deurbel van Elody's huis, ik ben nog nooit zo zenuwachtig geweest. Toch slaap ik in de vakantie soms meer bij haar dan bij mij. Gelukkig doet ze al vlug open en glimlacht naar me. Ze laat me binnen en ik vraag waar ik al mijn tassen mag plaatsen.
"Waarom heb je al die tassen mee?" vraagt ze. "Ik heb toch nog niet gezegd dat je hier mag komen wonen. Dat moet ik eerst aan mijn ouders vragen." Gelukkig glimlacht ze naar me, eigenlijk had ik gehoopt dat ik hier een tijdje mocht komen wonen. Maar als ik erover nadenk, mag ik al blij zijn dat Elody niet meer boos is. Ik vertel haar wat er is gebeurd tussen mij en mijn vader en Elody stelt voor om mijn tassen op zoldereven te zetten. Samen zeulen we alle tassen twee verdiepingen omhoog. Als we klaar zijn, lopen we naar haar kamer zodat ik me daar kan installeren voor vannacht. Ik vind persoonlijk dat Elody een pracht van een kamer heeft. In het midden staat een hemelbed met rode gordijntjes aan en rode fluwelen kussentjes, in de hoek staat een grote spiegel en een witte make-up-tafel boordevol doosjes oogschaduw, parfum en lipgloss. Haar kleerkast is zeker twee keer zo groot als de mijne en ze heeft haar eigen balkon met een ligstoel. Nu begrijp je waarom ik hier zoveel ben in de vakantie, zodat ik kan bruinen natuurlijk. In een andere hoek staat een zitbank met rondom drie zitzakken, allemaal in verschillende roodtinten. We gaan allebei op de zitbank zitten en Elody kijkt me aan met haar grote kastanje bruine ogen. Haar bruin krullendhaar zit vast in een staart. Ik kijk haar terug aan, omdat ik niet weet wat ze bedoelt.
"Ga jij eerst vertellen wat je nog weet?" verduidelijkt ze. "Dan vertel ik wat jij niet meer weet, goed?"
"Ja, oké dat is goed", antwoord ik. Ik begin met zaterdagochtend en eindig bij nu. Tijdens heel mijn verhaal had Elody mij de hele tijd aangestaard met haar ogen vol ongeloof. Na mijn verhaal reageerde ze:"Ik vind het wel erg van je vader dat hij je niet meer wil zien. Dat je gewoon zelf moet uitzoeken waar je gaat slapen en hoe je aan eten geraakt. Stel nu dat ik niet meer met je zou willen praten?"
"Hij weet niet dat we ruzie hebben gehad", antwoord ik. "Hij denkt dat we allebei zo laat waren."
"Dat is dus helemaal niet waar", zegt Elody." Ik was al thuis om elf uur, vlak nadat we ruzie hadden gehad, ben ik naar huis vertrokken."
"Over welke ruzie heb je het eigenlijk?"vraag ik nieuwsgierig.
"Weet je dat echt niet meer?" vraagt ze.
"Nee echt niet", antwoord ik.
"Wel, zoals altijd gingen we op vrijdagavond uit", begint Elody te vertellen. "We gingen naar een party van een vriend van mij. Opeens moets jij naar het toilet, maar je bleef nogal lang weg. Dus na tien minuten ging ik je zoeken, maar ik vond je niet. Ik ben beginnen rondvragen of ze je niet gezien hadden, maar niemand wist iets. Toen ben ik naar buiten gegaan om je daar te zoeken en ik heb je gevonden, je was samen met eenander meisje en ik liep naar je toe om te vragen wat er aan de hand was. Je deed heel raar en en zei dat je weg wilde samen met Kathy ergens anders naar toe."
"Wie is die Kathy?" vroeg ik plotseling.
"Dat was blijkbaar dat meisje waar je bij liep", antwoordde Elody. "Toen ik vroeg of ik mee mocht, zei je dat je me niet nodig had en dat het leuker zou zijn met Kathy alleen. Je liep weg en ik schreeuwde naar je dat je de slechtste vriendin was en dat ik nooit gedacht had dat je me zo rap zou laten vallen voor iemanddat je niet ontmoet had enzo. Toen kwam je terug en ik dacht dat je je bedacht had. Maar dat was geen waar en toen zei je dat ik nooit echt een vriendin was geweest, je zei echt vreselijke dingen en toen begon ik te huilen terwijl jij lachend wegliep met Kathy. Dus nu snap je waarom ik zo boos was op je. Kun je je dat niet meer herinneren?"
"Nee, ik heb er geen idee van dat ik dat zou gezegd hebben", antwoordde ik zachtjes. "Jij bent mijn beste vriendin, ik zou je nooit zomaar laten vallen."
"Dat dacht ik dus ook tot vrijdagavond", zegt Elody. "Ik heb je echt nooit willen kwetsen, ik herinner me echt niet dat ik zoiets zou gezegd hebben", zeg ik verontschuldigend.
"Ik hoop het maar", antwoordt ze.
"Maar hoe komt het eigenlijk dat als ik zo'n vreselijke dingen heb gezegd, dat je toch nog met me wil praten?" vraag ik. "Je klonk zo wanhopig aan de telefoon en vrijdag was je precies jezelf niet en ik miste je", bekent Elody. We omhelzen elkaar ik voel dat ze het meent.
"Je zegt dat ik raar deed vrijdag, wat was dat dan?" vraag ik.
"Soms brabbelde je iets of het leek erop dat je even ergens anders was en ik dacht gezien te hebben dat je ogen ook niet normaal stonden, maar het was redelijk donker dus ik weet het niet zeker", zegt ze. Ik zwijg even, nadenkend over wat ik heb gedaan en hoe ik mij gedragen heb. Opeens weet ik het antwoord en het is niet iets om trots op te zijn.
"Ik heb drugs gebruikt", fluister ik.
"Wat?"tiert Elody.
"Rustig, rustig, niet uit eigen wil", verzeker ik haar. Ik begin te vertellen over de prikken in mijn tenen en mijn gedrag die bewuste avond ... die ene avond die heel mijn leven veranderde. Als ik klaar ben blijft het een poosje stil. Buiten hoor ik de kinderen spelen op het speelplein terwijl de zon langzaam ondergaat en de hond van de buren die aan het blaffen is. Opeens verschieten we ons allebei een bult, gelukkig is het gewoonde poort die open gaat. De ouders van Elody zijn thuisgekomen. We lopen allebei naar beneden om ze te begroeten.
Reacties:
Er zijn nog geen reacties op dit verhaal.